LOUIS DINSDAG 27 FEBRUARI 1934 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD PAG. J BUITENLAND DUITSCHLAND. DUITSCHLAND EN HET VATICAAN. Nieuwe voorstellen. Morgen, Woensdag, zou de vertegenwoor diger der Duitsche regeering Buttmann weder te Rome terugkeeren met nieuwe voorstellen betreffende de uitvoering van het indertijd tusschen Duitschland en den H. Stoel gesloten concordaat. PAUL LÖBE KRIJGT WERKLOOZENSTEUN. Oud-Rijksdagpresident echter niet pessimistisch. Het gaat den voormaligen president van den Duitschen Rijksdag, Paul Löbe, op het oogenblik bitter slecht. Wel is waar heb ben de nationaal-socialisten hem eenigen tijd weer op vrije voeten gesteld, na hem maandenlang in het concentratiekamp te Breslau gevangen te hebben gehouden, maar zijn vermogen van 3 millioen mark is hem niet teruggegeven. Zijn vrijlating geschiedde destijds op voorwaarde, dat hij zich van iedere politieke activiteit zou-ont houden. Bovendien is hij uit de sociaal democratische partij getreden. Aan een vertegenwoordiger van de Parij- sche „Intransigeant" heeft Löbe zijn nood geklaagd. „Mijn financieele situatie is buitenge woon precair", verklaarde de oud-Rijksdag president. „Gelukkig heb ik een paar da gen geleden bericht gekregen, dat ik voort aan elke week werkloozensteun kan gaan halen, zoodat ik althans niet behoef te ver hongeren". Wat zijn toekomst betreft, was Löbe niet al te pessimistisch gestemd. „Ik tracht op het oogenblik een betrekking te vinden als corrector", deelde hij den verslaggever me de. „Het is wel is waar niet gemakkelijk, in dezen tijd werk te vinden, maar ik heb toch nog goede hoop te zullen slagen. Mijn diploma als corrector, dat ik dertig jaar geleden heb gehaald, heb ik gelukkig steeds goed bewaard en ook heb ik nog steeds mijn lidmaatschapskaart van den bond van boedrukkers". HIJ MOEST NIETS VAN GROOTE GEZINNEN HEBBEN. En verhuisde naar concentratie-kamp. Een huiseigenaar te Weimar weigerde een woning te verhuren aan een kinderrijk gezin en antwoordde op de opmerking, dat deze houding niet in overeenstemming was met de beginselen der regeering met belee- digende uitlatingen aan het adres van Hitier. De aspirant-huurder beklaagde zich daar op bij de autoriteiten, met het gevolg, dat de huiseigenaar naar het concentratiekamp van Bad Suiza werd overgebracht. De regeering heeft bekend gemaakt, dat zij in dergelijke gevallen met alle scherpte zal optreden. in twee kampen te verdeelen. Men komt daardoor spoedig op het punt, waarop niet meer geredeneerd wordt, maar gevochten. De aangebroken week zal hoogst waar schijnlijk van groot belang zijn om de ver dere ontwikkeling der feiten eenigszins te kunnen voorzien. Het pessimisme nopens den binnenlandschen toestand is op het oogenblik zeer groot. De fanatieke kartel listen zijn overtuigd dat zij binnen zeer korten tijd het bewind weer in handen zullen hebben, iets dat wel niet zonder een vinnigen strijd, van volkomen reyolution- nair karakter zou kunnen verwezenlijkt worden. FRANKRIJK DE BEZEM WORDT TER HAND GENOMEN. Stavisky-enquete begonnen. De beide parlementaire commissies, die welke gepresideerd wordt door den heer Guernut en zich met de verantwoordelijk heden in de Stavisky-zaken zal bezig hou den, en de commissie, voorgezeten door den heer Bonnevay, die de gebeurtenissen 6 Februari heeft te onderzoeken, hebben hun werkzaamheden aangevangen. Wat de eerste commissie betreft, is er weinig kans, dat zij iets zal kunnen uit richten; de dossiers zijn door te veel han den gegaan en er hebben te eigenaardige verdwijningen plaats gehad. De tweede commissie is waarschijnlijk van grooter belang, daar het sinds eenigen tijd duidelijk is, dat de kartellisten alles op haren en snaren zullen zetten, om de rollen om te keeren en de rechterzijde var complot tegen de republiek zullen beschul digen om de verantwoordelijke mannen van links te dekken. De commissie zal blijk baar vooral moeten dienen, om de link- sche partijen weer samen te brengen in één blok, onder de tucht van de Fransche vrijmetselarij, die niet alleen de radicalen van de Rue de Valois in handen heeft, maar ook een groot deel der socialisten. De eerste commissie wordt óók door het linksche blok „van minder belang" geacht. Hinderlijke voorstellen kunnen eenvoudig door de meerderheid waarover de link- schen beschikken afgestemd worden. Ge heel anders is het met de tweede commis sie, die door de linkschen gebruikt zal wor den om zich schoon te wasschen van de schandalen en om alarm te magen voor de zoogenaamde „bedreigde republiek". Intusschen de openbare meening ziet waakzaam toe. Zij is buitengewoon ongun stig geïmpressionneerd door het feit, dat in de moordzaak van Dijon al wat naar een spoor leek werd opgegeven. Op den zesden dag na den zoo opzienbarenden afschuwe lijken moord moet geconstateerd worden, dat die zaak nog steeds in een Egyptische duisternis ligt. Men krijgt meer en meer, al dagen lang, den indruk, dat er te Parijs en elders in den lande een van die soorten kalmte heerscht, welke aan storm voorafgaan. Zoo als gezegd, concentreert het kartel alle aan dacht op den anti-republikeinschen aanslag van „6 Febr." De radicalen laten zich daar bij volkomen door de socialisten leiden. En het valt niet te ontkennen, dat die cam pagne om de zaken om te keeren succes heeft. Op het oogenblik is de verdeeldheid reeds zóó groot als tijdens de Dreyfuszaak en het schijnt te zullen gelukken, het land OOSTENRIJK. WEER NAAR MONARCHIE IN OOSTENRIJK? Nieuwe geruchten over de a.s. demissie van bonds-president Miklas. De sedert lang in omloop zijnde geruch ten over een aanstaande demissie van den Oostenrijksohen bondspresident Miklas, die uit principieele overwegingen reeds ver scheiden malen zijn ontslagaanvrage zou hebben ingediend, hebben zioh thans „ge condenseerd" in de bewering, dat Miklas reeds zeer binnenkort zijn ambt zal neer leggen. Naar verluidt, worden van de zijde der regeering ernstige pogingen aangewend, om bondspresident Miklas voorloopig van zijn voornemen om af te treden, af te houden, teneinde de verkiezing van een nieuwen president eerst in het kader van de nieuwe grondwet te kunnen doorvoeren. In welingelichte kringen wijst men in dit verband er op, dat de in den laatsten tijd weder sterk op den voorgrond komende le- gitimistische stroomingen op een spoedige presidentswisseling aandringen, teneinde door de verkiezing van een met de legiti- mistische opvatting sympathiseerende per soonlijkheid den overgang naar den mo- narchistischen staatsvorm voor te bereiden en aldus de Anschluss-krwestie definitief uit te schakelen. Naar verluidt, zijn in legitimistisdhe krin gen de staatssecretaris voor het legerwezen, vorst Schoenburg Hartenstein, ofwel de te Bazel wonende aartshertog Eugène uitver koren om bondspresident te worden. Volgens de algemeene opvatting moet in geval van een demissie van den bondspre sident, bondskanselier dr. Dollfuus als plaatsvervangend bondspresident diens functies De nieuwe grondwet. Men verklaart te Weenen, dat het voor bereidend werk van de nieuwe Oostenrijk- sche constitutie reeds binnen 10 a 14 dagen zal zijn afgesloten. De constitutie zou on middellijk daarna gepromulgeerd worden en in werking treden. Hoewel men de nieuwe grondwet in wer king wil laten treden overeenkomstig de desbetreffende bepalingen der bestaande constitutie, weet men nog heelemaal niet, langs welken weg dit zou kunnen bereikt worden, daar men een bijeenroeping van het parlement, dat alleen in staat is een grondwetswijziging door te voeren, beslist zou willen vermijden. Men schijnt er daar om op het oogenblik aan te denken, de grondwet door een unilaterale acte van den bondspresident op grond van het „Notstand- recht" in werking te doen treden en ze dan naderhand door de corporaties, welke men van plan is te vormen, te laten bekrachti gen. SOCIALISTISCH KAPITAAL NAAR HET BUITENLAND. Het onderzoek van de boeken van de geliquideerde sociaal-democratisohe „Arbeiterbank" te Weenen heeft aan het licht gebracht dat door de leiding van de bank- den laatsten tijd 5 mil. schil ling naar het buitenland is verplaatst, welk bedrag voor een deel reeds is opgenomen. Zoo heeft de gevluchte leider van de spoor wegarbeidersorganisatie bij een bank te Zürich de 1.8 millioen schilling opgenomen die als kas van de vereeniging gestort wa ren op de Arbeiterbank. De politie heeft verder een aantal geheime bankconto's van de sociaal-democratische partij, tot een bedrag van 4 millioen schilling, in beslag genomen. Tegen de leiders van de Arbeiter bank is een strafvervolging wegens bedrog ingeleid. WAAR IS DE HEIMWEHR? Allerlei geruchten. De Engelsohe pers houdt zich druk bezig met de vraag waar de Heimwehr in Oos tenrijk zich ophoudt. Reuter meldt, dat het zeker is dat 4000 man Heimwehrtroepen op gesteld staan aan verschillende punten van de Duitsoh-Oostenrijksche grens. Volgens andere berichten in de bladen, die de ver schillende berichten weergeven die in om loop zijn, zou de Heimwehr aan de Duitsch- Oostenrijksdhe grens zijn samengetrokken, óf zich gereed maken voor een opmarsch naar Weenen, óf aartshertog Otto von Habs- burg afhalen bij de Zwitsersche grens en naar Weenen geleiden, óf zou majoor Fey zijn strijdkrachten buiten de hoofdstad ge concentreerd hebben om een poging van de regeering deze troepen te ontwapenen, te verhinderen. UITROEPING KEIZERRIJK MANDSJOEKWO. Op Donderdag bepaald. Op 1 Maart zal de minister van buiten- landsche zaken van Mandsjoekwo in een proclamatie mededeeling doen aan de ge heele wereld van de vestiging van het kei zerrijk Mandsjoekwo. Het ontwerp dezer proclamatie wordt thans door den onder minister van buitenlandsche zaken van Mandsjoekwo te Tokio met regeeringskrin- gen aldaar besproken. HOE LOOPT DIE KAT? Zii raak» den grond eer*» me» de »eenen. Wi| echter piaaisen bij elke slap he» volle gewicht van ont lichaam op de hielen. Geen wonder dat die kleine dames-hakjes terstond versleten Hierop is nu wat gevonden door de Wood-Milne fabriek (alom bekend om haar ijxersterke Bulldog hakken). Een zeer dun en elegant hakje, gemaakt van speciale rubber en onge looflijk sterk. Ze loopen heerlijk soepel en zi|n anti-slipping, doch let vooral op de naams WOOD-MILNE RUBBERHAKJES BUITENL. BERICHTEN. TEMPERATUUR IN V. S. BLIJFT DALEN. Doodental tot vijftig gestegen. Uit New York wordt gemeld: Het aantal dooden, als gevolg van den sneeuwstorm, wordt thans reeds op vijftig geschat, waarbij rekening is gehouden met de talrijk autobusongelukken, als gevolg van het slechte weer. De temperatuur blijft nog steeds dalen en de koudegolf zal van daag in het Oosten wel een laagterecord boeken; in het midden-wésten is 20 graden vorst genoteerd. In Illinois en Iowa heeft de sneeuw een hoogte van 40 c.M. bereikt, daarbij komt, dat de sneeuw door den krachtige wind wordt meegevoerd en op-sommige plaatsen een nog grootere hoogte bereikt. De storm begint thans ook het Zuiden te teisteren, zooals blijkt uit berichten, die uit Texas en Maryland zijn ontvangen, in vele gevallen valt daar tevens buitenge woon veel regen. De levensmiddelenvoor ziening van Long Island wordt bedreigd daar het geheele verkeer gestaakt moest worden. TWINTIG CHINEEZEN TERECHT GESTELD. Wegens leegplunderen van een postkantoor. Volgens een bericht uit Lachasoesoe (na bij de rivier de Soengari) zijn aldaar twin tig Chineezen in het openbaar terechtge steld, die een Mandsjoerijsch postkantoor geplunderd hadden. PALESTINA'S SINAASAPPEL-EXPORT IN HET NAUW. Millioen leege kisten verbrand. Te Jaffa heeft een groote brand gewoed, waardoor bijna een millioen leege sinaas- appelkisten is verbrand. De schade wordt geraamd op 70.000 pond sterling. Men vreest, dat de sinaasappel-uitvoer door de vernieling dezer kisten ernstige moeilijk heden zal ondervinden. EEN NOORSCHE ALAIN GERBAULT. De Noor Al Hansen, die alleen met zijn jacht „Mary Jane" een tocht rond de we reld maakt, waarmede hij in 1932 in Oslo is begonnen, is van Buenos Aires naar Val paraiso vertrokken. Vandaar steekt hij over naar Australië. WERKLOOSHEID STIJGT IN DE VEREENIGDE STATEN. Volgens raming van de arbeidersfedera tie te Washington bedroeg het aantal werk- loozen in Januari 11.690.000, of 921.000 meer dan in December. Bij de werkverschaffing bedraagt het aantal arbeiders 4.600.000. LETTEREN EN KUNST NED. OOST-INDIE KORPORAAL BOSHART IS TOT TIEN JAAR VEROORDEELD. Uitspraak Zeven Prov. in hooger beroep. Aneta seint uit Batavia: Gister deed het Hoog Militair Gerechtshof uitspraak in hoo ger beroep in de zaak van de tweede groep muiters van „de Zeven Provinciën", be staande uit den korporaal-machinist M. Boshart en zeven anderen. Het Hoog Mili tair Gerechtshof legde de volgende straf fen op: Boshart tien jaar (eisch twaalf jaar); Dannau acht jaar (eisch negen jaar); Dooye waard zeven jaar (conform den eisch); Ti chelaar drie maanden (eisch een jaar); Peeters zes jaar (eisch zes jaar); Snel twee jaar (eisch een jaar en zes maanden); Ver meulen drie maanden (eisch een jaar). Voor de beide tot drie maanden gevan genisstraf veroordeelde beklaagden vervalt de bijkomende straf van ontslag uit den militairen dienst. Tichelaar behoudt den rang van korporaal. Het H. M. G. is begonnen met de be rechting der 77 inlandsche schepelingen, die tot de derde groep muiters behooren. Iedere beklaagde jvordt afzonderlijk ge hoord. ANNE BORGER. In de Friesche gemeente Joure gaat men herdenken, dat 150 jaar geleden aldaar ge boren is Elias Anne Borger. Elias Anne Borger werd als jongen in de leer gedaan bij een goudsmid, maar deze uiterlijk eenigszins mismaakte jongen van het Friesche platteland, die, naar verhaald wordt, reeds op zijn derde jaar goed lezen kon, was zóó knap, dat de schoolmeester en de dokter van zijn dorp constateerden: hij moet verder komen. Zoo ging de knaap, die dolgraag predikant wilde worden, naar Leiden, en won er een beurs. Onmiddellijk na voltooiing zijner studie werd hij lector; later hoogleeraar, eerst in de godgeleerd heid, daarna in de literaire faculteit. Als kanselredenaar kreeg hij groote vermaard heid; zijn preekenbundels gingen van hand tot hand. Hij schreef verscheidene werken op theologisch gebied. Maar: op het terrein der wetenschap mo gen de verdiensten liggen van Borger, zijn bekendheid heeft hij te danken aan zijn gedichten! Wij herinneren de wat ouderen onzer lezers aan deze versregels: Zoo rust dan eindlijk 't ruwe Noorden Van hageljagt en stormgeloei, En rolt de Rijn weêr langs zijn boorden, Ontslagen van den winterboei. Zijn waatren drenken de oude zoomen, En 't landvolk, spelend aan zijn vloed, Brengt vader Rijn den lentegroet, Als grootvorst van Europa's stroomen, Die, van den Alpentop gedaald, De stranden kust of scheurt de dijken, De wereld splitst in koningrijken, En 't vorstelijk regtsgebied bepaalt. Velen zullen zich dit vers herinneren, dat de onsterfelijke Hildebrand in de Ca mera Obscura declameert. Na den dood van zijn tweede vrouw (te Katwijk begraven) dichtte hij zijn ode aan den Rijn, waarin deze plechtige regels, die ons nu min of meer komiek klinken: En nu, ik kan mijn haren tellen, Maar wie telt mijner tranen tal? Eer keert de Rijn weer tot zijn wellen Eer ik dién slag vergeten zal. Op 36-jarigen leeftijd is en ook te Katwijk begraven. TENTOONSTELLING „ABDIJ VAN EGMOND". Een belangwekkende en belangrijke expositie. Op uitnoodiging van het comité tot in zameling van gelden voor den bouw van een Benedictijner-klooster te Egmond, waarvan de minister van Staat jhr. mr. Ch. Ruys de Beerenbrouck eere-voorzitter en het Tweede Kamerlid dr. L. G. Kortenhorst voorzitter is, heeft zich een commissie ge vormd,. die beoogt het organiseeren van een te Den Haag te houden historische ten toonstelling „De Abdij van Egmond". Voorzitter der commissie is prof. dr. A. W. Bijvanck, hoogleeraar te Leiden, vice- voorzitter dr. P. C. Molhuysen, directeur der Kon. bibliotheek te den Haag, secreta ris pater Dalmatius van Heel O.F.M., den Haag, penningmeester L. Nieuwenhuys te Haarlem. Voorts bestaat de commissie uit jhr. dr. W. A. Beelaerts van Blokland, griffier van de Eerste Kamer. mr. J. van Bolhuis, voor zitter der Haagsche journalistenvereni ging. G. P. Bon, voorzitter van den R.-K. Journalistenkring Zuid-Holland, mgr. L. J. Boogmans, conservator van het Bisschop pelijk museum te Haarlem, Jan Eloy Brom, *mr. R. Bijlsma, alg. Rijksarchivaris te den Haag, N. J. M. Dresoh, archivaris te Alk maar, dr. H. E. van Gelder, directeur van den dienst voor K. en W. te den Haag, mgr. dr. P. J. M. van Gils te Roermond, prof. J. J. Henneman van het Groot Seminarie te Warmond, dr. J. H. Holwerda te Leiden, Maria Huffer te Nijmegen, dom. J. Huij- ben O.S.B. te Oosterhout, dr. N. Japikse, directeur van het Kon. huisarchief, dr. Jan Kalf, directeur van het Rijksbureau voor monumentenzorg, pater J. Kleyntjes S.J. te den Haag, prof. dr. W. Lampen O.F.M. te Nijmegen, pastoor A. E. Rientjes te Maarssen, dr. F. Schmidt Degener, direc teur van het Rijksmuseum te Amsterdam, mr. H. J. Scholtens, burgemeester van Be verwijk, prof. dr. Z. W. Sneller te Rotter dam, mr. dr. J. W. Verburgt, gemeente-ar chivaris van Leiden, en dr. F. C. Wieder, bi bliothecaris der Rijksuniversiteit te Lei den. De commissie werd Zaterdagmiddag in een der zalen van de Kon. biblotheek te den Haag geinstalleerd door mgr. dr. P. J. M. van Gils, namens het herbouwcomi- té, en heeft daarna onmiddellijk de plan nen voor de tentoonstelling vastgesteld. De expositie zal worden ingericht in het Haagsche gemeentegebouw in de Java- straat en den 3den September worden ge opend. Het Dag. Bestuur zal zich inspan nen om, met de bereidvaardig toegezegde medewerking van eenige commissieleden voor dien datum gereed te zijn met het omvangrijke werk van het bijeenbrengen der over een groot gedeelte der wereld verspreide kostbare en belangwekkende historische stukken en historische- en kunstvoorwerpen, welke de tentoonstelling belangwekkend en belangrijk moeten ma ken; zooals kaarten, plans, overblijfselen, schilderijen, voorwerpen, gravures, teeke- ningen, betrekking hebbende op de oude abdij, acten, oorkonden, zegels, handschrif ten, catalogi, kerkelijke voorwerpen en andere voorwerpen uit de oude verblijf plaats der Benedictijnen, litteratuur be treffende de Egmonder Abdij, de plannen van Kropholler voor den wederopbouw van de Abdij. Verder zal de commissie de tentoonstelling aan belangrijkheid en aan trekkelijkheid doen winnen door het ten toonstellen van objecten, betrekking heb bende op het cultureel en geestelijk leven BIJ EEN HEENGAAN. Men schrijft ons: Een heengaan van iemand door velen, mogelijk zelfs uit naaste omgeving, niet gekend, laat staan begrepen en gewaar deerd. Een heengaan van een doodgewoon ver pleegstertje; ja veel gewoner zelfs dan vele anderen onder hen, die zich verpleegsters, d.i. helpsters van lijdenden, mogen noe men. En toch, 't moet ons van het hart: dit heengaan spijt ons, dit heengaan noemen wij een verlies voor onze stad en voor de parochie, waarin zij woonde. Immers ons gaat verlaten een hoogstaand mensch, een kundige vroedvrouw-verpleegster, een vrouw van kerngezonde katholiciteit en hooge opvatting van naastenliefde. Zelf heeft zij het nooit gezocht en ook nu zou zij het volstrekt hebben afgewezen iets over haar persoon en werken bekend te maken, daarvoor is zij te bescheiden. Doch 't licht mag wel eens schijnen en worden geplaatst op de kandelaar. Veel wordt er tegenwoordig gesproken en geschreven over radicalisme, over conse quente beleving van ons heerlijk katholieke geloof. Het doet zoo goed eens buiten al die fraaie woorden om, met eigen oogen te mogen zien, te mogen tasten met eigen hand: „een gaaf stuk katholiek leven". 't Was Maart 1928 dat zij kwam in alle stilte, zooals zy ook thans weer in stilte heen zal gaan, de vroedvrouw-verpleeg ster Zr. A. M. M. Cappers, bestemd voor de interne leiding van de Margaretha-Cor- tona-stiohting, inrichting voor gevallen meisjes, aan den Haagweg hier te Leiden. Zes jaren heeft Zr. Cappers daar haar verheven taak vervuld, ongekend, maar in gewetensvolle nauwgezetheid. Zij kón dit ook, want, naast haar degelijke kennis als vroedvrouw-verpleegster, was haar in deze soms zeer moeilijke functie haar krachtige persoonlijkheid een sterke steun. Het zesjarig werken van Zr. Cappers in onze stad ligt besloten in een inrichting, waar zij haar roeping wist en begreep. Haar woon- en slaapvertrek waren een voudiger dan die in een werkmanswoning. Haar gang door 't leven reikte nauwelijks verder dan van die stichting tot het nabije kloosterkerk je om daar te bidden; heel zeker ook om kracht voor haar soms zware taak, want op deze, schijnbaar zoo rustige gang kwamen voor vele staties van een kruisweg. Dit is geweest een zesjarige harde ar beid, vol opoffering en toewijding; wel is waar gering voor 't oog der menschen, doch God zij dank, onze lieve Heer weet beter te waardeeren. Zr. Cappers, zoo meende soms wel de een of ander, paste in haar grooten eenvoud niet in onze moderne wereld. Zeker is zij geen vrouw, die ooit zal kunnen voldoen aan een valsche moderne opvatting van de vrouw. En toch, zij was een groote vrouw, juist, omdat zij begrepen heeft, als 't ware bij intuïtie heeft aangevoeld, wat de vrouw moet zijn in onze Christelijke opvatting. Zes jaren heeft Zr. Cappers gewerkt, hard gewerkt in een voor sommige z.gjn. vromen minder sympathieke werkkring. Zij heeft zich gegeven aan haar taak, geheel, met die liefde en offergeest, welke alleen bij een hoogstaande diep geloovige vrouw te vinden is. Zr. Cappers heeft niet alleen haar mees terlijke vakkennis, maar ook haar geheele persoonlijkheid aan de behartiging van de tijdelijke, maar ook en dit is zoo voornaam wellicht het meest voorname, aan de gees telijke belangen van meisjes gegeven, meis jes die in de opvatting van zelfgenoegzame braven alle recht op hulp en liefde hebben vergooid en verspeeld. Zr. Cappers begreep den geest van het H. Evangelie. In al haar eenvoud is zij voor onze omgeving geweest een stille pre- dicatie van wat het zeggen wilChris ten zijn. Zr. Cappers, de stille vroedvrouw-ver pleegster gaat heen. Laat geen van U die dit lezen haar komen danken of huldigen, 't zou haar pijn doen. Doch zoo ge voelen mooht voor een edel, hoogstaand mensch en indien ge haar Uw sympathie betuigen wilt, bidt dan in stilte een enkel „Ave" voor deze edele ziel. uit den tijd der oude Abdij. Daarbij is ge dacht aan fraaie oude handschriften, voor werpen uit kloosters van dien tijd, voor werpen van kerkelijke kunst van voor de 13e eeuw, munten, zegels, gestelijke ordes gewaden enz. Korte spreekbeurten tijdens de tentoonstelling zullen het instructief karakter der expositie versterken. Uit de commissie is een perscommissie gevormd, bestaande uit pater J. Kleyntjes S.J., prof. J. J. Henneman, dom. J. Huij- ben en G. P. Bon.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1934 | | pagina 5