DAGBLAD VOOR LEDENEN OMSTREKEN Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN MARINUS VAN DER LUBBE TERECHTGESTELD 25ste Jaarpans WOENSDAG 10 JANUARI 1934 No. 7706 DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling: Voor Leiden 19 cent per week2.50 per kwartaal Eü onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal Franco per post 2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 II GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 1' DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone AdvertentieD 30 cent per regel Voor Ingezonden Mededeelinger. word» het dubbele van het tarief berekend, TELEFOONTJES van ten Hoogste 3ü woorden, waarin bo betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur em verhuur, koop en verkoop: f 0.50 DE BIJ VONNIS VAN DEN 4EN STRAF- SENAAT VAN HET RIJKSGERECH1S- HOF TE LEIPZIG OP 23 DECEMBER 1933 TER DOOD VEROORDEELDE VROEGERE LEIDSCH§ METSELAAR MARINUS VAN DER LUBBE IS HEDENOCHTEND TE HALF ACHT, DAAR DE RIJKSPRESI DENT VAN ZIJN *RECHT TOT GRATIE GEEN GEBRUIK HAD GEMAAKT, OP DE BINNENPLAATS VAN HET LANDS- GERECHTSHOF TE LEIPZIG DOOR MID DEL VAN DEN VALBIJL TERECHT GESTELD. ONBEWOGEN TOT IN DEN DOOD. Omtrent de laatste uren van Marinus v.d. Lubbe wordt medegedeeld, dat, toen hij gisteravond er van op de hoogte weïd gesteld, dat president von Hindenburg gratie .i~d geweigerd, hij dit bericht ont ving op dezelfde onbewogen wijze welke men uit de rechtzaal van hem kende. Hij had geen enkelen wensch en wenschte ook geen geestelijken bijstand. Ook toen hij vanmorgen vroeg werd gewekt en naar de binnenplaats geleid, toonde hij zich onbe wogen als altijd. Aanwezig waren o.a. de procureur-generaal van het Rijksgereclits- hof, dr. Werner, de president van den Strafsenaat dr. Bünger, de drie rechters van den Senaat en een vertegenwoordiger van den Pruisischen Staat. Zonder spoor van aandoening luisterde v. d. Lubbe naar het voorlezen van het doodvonnis, waarna hij den beul volgde, terwijl een geestelijke ge beden zei. De terechtstelling duurde een halve minuut. Dat is dus het einde van den Leidschen metselaar, den ongelukkigen warhoofd, die meende dat hij een grooten rol kon spe len ter vernieuwing van de maatschappe lijke orde. Inderdaad heeft hij een groote rol ge speeld, want zijn daad, de brandstichting in het Rijksdaggebouw op den avond van 27 Februari van het vorig jaar is het sein geworden voor een algeheele uitroeiing der communistische partij in Duitschland. Hij heeft dus een rol gespeeld, maar met geheel andere gevolgen dan hij verwacht had. Te Leiden heeft hij, zooals bekend, ook reeds getracht een figuur van beteekenis te worden in de communistische wereld. Hij is een tijdlang „directeur" geweest van het Lenin-huis in de Bouwelouwesteeg en heeft bij relletjes de Leidsche politie vaak de handen vol gegeven. Wegens zijn „onorganisatorisch" optre den was hij den laatsten tijd geen lid meer van de communistische partij te Leiden. Zijn leiders-talent werd z.i. niet genoeg gewaardeerd, hij was een heethoofd, die zich moeilijk schikken kon in eenige disci pline. Doch al was hij dan geen partij-lid meer, daarom bleven zijn gedachten even radicaal communistisch als zij steeds ge weest waren, hoewel hij er op eigen houtje allerlei afwijkende meeningen op na hield. Zijn zucht tot groot-doen leidde o.a. tot het ondernemen van een wereldreis; waar bij hij het evenwel niet verder bracht dan Berlijn. De zucht tot zwerven zat v. d. Lubbe overigens in het bloed, want meermalen heeft hij reizen naar Duitschland onderno men. De laatste reis is hem noodlottig gewor den. Hij trof daar het opkomende Natio- naal-Socialisme aan, dat den strijd op le ven en dood met het roode gevaar had aangebonden en in zijn hoofd rijpte het plan om een daad te stellen van verzet en opstand en aldus stichtte hij brand in het gebouw van den Rijksdag. Hij werd gearresteerd en maanden la ter in September begon het groote Rijks dagbrandproces, dat afwisselend te Leip zig en Berlijn is gevoerd en dat ten slotte op 23 December eindigde met het uitspre ken van den doodstraf tegen den hoofdbe- klaagde en met vrijspraa kovo rde andere klaagde en met vrijspraak voor de andere tenleider Torgler en de drie Bulgaren Di- mitrof, Popof en Tanef. Het proces, dat met spanning tegemoet werd gezien, omdat men allerlei onthul lingen verwachtte van v. d. Lubbe hij kon volgens de deskundigen immers het gebouw niet alleen in brand gestoken heb ben werd een langgerekte saaie plech tigheid, die gekenmerkt werd door de raad selachtige apathie en de zwijgzaamheid van v. d. Lubbe. Het raadsel van den Rijksdagbrand zal thans voor altijd onopgelost blijven. Zwijgend is v. d. Lubbe den dood tege moet gegaan, het doodvonnis is over hem uitgesproken, terwijl hij in slaap was ge vallen. de valbijl heeft thans zijn zwijgen en zijn roerloosheid met één slag tot een eeuwige stilte doen verstarren. Op 13 Januari 1909 is Marinus v. d. Lubbe te Leiden geboren, hij stierf den lOen Januari 1934. MR. DE JONG OVER DE TERECHTSTELLING De oud-kinderrechter te Amsterdam, mr. de Jong, die de zittingen van den Straf senaat te Leipzig voor een groot deel heeft bijgewoond en daarbij alle gelegenheid heeft gekregen zoowel den persoon van v. d. Lubbe als den gang van het proces te bestudeeren, heeft zich heden op een vraag van een vertegenwoordiger van hat pers bureau Vaz Dias als volgt over de terecht stelling van v. d. Lubbe uitgelaten. „Ik keur deze terechtstelling onvoor waardelijk af en daarvoor heb ik goede gronden. In de eerste plaats is naar mijn vaste overtuiging Marinus v. d. Lubbe niet schul dig aan hoogverraad, doch enkel aan brand stichting. Doch zelfs indien hij zich aan hoogverraad had schuldig gemaakt, zou men hem niet ter dood hebben mogen brengen, omdat ten tijde dat de brand in den rijkdsag is gesticht, de doodstraf op abnormaliteit bij een delinquent als reden Ik weet echter dat de Nat. Socialisten in Duitschland ten dien opzichte hun eigen weg gaan, ook al weten zij, dat de geheele wereld het op dit punt met hen oneens is. Zelfs in den tijd der Romeinen was een dergelijke rechtspleging niet mogelijk. Wat echter voor mij ook van veel gewicht is, is het feit, dat v. d. Lubbe als een abnormaal mensch moet worden gekwalificeerd, ook al zou het moelijk zijn uit te maken, met welk medisch etiket zijn geestesgesteldheid zal dienen te worden aangeduid. In elk beschaafd land, aldus mr. de Jong, geldt abnormaliteit bij een delinguen als reden tot strafverlichting. De Hitlerianen houden daar echter geen rekening mee en hebben ook hier weer hun rechtspraak een eeuw achteruit gezet". DE NEDERLANDSCHE GEZANT GISTERAVOND OP DE HOOGTE GESTELD Naar wij vernemen is de Nederlandsche gezant te Berlijn graaf van Limburg Sti- rum gisteravond uitgenoodigd tot een be zoek van den heer Von Neurath, den Rijks minister van Buitenlandsche Zaken, die den gezant heeft medegedeeld, dat de Rijks president geen termen had gevonden om v. d. Lubben gratie te verleenen, en dat de terechtstelling hedenmorgen zou plaats vinden. WAAROM MET DE BIJL EN NIET MET DE STROP? Omtrent de terechtstelling van Marinus van der Lubbe met de valbijl wordt van vooraanstaande naticnaal-socialistische zij de verklaard, dat op zichzelf de wegens hoogverraad en brandstichting met voor bedachten rade ter dood veroordeelde Van der Lubbe den dood door de strop had behooren te krijgen. In vooraanstaande partij-kringen staat men echter op het standpunt dat deze bij zonder vernederende wijze van straffen slechts voorbehouden is jegens gemeene misdadigers, in het bijzonder land- en volksverraders. Van der Lubbe had welis waar 'n gemeene daad verricht, doch niet temin had hij dit gedaan uit overtuiging. Vanzelfsprekend was het kiezen van de wijze van terdood-fcrenging geenszins be doeld als een verzachting van de straf. DE NEDERLANDSCHE REGEERING TELEURGESTELD Bij navraag ter bevoegder plaatse verna men wij aldus het Haagsch Correspon dentiebureau dat het aan v. d. Lubbe voltrokken doodvonnis, de Nederlandsche regeering, die alles gedaan heeft wat moge lijk was om de straf veranderd te krijgen, 1 zeer heeft teleurgesteld. HET LIJK WORDT AAN DE FAMILIE VRIJGEGEVEN Naar wij vernemen, heeft het Reichs- gericht te Leipzig aan onzen Consul al daar medegedeeld, dat indien de familie van Van der Lubbe prijs stelt op het stof felijk overschot van den terechtgestelde, dit te harer beschikking zal worden ge steld. Door tusschenkomst van de burgemees ters der gemeenten, waar familie van Van der Lubbe verblijf houdt, wordt deze me- dedeeling aan haar overgebracht. V De doodstraf Vandaag zijn wij allen stil geworden onder het besef van de zwaarte der dood straf. De brandstichter van het Duitsche Rijks daggebouw, M. v. d. Lubbe, is ter dood ge bracht. En de gelegenheid voor den schul dige, om nog ooit al dan niet met spijt een aanvaardbare verklaring te geven van zijn dwaze daad, is voor goed afgeslo ten. En zij allen, die belangstellen in het lot van dezen zonderlingen mensch, zullen, nu zéker, nooit het raadsel van diens vreemd optreden kunnen oplossen. De bijl is gevallen; en alles wat nog onbekend en geheimzinnig is in de daad van den mis dadiger, in dienst subjectieve motieven en objectief handelen, blijft, nu zéker, onbe kend en geheimzinnig. Wij zijn geen principieele tegenstanders van de doodstraf, d.w.z. wij ontkennen niet voor de Overheid per se en a priori het recht, om een schuldige ter dood te brengen. Maar wij zien toch in de toepassing der doodstraf feitelijk veel wat ons daarvoor huiverig maakt, wat ons hindert en be klemt. En duidelijker, dan wij dat in een lang betoog zouden kunnen ontvouwen, lig gen o.i. de bezwaren tegen de doodstraf uit gedrukt in het geval-v. d. Lubbe. Men kan hierover, natuurlijk, ook anders den ken, het ook anders inzien. De rechtskwestie, of een straf mag wor den toegepast, die nog niet was vastge steld en ingevoerd, toen de misdaad werd gepleegd, laten wij hier nu buiten beschou wing. Alleen willen wij hieromtrent op merken, dat, waar zoo vele rechtskundi gen ter wereld van meening zijn, dat zulks niet mag geschieden, de mildere opvatting o.i. had gevolgd móeten wor den. DE POSTJAGER NADERT. Het Studie-comité Snelpost Nederland Indië deelt aan Aneta Vaz Dias mede, dat de „Postjager" hedenmorgen te 3.23 uur (G.M.T.) van Cairo is vertrokken. Gistermiddag om 4.30 Greenwichtijd) was het vliegtuig aldaar geland. Op dien dag was een traject afgelegd van 4300 K.M. (Karachi-Caïro). Nader wordt ons medegedeeld, dat de „Postjager" te 10.— (G.M.T.) uit Athene naar Rome was vertrokken. BINNENLAND EERSTE KAMER. HULP AAN OOSTENRIJK. De Voorzitter, mr. W. L. Baron D e Vos van Steenwijk deelt mede, dat de centrale afdeeling heeft besloten in de afdeelingen te doen onderzoeken op Woens dag 10 Januari, des voormiddags elf uur, met voortzetting, zoo noodig, op volgende dagen, een reeks wetsontwerpen, de be grooting betreffende. Aan de orde zijn de volgende wetsont werpen: 1. Voorbehoud der bevoegdheid tot toe treding tot het ontwerp-verdrag betref fende de invoering of de handhaving van methoden tot vaststelling van minimum- loonen. (Genève 1928). 2. Goedkeuring van het Oostenrijksche protocol van 15 Juli 1932, alsmede voor zieningen ten aanzien van de goedkeu ring. 3. Naturalisatie van dr. B. L. van der Waerden. Het wetsontwerp sub 1 wordt zonder de bat en z.h.s. aangenomen. Bij dat sub 2 zegt de heer Van C i t- ters (A.-R.), bezwaren te hebben om Oostenrijk te helpen wegens den steeds ongunstiger wordenden toestand van Oos tenrijk. Nagaande wat er al voor Oosten rijk is gedaan, en de daarbij genomen maatregelen en voorwaarden besprekend, verklaart spr. Oostenrijk nog zeer kwets baar, terwijl bovendien de wereldcrisis haar invloed doet gevoelen. Ook heeft Oos tenrijk nog verschillende verplichtingen op korten termijn. Wat de thans bedoelde leening betreft, deze is eigenlijk een con- solidatie-leening voor vlottende schuld. Spr. wijst er voorts op dat de financieele toestand der spoorwegen in Oostenrijk slechter is dan het vorig jaar. Ook dit is een bezwaar, ondanks Oostenrijks goede voornemens. De minister van Buitenlandsche zaken, de heer De Graeff, verklaart, dat deze leening onder streng toezicht van den Vol kenbond staat, een afdoende waarborg. Het wetsontwerp wordt z.h.st. aangeno men. Wetsontwerp sub 3 wordt z.h.s. en zon der debat aangenomen. DE OMZETBELASTING. Sommige winkeliers maken er bezwaar tegen, aan fabrikanten de door dezen aan hen in rekening gebrachte omzetbelasting te betalen. In verband hiermede wordt er aan her innerd, daf de omzetbelasting 1 Januari 1934 in werking is getreden en dat de fa brikanten bij levering aan andere fabri kanten en aan groot- en kleinhandelaren de door hen betaalde belasting op de fac tuur afzonderlijk in rekening moeten bren- gne. (Bij leveringen aan anderen dan fa brikanten, groot- en kleinhandelaren, kun nen de fabrikanten de omzetbelasting af zonderijk in rekening brengen. Het ligt in de bedoeling binnenkort een aanvang te maken met de controle op de naleving van de omzetbelastingwet. De ambtenaren die deze controle zullen hou den, zullen aan de fabrikanten zoo noodig inlichtingen verstrekken over de wet en haar uitvoeringsvoorschriften. Op één misvatting omtrent de wet worde hier reeds gewezen. De meening schijnt n.L te bestaan, dat een vóór 1 Januari 1934 met een fabrikant gesloten koopovereen komst tot gevolg heeft, dat geen omzet belasting verschuldigd is, ook al wordt het gekochte n a dien datum geleverd. Deze opvatting is onjuist, omdat de wet de be lastingschuld verbindt aan de levering. Over vóór 1 Januari 1934 van fabrikanten gekochte, zelfs aan hen betaalde, goederen, welke op of na 1 Januari 1934 worden ge leverd, moet derhalve omzetbelasitng wor den betaald. „N. R. Crt." IN- EN UITVOER OVER DECEMBER. Blijkens mededeéling van het Centraal Bureau voor de Statistiek bedroeg de waar de van den Nederlandschen invoer (zon der goud en zilver) over December 1933 108 millioen (v.m. 109 millioen). De waarde van den uitvoer beliep over Dec. ƒ52 millioen (v.m. ƒ63 millioen). Het percentage van den invoer, gedekt door uitvoer, bedroeg over Dec. 48.6 (v.m. 58.0). De invoer van goud en zilver over Dec. beliep 2.823.591 en de uitvoer 25.263.516. DIT NUMMER BESTAAT UIT DRIE BLADEN. VOORNAAMSTE NIEUWS. BUITENLAND. Marinus v. d. Lubbe hedenmorgen te rechtgesteld (1ste blad). De schandaal-affaire te Bayonne breidt zich uit als een olie-vlek (2de blad). Mislukte aanslag op den Japanschen pre mier (2de blad). BINNENLAND. Teeltbeperking van tuinbouwgewasseu. (lste blad). Fietsend paartje op overweg te Eindho ven door vrachtauto aangereden. Het meisje gedood. (Gem. Ber. 3de blad). Manufacturenmagazijn te Den Briel af gebrand. (Gem. Ber. 3de blad). Twee verpleegsters bij de Vuursche door onbekenden man aangevallen. (Gem. Ber. 3de blad). HET LEVEN WORDT NOG STEEDS DUURDER. Indexcijfers an groothandelsprijzen over December. Het Centraal Bureau voor de Statistiek deelt het volgende mede betreffende de in dexcijfers van groothandelsprijzen over December 1933: Bij 'n beschouwing der indexcijfers (basis 1913 100) over December 1933, in ver gelijking met die der voorgaande maand blijkt, dat zoowel het algemeen indexcij fer als dat der voedingsmiddelen alleen met 1 punt is gestegen. Tegenover een prijsstijging van 23 arti kelen (vorige maand 15) w.o. 13 voe dingsmiddelen (vorige maand 10), met in totaal 89 punten, w.o. aardappelen met 12 punten, staat een prijsdaling van 11 artike len (vorige maand 19) met 9 voedingsmid delen (vorige maand 12) met in totaal 44 punten (w.o. eieren met 19 en cacao met 10 punten). De stijging van November op Decem ber, uitgedrukt in procenten, is als volgt: macaroni 12,5, hars 14,8, rogge 11,6, peper 11,1, mais 10.5, gerst 9.7, haver 9.0, aaid- appelen 8,6, runderhuiden 5.8, rundvleesch 5,4, tarwezemelen 5.1, paardenhuiden 4.5, vlas 4.2, zilver 3,5, ruwe katoen 3,4, tin 3.3, boter 2.4, leder 2.4, alcohol 2,4, zwa velzure ammoniak 1,1, terpentijn 0.7, thee 0.6 en suiker 0,2. De daling, uitgedrukt in procenten, is voor eieren 17,3, cacao 16,7, melk 5,1, tar we 5.0, koffie 2.9, groene erwten 2.6, hooi 2.6, kalfsvleesch 2.0, lijnolie 1.9, varkens- vleesch 1.9 en hennep 1,7. CRISIS-VARKENSBESCHIKKING. De minister van oeconomische zaken heeft bepaald, dat voor het tijdvak van 1 Januari 1934 \ot en met 31 December 1934 door de hieronder genoemde gewestelijke varkenscentrales het daarachter vermelde aantal biggen gemerkt mogen worden: Groninger Gewestelijke Varkenscentra le 91.000; Gewestelijke Verkenscentrale voor Friesland 127.000; Gewestelijke Var kenscentrale Drenthe 280.000; Gewestelijke Varkenscentrale Overijssel 329.000; Gewes telijke Varkenscentrale Gelderland 519.000; Gewestelijke Varkenscentrale Utrecht 166.000; Gewëstelijke Varkenscentrale Noord-Holland 114.000; Gewestelijke Varkenscentrale Zuid-Holland 233.000; Zeeuwsche Varkenscentrale 59.000; Gewes telijke Varkenscentrale Noord-Brabant 378.000; Gewestelijke Varkenscentrale Lim burg 194.000. RUNDVLEESCH IN BLIK. De crisis-rundveecentrale maakt bekend, dat ook na het in werking treden van de omzetbelasting de verkoop van rund vleesch in blik dient te gescheiden tegen een prijs van 35 cent per K.G.-blik. In de zen prijs is de omzetbelasting derhalve in begrepen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1934 | | pagina 1