25ste Jaargang WIJDAG 13 OCTOBER 1933 No. 7633 DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN Vernietiging van afgekeurd vleesch HOE v. d. LUBBE NAAR BINNEN KLOM VOORNAAMSTE NIEUWS. ZONDAGSBLAD DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling: Voor Leiden 19 cent per week2.50 per kwartaal (>y onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal Franco per post S 2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, by vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent. TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 II GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per regel Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. TELEFOONTJES van ten hoogste 3U woorden, waarin be- betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en verhuur, koop en verkoop: 0.50 De Tweede Kamer weigert voorschot aan de Thermochemische fabriek te Woerden. De arbeidsduur in broodbakkerijen. Vergadering van Donderdag 12 October. De Kamer kwam na enkele weken rust gistermiddag weer eens bij elkaar. Deze rust was echter niet meer dan een schijn bare. Vooreerst toch stroomen den kamer leden voortdurend stukken toe, die bestu deerd moet worden, zooals daar zijn Voor- loopige Verslagen, Memories van Ant woord en Nota's van Wijzigingen. Dan hebben verleden week de afdeelingen der Kamer bijna dagelijks vergaderd. Indien men bedenkt, dat deze besprekingen veel al duurden van des morgens elf tot des avonds zes uur, half zeven aan een stuk, dan volgt hieruit, dat het kamerlidmaat schap voor iemand, die zijn taak ernstig opvat, geen sinecure is. De meeste men- schen zien alleen naar de openbare verga deringen, maar weten niet, dat het beste werk dikwijls in stilte wordt verricht in afdeelingen en commissies. In dezen tijd van dikwijls onbillijke critiek op parle ment en parlementsleden is het wel eens goed op deze zaken eens de aandacht te vestigen. Ook bij de critiek op onze "staats instellingen mag de eisch worden gesteld, dat deze zakakundig en billijk is. Een zeer groot gedeelte van den middag heeft de Kamer zoek gebracht met de be handeling van het Wetsontwerp tot Wijzi ging en verhooging van het vijfde hoofd stuk der Rijksbegrooting voor 1933. Ver schillende onderwerpen waren hierbij be trokken, maar speciaal een onderdeel werd heden onder de loupe genomen. Dit betrof het reeds meermalen tot ampele discus sies aanleiding gegeven hebbende destruc- tievraagstuk. Men kent het vraagstuk: Ne derland beschikt uiteraard ieder jaar over een groot aantal cadavers. Voor ieder is het duidelijk, dat een zoo hygiënisch mo gelijk plaatshebbende vernietiging dezer cadavers een groot belang vertegenwoor digt voor de volksgezondheid. Nu bestaat er in Amsterdam een onder neming, de N.V. Ned. Thermo-chemische fabrieken, die dit destructiebedrijf ter hand heeft genomen. De Regeering heeft dit initiatief ten zeerste toegejuicht en van deze sympathie ook daadwerkelijk doen blijken door een ruime subsidieering. We hebben hier dus te maken met een parti culier bedrijf, waarin de Nederlandsche Staat echter ten nauwste is betrokken. Naast de N. T. F. verrees eveneens een destructiebedrijf te Overschie. Dit was e eneens een particulier bedrijf en werk te zonder steun uit de overheidskas. Het bedrijf te Overschie acht zich volkomen in staat zonder overheidssteun te rendee- ren. Zoo stonden de zaken, toen de Regee ring met een voorstel kwam om de N.T.F. opnieuw een voorschot te verleenen van een millioen, tachtig duizend gulden. Hier tegen r,T rees van alle kanten verzet. Van de rij sprekers, die over dit onderwerp het woord hebben gevoerd en het was een respectabel aantal wisten slechts twee de sociaal-democraat van der Sluis en de christelijk-historische heer Bakker iets ten voordeele van het ontwerp te zeg gen. Het is ons inziens ook niet te verwon deren, dat men in een tijd als de onze ni ït licht over een bedrag van een mil lioen heenstapt. En nu weten we wel, dat het hier een rentegevend voorschot be treft, waarvan mep mag verwachten, dat het te zijner tijd zal worden afgelost, maar wie garandeert tenslotte, dat de Amster- damsche fabriek ten allen tijde hare fi- nancieele verplichtingen zal kunnen nako men. Ook is het ons bekend de minister wees er bij zijn verdediging met nadruk op dat een post op de begrooting staats rechtelijk niets anders beteekent dan een maximum en de mogelijkheid dus altijd bestaat, dat er minder zal behoeven te worden besteed. De ervaring heeft echter voldoende geleerd, dat practisch het maxi mum bijna altijd wordt bereikt. Het maxi mum is in de praktijk een fixum. Wij kunnen ons dan ook de huivering van vele kamerleden om dit millioen te voteeren levendig voorstellen. Temeer, omdat men uit de discussies sterk den in druk kreeg, dat ook -~":clijk een nieuw destructiebedrijf te Woerden hiervoor zou het bewus*e i .ill" worden ge wend zeer goed kan worden gemist. Het voornaamste argument van de Regee ring, dat 't gewenscht was op gebied tot 'n zoo groot mogelijke centralisatie te ko men, leek ons niet bijzonder sterk. Door een behoorlijke samenwerking tusschen de verschillende bestaarde en in de toe komst op te richten bedrijven een samen werking, ri:? veelal afstuit on c'en on wil van de N.T.F., zooals de heer Boon (Lib.) opmerkte, is ons inziens een behoor lijke verzorging van de volksgezondheid in dit opzicht voldoende verzekerd. De oppositie kwam vanuit vrijwel alle hoeken. De heer Westerman (Nat. Herstel) vond hier de heer de Visser (Comm.), die nr. langdurige en zware ziek te weer hersteld zich in opvallend gema tigde bewoordingen tegen het voorstel der Regeering kwam verklaren. Eerstgenoem de wees er op, dat het toch niet aanging de boeren te verplichten hun cadavers om niet af te staan om het op deze wijze mo gelijk te maken voor de N.T.F. het bedrijf rendeerend te maken. De cadavers dienen namelijk als grondstof voor voornamelijk een tweetal artikelen: diermeel en tech nische vetten. De heer Westerman merkte in dit verband nog op, dat de qua- liteit van het diermeel van de N.T.F. ach terstond bij die, door de andere destruc tiebedrijven afgeleverd. Een humoristische noot in het droge debat van vanmiddag was wel de opmerking van den man van het nationaal herstel die wij binnen niet al te langen tijd in het fascistische vaarwater zien komen dat de boeren met het diermeel „uit hun eigen cadavers gemaakt" de bedrijven rendeerend moe ten maken. De overweging ten volle waard een overweging, die de minister gaarne toezegde was de opmerking van een der sprekers, dat vernietiging der ca davers zonder schadeloosstelling in ""rijd zou zijn met de algemeene beginselen van ons onteigeningsrecht, dat in art. 154 van de Grondwet onteigening zonder schade loosstelling uitsluit. In het socialistische kamp was men verdeeld. Wij wezen er reeds op, dat de heer van der Sluis voor het voorstel was. De heer K. ter Laan, de burgemeester van Zaandam, echter verklaarde zich tegenstander. Niet uit lief de voor het particuliere bedrijf dat zou trouwens voor een socialist al heel zon derling zijn maar omdat de omstandig heden veranderd waren. De heer Schilt- huis (V.D.), die een vlot, maar geen groot spreker is, schaarde zich eveneens onder de tegenstanders. Van de katholie ken deed de heer van Voorst tot Voorst hetzelfde. Afgezien van de prac- 3che argumenten, die men tegen het voorstel der regeering kan aanvoeren, komt er voor ons katholieken nog een meer theoretisch argument bij. Het is na melijk een eerste eisch van de katholieke maatschappijleer, dat de staat niet behoort in te grijpen rechtstreeks noch zijde lings waar het particulier initiatief iets even goed of beter kan doen. De verdedi ging van den minister van Sociale Zaken, Dr. Slotemaker de Bruine, die niet al te overtuigend was, wat niet behoeft te verwonderen, daar de heer Slotemaker bij zijn optreden deze zaak als een erfenis in den schoot is geworpen, mocht niet ba ten. Met 50 tegen 19 stemmen leed het ministerie-Colijn zijn eerste nederlaag. Het spreekt vanzelf, dat aan de verwerping geen politieke gevolgen waren verbonden. Voor stemden de leden Van Zadelhoff, Drop, Cramer, Drees, Kupers, Schaper, Van der Heide, IJzerman, Van Braambeek, Snoeck Henkemans, Wendelaar, De Geer, Droezen, Bakker, mej. Katz, mej. Groene- weg, Van der Sluis, Louwes en de voor zitter. Zonder hoofd, stemming heeft de Ka mer verder nog aangenomen een ontwerp van wet tot nadere wijziging van de wet op de rechterlijke organisatie en het beleid der Justitie. Aan de stemming over het wetsontwerp tot wijziging van de bepalin gen der Arbeidswet 1919 betreffende den arbeid in broodbakkerij is men nog juist toegekomen. Er deden zich bij deze be handeling, waaraan van katholieke zijde werd deelgenomen door den heer Kui per, vooral twee hoofdvragen voor. De eerste betrof de overeenkomst tusschen pa troons en gezellen, waarmede volgens sommigen geen voldoende rekening was gehouden. De tweede had betrekking op het gevaar, dat door deze wet de bakkers- nachta-id weer zou worden binnenge haald. De minister heeft de toezegging ge daan een toezegging, die in den mond van den heer Slotemaker een vaste belof te is dat hij nooit een stap op dezen weg zou zetten. De voorgestelde wijziging vervroegt het -ngsuur van den arbeid voor hoogstens 2500 van de 33000 gezellen. De Kamer heeft zich bij den aanvang der zitting nog heengewerkt door een groot aantal conclusies op Verslagen om- tent tal van adressen, die de Kamer heb ben bereikt. Tenslotte heeft de voorzitter het nieuw benoemde lid, de heer Wende- laar (Lib.) de gebruikelijke eeden zui- Repetitie van het treurspel. DE GERECHTELUKE PLAATS OPNEMING. Gisteravond te 8 uur heeft de eerste gerechtelijke plaatsopneming inzake het proces betreffende den brand in het Rijks daggebouw plaats gehad, die door meer plaatsopnemingen in de eerstvolgende da gen zal worden gevqlgd. Gisteren ging het er om, de waarde vast te stellen van de verklaring van den getuige Thaler, letter zetter, die met groote zekerheid onder eede heeft verklaard, dat hij gezien heeft, hoe twee personen door het vernield ven ster van het restaurantievertrek in het Rijksdaggebouw zijn binnengeklommen. In de nabijheid van het Rijksdaggebouw hadden zich reeds vóór 7 uur vele duizen den verzameld, om iets van de gebeurte nissen te kunnen zien. De afzetting was echter buitengewoon streng. De rondom het gebouw opgestelde politiecordons maakten 't onmogelijk het gebouw te na deren. Talrijke politieagenten onderzoch ten degenen die voorzien van 'n bewijs, de afsluiting mochten passeeren, op wapenen De Hermann Goeringstrasse is voor 't ver keer agesloten. Hier konden alleen de leden van den Senaat en degenen, die on middellijk bij het proces betrokken zijn, passeeren. Hier werden ook de verdach ten in het gebouw gebracht. De Koenigs- platz voor den Rijksdag was slechts door enkele lampen verlicht Kort nadat op het bordes de eerste ge tuigen zijn aangekomen, arriveeren pre cies te 8 uur ook degenen, die onmiddelijk bij het proces betrokken zijn de rechters onder leiding van den president Dr. Buen- ger, de beide vertegenwoordigers van het openbaar ministerie, de deskundigen, de verdedigers en de tolken, verder de ge dagvaarde ooggetuigen Floeter en Thaler, de echtparen Kuhl en Freudenberg, opper wachtmeester Buwert, wachtmeester Poe- schel en getuige Boguhn. Tegelijkertijd worden uit het Rijksdaggebouw ook onder politiebewaking de verdachten naar bui ten gebracht van der Lubbe, Torgler, Bo- poff en Taneff. Dimitroff, die zooals be kend tot nader order van de behandeling is uitgesloten, blijft in de gevangenis. De eigenlijke plaatsopneming begint er mede, dat men zich begeeft naar het einde van den rechtschen oprit aan de Simson- strasse, waarbij de verdachten worden meegevoerd. Intusschen is voor het Rijksdaggebouw zoowel als in het gebouw dezelfde verlich ting als op den avond van den brand aan gebracht. De verdachten staan thans aan het be nedeneinde van den oprit in een rij naast elkaar, bewaakt door twee politie-agen- ten. Torgler, Popoff en Tanoff volgen met belangstelling de gebeurtenissen, terwijl het hoofd van Van der Lubbe zooals ge woonlijk diep op zijn borst is gezonken. De getuige Floeter neemt dan de plaats in, waar hij het inklimmen van den brand stichter gezien heeft en toont, hoe hij opper wachtmeester Buwert zijn mededeeling deed. Dan slaat Buwert denzelfden weg in, die hij op den avond van den brand heeft genomen. Ook getuige Thaler wijst den weg, die hij in de Simsonstrasse, de hoek omslaande, heeft genomen. De groote booglamp, die den Koenigs- platz verlicht, wordt dan gedoofd om de verlichting gelijk te maken aan die van den bewusten avond. Slechts een gaskan- delaber geeft nog een zwak licht. Een po- litie-beambte klimt door het onderstuk van het linker venster in het restauratie- vertrek naar binnen, eerst zonder fakkel. De man is voor alle betrokkenen zeer dui delijk zichtbaar. Dan wordt een fakkel aangestoken. De beambte klimt dan met den fakkel door het raam. Getuige Floeter slaat dit gade van zijn plaats beneden aan den oprit, evenals op den avond van den brand, terwijl getuige Thaler op den op rit staat. Naast Thaler staat opperwacht meester Buwert. De beide laatste getuigen geven nauwkeurig aan, hoe zij het licht schijnsel hebben gevolgd. De fakkeldrager heeft zich intusschen naar de gelijkstraat- sche verdieping begeven. Door de melk- glasruiten ziet men duidelijk het schijnsel De zittingen worden weer voortgezet. veringseed en eed van trouw aan de Grond wet afgenomen. Mr. Wendelaar, die de heer Knottelbelt,' die overgegaan is naar de Eerste Kamer, in de Volkskamer heeft opgevolgd, was tot nu toe burgemeester van Alkmaar en schijnt voorbestemd om in zijn partij een belangrijke positie te gaan innemen. van den fakkel, die zich door de beneden vertrekken beweegt. Opperwachtmeester Buwert geeft vervolgens aan, hoe hij op het voorlaatste venster heeft geschotep, waar de fakkeldrager was blijven stil staan. Dan wordt de oprit weder ontruimd en met den stopwatch worden de tijden vastgesteld, die de van verschillende zij den komende voertuigen noodig hadden. De fotografen zijn daarbij voortdurend in actie en leggen met bliksemlichtopnamen de verschillende momenten vast. Daarna begeven de aanwezigen zich naar het portaal 2 in de Simsonstrasse. Ook de verdachten werden daarheen ge leid. Getuige ingenieur Boguhn loopt als op den bewusten avond langs het huis en beschrijft de gestalte van den forsch ge bouwden man en in welke richting hij is weggeijld in de richting van de Siegeessale. Daarna is de plaatsopneming geëindigd. De verdachten worden in drie gesloten ge vangeniswagens, die in de Simsonstrasse gereed staan, naar de gevangenis terug gebracht. De president van den senaat, dr. Buen- ger, zou zoo mogelijk reeds in de zitting van heden een uitzetting geven van de re sultaten dezer gerechtelijke plaatsopne ming. HET RESULTAAT VAN HET ONDERZOEK IN LOCO. De proceszitting van heden werd met bijzondere spanning tegemoet gezien, aan gezien men verwachtte, dat mededeeling zou worden gedaan van de resultaten van het onderzoek bij het Rijksdaggebouw van gisteravond. Het is ruim half tien als de zitting ge opend wordt. De president van den Senaat, Dr. Buen- ger, deelde mede, dat het onderzoek bij den Rijksdag van gisteravond helaas niet zoodanig in het bijzijn van publiek en in het bijzonder van de pers kon geschieden, als de rest van het proces. Geconstateerd kon echter worden, dat het onderzoek had bijdragen tot het ophelderen van punten van tegenspraak, in de verschillende ge tuigenverklaringen, evenals tot toelichting van deze verklaringen. In het bijzonder hebben enkele getuigen in afwijking van hun hier gedane verklaringen ter plaatse niet kunnen bevestigen, dat zij meer dan een man achter de matglazen vensters van de benedenverdieping hadden zien loopen. Een dergelijke mogelijkheid was reeds eerder geopperd, doch. het bezoek van gis teren had slechts ten doel de plaatselijke omstandigheden en den lichtval te laten beoordeelen door degenen, die hiertoe in staat moesten zijn. Het getuigenverhoor wordt dan voort gezet en op verzoek van den deskundige doet politieluitenant Lateit nog eenige mededeelingen over de rookontwikkeling tijdens den brand. Wachtmeester Losigkeit, wiens vroegere verklaringen in hoofdzaak een bevestiging van de verklaringen van luitenant Lateit zijn geweest, geeft dan nogmaals een kort verslag van de gebeurtenissen van het oogenblik, toen de eerste melding op het posthuis Brandenburger Tor kwam. Dr. Werner: „Hebt U ook S.A.-of S.S.- mannen in het gebouw of in de omgeving gezien?" Getuige Losigkeit: „Neen, ik was gerui- men tijd in het gebouw en heb geen S.A.- of S.S.-mannen gezien. Pas na elf uur 's avonds werden S.A.-troepen gebruikt om bij de afzetting van de omgeving te helpen". Als volgende getuige wordt de politie- wachtmeester Poeschel gehoord, die vrij wel dezelfde waarnemingen heeft gedaan als de vorige getuigen. Van der Lubbe zit in zijn bank apati- scher nog dan tot nog toe het geval was en het hoofd houdt hij dieper gebogen dan ooit. Uit het verdere verhoor van den gètuige wachtmeester Poeschel blijkt, dat deze te zamen met den inspecteur van het Rijks daggebouw door den rechtschen ingang de zaal is binnengegaan. Poeschel beschrijft dan het oogenblik, waarop hy Van der Lubbe voor het eerst zag en arresteerde. Getuige had geenszins den indruk dat Van der Lubbe probeerde te vluchten. Welis waar was hij even teruggedeinsd, doch overigens volkomen rustig gebleven. Hij had ook geheel rechtop geloopen. Op bevel van luitenant Lateit had get. reeds eerder zijn revolver getrokken en nu riep hij Van der Luube toe, terwijl hij het wapen op hem richtte: „Handen omhoog", aan Dit nummer bestaat uit DRIE bladen. BUITENLAND. De brandstichting in den Rijksdag ge reconstrueerd (le blad). Vóór-besprekingen voor de Ontwapenings conferentie te Genève (3de blad). Toenemende spanning in het Verre Oos ten (3de blad). BINNENLAND. De bedreiging van onzen langen Om- roepgolf (2de blad). Een bijeenkomst van den Middenstands- raad. (1ste blad). De oplossing van de prijsvraag van het Nationaal Crisiscomité. (1ste blad). Van het Juvenaat „Huize Roobeek" te Arcen is gisteren een zijvleugel afge brand. (Gem. Ber., 3de blad). De prijsvraag van het N.C.C. Het Nationaal Crisis Comité deelt mede: „Door de overstelpende hoeveelheid briefkaarten, die het N. C. C. ontving naar aanleiding van de prijsvraag,, is het niet mogelijk de loting der prijzen reeds heden te doen plaats hebben en daarom zal de datum der trekking nog nader worden vastgesteld. Teneinde aan den wensch van velen om de goede oplossing te vernemen zoo spoe dig mogelijk te voldoen, berichten wij, dat de oplossing als volgt luidt 3 H; 7 E; 6 J; 5 I; 10 A; 8 B; 9 F; 1 C; 2 G; 4 D. Reeds thans maken wij bekend, dat het ons niet mogelijk zal zijn over de prijs vraag en dus ook niet over de toekenning der prijzen correspondentie te voeren." Weekabonné's, die geabonneerd zijn op het Zondagsblad, worden er aan herin nerd, dat dit vanat heden ad 50 cent betaald moet worden. DE ADMINISTRATIE. welk bevel Van der Lubbe onmiddellijk gevolg gaf. Getuige trad op hem toe en fouileerde hem terstond. In een der broek zakken vond hij een zakmes en in de ach terzak een zakdoek, een pakje en een por- temonnaie. Hij had niets aan dan een broek en schoenen, ook geen hemd meer, zijn bovenlijf was geheel naakt, hevig bezweet, cn zijn haar hing verward in zijn gezicht. Zooals reeds gezegd was hij even geschrok ken, maar bleef kalm. Volgens getuige bleef zijn gezicht onverschillig. Later had getuige beklaagde naar het posthuis Bran denburger Tor overgebracht. Beklaagde Torgler staat op en verzoekt eenige vragen te mogen stellen: „U hebt meegedeeld, dat U de eerste was die Van der Lubbe hebt gezien en gearresteerd hebt en hem ook hebt gefouilleerd. Hebt U be halve het pakje nog papieren bij hem ge vonden, die men voor een lidmaatschaps- karat of iets dergelijks kon houden?" Getuige Poeschel: „Neen, ik heb slechts het pakje bij hem gevonden". Torgler: „Ook geen kranten, geen strooi biljetten?" Getuige Poeschel: „Neen". Dr. Parisius: „Hebt U de zakken nauw keurig doorzocht? Kunt U met alle zeker heid zeggen, dat hij geen strooibiljet bij zich had? Op het posthuis is een strooi biljet bij hem gevonden". Getuige Poeschel: „Ik ben niet met mijn handen ondei de zakken geweest, maar ik heb de zakken afgetast en den indruk ge kregen, dat er niits in was". Hierna wordt de middagpauze gehouden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1933 | | pagina 1