WOENSDAG 11 OCTOBER 1933
DE LEIDSCHE COURANT
EERSTE BLAD PAG. 2
BAROMETER.
naar waarnemingen verricht in den
morgen van 11 Oct. 1933, medegedeeld
door het Kon. N^d. I.IeteoroL Instituut
te De Bildt.
Hoogste barometerst.: 763.0 te Weenen.
Laagste barometerst.: 731.2 te Andanes
en lngö
Verwachting tot den avond van 11 Oct.:
Krachtige tot storm-
^achtige, later afne
mende Zuid-Westelij
ke wind, aanvankelijk
zwaarbewolkt met re
genbuien en kans op
onweer, later opkla
rend en kouder.
De depressie bij Schotland heeft zich in
diepte afnemend, naar de Noorsche kust
verplaatst. Maar uit het Zuid-Westen kwam
een nieuw daalgebied, dat in onze omge
ving storm en regen brengt. De tempera-
tuurtegenstellingen zijn vrij scherp. Od de
Britsche Eilanden is de temperatuur sterk
gedaald, in het Noorden tot onder normaal
in onze omgeving tot Oost-Engeland waait
nog de zeer krachtige Zuidenwind, met tem
peraturen tot 10 graden boven normaal,
gestegen, alleen op IJsland komt nog een
enkele temperatuur onder het vriespunt
voor. Er valt veel regen op de Britsche
Eilanden en in Scandinavië, en bij het door
dringen van de koude luchtmassa's is ook
verder op het vasteland regen met kans op
onweer te wachten. Na het ruimen van den
wind zullen de stormen in kracht afnemen
en is tijdelijke opklaring te wachten.
LUCHTTEMPERATUUR
Temperatuur des middags te half drie
15.— gr. C.
LICHT OP VOOR FIETSERS c.a.:
Van Woensdagnamiddag 5.46 uur tot
Donderdagmorgen 5.48 uur.
HOOG WATER.
Te Katwijk: op Donderdag 12 October
voorm. 8.08 uur en nam. 8.41 uur.
acht het mijn plicht, de rechters daarop te
wijzen, en geloof, dat de procureur-gene
raal uit eigen beweging hier zal ingrijpen."
De volgende getuige Kuhl zegt op een
wandeling op den avond der brandstich
ting een lichtschijnsel te hebben gezien in
twee vensters van het rijksdaggebouw. Hij
snelde naderbij, zag een gordijn branden
en liep in den looppas naar het gebouw der
ingenieursvereeniging waar hij riep: „het
rijksdaggebouw staat in brand, waarschuw
de brandweer.
Een openstaande voordeur zag deze ge
tuige niet. De echtgenoote van getuige
doet een eensluidend verhaal en had den
indruk dat slechts één man met een fakkel
door het sousterrein liep. Ook een vriend
van getuige, die Kuhl op de wandeling ver
gezelde, legt getuigenis af in denzelfden
geest.
De zitting wordt dan tot heden, Woens
dag verdaagd. Op Donderdag zal geen zit
ting plaats hebben.
DE ZITTING VAN HEDEN.
Dimitrof weer uit de zaal verwijderd.
De zitting van hedenmorgen had reeds
dadelijk een sensationeel begin, want on
middellijk na de opening wenschte de Bul-
gaarsche beklaagde Dilmitroff weer ver
schillende vragen te stellen, welker beant
woording naar zijn meening voor zijn ver
dediging van belang kan zijn, terwijl hij er
verder mee wenscht aan te toonen, dat.
zooals hij reeds herhaaldelijk beweerd heeft
aan het voor-onderzoek zeer veel heeft ont
broken.
De president, dr. Buenger, toonde zich
hedenmorgen korter aangebonden dan ooit
en na slechts enkele botsingen met Dimi
trof trok op zijn voorstel de Senaat zich
in Raadkamer terug om te besluiten tot
uitsluiting van den Bulgarrschen beklaag
de van het bijwonen der zitting.
Dimitroff wordt door de wachtmeesters
uit de zaal geleid en naar de gevangenis
terug getransporteerd.
Het brandde aan alle kanten.
Daarna wordt als eerste getuige gehoord
de politie-luitenant Emil Lateit. Get. had
op den avond van den 27sten Februari
dienst in het posthuis Brandenburgertor.
Tegen kwart over negen kwam een jonge
man, wiens identiteit niet is vastgesteld,
het posthuis binnen om te melden dat er
brand in den Rijksdag was uitgebroken.
Get. liet onmiddellijk de wacht aantreden
en reed zoo snel mogelijk met twee wacht
meesters naar het Rijksdaggebouw. De rat
duurde bij een afstpnd van nauwelijks 400
M. en met het tempo waarin gereden werd,
volgens get. nauwelijks twee minuten. Bo
ven de balustrade zagen de drie politie
beambten een hellen vuurgloed in het res
taurant. Opperwachtmeester Buwert bracht
get. rapport uit, en get. gaf Buwert onmid
dellijk opdracht, alarm te maken. Den
wachtmeester Graening dicteerde hij de
volgende melding: „21.17 uur. Brand in
den Rijksdag. Versterking noodzakelijk".
Met deze melding is Graening hard naar
het posthuis Brandenburgertor geloopen.
Get. hield wachtmeester Losigkeit bij zich
en in snel tempo begaven zij zich naar
portaal II, dat gesloten was en toen naar
portaal III en IV, die eveneens gesloten
waren. Portaal V was geopend en hier werd
een portier aangetroffen, die reeds van den
brand op de hoogte was. De toegang tot
het interieur van het gebouw werd hem
verschaft door den Rijksdag-inspecteur. Be
neden in het gebouw bespeurde men een
zwakke brandlucht.
„In de wandelgang" aldus get. La
teit „bemerkte ik een lichtschijn, die op
het beeld van keizer Wilhelm lag. In de
ruimte tusschen het beeld en den ingang
van de zittingzaal lag een brandend kus
sen op de grond. Ook de looper brandde
op verschillende plaatsen, evenals een gor
dijn rechts. Het gordijn aan den anderen
kant stond voor ongeveer driekwart ge
deelte in brand. Een breede vuurstreep liep
dwars over den grond. Bij den ingang van
de zaal zag ik op den achtergrond bij het
presidium de vlammen oplaaien over een
breedte van 3 M. en tot een nog grootere
hoogte".
President: „Brandde het niet bij de mi
nistertafels?"
Get.: „Neen, ook niet op de stoelen der
afgevaardigden".
Getuige Lateit vertelt verder, dat, toen
hij in de zittingszaal kwam, het licht in de
gangen uit was. Hij verliet de zaal snel en
liep terug naar portaal V, waar hij een
brandweerman trof, dien hij door een
wachtmeester naar de brandhaard in de
zaal liet brengen. Anderen brandweerman
nen, die hij zag, riep hij toe: „Brandstich
ting. Het brandt aan alle kanten.-Groot
alarm. Al het materiaal".
Van belang zijn de mededeelingen van
getuige omtrent liet tijdstip waarop de ver
schillende dingen gebeurden. Te 21.17 uur
kwam hij voor het eerst het Rijksdagge
bouw binnen. Te 21.25 uur was hij, nadat
hij de wacht had bijeengeroepen, reeds
weer terug op het posthuis Brandenburger
Tor en telefoneerde hij de inspectie: „Ver
schillende brandhaarden in het Rijksdagge
bouw gevonden. Versterking dringend
noodzakelijk".
Met een stoottroep van zeven politie
mannen drong getuige vervolgens portaal
II binnen. Er hing hier een dichte rook.
Hij beschrijft den weg, die de brandstich
ter genomen moet hebben, in omgekeerde
volgorde bijna precies zooals Van der Lub-
be. Een onderzoek werd ingesteld in de
keuken, waar in het loket naar het res
taurant een stukgeslagen bord werd gevon
den. Getuige was o.a. in de Beieren- en
Pruisenzaal geweest en had ook nog an
dere zalen onderzocht. Bij een der deuren
naar de wandelgang vond hij een sportpet
en een zelf binder.
President: „Men heeft geconstateerd, dat
deze voorwerpen aan Van der Lubbe be-
hooren".
Get. Lateit had toen den politie-overste
Niehoff rapport uitgebracht en in de wan
delgang vernomen dat Van der Lubbe als
dader gepakt was geworden. Hij had op
dracht gekregen naar het posthuis Bran
denburger Tor terug te gaan en daar zat
Van der Lubbe, in een deken gehuld. Hij
was met ontbloot bovenlijf en slechts een
broek aan gepakt geworden. Get. had v. d.
Lubbe gevraagd: „Heb jij den Rijksdag in
brand gestoken?" en v. d. Lubbe antwoord
de bevestigend.
President: „Hebt u ook gevraagd waar
om hij dat gedaan had?"
Getuige: „Ja, v. d. Lubbe antwoordde
niet, maar lachte slechts. Hij maakte in den
beginne een zeer verwarden indruk op mij,
zoodat ik een oogenblik geloofde met een
krankzinnige te doen te hebben. Ik merkte
echter al heel gauw, dat hij aandachtig
luisterde en ook zeer rustige antwoorden
gaf.
STADSNIEUWS
EEN BIJZONDERE PROMOTIE.
Hedenmiddag promoveerde aan de Leid-
sche Universiteit tot Doctor in de genees
kunde Herman Hendrik Maas, directeur
van het Academisch Ziekenhuis te Lei
den, op een proefschrift getiteld „Onvol
waardig voedsel en krop".
Reeds het enkele feit, dat deze keer
niet een student zijn studiën beëindigt,
doch dat hier de doctorstitel zal worden
verleend aan iemand, die reeds geduren
de een reeks van jaren in het volle leven
staat, verdient de aandacht.
De heer Maas werd geboren te Giessen-
dam op 1 October 1881, bezocht te Rotter-
dam het gymnasium en vetrok, na met
succes de Militaire School te Kampen te
hebben afgeloopen, in 1907 als officier
naar Indië.
Zijn verblijf aldaar is slechts van korten
duur geweest, want na drie jaar repa
trieerde hij en werd hem te 's-Graven-
hage een plaats aan het Departement van
Koloniën aangeboden.
Zijn verdienstelijk werk aan het Depar
tement verricht, bleef niet onopgemerkt,
met het gevolg, dat hij in Maart 1912 bij
de Rijksklinieken te Utrecht werd be
noemd, om de afwerking, dfe installatie en
de inrichting der Psychiatrische Kliniek
op zich te nemen, en na korten tijd te
worden benoemd tot Adjunct-Directeur
dezer inrichting.
Gedurende den geheelen mobilisatietijd
bleef hij zijn werkzaamheden als Adjunct-
Directeur waarnemen, niettegenstaande hij
VAN ONZE ADVERTEERDERS.
MEJ. G. ROORDA, VOETSPECIALISTE.
In perceel Apothekersdijk 29a heeft mej.
G. Roorda een inrichting geopend voor
voetverzorging. De hygiëne en techniek
gaan hand in hand en ook op het gebied
der voetverzorging is de Sleutelstad thans
een uitstekend geoutilleerde inrichting rijk.
Mej. Roorda is gediplomeerd lid van het
Instituut Belinfante, voor wetenschappe
lijke voetverzorging. Is haar opleiding dus
borg voor haar technisch kunnen, haar in
richting geeft niet minder zekerheid, dat
de hygiënische voorschriften in alle op
zichten vervuld zijn. Mej. Roorde past toe
hand- en electrische massage, alleen voor
de voeten. Zij stelt zich daarbij op het
standpunt, dat de voetverzorging niet is 'n
kwestie van oppervlakkig onderzoek of het
aanschaffen van 'n model steunzool of het
verwijderen van allerlei ongemakken,
neen, de voetverzorging vereischt studie en
systematisch onderzoek. Uit hetgeen we
van mej. Roorda mochten hooren, bleek
ons, dat zij voor velen van onzen tijd, niet
in het minst voor degenen die aan wandel
sport en afstandsmarschen doen, meer
echter nog voor degenen, die niet aan deze
sportoefening kunnen deelnemen vanwege
een of ander gebrek aan de voeten, een
welkomen vraagbaak zal zijn.
onafgebroken als reserve-officier onder de
wapenen was. Teneinde dit mogelijk te
maken, werd hij bij onderdeelen geplaatst,
die in de onmiddellijke nabijheid van
Utrecht gelegerd waren.
Kort na beëindiging van de mobilisatie,
heeft de heer Maas gevolg kunnen geven
aan een reeds lang gekoesterd verlangen
om in de geneeskunde te gaan studeeren
en het was in het bijzonder de toenmalige
hoogleeraar-directeur van de Psychiatri
sche Kliniek, Winkel, te Utrecht, die heeft
bevorderd, dat deze plannen tot daden
konden worden omgezet, als gevolg waar
van thans de Doctorsbul aan hem zal wor
den uitgereikt.
Het behoeft dan ook geen verwondering
te wekken, dat de heer Maas zijn proef
schrift uit groote dankbaarheid heeft op
gedragen aan zijn oud-leermeester, profes
sor Winkler.
In 1925 volgde zijn benoeming tot direc
teur van het Academisch Ziekenhuis te
Leiden, welke benoeming op zichzelve een
groote onderscheiding was, wanneer men
bedenkt, hoe toen ter tijd de zaken van
dat Ziekenhuis er voor stonden en het
nieuwe gebouwencomplex op afwerking
en inrichting wachtte.
Het is onnoodig de herinnering daaraan
op te halen, doch dat de heer Maas er in
geslaagd is dit Ziekenhuis te brengen op
het hooge pijl, waarop het thans staat,
heeft van Regeeringszijde zijn erkenning
gevonden in zijn benoeming tot Officier
in de Orde van Oranje Nassau op 31
Augustus 1928.
Behalve de zoo veel omvattende taak
van directeur van het Academisch Zieken
huis vond de heer Maas nog gelegenheid
meerdere bestuursfuncties waar te ne
men, waarvan wij slechts noemen die van
den Bond van Ziekenhuisverpleging, van
het Nederlandsche Roode Kruis, beide af-
deeling Leiden, van de Annakliniek te Lei
den en van de Nederlandsche Vereeniging
van Ziekenhuis, terwijl hij bovendien door
de Geneeskundige Faculteit van de Gent-
sche Hoogeschool werd aangezocht om als
adviseerend lid deel uit te maken van de
Commissie, die zich tot taak stelt een
nieuw groot Academisch Ziekenhuis in
Gent op te richten, aan welke uitnoodi-
ging bereids door hem werd gevolg gege
ven.
Het wekt dan ook algemeen groote be
wondering voor het doorzettingsvermogen
en de energie van den heer Maas, dat hij
tusschen al deze werkzaamheden door,
nog lust en tyd heeft kunnen vinden om
een proefschrift te schrijven, een proef
schrift over de waarde waarvan wij tot
oordeelen niet bevoegd zijn, doch waarvan
ons wel ter oore is gekomen, dat dit de bij
zondere aandacht van de medische wereld
heeft getrokken.
R. K. Kiesvereeniging.
Zooals geannonceerd, houdt morgen
avond de R. K. Kiesv. een vergadering in
den Burcht, te 8.15 uur. Na eenige andere
korte agenda-punten zal er bespreking ge
houden worden naar aanleiding van den
jongsten Kaderdag der R. K. Staatspartij
te Amersfoort, waarop verschillende poli
tieke vraagstukken van den dag behandeld
zijn.
Het overzioht der vervoersopbrengsten
van de Noord-Zuid-Hollandsche Tramweg
Maatschappij gedurende September 1933/32
(ongecontroleerd) geeft de volgende cijfers:
ScheveningenLeidenKatwijk/Noordwijk
(incl. Stadslijn Leiden in 1933: 105.539;
Leiden (Stat.)Haarlem (Stat.) 28.924;
AmsterdamZandvoort 100.688; Stadslij-
nen Haarlem 44.467; Tram-Buslijnen en
veren in Waterland 29.313, Totaal
ƒ308.930; in 1932 268.230.
ScheveningenLeidenKatwijk/Noord
wijk (incl. Stadslijn Leiden) in 1933 per
dagkm. 86.22, Leiden (Stat.)Haarlem
(Stat.) in 1933 per dagkm. 32.14, Amster
damZandvoort in 1933 per dagkm
119.87, Stadslijnen Haarlem in 1933 per
dagkm. 80.56, Tram-Buslijnen en veren in
Waterland per dagkm. in 1933 19.54; in
1932 totaal ƒ72.51.
In 1932: Excl. opbrengst tram- en
veerlijnen Waterland, doch incl. buslijn
J PuimerendGraft.
KATH. JONGENS-CENTRALE.
Leidervorming.
Een van de voornaamste vraagstukken
in het Jeugdwerk, aan wier oplossing de
Diocesane K. J. C. wil trachten te werken,
is het probleem van de leiders. Wil het
jongens-jeugdwerk in het algemeen ge
bracht worden op een hooger plan, dan
heeft het vooral noodig meer en bijzonder
beter gevormde leiders voor al de ver
schillende takken.
Vandaar dat in den loop van de komen
de weken in opdracht van de Dioc. K. J.
C. in alle districten van het Bisdom zal
worden aangevangen met inrichting van
de Algemeene Cursussen voor Jeugdlei
ders.
Volgens de nieuwe bepalingen moeten
in de toekomst een Algemeene Cursus
hebben gevolgd alle leiders van de kern
groepen van de Juvenaatsafdeelingen, de
leiders van de Verkenners, de leiders van
het St. Franciscus Liefdewerk en de Ju
niorleiders van de Sport. Voor alle overige
leiders in het Jeugdwerk blijft het zeer ge-
wenscht.
Deze cursussen zullen omvatten vier
avonden en geven een algemeene grond
slag van meer geschikt maken voor het
jeugdwerk in den moeilijken leeftijd van
1317 jaar. Cursussen in de bijzondere
techniek van een bepaalde tak van jeugd
werk b.v. voor Verkenners-leider of
leider in de Jonge Wacht volgen later.
Zeer binnenkort zal worden bekend ge
maakt, waar en wanneer de Algemeene
Cursussen in het District Leiden zullen
worden gehouden en hoe er gelegenheid
tot aanmelding bestaat.
NED. VEREENIGING VOOR
KOELTECHNIEK.
Huldiging van prof. dr. M. de Haas en
ir. J. F. M. Koopman.
Prof. dr. M. de Maas, voorzitter, en ir.
J. F. M. Koopman, secretaris-penningmees
ter van de Ned. Vereeniging voor Koel
techniek, zijn gisternamiddag in „Twee
Steden Palace" in Den Haag, gehuldigd
wegens hun verdiensten voor die vereeni
ging van welker bestuur zij beiden ge
durende de volle 25 jaar van haar bestaan
deel hebben uitgemaakt. Er had zich daar
toe een comité gevormd onder presidium
van den heer E. G. Vattier Kraane te Am
sterdam. Zeer vele belangstellenden uit al
lerlei kringen waren aanwezig.
Te midden van bloemstukken hadden
beide jubilarissen met hun echtgenooten
plaats genomen toen de heer Vattier
Kraane in hartelijke woorden zich tot de
jubilarissen richtte.
Hulde bracht spr. aan de nagedachtenis
van de heeren prof. Kamerlingh Onnes en
Lohuis.
Spr. constateerde, dat prof. De Haas een
waardig opvolger van prof. Kamerlingh
Onnes als voorzitter is gebleken en schet
ste diens eenvoud als man der weten
schap. Van het begin af heeft prof. De
Haas de vereeniging, eerst als bestuurslid,
later als voorzitter, mede geleid en tot
bloei gebracht Als blijk van groote erken
telijkheid bood spr. hem daarvoor, na
mens het comité, een fraai radiotoestel
aan, en aan mevr. De Haas een zilveren
theeblad met inscriptie.
Zich daarna in het bijzonder tot ir. Koop
man richtend, schetste spr. dezen als de
motor, de stuwende kraent, der vereeni
ging. Spr. bracht in herinnering, dat de
Koningin de verdiensten van ir. Koopman
onlangs heeft beloond door hem te benoe
men tot officier in de Oranje-Nassau orde
en uitte den wensch, dat ir. Koopman nog
vele jaren voor de Vereeniging voor Koel
techniek mocht blijven arbeiden.
Ook ir. Koopman werd verrast met een
radio-apparaat en mevr. K. met een zil-
ren theeblad met inscriptie.
Beide aanbiedingen gingen vergezeld
van albums, met de namen der deelne
mers.
Prof. De Haas en ir. Koopman dankten
in hartelijke bewoordingen.
Nog hielden de heeren Van Slooten, na
mens de Ver. van Directeuren van Gem.
Slachtuizen, prof. Van Oe, namens de Ver
eeniging voor koeltechniek, en H. A. M.
Grasso, namens fabrikanten, toespraken
tot de jubilarissen.
's Avonds is in de „Twee Steden-Pa
lace" een diner gegeven, georganiseerd
door een comité ter huldiging van prof.
dr. M. de Haas en ir. J. F. H. Koopman.
Onder de gasten waren verscheidene bui-
tenlandsche vertegenwoordigers, alsmede
mr. de Mol v. Otterloo, namens den minis
ter van Econ. Zaken en ir. Wouter Cool,
alg. secretaris van het Kon. Instituut van
Ingenieurs.
VERGADERING CONSUMPTIE
MELKERS.
Gisteravond werd in de Burchtzaal een
vergadering gehouden van den Bond van
Melkveehouders, den Chr. Boeren- en
Tuindersbond, den L.T.B. en de Melkvei-
ling „Leiden".
De vergadering, die maar heel matig be
zocht was, stond, wegens ziekte van den
heer Noordman, onder leiding van den
heer C. v. Vliet, die na 'n welkomstwoord
tot de aanwezigen, een blik wierp op den
afgeloopen tijd, die voor de veehouders
allerlei moeilijkheden heeft gebracht. Wel
heeft de regeering iets gedaan om aan de
financieele nooden der veehouders tege
moet te komen, doch de contractsprijs heeft
niet in alle opzichten bevrediging geschon
ken. Er ontstond concurrentie, die sommi
gen zeer veel schade deed, men dacht niet
allen gelijk over kwaliteit en houdbaarheid
der melk, enz.
De heer Uittenboogaard, sprekend na
mens den Bond van Melkveehouders, uitte
er zijn spijt over, dat zoo weinig boeren
aanwezig waren. Spr. had gedacht, dat er
uit deze vergadering een krachtige drang
zou zijn voortgekomen ter meerdere be
hartiging der boerenbelangen door de re
geering. Spr. wijst er op, dat de besturen
AGENDA
LEIDEN.
Woensdag. Openbare proefles in Esperanto
Stadsgehoorzaal 8.15.
Donderdag. Opvoering van „Eindexamen"
door de Amsterdamsche Tooneel-
vereeniging. Ie Abonnementsvoor-
stelling. Schouwburg 8.15 uur.
Donderdag. R. K. Kiesv. „Den Burcht",
8.15 uur.
Maandag. .Opvoering .van. „Leontientje"
door het R'damsche Hofstadtoo-
neel, Schouwburg, 8.15 uur.
Zaterdag. Ledenvergadering R. K. Bijz.
Onderwijzers, afd. Leiden en Om
streken, „Den Burcht", 6.30 uur.
der standsorganisaties week in week uit,
soms tweemaal per week, vergaderen om
op de bres te staan voor de belangen der
leden. Spr. had zeker meer belangstelling
van de 325 consumptie-melkers uit den
kring Leiden verwacht.
Dezen avond zou het regeerings-contract
besproken worden en spr. hoopte, dat de
aanwezigen klaar en duidelijk hun mee
ning over het contract zouden kenbaar
maken.
De heer Goedhart (Chr. Boeren- en Tuin
dersbond) besprak eveneens den onvol
doenden 6 cent-prijs voor de melk.
De voorzitter vervolgde dan met er op te
wijzen, dat de boeren, die met vrouw en
kinderen het land bewerken niet meer van
hun land kunnen leven. En zulks ondanks
beweringen in de Tweede Kamer en an
dere colleges, dat de boeren recht hebben
op een menschwaardig bestaan. De prac-
tijk verschilt daarvan wel heel veel. Eerst
wanneer de boeren het werk eens zouden
neerleggen, zooals dat in andere vakken
meermalen gebeurt, dan zou men wel an
ders over den boerenstand gaan denken.
Spr. wilde dit denkbeeld allerminst aan
prijzen, doch hij wees er op, dat alleen
sterke drang op de regeering verbetering
kan brengen. Spr. hoopte daarom, dat de
leemten en verkeerde bepalingen in het
oude contract danig onder de oogen zou
den worden gezien.
De heer Goedhart weet de slechte op
komst aan het feit, dat de boeren beseffen,
dat al hun vergaderen niets geeft. Op het
vaststellen van den regeeringsprijs hebben
ook de organisaties zelf heel weinig in
vloed. In een algemeene protestvergade
ring moesten, volgens spr., de wenschen
van den boerenstand nog eens duidelijk
uiteengezet worden.
De voorzitter bestreed dezen spreker,
want men moet actief blijven. Doen de or
ganisaties niets, dan zal men heelemaal
niets bereiken.
De heer Goedhart kantte zich nogmaals
tegen het feit, dat het hooren der organi
saties bij de besprekingen zoo weinig in
vloed heeft. Alles is vrijwel reeds in kan
nen en kruiken en de organisaties laat
men praten.
De voorzitter wees er spr. op, dat het
regeeringscontract den veehouders wel
iets gebracht heeft, doch men heeft er geen
algeheele bevrediging mee gekregen. Bo
vendien gaat het nu niet aan een protest-
vergadering te houden tegen iets wat er
nog niet is. Dan moet men toch eeist het
contract 1934 kennen.
Hierna werden de bepalingen van het
oude contract één voor één.voorgelezen en
waar noodig besproken.
Ten aanzien van de 20% van te taxe, in
art. 3 genoemd, waarvoor de verschillende
steden vrij waren, stelde de besturen thans
voor te trachten een regeling te krijgen,
waarbij de taxe varieert van 10% boven en
10% beneden de taxe.
De heer Goedhart (bestuur) we-?s er in
verband met de uitdeeling van contracten
aan de veehouders op, dat er bij de regce-
ringscommissie toch terdege moet aange
drongen worden, dat de bona fide-con-
sumptiemelkers in de eerste plaats aan een
contract geholpen moeten worden en dat
deze niet gegeven moeten worden aan de
kaasboeren, die, naar gelang de prijzen van
de kaas zijn, 'n enkele maal consumptie-
melk leveren.
Bij art. 5 over de reinheid en houdbaar
heid der melk, over het aanwezig zijn van
streptoccen, over het vetgehalte en niet
vervalschte melk, over de korting van den
prijs en de boete bij niet nakoming der be
palingen van dit artikel, diende de heer
dr. Kramer, directeur van het controle-
station te Den Haag, van voorlichting.
De heer v. Leeuwen achtte dit artikel van
veel waarde voor de bevordering der hy
giëne.
Door enkele aanwezigen werden verschil
lende bezwaren over dit onderdeel van het
contract naar voren gebracht. De voor
naamste waren wel over de reinheid en de
houdbaarheid der melk. Er werd vooral op
gewezen, dat de veehouders meermalen
vuile en oude bussen ontvangen voor de
melk, zoodat de schuld voor de onreinheid
en onhoudbaarheid der melk bij de koopers
ligt en niet bij den verkooper. En toch
krijgt de verkooper de schuld, toch wordt
hij in e enlagere klasse geplaatst en krijgt
hij minder voor de melk.
Dr. Kramer, hierna het woord verkrij
gend, zeide dat de boeren door het con
tract een hoogere prijs hebben gekregen.
Over de vraag, of die prijs hoog genoeg is,
wilde spr. het niet hebben. Daarna besprak
hij de reinheid, de houdbaarheid, het vet
gehalte en de uierziekte.
Hetgeen dr. Kramer hierover vertelde,
dijdde uit tot een voordracht, die geruimen
tijd in beslag nam en welke met aandacht
door de aanwezigen werd gevolgd en naar
aanleiding waarvan verscheidene vragen
werden gesteld.
De voorz. bracht dr. Kramer hartelijk
dank voor zijn uiteenzetting en zeide, dat
de thuisblijvers ongetwijfeld veel gemist
hebben.
Vanwege het vergevorderd uur stelde de
heer J. Uittenbogaard voor van de verdere
behandeling van het contract af te zien en