BUITENLAND
MAANDAG 9 OCTOBER 1933
DE LE1DSCHE COURANT
VIERDE BLAD PAG. 13
ONTWAPENING
DE GRONDSLAGEN DER
ONTWAPENING.
„Wat wil Duitschland?"
Op de sluitingszitting van het Congres
der radicale partij te Vichy heeft de Fran-
sche premier Daladier gisteren de belang
rijke mededeeling gedaan, dat Frankryk,
Engeland, Amerika, Italië, Rusland en tal
van andeer landen het eens zijn over de
volgende grondslagen van een ontwape
ningsplan:
Periode van vier jaar voor de organisa
tie der controle en de unificatie der leger-
types.
Verbod van semi-militaire organisaties.
Verbod van nieuwe aanmaak van zwaar
oorlogsmaterieel.
De spanning, waarmede Daladier s rede
werd aangehoord, bereikte haar hoogte
punt, toen Daladier de pertinente vraag
deed: „Wat wil Duitschland?"
In het verleden zijn alle pogingen om tot
een duurzame samenwerking te komen,
mislukt. Niemand betwist Duitschland het
recht een zelfstandige natie te zijn.
Niemand denkt er aan Duitschland te ver
nederen. De Duitsche regeering betuigt in
het openbaar haar vredeswil en langs diplo-
matieken weg geeft zij uiting aan haar
wensch mede te werken aan een toenade
ring tusschen beide volken.
Maar waarom zoo vroeg spreker
worden dan voortdurend aan gene zijde
van den Rijn demonstraties gehouden van
militair-gedrilde massa's? Waarom wordt
de jeugd opgevoed voor den oorlog? Waar
om stelt Duitschland den eisch thans kost
baar oorlogsmaterieel te mogen vervaar
digen, dat zal moeten worden vernietigd
kort nadat het in gebruik is genomen, in
dien namelijk de ontwiapeningsconcentie
wordt geteekend?
Dat zijn vragen, ,die zich aan Frankrijk
opdringen. Niemand kan het onder deze
omstandigheden Frankrijk euvel duiden,
dat het vastbesloten is zijn defensie te or-
ganiseeren, nu het zoo herhaaldelijk bewij
zen heeft gegeven van zijn eerlijke en op
rechte liefde voor den vrede.
Daladier besloot zijn rede met een be
roep op alle republikeinsche en democrati
sch elementen van het land, om zich een
drachtig achter de regeering te.plaatsen.
Wat Duitschland wil.
Over den inhoud van de besprekingen
tusschen den Engelschen minister Simon
en den Duitschen zaakgelastigde Bismarck
zegt de „Evening-Standard" te hebben ver
nomen, dat Duitschland bereid is, de ont
wapeningsresolutie van MacDonald als ba
sis voor de verdere onderhandelingen te
beschouwen. Bismarck heeft de Duitsche
opvatting in de ontwapeningskwestie als
volgt geformuleerd:
1. Duitschland verlangt geen der wape
nen, die op grond van het Engelsche voor
stel verboden zouden worden.
2. Op grond van de gelijkgerechtigheids-
verklaring van December '1932 verlangt
Duitschland het recht tot fabricage van de
wapenen en tot aanleg van versterkingen,
die het op het oogenblik verboden zijn en
in een hoeveelheid en de sterkte, die in
overeenstemming zijn met de Duitsche ver
dedigingsbehoeften.
3. Duitschland verlangt verder het recht
tot vergrooting der wapenvoorraden, van
de wapenen, die het bij het Verdrag van
Versailles in beperkte hoeveelheid zijn toe
gestaan, in overeenstemming met de reor
ganisatie der Rijksweer tot een militie van
200.000 man.
Met betrekking tot de onjuiste geruch
ten, welke in de Vereenigde Staten wor
den verspreid over Duitschlands eischen in
zake bewapening, wordt officieel verklaard,
dat het volkomen onjuist is, dat Duitsch
land na verloop van 5 jaren pariteit eischt
met Frankrijk.
Duitschland wenscht na afloop van dien
termijn een verdere ontwapening der an
dere naties.
VOLKENBOND
DE JOODSCHE KWESTIE.
Duitschland wil geen V.B.-commissaris.
Het voorstel der Nederlandsche regee
ring, de zorg voor de Duitsche vluchtelin
gen op te dragen aan den Volkenbond, is
Zaterdag besproken in de tweede commis
sie. Behandeld werd een voorstel, waarin
met verwijzing naar het groote aantal
Joodsche en niet-Joodsche vluchtelingen
uit Duitschland, de nadruk werd gelegd op
de noodzakelijkheid van een oplossing der
daardoor geschapen economische, finan-
cieele en sociale problemen. De Volken
bond zou een hooge commissaris benoemen,
die had te zorgen voor de werkverschaffing
der vluchtelingen.
De geheele houding der Duitsche delega
tie had tot dusverre erop gewezen, dat
Duitschland, ondanks de bezwaren tegen
het Nederlandsche voorstel, de aanneming
daarvan niet zou willen in den weg staan
en dat Duitschland zich van stemming zou
onthouden. Groot was daarom bij de Ne
derlandsche delegatie de teleurstelling, dat
Zaterdagochtend, nog voordat de tweede
commissie weer bijeenkwam, bekend werd,
dat de Duitsche delegatie instructies uit
Berlijn gekregen had, om tegen de resolu
tie te stemmen.
Voor de tweede commissie werd het dus
een moeilijk geval. Zij had Zaterdagoch
tend, ondanks het Duitsche verzet, de reso
lutie kunnen aannemen.
De Zwitsersche minister Motta heeft ech
ter de commissie bewogen, eerst nog een
W.C.C.-prijsvraag
U kunt net zooveel oplos
singen insturen als U wilt,
mits elke briefkaart maar
aan de eischen voldoet!
GIRO
18600
Kneuterdijk 20 - Den Haai^
afwachtende houding aan te nemen. Hij
deed een beroep op de Duitsche delegatie,
om nogmaals te trachten de regeering in
Berlijn tot een wijziging van haar stand
punt te bewegen.
Op zijn voorstel werd toen tot uitstel der
discussies tot Dinsdag besloten.
De mogelijkheid bestaat echter, dat
heden de ondercommissie zal trachten een
compromis te vinden. Hiertegen heeft
Frankrijk zich echter verzet.
DUITSCHLAND
COMMUNIST TER DOOD
VEROORDEELD.
Zaterdag is te Brunswijk vonnis gewezen
tegen 7 communisten, die er van werden
beschuldigd, op 10 Febr. van dit jaar een
overval te hebben gepleegd op S.A.-man-
nen. De arbeider Heinrich Wolf is ter dood
veroordeeld. Vier verdachten werden ver
oordeeld tot gevangenis- en tuchthuisstraf
van 5 en 4 jaar. Twee bekleagden zijn vrij
gesproken.
SPANJE
EEN NIEUW KABINET IN SPANJE.
Heden ontbinding der Cortes?
Nadat zoowel prof. Maranon als prof.
Posada de opdracht tot vorming van een
nieuwe regeering hadden moeten opgeven,
heeft president Zamora deze opdracht ge
geven aan Martinez Barrios. Deze heeft zich
de medewerking verzekerd van alle repu
blikeinsche partijen, uitgezonderd de con
servatieve republikeinsche partij onder lei
ding van Miguel Maura, en een kabinet
gevormd.
Barrios, de nieuwe premier, is een der
leiders der radicalen en was minister van
Binnenlandsche Zaken in het kabinet-Ler-
roux.
Het gerucht gaat, dat het decreet tot ont
binding der Cortes reeds is opgesteld en
waarschijnlijk in het staatsblad van heden
zal worden gepubliceerd. In dat geval zou
den de nieuwe verkiezingen op 19 Novem
ber worden gehouden, en zou het nieuwe
parlement in de eerste helft van December
bijeenkomen.
RUSLAND.
WEER 2 RUSSISCHE BISSCHOPPEN
NAAR EEN CONCENTRATIEKAMP.
Zij moeten dwangarbeid verrichten.
Naar de „Msb." van particuliere zijde uit
Rusland verneemt, zijn twee der meestt
vooraanstaande orthodoxe bisschoppen van
Rusland mgr. Andreas van Ufini en War-
sanofij uit Wladiwostok naar een concen
tratiekamp aan de oevers van het Baikal-
meer overgebracht. In bedoeld concentra
tiekamp bevinden zich 90.000 gevangenen.
Zoodra de bisschoppen, die volgens den
Oosterschen ritus lange haren droegen, in
het concentratiekamp aankjvamen, werden
onmiddellijk hun hoofden kaal geschoren,
terwijl zij hun bisschoppelijk gewaad
moesten afleggen, waarvoor zij een smerig
werkmanspak moesten aantrekken.
Volgens mededeelingen van ooggetuigen
zijn beide bisschoppen thans te werk ge
steld bij den aanleg van nieuwe spoorwe
gen. Zooals wellicht weinigen weten, is bis
schop Andreas een geboren prins Uchtoms-
ki, die reeds acht jaar geleden het denk
beeld propageerde van een hereeniging van
de orthodoxen met de Katholieke Kerk.
Het vorig jaar werd deze bisschop naar
Turkestan gedeporteerd waar hij openlijk
verkondigde dat thans de tijd gekomen
was voor de orthodoxen om terug te kee-
ren tot de oude Moeaerkerk.
De voorzitter doet mededeeling van de
navolgende ingekomen stukken, o.a. van
een schrijven van den Minister van Sociale
Zaken, d.d. 15 September 1933 betreffende
de steunverleening aan werkloozen. De
voorzitter leest deze circulaire in zijn ge
heel voor. Hieruit blijkt, dat een commis
si e van advies gevormd zal worden, be
staande uit werknemers en werkgevers.
Door B. en W. zijn bereids enkele werkge
vers benoemd, terwijl aan de R. K. Land-
arbeidersbond en de Chr. Landarbeiders-
bond verzocht is een vertegenwoordiger
aan te wijzen.
Voorts zal een deugdelijke controle toe
gepast moeten worden. De Minister wil
niet alleen een deugdelijke stempel- en ad
ministratieve controle maar ook een straat
en een huiscontrole. Elke aanvrage om
steun zal moeten worden gecontroleerd,
terwijl van tijd tot tijd onderzocht zal moe
ten worden wat de werklooze arbeiders
uitvoéren.
Het is zeer lastig om voor deze controle
een geschikten persoon aan te wijzen. B. en
W. stellen daarom voor om den gemeente
bode voor dit doel aan te wijzen. Ze stel
len voor hem voor dezen dienst een beloo
ning van /3.— per week toe te kennen
zoolang de steunverleening van kracht
blijft.
De Raad kan zich hiermede vereenigen.
De gemeenterekening.
Aan de orde komt dan de voorloopige
vaststelling van de gemeente-rekening
dienst 1932. De Commissie heeft een rap
port ingediend en de rekening grondig on
derzocht. Uit dir rapport blijkt, dat de
Commissie heeft gemeend niet veel opmer
kingen te moeten maken.
De Commissie is bij de post straatver
lichting van oordeel, dat het leveren der
lampen en de reparaties der lantaarns niet
moet geschieden door den persoon, die be
last is met het toezicht op de verlichting.
De Commissie zou willen, dat de levering
en de reparaties met ingang van 1 Januari
1934 aan een onder zouden worden opge
dragen.
De Commissie besluit met te zeggen, dat
zij na onderzoek van de gemeente-rekening
toch wel overtuigd is geworden, dat de cri
sis heel wat werkzaamheden voor de se
cretaris maar ook voor den ontvanger ge
bracht heeft.
De Commissie geeft den Raad in overwe
ging de Rekening vast te stellen als volgt:
Gewone dienst ontvangsten 83617.80, uit
gaven 85440.81, nadeelig slot 1823.01.
Kapitaal dienst: Ontvangsten 11.637.44,
uitgaven ƒ11607.86, batig slot ƒ29.58.
De Raad kan zich met de opmerkingen
GEMEENTERAAD VAN LEIMUIDEN
van de Commissie geheel vereenigen, en
B. en W. doen de toezegging om wat be
treft de straatverlichting met de wenschen
der Commissie rekening te houden.
De Rekening wordt daarna, conform het
voorstel der Commissie vastgesteld. De bei
de wethouders onthielden zich, ingevolge de
wet, van stemming.
De gemeentebegrooting.
Aan de orde komt dan de behandeling
van de gemeente-begrooting voor het jaar
1934.
De belastingen.
De voorzitter zegt, dat hij het .betreurt,
dat de crisis omstandigheden het noodzake
lijk gemaakt hebben de belastingen tot het
toppunt op te voeren. Bij goede beschou
wing der begrooting zal echter duidelijk
worden, dat voor crisis-posten in totaal
12.000.is uitgetrokken. Wanneer deze
uitgaven niet bestonden dan zouden de 200
opcenten op de hoofdsom der personeele
belasting gemist kunnen worden.
Dat deze begrooting niet zonder ingrij
pende belastingverhooging was sluitend te
maken heeft ook wrijving veroorzaakt in
het College van B. en W. De voorzitter
hoopt, dat deze wrijving niet tot een ver
wijdering zal leiden. Als er samenwerking
noodig is, dan is het juist nu.
De commissie heeft een lang rapport aan
gaande het onderzoek ingediend. In het
algemeen kan de commissie zich niet ver
eenigen met het voorstel van de meerder
heid van B. en W., om voor het onderhoud
der gemeente-eigendommen geen enkel be
drag uit te trekken. Het komt de commissie
niet juist voor om geheel op de post on
voorziene uitgaven te vertrouwen.
De heer Bernard zegt, dat - bij de wet
houders een zeer logische redeneering heeft
voorgezeten. De begrooting 1934 zal zeer
zeker de ongunstigste zijn, daarom willen
de wethouders enkele uitgaven tot 1935 uit
stellen. De dienst 1933 ziet er n.l. veel be
ter uit en zooals de zaken op het oogen
blik staan zal deze niet met een nadeelig
slot sluiten.
De heer van Dam zegt, al wordt op de
posten onderhoud gemeente-eigendom-
men nog zoo weinig uitgetrokken, de posten
altijd zullen tegenvallen. Het is daarom be
ter niets uit te trekken, dan wordt er ook
geen last gegeven om iets te laten doen.
Het is alleen bezuiniging, hetgeen bij de
wethouders heeft voorgezeten.4
De commissie verklaart bij monde van
den heer P. Rietdijk, dat er toch altijd iets
uitgetrokken moet worden. De onderwij
zerswoning b.v. heeft de commissie ge
ïnspecteerd. De buitenboel staat geheel op
zijn bederf, zoodat dit gebouw noodzake
lijk geschilderd zal moeten worden. Wan
neer een post overschreden zal moeten wor
den, dan moet de raad toch een beslissing
nemem Het College van B. en W. zal eerst
opgave van het te verrichten werk moeten
vragen en gaat, wanneer het de post zal
overschrijden, niet tot opdracht over.
De voorzitter zegt, dat hetgen de heer
Bernard gezegd heeft wel juist is. De dienst
1933 loopt ontegenzeggelijk veel beter dan
de dienst 1932, maar dat is ook geen won
der, want op den dienst 1932 was bijna geen
enkele crisisuitgave behoorlijk geraamd.
In 1932 is aan ondersteuning, werkver
schaffing en subsidie aan werkloozenkas-
sen bijna 18.000 uitgekeerd. Het is echter
ten eenenmale onmogelijk om voor de ge
meente-eigendommen niets uit te trekken.
De Commissie stelt voor voor onderhoud
wel iets uit te trekken, naar het oordeel
van den voorzitter is dit echter wel niet
genoeg, hij zal echter om de zaak niet moei
lijker te maken zich bij de opinie van de
Commissie neerleggen. Mocht de Raad
echter besluiten om mét de meerderheid
van het College van B. en W. mee te gaan
om niets voor het onderhoud der gemeen
te-eigendommen uit te trekken, dan gelooft
hij niet, dat Ged. Staten de begrooting zul
len goedkeuren.
Niets uittrekken geeft bovendien een ge
weldige administratieve rompslomp als er
toch de een of andere voorziening getrof
fen moet worden.
De heer van Dam, Wethouder, zegt, dat
er geen willekeur in het spel is. De wethou
ders hebben alleen het belang der ingeze
tenen op het oog gehad. De personeele be
lasting legt juist een last op menschen, die
toch al geen inkomen hebben en eigenlijk
van hun verlies moeten leven. De wethou
ders hebben getracht het aantal opcenten
op de personeele belasting van 200 op 175
terug te brengen.
De voorzitter zegt, dat 200 opcenten in
derdaad noodig zullen blijken. In 1934 moe
ten we voor geen nieuwe stroppen komen
te staan. De voorzitter zegt echter de be
slissing aan het wijs beleid van den Raad
over te zullen laten.
Tegen het uitsluitend vertrouwen op de
post onvoorziene uitgaven waarschuwt hfj
met klem. We moeten niet uit het oog ver
liezen, dat de regeeririg w#der een korting
zal toepassen op de uitkeering per inwoner
uit het gemeentefonds. De steun aan de
tuinders en de verdere ondersteuning in
geld aan niet-werkloozen zal misschien
ook niet voldoende blijken.
Toen ik hier tien jaren geleden mijn in
trede deed als burgemeester, beschouwde
de toenmalige loco-burgemeester het als
mijn eerste taak om de gemeentebelastin
gen naar beneden te brengen.
Dit is na jaren werken gelukt. In 1932
nóg werden slechts 20 opcenten op de per
soneele belasting geheven, terwijl op de
vermogensbelasting en op de gemeente
fondsbelasting in het geheel geen opcen
ten werden geheven.
We moeten met vereende krachten pro-
beeren deze moeilijke tijden te boven te
komen. De voorzitter vraagt of de Raad
artikelsgewijze behandeling van de be
grooting wenscht. Het zou n.l. mogelijk
kunnen zijn, dat de heeren Koot en Visser,
die in het geheel de begrooting niet gezien
hebben, nog verdere bezuinigingen zouden
willen aanbrengen.
De Raad stelt op artikelsgewijze behan
deling geen prijs. De voorzitter zegt, dat hij
dan alleen die posten zal behandelen waar
tegen de Commissie bezwaren heeft inge
bracht. Hij zal eerst het voorstel der Com
missie in stemming brengen, wordt dit ver
worpen, dan zal geacht worden dat de post
is vastgesteld overeenkomstig het voorstel
van B. en W. (de meerderheid van B.
en W.).
Dan wordt tot behandeling dier volg-
overgegaan.
De salarissen.
Volgn. 69: Jaarwedden van de ambtena
ren en bedienden ter gemeente-secretarie.
De voorzitter zegt, dat op het oogenblik
aan een tijdelijke kracht een belooning
wordt betaald van 500 per jaar. Sedert 1
Jan. j.l., het tijdstip der indiensttreding
van dezen ambtenaar, is er nog niets ver
anderd. De werkzaamheden nemen nog
met den dag toe. De wethouders stellen
voor om met ingang van 1 Jan. a.s. deze
tijdelijke kracht eervol te ontslaan. De
Commissie is echter van oordeel, dat de
secretarie-werkzaamheden zoodanig zijn
toegenomen, dat zonder de hulp van extra-
personeel het voor de secretarie niet meer
te doen is om door de werkzaamheden te
komen en een geregeld afdoening der
werkzaamheden te waarborgen. De Com
missie wil ook bezuinigen, zij stelt voor om
aan een der volontairs een toelage te ge
ven van 200 per jaar. De voorzitter vraagt
of een van de heeren het woord verlangt.
De heer Visser is ook voor bezuiniging. De
voorzitter zegt, dat het om het werk gaat.
De steunverleening is gegroeid tot een
aparte administratie.
De heer Bernard is nog niets in zijn op
vatting veranderd. De volontairs maken
hier een goede leerschool door en moeten
z.i. maar werken. De voorzitter vindt dit
geen goede methode, van een volontair valt
niets te eischen.
De heer Rietdijk zegt namens de com
missie, dat, wanneer men een volontair een
kleine toelage geeft, deze veel handelbaar
der is en veel meer werk zal presteeren.
De Commissie heeft bij het onderzoek
der gemeentebegrooting en gemeentereke
ning wel de overtuiging gekregen, dat het
werk der ambtenaren enorm verzwaard is.
De voorzitter heeft niets te veel gezegd,
door te zeggen dat de steunverleening tot
een enorme administratie is gegroeid.
De heer van Dam, wethouder, zegt, dat
als de volontairs het niet doen willen zij
maar moeten vertrekken. De tijdelijk amb
tenaar zal ook wel blijven al krijgt hij geen
salaris meer. De voorzitter zegt, dat, al
krijgt deze 200, hij toch heen zal gaan.
De heer van Dam zegt, dat als de volon
tairs wegga&n, er weer genoeg andere klaar
staan. Volgens de voorzitter zal dit een
groote stagnatie in de werkzaamheden ge
ven. Nieuwe volontairs weten nog nergens
van en den eersten tijd heeft men er meer
last dan gemak van. Eerst als men een
maand of negen een volontair heeft kan
men pas wat zelfstandig werk van hem
verwachten. De administratie is tegen
woordig zoo veelzijdig, dat het geruimen
tijd duurt voor men ingewerkt is.
Het voorstel der Commissie in stemming
gebracht om aan den volontair een toelage
te geven van 200 per jaar wordt verwor
pen met de stemmen van de heeren Koot,
van Dam, Bernard en Visser tegen. Zoo
dat voor een volontair of tijdelijk ambte
naar, ondanks het vele werk, geen cent
uitgetrokken wordt.
Een vergoeding voor het abonnement op
de autobus voor den uit Leiden komenden
tot volontair gedegradeerde, tijdelijk amb
tenaar kan er niet af.
Volgn. 72: Onderhoud en schoonhouden
Raadzaal en Gemeente-secretarie. De Wet
houders stellen voor deze post op 1180.
uit te trekken, zijnde dit bedrag het totaal
der belooning voor het schoonheden. De
commissie wil deze post op f 250.uittrek
ken, aangezien ook voor onderhoud iets ge
raamd moet worden.
Het voorstel van de commissie in stem
ming gebracht wordt verworpen met 4 te
gen 3 stemmen. Tegen de heeren van Dam,
Bernard, Visser en Koot. De post wordt
dan op 180.uitgetrokken.
Volgn. 73: Aanschaffen en onderhouden
van meubelen voor de Raadzaal en de ge
meente-secretarie. De meerderheid van B.
en W. stelt voor deze post op nihil uit te
trekken. De commissie wil 25.Het
voorstel van de commissie wordt verwor
pen met dezelfde stemmen tegen, zoodat
de post op nihil wordt uitgetrokken.
Volgnummer 96: Onderhoud burgemees
terswoning. De wethouders willen deze
post op 25.uittrekken, de commissie
wil 50.Het voorstel der commissie
wordt verworpen, zoodat deze post op
25.uitgetrokken wordt.
Volgn. 98: Consumptie enz., tijdens ver
gaderingen van den Raad, B. en W. enz.
Het College van B. en W. stelt voor op de
zen post niets uit te trekken. De commissie
is er wel voor om het rooken van sigaren
af te schaffen. Zij stelt echter op prijs een
kopje koffie en zou hiervoor 15.willen
uittrekken. Het voorstel van de commissie
in stemming gebracht wordt verworpen
met dezelfde stemmen tegen, zoodat op
deze post geen enkel bedrag wordt uitge
trokken.
Volgn. 104: Onderhoud Ambtswoning
van den veldwachter. De meerderheid van
het college stelt voor op deze post geen be
drag te ramen, de commissie is van mee
ning dat 25.geraamd moet worden. Het
voorstel van de commissie wordt met de
zelfde stemmen verworpen. De post wordt
dus op niets geraamd.
Volg. 130: Onderhoud van straten en
pleinen. Het College van B. en W. stelt voor
om aan den straatveger C. v. Heijningen
met een wedde van 150.met ingang
van 1 Januari 1934 eervol ontslag te ver-
leenen. De straat zou dan geveegd kunnen
worden door den gemeentewerkman. De
commissie ziet in deze maatregel geen be
zuiniging. De gemeentewerkman kan se
dert lang het werk aan den weg niet meer
bijhouden, en blijkt al reeds meerdere ma
len hulp noodig te hebben.
De voorzitter zegt, dat men bovendien
over het hoofd ziet, dat van Heijningen
ambtenaar is in den zin van den Pensioen
wet, en bij ontslag recht heeft op wacht
geld.
Jaarwedde van den brugwachter. Het
College van B. en W. wil behalve een tij
delijke korting van 5 pot. ook een pen
sioensbijdrage van 8% pet. toepassen op
de wedde van de brugwachter de Koning.
De commissie is van oordeel, dat men niet
moet vergeten, dat in 1930 de 2'/a pet. van
de bruto-ontvangsten van de tol voor den
brugwachter kwam te vervallen omdat hij
ambtenaar werd in den zin der pensioen
wet en op hem geen verhaal zou' worden
toegepast. Billijkheidshalve stelt de com
missie voor de tijdelijke korting van 5 pet.
met ingang van 1 Januari 1934 te laten
vervallen.
Het voorstel der commissie wordt echter
opnieuw verworpen met dezelfde stemmen
van de heeren J. A. Bernard, H. J. Visser,
W. Koot en J. van Dam tegen.
Volgn. 140: Onderhoud van kanalen,
vaarten, beschoeiingswerken enz. De com
missie wil deze post op 25.en niet op
nihil uittrekken. Het voorstel der commis
sie wordt thans aangenomen met de stem
men van de heeren J. de Rijk, H. Heenk,
W. Koot en P. Rietdijk.
Onderhoud onder wij zerswoning. Dc com
missie gaat niet accoord met de meerder
heid van B. en W. om op deze post niets
uit te trekken. Het gebouw is zeer ver
waarloosd, 130.moet uitgetrokken wor
den voor noodzakelijk schilderwerk. De
commissie heeft het gebouw opgenomen.
Het voorstel der commissie wordt aange
nomen met de stemmen van de heeren J.
A. Bernard, van Dam en Visser tegen.
De heer van Dam wil thans het aantal
opcenten met 25 verlagen. De aangebrachte
bezuinigingen zullen dit wel mogelijk ma
ken. De voorzitter zegt, dat de heeren het
zelf maar moeten weten wat zij doen, hij
hoopt echter dat men in den Haag er an
ders over zal denken.
Besloten wordt het aantal opcenten op
175 te brengen. De heeren Rietdijk en
Heenk stemden alleen tegen het voorstel
van den heer van Dam.
Niets meer aan de orde zijde sluit de
voorzitter deze voor Leimuiden zeker his
torische vergadering. Bij vorige begrootin
gen werd te Leimuiden de begrooting wel
eens in enkele minuten afgedaan, thans was
er een heele morgen voor noodig.