BUITENLAND MAANDAG 9 OCTOBER 1933 DE LE1DSCHE COURANT VIERDE BLAD PAG. 13 ONTWAPENING DE GRONDSLAGEN DER ONTWAPENING. „Wat wil Duitschland?" Op de sluitingszitting van het Congres der radicale partij te Vichy heeft de Fran- sche premier Daladier gisteren de belang rijke mededeeling gedaan, dat Frankryk, Engeland, Amerika, Italië, Rusland en tal van andeer landen het eens zijn over de volgende grondslagen van een ontwape ningsplan: Periode van vier jaar voor de organisa tie der controle en de unificatie der leger- types. Verbod van semi-militaire organisaties. Verbod van nieuwe aanmaak van zwaar oorlogsmaterieel. De spanning, waarmede Daladier s rede werd aangehoord, bereikte haar hoogte punt, toen Daladier de pertinente vraag deed: „Wat wil Duitschland?" In het verleden zijn alle pogingen om tot een duurzame samenwerking te komen, mislukt. Niemand betwist Duitschland het recht een zelfstandige natie te zijn. Niemand denkt er aan Duitschland te ver nederen. De Duitsche regeering betuigt in het openbaar haar vredeswil en langs diplo- matieken weg geeft zij uiting aan haar wensch mede te werken aan een toenade ring tusschen beide volken. Maar waarom zoo vroeg spreker worden dan voortdurend aan gene zijde van den Rijn demonstraties gehouden van militair-gedrilde massa's? Waarom wordt de jeugd opgevoed voor den oorlog? Waar om stelt Duitschland den eisch thans kost baar oorlogsmaterieel te mogen vervaar digen, dat zal moeten worden vernietigd kort nadat het in gebruik is genomen, in dien namelijk de ontwiapeningsconcentie wordt geteekend? Dat zijn vragen, ,die zich aan Frankrijk opdringen. Niemand kan het onder deze omstandigheden Frankrijk euvel duiden, dat het vastbesloten is zijn defensie te or- ganiseeren, nu het zoo herhaaldelijk bewij zen heeft gegeven van zijn eerlijke en op rechte liefde voor den vrede. Daladier besloot zijn rede met een be roep op alle republikeinsche en democrati sch elementen van het land, om zich een drachtig achter de regeering te.plaatsen. Wat Duitschland wil. Over den inhoud van de besprekingen tusschen den Engelschen minister Simon en den Duitschen zaakgelastigde Bismarck zegt de „Evening-Standard" te hebben ver nomen, dat Duitschland bereid is, de ont wapeningsresolutie van MacDonald als ba sis voor de verdere onderhandelingen te beschouwen. Bismarck heeft de Duitsche opvatting in de ontwapeningskwestie als volgt geformuleerd: 1. Duitschland verlangt geen der wape nen, die op grond van het Engelsche voor stel verboden zouden worden. 2. Op grond van de gelijkgerechtigheids- verklaring van December '1932 verlangt Duitschland het recht tot fabricage van de wapenen en tot aanleg van versterkingen, die het op het oogenblik verboden zijn en in een hoeveelheid en de sterkte, die in overeenstemming zijn met de Duitsche ver dedigingsbehoeften. 3. Duitschland verlangt verder het recht tot vergrooting der wapenvoorraden, van de wapenen, die het bij het Verdrag van Versailles in beperkte hoeveelheid zijn toe gestaan, in overeenstemming met de reor ganisatie der Rijksweer tot een militie van 200.000 man. Met betrekking tot de onjuiste geruch ten, welke in de Vereenigde Staten wor den verspreid over Duitschlands eischen in zake bewapening, wordt officieel verklaard, dat het volkomen onjuist is, dat Duitsch land na verloop van 5 jaren pariteit eischt met Frankrijk. Duitschland wenscht na afloop van dien termijn een verdere ontwapening der an dere naties. VOLKENBOND DE JOODSCHE KWESTIE. Duitschland wil geen V.B.-commissaris. Het voorstel der Nederlandsche regee ring, de zorg voor de Duitsche vluchtelin gen op te dragen aan den Volkenbond, is Zaterdag besproken in de tweede commis sie. Behandeld werd een voorstel, waarin met verwijzing naar het groote aantal Joodsche en niet-Joodsche vluchtelingen uit Duitschland, de nadruk werd gelegd op de noodzakelijkheid van een oplossing der daardoor geschapen economische, finan- cieele en sociale problemen. De Volken bond zou een hooge commissaris benoemen, die had te zorgen voor de werkverschaffing der vluchtelingen. De geheele houding der Duitsche delega tie had tot dusverre erop gewezen, dat Duitschland, ondanks de bezwaren tegen het Nederlandsche voorstel, de aanneming daarvan niet zou willen in den weg staan en dat Duitschland zich van stemming zou onthouden. Groot was daarom bij de Ne derlandsche delegatie de teleurstelling, dat Zaterdagochtend, nog voordat de tweede commissie weer bijeenkwam, bekend werd, dat de Duitsche delegatie instructies uit Berlijn gekregen had, om tegen de resolu tie te stemmen. Voor de tweede commissie werd het dus een moeilijk geval. Zij had Zaterdagoch tend, ondanks het Duitsche verzet, de reso lutie kunnen aannemen. De Zwitsersche minister Motta heeft ech ter de commissie bewogen, eerst nog een W.C.C.-prijsvraag U kunt net zooveel oplos singen insturen als U wilt, mits elke briefkaart maar aan de eischen voldoet! GIRO 18600 Kneuterdijk 20 - Den Haai^ afwachtende houding aan te nemen. Hij deed een beroep op de Duitsche delegatie, om nogmaals te trachten de regeering in Berlijn tot een wijziging van haar stand punt te bewegen. Op zijn voorstel werd toen tot uitstel der discussies tot Dinsdag besloten. De mogelijkheid bestaat echter, dat heden de ondercommissie zal trachten een compromis te vinden. Hiertegen heeft Frankrijk zich echter verzet. DUITSCHLAND COMMUNIST TER DOOD VEROORDEELD. Zaterdag is te Brunswijk vonnis gewezen tegen 7 communisten, die er van werden beschuldigd, op 10 Febr. van dit jaar een overval te hebben gepleegd op S.A.-man- nen. De arbeider Heinrich Wolf is ter dood veroordeeld. Vier verdachten werden ver oordeeld tot gevangenis- en tuchthuisstraf van 5 en 4 jaar. Twee bekleagden zijn vrij gesproken. SPANJE EEN NIEUW KABINET IN SPANJE. Heden ontbinding der Cortes? Nadat zoowel prof. Maranon als prof. Posada de opdracht tot vorming van een nieuwe regeering hadden moeten opgeven, heeft president Zamora deze opdracht ge geven aan Martinez Barrios. Deze heeft zich de medewerking verzekerd van alle repu blikeinsche partijen, uitgezonderd de con servatieve republikeinsche partij onder lei ding van Miguel Maura, en een kabinet gevormd. Barrios, de nieuwe premier, is een der leiders der radicalen en was minister van Binnenlandsche Zaken in het kabinet-Ler- roux. Het gerucht gaat, dat het decreet tot ont binding der Cortes reeds is opgesteld en waarschijnlijk in het staatsblad van heden zal worden gepubliceerd. In dat geval zou den de nieuwe verkiezingen op 19 Novem ber worden gehouden, en zou het nieuwe parlement in de eerste helft van December bijeenkomen. RUSLAND. WEER 2 RUSSISCHE BISSCHOPPEN NAAR EEN CONCENTRATIEKAMP. Zij moeten dwangarbeid verrichten. Naar de „Msb." van particuliere zijde uit Rusland verneemt, zijn twee der meestt vooraanstaande orthodoxe bisschoppen van Rusland mgr. Andreas van Ufini en War- sanofij uit Wladiwostok naar een concen tratiekamp aan de oevers van het Baikal- meer overgebracht. In bedoeld concentra tiekamp bevinden zich 90.000 gevangenen. Zoodra de bisschoppen, die volgens den Oosterschen ritus lange haren droegen, in het concentratiekamp aankjvamen, werden onmiddellijk hun hoofden kaal geschoren, terwijl zij hun bisschoppelijk gewaad moesten afleggen, waarvoor zij een smerig werkmanspak moesten aantrekken. Volgens mededeelingen van ooggetuigen zijn beide bisschoppen thans te werk ge steld bij den aanleg van nieuwe spoorwe gen. Zooals wellicht weinigen weten, is bis schop Andreas een geboren prins Uchtoms- ki, die reeds acht jaar geleden het denk beeld propageerde van een hereeniging van de orthodoxen met de Katholieke Kerk. Het vorig jaar werd deze bisschop naar Turkestan gedeporteerd waar hij openlijk verkondigde dat thans de tijd gekomen was voor de orthodoxen om terug te kee- ren tot de oude Moeaerkerk. De voorzitter doet mededeeling van de navolgende ingekomen stukken, o.a. van een schrijven van den Minister van Sociale Zaken, d.d. 15 September 1933 betreffende de steunverleening aan werkloozen. De voorzitter leest deze circulaire in zijn ge heel voor. Hieruit blijkt, dat een commis si e van advies gevormd zal worden, be staande uit werknemers en werkgevers. Door B. en W. zijn bereids enkele werkge vers benoemd, terwijl aan de R. K. Land- arbeidersbond en de Chr. Landarbeiders- bond verzocht is een vertegenwoordiger aan te wijzen. Voorts zal een deugdelijke controle toe gepast moeten worden. De Minister wil niet alleen een deugdelijke stempel- en ad ministratieve controle maar ook een straat en een huiscontrole. Elke aanvrage om steun zal moeten worden gecontroleerd, terwijl van tijd tot tijd onderzocht zal moe ten worden wat de werklooze arbeiders uitvoéren. Het is zeer lastig om voor deze controle een geschikten persoon aan te wijzen. B. en W. stellen daarom voor om den gemeente bode voor dit doel aan te wijzen. Ze stel len voor hem voor dezen dienst een beloo ning van /3.— per week toe te kennen zoolang de steunverleening van kracht blijft. De Raad kan zich hiermede vereenigen. De gemeenterekening. Aan de orde komt dan de voorloopige vaststelling van de gemeente-rekening dienst 1932. De Commissie heeft een rap port ingediend en de rekening grondig on derzocht. Uit dir rapport blijkt, dat de Commissie heeft gemeend niet veel opmer kingen te moeten maken. De Commissie is bij de post straatver lichting van oordeel, dat het leveren der lampen en de reparaties der lantaarns niet moet geschieden door den persoon, die be last is met het toezicht op de verlichting. De Commissie zou willen, dat de levering en de reparaties met ingang van 1 Januari 1934 aan een onder zouden worden opge dragen. De Commissie besluit met te zeggen, dat zij na onderzoek van de gemeente-rekening toch wel overtuigd is geworden, dat de cri sis heel wat werkzaamheden voor de se cretaris maar ook voor den ontvanger ge bracht heeft. De Commissie geeft den Raad in overwe ging de Rekening vast te stellen als volgt: Gewone dienst ontvangsten 83617.80, uit gaven 85440.81, nadeelig slot 1823.01. Kapitaal dienst: Ontvangsten 11.637.44, uitgaven ƒ11607.86, batig slot ƒ29.58. De Raad kan zich met de opmerkingen GEMEENTERAAD VAN LEIMUIDEN van de Commissie geheel vereenigen, en B. en W. doen de toezegging om wat be treft de straatverlichting met de wenschen der Commissie rekening te houden. De Rekening wordt daarna, conform het voorstel der Commissie vastgesteld. De bei de wethouders onthielden zich, ingevolge de wet, van stemming. De gemeentebegrooting. Aan de orde komt dan de behandeling van de gemeente-begrooting voor het jaar 1934. De belastingen. De voorzitter zegt, dat hij het .betreurt, dat de crisis omstandigheden het noodzake lijk gemaakt hebben de belastingen tot het toppunt op te voeren. Bij goede beschou wing der begrooting zal echter duidelijk worden, dat voor crisis-posten in totaal 12.000.is uitgetrokken. Wanneer deze uitgaven niet bestonden dan zouden de 200 opcenten op de hoofdsom der personeele belasting gemist kunnen worden. Dat deze begrooting niet zonder ingrij pende belastingverhooging was sluitend te maken heeft ook wrijving veroorzaakt in het College van B. en W. De voorzitter hoopt, dat deze wrijving niet tot een ver wijdering zal leiden. Als er samenwerking noodig is, dan is het juist nu. De commissie heeft een lang rapport aan gaande het onderzoek ingediend. In het algemeen kan de commissie zich niet ver eenigen met het voorstel van de meerder heid van B. en W., om voor het onderhoud der gemeente-eigendommen geen enkel be drag uit te trekken. Het komt de commissie niet juist voor om geheel op de post on voorziene uitgaven te vertrouwen. De heer Bernard zegt, dat - bij de wet houders een zeer logische redeneering heeft voorgezeten. De begrooting 1934 zal zeer zeker de ongunstigste zijn, daarom willen de wethouders enkele uitgaven tot 1935 uit stellen. De dienst 1933 ziet er n.l. veel be ter uit en zooals de zaken op het oogen blik staan zal deze niet met een nadeelig slot sluiten. De heer van Dam zegt, al wordt op de posten onderhoud gemeente-eigendom- men nog zoo weinig uitgetrokken, de posten altijd zullen tegenvallen. Het is daarom be ter niets uit te trekken, dan wordt er ook geen last gegeven om iets te laten doen. Het is alleen bezuiniging, hetgeen bij de wethouders heeft voorgezeten.4 De commissie verklaart bij monde van den heer P. Rietdijk, dat er toch altijd iets uitgetrokken moet worden. De onderwij zerswoning b.v. heeft de commissie ge ïnspecteerd. De buitenboel staat geheel op zijn bederf, zoodat dit gebouw noodzake lijk geschilderd zal moeten worden. Wan neer een post overschreden zal moeten wor den, dan moet de raad toch een beslissing nemem Het College van B. en W. zal eerst opgave van het te verrichten werk moeten vragen en gaat, wanneer het de post zal overschrijden, niet tot opdracht over. De voorzitter zegt, dat hetgen de heer Bernard gezegd heeft wel juist is. De dienst 1933 loopt ontegenzeggelijk veel beter dan de dienst 1932, maar dat is ook geen won der, want op den dienst 1932 was bijna geen enkele crisisuitgave behoorlijk geraamd. In 1932 is aan ondersteuning, werkver schaffing en subsidie aan werkloozenkas- sen bijna 18.000 uitgekeerd. Het is echter ten eenenmale onmogelijk om voor de ge meente-eigendommen niets uit te trekken. De Commissie stelt voor voor onderhoud wel iets uit te trekken, naar het oordeel van den voorzitter is dit echter wel niet genoeg, hij zal echter om de zaak niet moei lijker te maken zich bij de opinie van de Commissie neerleggen. Mocht de Raad echter besluiten om mét de meerderheid van het College van B. en W. mee te gaan om niets voor het onderhoud der gemeen te-eigendommen uit te trekken, dan gelooft hij niet, dat Ged. Staten de begrooting zul len goedkeuren. Niets uittrekken geeft bovendien een ge weldige administratieve rompslomp als er toch de een of andere voorziening getrof fen moet worden. De heer van Dam, Wethouder, zegt, dat er geen willekeur in het spel is. De wethou ders hebben alleen het belang der ingeze tenen op het oog gehad. De personeele be lasting legt juist een last op menschen, die toch al geen inkomen hebben en eigenlijk van hun verlies moeten leven. De wethou ders hebben getracht het aantal opcenten op de personeele belasting van 200 op 175 terug te brengen. De voorzitter zegt, dat 200 opcenten in derdaad noodig zullen blijken. In 1934 moe ten we voor geen nieuwe stroppen komen te staan. De voorzitter zegt echter de be slissing aan het wijs beleid van den Raad over te zullen laten. Tegen het uitsluitend vertrouwen op de post onvoorziene uitgaven waarschuwt hfj met klem. We moeten niet uit het oog ver liezen, dat de regeeririg w#der een korting zal toepassen op de uitkeering per inwoner uit het gemeentefonds. De steun aan de tuinders en de verdere ondersteuning in geld aan niet-werkloozen zal misschien ook niet voldoende blijken. Toen ik hier tien jaren geleden mijn in trede deed als burgemeester, beschouwde de toenmalige loco-burgemeester het als mijn eerste taak om de gemeentebelastin gen naar beneden te brengen. Dit is na jaren werken gelukt. In 1932 nóg werden slechts 20 opcenten op de per soneele belasting geheven, terwijl op de vermogensbelasting en op de gemeente fondsbelasting in het geheel geen opcen ten werden geheven. We moeten met vereende krachten pro- beeren deze moeilijke tijden te boven te komen. De voorzitter vraagt of de Raad artikelsgewijze behandeling van de be grooting wenscht. Het zou n.l. mogelijk kunnen zijn, dat de heeren Koot en Visser, die in het geheel de begrooting niet gezien hebben, nog verdere bezuinigingen zouden willen aanbrengen. De Raad stelt op artikelsgewijze behan deling geen prijs. De voorzitter zegt, dat hij dan alleen die posten zal behandelen waar tegen de Commissie bezwaren heeft inge bracht. Hij zal eerst het voorstel der Com missie in stemming brengen, wordt dit ver worpen, dan zal geacht worden dat de post is vastgesteld overeenkomstig het voorstel van B. en W. (de meerderheid van B. en W.). Dan wordt tot behandeling dier volg- overgegaan. De salarissen. Volgn. 69: Jaarwedden van de ambtena ren en bedienden ter gemeente-secretarie. De voorzitter zegt, dat op het oogenblik aan een tijdelijke kracht een belooning wordt betaald van 500 per jaar. Sedert 1 Jan. j.l., het tijdstip der indiensttreding van dezen ambtenaar, is er nog niets ver anderd. De werkzaamheden nemen nog met den dag toe. De wethouders stellen voor om met ingang van 1 Jan. a.s. deze tijdelijke kracht eervol te ontslaan. De Commissie is echter van oordeel, dat de secretarie-werkzaamheden zoodanig zijn toegenomen, dat zonder de hulp van extra- personeel het voor de secretarie niet meer te doen is om door de werkzaamheden te komen en een geregeld afdoening der werkzaamheden te waarborgen. De Com missie wil ook bezuinigen, zij stelt voor om aan een der volontairs een toelage te ge ven van 200 per jaar. De voorzitter vraagt of een van de heeren het woord verlangt. De heer Visser is ook voor bezuiniging. De voorzitter zegt, dat het om het werk gaat. De steunverleening is gegroeid tot een aparte administratie. De heer Bernard is nog niets in zijn op vatting veranderd. De volontairs maken hier een goede leerschool door en moeten z.i. maar werken. De voorzitter vindt dit geen goede methode, van een volontair valt niets te eischen. De heer Rietdijk zegt namens de com missie, dat, wanneer men een volontair een kleine toelage geeft, deze veel handelbaar der is en veel meer werk zal presteeren. De Commissie heeft bij het onderzoek der gemeentebegrooting en gemeentereke ning wel de overtuiging gekregen, dat het werk der ambtenaren enorm verzwaard is. De voorzitter heeft niets te veel gezegd, door te zeggen dat de steunverleening tot een enorme administratie is gegroeid. De heer van Dam, wethouder, zegt, dat als de volontairs het niet doen willen zij maar moeten vertrekken. De tijdelijk amb tenaar zal ook wel blijven al krijgt hij geen salaris meer. De voorzitter zegt, dat, al krijgt deze 200, hij toch heen zal gaan. De heer van Dam zegt, dat als de volon tairs wegga&n, er weer genoeg andere klaar staan. Volgens de voorzitter zal dit een groote stagnatie in de werkzaamheden ge ven. Nieuwe volontairs weten nog nergens van en den eersten tijd heeft men er meer last dan gemak van. Eerst als men een maand of negen een volontair heeft kan men pas wat zelfstandig werk van hem verwachten. De administratie is tegen woordig zoo veelzijdig, dat het geruimen tijd duurt voor men ingewerkt is. Het voorstel der Commissie in stemming gebracht om aan den volontair een toelage te geven van 200 per jaar wordt verwor pen met de stemmen van de heeren Koot, van Dam, Bernard en Visser tegen. Zoo dat voor een volontair of tijdelijk ambte naar, ondanks het vele werk, geen cent uitgetrokken wordt. Een vergoeding voor het abonnement op de autobus voor den uit Leiden komenden tot volontair gedegradeerde, tijdelijk amb tenaar kan er niet af. Volgn. 72: Onderhoud en schoonhouden Raadzaal en Gemeente-secretarie. De Wet houders stellen voor deze post op 1180. uit te trekken, zijnde dit bedrag het totaal der belooning voor het schoonheden. De commissie wil deze post op f 250.uittrek ken, aangezien ook voor onderhoud iets ge raamd moet worden. Het voorstel van de commissie in stem ming gebracht wordt verworpen met 4 te gen 3 stemmen. Tegen de heeren van Dam, Bernard, Visser en Koot. De post wordt dan op 180.uitgetrokken. Volgn. 73: Aanschaffen en onderhouden van meubelen voor de Raadzaal en de ge meente-secretarie. De meerderheid van B. en W. stelt voor deze post op nihil uit te trekken. De commissie wil 25.Het voorstel van de commissie wordt verwor pen met dezelfde stemmen tegen, zoodat de post op nihil wordt uitgetrokken. Volgnummer 96: Onderhoud burgemees terswoning. De wethouders willen deze post op 25.uittrekken, de commissie wil 50.Het voorstel der commissie wordt verworpen, zoodat deze post op 25.uitgetrokken wordt. Volgn. 98: Consumptie enz., tijdens ver gaderingen van den Raad, B. en W. enz. Het College van B. en W. stelt voor op de zen post niets uit te trekken. De commissie is er wel voor om het rooken van sigaren af te schaffen. Zij stelt echter op prijs een kopje koffie en zou hiervoor 15.willen uittrekken. Het voorstel van de commissie in stemming gebracht wordt verworpen met dezelfde stemmen tegen, zoodat op deze post geen enkel bedrag wordt uitge trokken. Volgn. 104: Onderhoud Ambtswoning van den veldwachter. De meerderheid van het college stelt voor op deze post geen be drag te ramen, de commissie is van mee ning dat 25.geraamd moet worden. Het voorstel van de commissie wordt met de zelfde stemmen verworpen. De post wordt dus op niets geraamd. Volg. 130: Onderhoud van straten en pleinen. Het College van B. en W. stelt voor om aan den straatveger C. v. Heijningen met een wedde van 150.met ingang van 1 Januari 1934 eervol ontslag te ver- leenen. De straat zou dan geveegd kunnen worden door den gemeentewerkman. De commissie ziet in deze maatregel geen be zuiniging. De gemeentewerkman kan se dert lang het werk aan den weg niet meer bijhouden, en blijkt al reeds meerdere ma len hulp noodig te hebben. De voorzitter zegt, dat men bovendien over het hoofd ziet, dat van Heijningen ambtenaar is in den zin van den Pensioen wet, en bij ontslag recht heeft op wacht geld. Jaarwedde van den brugwachter. Het College van B. en W. wil behalve een tij delijke korting van 5 pot. ook een pen sioensbijdrage van 8% pet. toepassen op de wedde van de brugwachter de Koning. De commissie is van oordeel, dat men niet moet vergeten, dat in 1930 de 2'/a pet. van de bruto-ontvangsten van de tol voor den brugwachter kwam te vervallen omdat hij ambtenaar werd in den zin der pensioen wet en op hem geen verhaal zou' worden toegepast. Billijkheidshalve stelt de com missie voor de tijdelijke korting van 5 pet. met ingang van 1 Januari 1934 te laten vervallen. Het voorstel der commissie wordt echter opnieuw verworpen met dezelfde stemmen van de heeren J. A. Bernard, H. J. Visser, W. Koot en J. van Dam tegen. Volgn. 140: Onderhoud van kanalen, vaarten, beschoeiingswerken enz. De com missie wil deze post op 25.en niet op nihil uittrekken. Het voorstel der commis sie wordt thans aangenomen met de stem men van de heeren J. de Rijk, H. Heenk, W. Koot en P. Rietdijk. Onderhoud onder wij zerswoning. Dc com missie gaat niet accoord met de meerder heid van B. en W. om op deze post niets uit te trekken. Het gebouw is zeer ver waarloosd, 130.moet uitgetrokken wor den voor noodzakelijk schilderwerk. De commissie heeft het gebouw opgenomen. Het voorstel der commissie wordt aange nomen met de stemmen van de heeren J. A. Bernard, van Dam en Visser tegen. De heer van Dam wil thans het aantal opcenten met 25 verlagen. De aangebrachte bezuinigingen zullen dit wel mogelijk ma ken. De voorzitter zegt, dat de heeren het zelf maar moeten weten wat zij doen, hij hoopt echter dat men in den Haag er an ders over zal denken. Besloten wordt het aantal opcenten op 175 te brengen. De heeren Rietdijk en Heenk stemden alleen tegen het voorstel van den heer van Dam. Niets meer aan de orde zijde sluit de voorzitter deze voor Leimuiden zeker his torische vergadering. Bij vorige begrootin gen werd te Leimuiden de begrooting wel eens in enkele minuten afgedaan, thans was er een heele morgen voor noodig.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1933 | | pagina 13