EEN WONDERLIJKE GELIJKENIS MAANDAG 2 OCTOBER 1933 DE LEIDSCHE COURANT ÖERDE BLAD PAG. 10 GEMENGDE BERICHTEN GEVAARLIJKE CHAUFFEUR. Maakt één doode, twee gewonden. Hedennacht omstreeks 12 uur heeft op den Geldropschen weg, nabij de Poeier- sche straat, een doodelijk verkeersongeval plaats gehad. Zekere van Dinter, gehuwd, oud pl.m. 35 jaar, liep op dat uur over genoemden weg, in de richting Eindhoven, toen hij eensklaps door een achterop rij dende auto werd aangereden en tegen den grond werd gesmakt. De man is kort daarna aan de bekomen verwondingen overleden. Een vrouw, die met hem in de zelfde richting liep, werd eveneens aange reden en liep een lichte hoofdwonde op. Na door dr. Van der Putt verbonden te zijn, is zij naar haar woning overgebracht. Het lijk van v. D. is naar het lijkenhuis te Eindhoven getransporteerd, v. D. was woonachtig te Eindhoven. De chauffeur van de auto zekere v. d. V. uit Helmond is doorgereden. Hij schijnt naderhand nog iemand op denzelfden weg te hebben aangereden. Daarna is hij terug gereden, doch te Geldrop werd hij aange houden, daar slechts één lamp op zijn auto brandde. Bij zijn aanhouding kwam de po litie spoedig ter oore, wat hij had mis daan. Zij waarschuwde de Eindhovensche politie, die van der V. nog hedennacht heeft gearresteerd .terwijl zijn auto in be slag is genomen. „Mndmrg." AUTOBUS MET 54 INZITTENDEN GEKANTELD. Vele inzittenden gekwetst. Een reisgezelschap bestaande uit 54 per sonen, dat per autobus uit Zwolle op reis was naar Antwerpen, passeerde gister middag Zundert. Even buiten de kom der gemeente, onder Wernhout, kwam, naar de „Mndmrg." meldt, uit de richting Wern hout een luxe-auto de bus tegemoet. De chauffeur van de autobus week bij het passeeren te veel naar rechts, waardoor de bus in een sloot terecht kwam en kantel de. Onder de reizigers ontstond een ware paniek. Velen werden door het breken der ruiten bloedend gewond. Dr. de Weert uit Zundert, die spoedig ter plaatse was, had handen vol werk de talrijke verwonden te verbinden. Geen der reizigers werd ernstig ge kwetst. Een bus uit Zundert werd ontbo den ,en onverdroten werd de reis naar Antwerpen voortgezet. AUTO-BOTSING TE ANTWERPEN. Twee Hollandsche families gewond. Gisteravond had te Antwerpen in de Lange Pothoekstraat een ernstige botsing plaats tusschen een tramwagen en een be stelauto, waarin de Hollandsche families Schrauwen en Ruyters, wonende te Roo sendaal, gezeten waren. In de auto bevon den zich 11 personen, te weten het echt paar Schrauwen en drie kinderen, het echtpaar Ruyters en drie kinderen, en de 77-jarige weduwe BaekVan Loon. De botsing geschiedde met groote kracht en de auto werd opzij geslingerd, kwam tegen den muur van een café terecht en werd geheel vernield. Van de elf inzittenden lie pen zeven vrij ernstige verwondingen op. Zij werden naar het ziekenhuis vervoerd, waar enkele ter verpleging moesten ach ter blijven. De overigen konden naar huis terugkeeren. AUTO VAN DEN DIJK GESLAGEN. Zaterdagmiddag had te Asperen een ernstig ongeluk plaats. Een auto, afkom stig uit Amsterdam, en waarin, behalve de chauffeur de drie dames Van V. waren ge zeten, moest uitwijken voor een wielrijder. De chauffeur raakte op den hoogen dijk weg zijn stuur kwijt, met het gevolg, dat de wagen van den dijk reed en kantelde. De drie dames werden door glasscherven gewond, de chauffeur kwam er met eeni- ge schrammen af. De dames werden per auto naar Amsterdam vervoerd. JONGENTJE OVERREDEN EN GEDOOD. Zaterdagmiddag is op den Boulevard te Scheveningen een droevig ongeluk ge beurd. Een 7-jarig jongetje, C. de J., wo nende in de Weststraat te Scheveningen, was daar aan het spelen, toen het door een automobiel werd overreden. Het jongetje was op slag dood. DRIE AUTO'S VERNIELD. Tengevolgen van den mist. Tengevolge van den mist kwam Zater dagmorgen om tien uur ter hoogte van de Kanaalbrug bij Best een drietal auto's met elkaar in botsing. De auto van mr. Peeters uit Eindhoven, waarin was gezeten mej. mr. C. van der Bungen, wilde een Limburgschen Lancia- auto passeeren. De wagen kwam daardoor in botsing met een Utrechtschen auto, be stuurd door den heer Van Poorten uit Bilthoven, welke uit de richting Best kwam. Beide auto's botsten tegen elkaar, terwijl de Limburgsche automobiel, die het ongeluk zag gebeuren, en door krachtig remmen verder onheil wilde voorkomen, tengevolge van den natten weg slipte en tegen een boom opvloog. De heer mr. P. en mej. C. v. d. D. werden niet ernstig aan gelaat en handen gewond en konden zich, na in het Binnen-gasthuis te Eindhoven te zijn verbonden, huiswaarts begeven. Verdere persoonlijke ongelukken deden zich gelukkig niet voor. De drie vernielde auto's moesten worden weggesleept. BOTSING TUSSCHEN TWEE AUTO'S. Gistermorgen heeft op den weg Breda Etten nabij de kom van het dorp Etten een ernstige autobotsing plaats gehad. De be stuurder van een personenauto, komende uit de richting Breda zag een luxe-auto komen van achter een voertuig met paard dat voor hem reed. De naderende auto trok/ zich plotseling achter paard en kar terug, terwijl daardoor de chauffeur van de an dere auto den indruk kreeg door hem ge zien te zijn. Hij wilde met een normale vaart paard en wagen passeeren, doch ge heel onverwachts kwam de andere auto weer van achter het voertuig te voor schijn. De beide auto's kwamen met een flinke vaart met elkaar in botsing. De auto, komende uit de richting Bre da, waarin gezeten was de heer L. uit Oosterhout, die op weg was naar Ouden bosch om zijn kinderen te halen, werd van voren aanzienlek beschadigd. Zijn naast hem zittende zoontje en dochtertje wer den door den schok uit de auto geslingerd. De jongen werd ernstig aan het aange zicht, vooral aan voorhoofd en neus ge wond, terwijl het meisje een hersenschud ding opliep. De beide kinderen zijn naar het St. Elisabeth Ziekenhuis te Etten over gebracht. De vijf inzittenden van de andere auto, afkomstig uit Zeeland, liepen allen min of meer ernstige verwondingen en ontvellin gen op, doch zij konden na door een dok- ter verbonden te zijn, de reis voortzetten. Ook de laatst genoemde auto was ernstig beschadigd. De auto was gekocht door een paar werkloozen, die door het vervoeren van vrachtjes iets trachten te verdienen. De burgemeester van Etten was op de plaats van het ongeval aanwezig. De poli tie stelt een onderzoek in. DE ONBEWAAKTE OVERWEGEN. Vrachtauto door trein gegrepen. Zaterdagmorgen is op den onbewaakten overweg nabij Barneveld een vrachtauto door den locaaltrein, die 1021 uit Nijkerk te Barneveld arriveert, aangereden. De chauffeur ,de 20-jarige T. van 't Soort uit Lunteren werd uit de cabine geslin gerd, doch bekwam geen letseL ONDER DE TRAM GERAAKT. Bode zwaar gewond. De bodewagen, bestuurd door den 22- jarigen Van der Weerd uit Zeist, reed Za terdagmiddag omstreeks half vijf op den Utrechtsche weg tegenover Berkenhove. v. d. W. moest den ingang van Berkhove inrijden en kwam daardoor op de tram rails te staan. Hij stapte vervolgens uit en ging even aan de voorzijde kijken. Op dat moment kwam de sneltram uit de richting Zeist aan, die met groote kracht tegen den bodewagen botste, met het gevolg, dat de wagen op zij schoof en de bestuurder te recht kwam onder den baanschuiver van de tram, die zestig meter na de botsing stopte. De man werd in zorgwekkenden toe stand opgenomen en naar de Rijksklinie ken te Utrecht vervoerd. Voor zijn leven wordt gevreesd. DE SCH. 103 AANGEVAREN. Met averij binnengeloopen. Zaterdagmorgen kwam te Scheveningen binnen de motorlogger Sch. 103, schipper H. Nutby, van de reederij v/h Frans Vro lijk, welk schip Donderdag j.l. is aangeva ren door een Engelsche trawler. De Sch. 103 was j.l. Dinsdag voor de haringvis- scherij vertrokken en was visschende toen plotseling een Engelsche trawler tegen het schip aanvoer en aanzienlijke schade aan stuurboordzijde maakte. Verschillende ijze ren platen werd ingedrukt. Het schip moest huiswaarts keeren. Ook de Engelsche trawler was vrij goed. POSTTREIN TEGEN EEN DORSCH- MACHINE. Waarschijnlijk door den mist reed Za terdagmorgen te ongeveer kwart over tien de posttrein Hoek van HollandBerlijn op den onbewaakten overweg tusschen Apel doorn en Teugen tegen een dorschmachine aan, welke geheel werd vernield. Persoon lijke ongevallen hadden niet plaats. VROUWLIEF SLAAT DEN BOEL KORT EN KLEIN. Manlief in het ziekenhuis. Zaterdagmiddag is een-man te Zaandam naar het ziekenhuis gebracht, die by een heftige ruzie in zijn gezin door vrouw en zoons zoodanig werd toegetakeld, dat hij verschillende ernstigfe kwetsuren opliep. Het perceel op den Hoogedijk, waar deze reuzie zich afspeelde, was zoodanig door de vrouw bewerkt, dat er binnens- en buitenshuis geen glas meer heel was ge bleven. De aanleiding tot het huiselijk dis puut moet gezocht worden in het feit, dat de vrouw wilde verhuizen, terwijl de man daar niets voor voelde. Toen vrouwlief, on danks het tegenstreven van haar gemaal, haar wil doorzette en een woning huurde, kwam het tot handtastelijkheden, waarbij zelfs de ruiten van de nieuwe woning het moesten ontgelden. Vervolgens kweet vrouwlief zich op zeer radicale wijze van haar werk in het huis aan den Hoogedijk, waarna zy den heer des huizes volgens de regelen des pugilistische kunst naar het ziekenhuis verwees. En dan zegt het spreekwoord nog: „Oost West, thuis best. „Tel." DE „LUTINE". De zandzuigers van de firma Doeksen en Dros hebben gisteren den geheelen dag ge werkt. Zij zijn er in geslaagd de munitie laag van de „Lutine" te bereiken. Opge zogen werden 60 kogels, waartusschen een zilveren kazemat (munstuk) was gebor gen. Naar men weet moet de goudlaag van de „Lutine" zich onder de munitielaag be vinden. MEISJE DOOR JONGEMAN GEDOOD, HAAR ZUSTER LEVENSGEVAARLIJK GEWOND. DADER PLEEGT ZELFMOORD. Gisterabond te omstreeks vijf uur heeft te Nieuwstad bij Sittard een verschrikke lijk drama plaats gevonden, dat twee per sonen het leven heeft gekost en waarbij en meisje van zeventien jaren levensge vaarlijk werd gewond. Marie Salden, een meiBje van 21 jaren, wandelde met haar vader en eenige fami lieleden, toen onverwachts de 21-jarige H. l'Espoir op hen toetrad, plotseling een revolver te voorschijn haalde en daaruit eenige schoten afvuurde. Maria Salden werd door een kogel in het hoofd getrof fen. Zij was op slag dood. Haar zeven tienjarig zusje kreeg één schot in den rug en één in de hand. Zij werd in levens gevaarlijken toestand naar het ziekenhuis overgebracht. De dader sloeg de hand aan zichzelf. Hij schoot zich een kogel door het hoofd en hij was op slag dood. Maria Salden heeft een verhouding ge had met l'Espoir. De vader van het meis je was hier evenwel tegen. Zooals te begrijpen is heeft dit drama in het anders zoo rustige Nieuwstad groote beroering gewekt. Op de plaats, waar het drama zich heeft afgespeeld, staan groepjes personen het vreeselijk gebeuren te be spreken. Nader vernemen wij nog: De heer Salden, gepensionneerd spoor wegarbeider te Nieuwstad, tevens lid van den Raad dier gemeente, was met zijn zes kinderen aan het wandelen. Toen zij op den Millenderweg liepn, zagen zij in de verte l'Espoir naderen, die op hen kwam toeloo- pen. Toen hij dicht bij het gezelschap was gekomen, haalde hij plotseling een revol ver te voorschijn, waarmede hij een aan tal schoten loste. Het wandelend groepje vloog ontzet naar alle kanten gillende uit een. Zooals gemeld werd Maria Salden door een kogel in het hoofd getroffen, waórdoor zij op slag werd gedood. De ze ventienjarig Lena Salden kreeg een kogel in den rug en een in de hand. Vervolgens sloeg de jonge man de hand aan zichzelf. Dit alles speelde zich in enkele oogen- blikken af. Omiddellijk schoten van alle kanten omwonenden en voorbijgangers toe. De gemeenteveldwachters en de bur gemeester van Nieuwstad, alsmede de pas toor waren vrij spoedig na het gebeurde, dat groote verslagenheid had gewekt, ter plaatse. Dr. Joosten uit Sittard verleende de eerste hulp. Het zwaar gewonde meisje werd onmiddellijk met een voorby komen de auto naar het ziekenhuis te Sittard vervoerd, waar men tot operatief ingrij pen moest overgaan. De twee lijken heeft men nog geruimen tijd op den weg laten liggen, alvorens ze naar het hospitaal over te brengen. Omtrent de aanleiding tot het gebeurde kan nog worden gemeld, de dader, mijn werker van beroep en gewoond hebbende te Nieuwstad, reeds een viertal jaren ver keering had met Haria Salden. Hij was tien jaar geleden naar Nieuwstad een boe rendorp van 1500 zielen, 6 a 7 K.M. ten Noorden van Sittard gelegen gekomen, na te Maastricht te hebben gewoond. De verhouding tusschen den jongen man en het meisje, alsook met de familie Salden was den eersten tijd uitstekend. Later is er wrijving ontstaan met den vader en de zusters van het meisje. Deze schijnen l'Espoir reeds lang te hebben gesard en getreiterd, vooral in den laatsten tyd. De verhouding tusschen den jongen en het meisje was echter uitmuntend. l'Espoir had de familie Salden nooit of te nimmer bedreigd, ook heeft er geen ru zie plaats gehad. Wel hadden er, zooals gezegd plagerijen plaats van den kant van de Saldens. De jongeman heeft de daad dus in koe len bloede gepleegd. Naar wij Zondagavond laat vernamen, was de toestand van het ernstig gewonde meisje, op dat tijdstip zeer zorgwekkend. BRUTALE INBREKER. Hij kwau twee nachten achter elkaar. Donderdegnacht ontdekte men in de woning van de R. op den Leidschestraat- weg onder d» gemeente Ouderijn, dat een man zich totgang tot het huis had ver schaft. Niet ztodra zag deze zich evenwel ontdekt of hij *oos het hazenpad. Dit voor de familie nogd onaangename voorval kreeg intusschen een zeer vreemd aspect, toen naar alle waarschijnlijkheid dezelfde man zijn bezoek <en nacht erop herhaal de. Om circa twee Xur in den nacht van Vrijdag op Zaterdag bemerkte mevrouw de R. den man namelijk in haar slaapka- In plaats van wederom het Viazenpad te kiezen viel hij dezen l<eer mevrouw aan, die zich heftig verweerde en luidkeels om hulp begon te roepen. Terwijl de huisge- nooten toeschoten ontsnapte de man via een venster. Pogingen om hem te vinden of zyn iden titeit vast te stellen hadden tot nu toe geen resultaat. Mevr. de R. heeft bij haar gevecht met den inbreker enkele minder ernstige verwondingen opgeloopen. SMOKKELAUTO'S AANGEHOUDEN. Zaterdag reed bij de Duitsche grens ach ter Roermond een auto, die niet voldeed aan het bevel van de douanen om te stop pen. De wagen, die over een spijkerplank heen was gereden, werd door de commie zen onder vuur genomen, doch de chauf feur maakte geen aanstalten om te stop pen. Later vond men den auto op den weg staan, geladen met 2500 K.G. Duitsche mar garine. Margarine en auto werden in be slag genomen. Twee in dienst zynde marechaussees zagen uit de richting Etten onder Princen- hage een vrachtauto naderen, die toen hij de marechaussees bereikte, de snelheid vergrootte. Dit wekte achterdocht, waarom de chauffeur werd gesommeerd te stoppen. Hieraan werd evenwel niet voldaan. Op een juist passeerende andere vrachtauto zet ten de marechaussees den vluchteling na. In een straat van Princenhage raakte de vervolgde auto in de knel, na eerst tegen een muur te zijn gebotst. De chauffeur sprong uit den wagen en probeerde zich door de vlucht in veiligheid te stellen. Een der achtervolgende marechaussees had zich echter reeds van een rijwiel weten et voorzien en zette hiermee, de vervolging voort en spoedig slaagde hij erin den vluchtenden man te grijpen. Het bleek te zyn zekere H. uit Heusden, die een partij margarine van 2000 K.G. ongedekt uit Bel gië had ingevoerd. Nadat proces verbaal was opgemaakt, kon H. naar huis gaan. Boter en auto wer- MISLUKTE HITLER-PROPAGANDA. In den nadat van Zaterdag op Zondag hebben onbekenden de straten van en di verse muren in Valkenburg beklad met hakenkruizen, terwijl voorts propaganda- lectuur onder de deuren door in de huizen geschoven werd. Een bewoner uit de Kerk straat die een en ander bemerkte, stelde onmiddellijk de marechaussee van het gebeurde in kennis, die op haar beurt den loco-burgemeester waarschuwde. Er wer den onmiddellijk maatregelen getroffen om de hakenkruizen onzichtbaar te maken en des morgens vroeg was dan ook reeds geen spoor meer van het gebeurde te ont dekken. Voorts bemerkte men des morgens op de Ruine twee hakenkruisvlaggen, wel ke aldaar bevestigd waren. Ook deze zijn weggehaald en door de marechaussee in beslag genomen. Een ingesteld onderzoek heeft tot nu toe nog geen resultaat opgeleverd, zoodat men niet weet wie een en ander gedaan heeft, den in beslag genomen. KOOPT BIJ ONZE ADVERTEERDERS FEUILLETON. i) L Een vreemde ontmoeting. „Wat 'n verschrikkelijke avond!" „Ja, als het in dit land eindelijk gaat regenen, wordt het zoo ongeveer een zond vloed. Hoor je dat? Wanneer het zoo door gaat, zijn we morgenochtend verdronken!" „Neen, daarvoor ligt het huis te hoog. Maar we moesten naar bed gaan. Er komt vanavond toch niemand meer." „Komen?" Dan zouden ze het in een boot moeten doen! Eu die ellendige koude wind er bij...." De man huiverde terwyl hij sprak. De vrouw liep naar de deur van de kleine herberg. Verscheidene minuten keek ze naar den wild-neergutsende regen en luisterde naar den wind, die door de hoo rnen gierde. Er was geen ander huis in de nabij heid; de herberg stond aan een viersprong in een spaarzaam bevolkt district in Zuid- Australië. Een mijl noordwaarts lag een hoeve en nog een 'n mijl naar het Oosten. De bewoners daarvan waren de naaste bu ren van den man en de vrouw, die de her berg aan den viersprong hielden. Op vier mijlen afstand lag een dorp en in de te genovergestelde richting, zes mijlen van de herberg verwijderd, een klein stadje en de herbergier en zijn vrouw moesten bestaan van de passeerende boeren en de weinige reizigers, die deze afgelegen streek bezochten. Ze bezaten ook 'n stukje land, maar hun voornaamste bron van inkom sten was de herberg. „Neen", zei de vrouw na een poosje, „we hoeven vanavond niemand meer te ver wachten. Het wordt direct donker en als iemand op weg was hier naar toe, zal hij wel zoo wijs zijn in Nova te blenven. Hoor dat eens!" Een geweldige donderslag deed het huis op zijn grondvesten trillen en de vrouw liep haastig naar binnen. „We moesten maar sluiten en naar bed gaan", meende de man. De woorden waren ternauwernood uit zijn mond of ze hoorden buiten een stem. „Hallo! Is er ook iemand om mijn paard te nemen? Ik kan zoowat niet meer!" De man ging naar de deur en zag een gestalte te paard. „De staldeur is recht voor je", ant woordde hij. „Het is niet de moeite waard om me voor dat kleine stukje kletsnat ie laten regenen." Met moeite kwam de ruiter uit het za del hij scheen volkomen uitgeput. Hij wankelde, toen zijn voet den grond raak te en moest zich aan zijn paard vasthou den om niet te vallen. Er was een verbindingsdeur tusschen den stal en de keuken van de herberg en langs dezen beschutten weg ging de waard om den reiziger binnen te laten. „Ziezoo," zei hy, „breng het paard maar hier." De reiziger deed als hem gezegd werd en toen hij eindelijk 'n bescermend dak boven zijn hoofd had", hijgde hij: „Haal wat brandewijn, vlug ik kan gewoon niet meer, zie je dat dan niet?" Er was geen twijfel aan dat de man waarheid sprak. De woorden kwamen met moeite en toen hij uitgesproken was, kreeg hy een hevige hoestbui, die zijn heele lichaam krampachtig deed schok ken. De herbergier schoof een ruw-getimmer- de bank naar hem toe, waarop hij neer viel, zich vastklemmend aan den arm van den ander. „Zoo, het gaat al beter", zuchtte hy na enkele oogenblikken. „Maar ik ben op, in één woord op. Haal alsjeblieft brande wijn, kerel!" De vrouw, die het gesprek gevolgd had, bracht het gevraagde en de reiziger slok te gretig het opwekkende vocht naar bin nen. „Je hebt geen drogen draad aan het lijf', merkte ze op. „Neen, ik weet het. Zoo'n regen heb ik nog nooit beleefd. Ik heb nog kleeren in dat pak daar, maar die zullen wel net zoo nat zijn als die ik aan heb. Misschien kunnen jullie me wat leenen, terwijl myn eigen goed droogt?" „Ik weet het niet", verklaarde de vrouw op twijfeltoon. „O, wees maar niet bangik kan be talen, hoor!" klonk het geruststellend. Hy stond nu in de keuken, waar een kaars brandde en de vrouw liet een onder zoekenden blik langs zijn gezicht glijden. Hij was nog jong, een jaar of dertig ongeveer en zyn heele voorkomen stem de de vrouw tot vertrouwen en vriende lijkheid. „Met die verschrikkelijken hoest moet je niet in die drijfnatte spullen blyven rondloopen", luidde thans haar oordeel, „er is wel een of ander van Aaron dat je passen zaL Ga maar mee.... hierheen." Ze bracht hem naar de aangrenzende kamer, nam eenige kleedingstukken van een kapstok en legde ze op het bed. Daar op opende ze een lade en haalde er het noodige ondergoed en een paar handdoe ken uit. „Wrijf je maar flink droog", raadde ze, „en trek dit dan aan." Na eenigen tijd verscheen hij weer in de keuken met de Zondagsche kleeren van den waard aan. „Ik ben 'n heele Piet zoo, vind je niet?" riep hij opgewekt. „En ik voel me een hoop beter. Nu nog wat te eten, moeder, en dan ben ik weer klaar." Terwijl hij sprak legde hy een tweetal goudstukken op tafel. „Om je te laten zien, dat er geen kwaad bij is", legde hij uit. „Ja, je ziet er al weer heel wat beter ut", stemde de vrouw toe en ofschoon Aaron's goedkoope confectiekleeren hem niet bepaald aangegoten zaten, zag ze on middellijk, dat dit iemand was, die door geboorte, uiterlijk en manieren tot een haar onbekende wereld behoorde. En niet alleen dat, hoewel hij er zwak en slap uitzag en zijn gelaat de duidelijke sporen van een losbandig leven droeg, was hy onmiskenbaar een knap man; rij zig, goed gebouwd en met iets ondefi nieerbaars in gang en houding, dat de gewone bezoekers van de herberg misten. Ook het welige, zachte bruine haar gaf iets aristocratisch aan zijn uiterlijk. „Hier is eten voor je", kondigde de vrouw aan. Ze zette een schaal soep voor hem neer, die hem eerst niet bijster scheen te beko ren, maar die hij ten slotte, hongerig als hjj was, toch geheel leeg ah „Ook nog wat koud schapenvleesch?" vroeg de vrouw. „Neen, dank je. Ik ben weer heelemaal opgeknapt." „Ja, dat is aan je te zien", mengde de waard, die hem zwijgend bestudeerd had, zich nu in het gesprek. „Je bent een En- gels'chman, hè?" „Waarom denk je dat?" „Wel, het is dertig jaar geleden, dat wij uit Engeland weggingen, maar mijn geheu gen is nog wel zoo goed, dat ik zie dat jij niet in Australië geboren en getogen bent." „Neen, dat ben ik ook niet. Ikik. enfin, dat doet er niets toe. Wat 'n ver schrikkelijke avond, hè? Een bof, dat ik hier net langs kwam. Ik geloof nooit, dat ik den nacht anders levend zou doorge komen zijn." „Je was er ten minste ellendig aan toe." De reiziger huiverde. „Heb je een slok whiskey voor me?" vroeg hij. „Whiskey is niet het eerste wat je op het oogenblik noodig hebt" antwoordde de vrouw. „Je deed beter naar bed te gaan." „Nog nietik kan niet! Ik moet heusch een beetje whiskey hebben, moe der." „We hebben brandewijn in overvloed", zei de man. „Een brandewijngroc zal je goed doen." Hij schonk brandewijn en heet water in een glas en schoof het naar den gast toe. „Ook suiker?" „Alsjeblieft. Ha, dat smaakt! Richard begint zichzelf weer te herkennen...." (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1933 | | pagina 10