DE R.K. MIDDENSTANDSBOND
VERGADERT TE BREDA,
24ste Jaargang
VRIJDAG 29 SEPTEMBER 1933
No. 7623
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling:
Voor Leiden 19 cent per week2.50 per kwartaal
By onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal
Franco per post 2.95 per kwartaal
Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met
Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent.
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 (I
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent .per regel
Voor Ingezonden Mededeelingen wordt
het dubbele van het tarief berekend.
TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be-
betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur eq
«•huur, koop en verkoop: 0.50
Dit nummer bestaat uit VIER
bladen.
V Een motie op de Kamer-
Centrale Leiden.
Er zijn de laatste paar weken weer drie
gevallen aan te wijzen van Kamerleden,
die tot wethouder in een der grootste ste
den van ons land werden gekozen:
de katholiek Feber te Den Haag;
de Christelijk-Historicus Snoeck Henke-
mans in Den Haag;
de liberaal Vos in Amsterdam.
Opmerkenswaardig is hierbij, dat de eer
ste vacature in Den Haag ontstond, door
dat de socialist Drees aftrad wegens zijn
verkiezing tot Kamerlid; in zijn partij acht
men de combinatie van Kamerlid en Wet
houder van een der grootste gemeenten
blijkbaar niet langer goed vereenigbaar.
Het eerste feit heeft de R.K. Kiesvereeni-
ging te Gouda aanleiding gegeven bij de
R. K. Kamer-Centrale Leiden een motie in
te dienen ter behandeling op de morgen
te houden jaarvergadering. Deze motie
luidt:
De R. K. Kamer-Centrale Leiden, in
vergadering bijeen, vernomen hebbend
de verkiezing tot wethouder van
's-Gravenhage van het lid der Tweede
Kamer, den heer ir. Feber, overwegend
de ongewenschtheid, vooral in dezen
tijd, van de cumulatie van dergelijke
functies, noodigt het Partijbestuur uit,
ten spoedigste in overweging te wil
len nemen of hier geen aanleiding be
staat den heer ir. Feber te verzoeken
voor een dezer functies te bedanken.
Wij zijn 't er mede eens, dat het in net
algemeen niet gewenscht is, dat eenzelfde
persoon tegelijkertijd wethouder eener
groote gemeente en Kamerlid is. In het al
gemeen Er kunnen bijzondere omstan
digheden zijn, die zulk een „cumulatie
bijv. tijdelijk, bevredigend verklaren en
rechtvaardigen.
De motie van Gouda constateert, dat
„vooral in dezen tijd" een „cumulatie" als
bedoeld ongewenscht is.
De toevoeging „vooral in dezen tijd" zal
wel niet doelen op de heerschende werkloos
heid als genoemd Kamerlid voor een zij
ner functies zou bedanken, is 't nog zeer
twijfelachtig, of iemand, direct of indirect,
aan werk zou worden geholpen. De toe
voeging „vooral in dezen tijd" heeft o. i. de
bedoeling, om te constateeren, dat vooral
in dezen tijd elk der beide bedoelde func
ties zooveel tijd en toewijding eischt, dat
de samenvoeging ervan, nu mèèr nog dan
voorheen, ongewenscht is geworden.
Deze opmerkingen mogen niet zoo wor
den verklaard, dat wij ons niet met de
strekking van de Goudsche motie zouden
kunnen vereenigen. Integendeel. De be
doeling van deze motie: het paal en perk
stellen aan de z.g. cumulatie, is ons sym
pathiek.
Maar aan deze waardeering voor de be
doeling van de motie moeten wij toch de
opmerking verbinden, dat men beter een
uitnoodiging aan het Partijbestuur had
kunnen richten, om zijn invloed aan te
wenden tot het tegengaan van ongewensch-
te „cumulatie", daarbij dan om spijkeis
met koppen te slaan! in 't bijzonder wij
zend op het genoemde concrete geval. De
redactie zou echter alsnog in dezen geest
gewijzigd kunnen worden.
De toelichting bij de motie lijkt ons wel
watte zwaar. Wij lezen daarin:
Waar herhaaldelijk wordt betoogd,
dat een goede waarneming der functie
van Tweede Kamerlid den ganschen
mensch vraagt en overwegend, dat al-
lerwege wordt uitgezien naar daden
van Partijbestuur en Kamerfractie,
meent de afdeeling dat er hier alle
reden bestaat het Partijbestuur te ver
zoeken ernstig in overweging te ne
men of hier niet een daad moet wor
den gesteld als in de motie gevraagd.
In dit verband te spreken over het uit
zien naar „daden van Partijbestuur" schijnt
ons, eerlijk gezegd, wat pompeus!
Hoe nuttig men 't ook moge achten, als
het Partijbestuur eens de in de motie ge
vraagde daad zou stellen, 't is o. i. zelfs
lichtelijk dwaas, als men dan zou constatee
ren, dat het Partijbestuur had gesteld een
dier daden waarom wordt geroepen in de
zen tijd van oeconomische ellende en van
sterken drang naar radicale sociale hervor
ming!
Men overdrijve niet.
Een goede zaak kan door overdrijving
worden geschaad en zelfs in veler oogen
belachelijk worden gemaakt.
Wettelijke bescherming van het kleinbedrijf
Geanimeerd debat Een motie aangenomen
Nadat gistermorgen de praeadviseurs in
zake de wettelijke bescherming van het
kleinbedrijf aan het woord waren geweest,
sprak baron van Wijnbergen, voorzitter
van den middenstandsraad, die in een
klemmend betoog erop aandrong, dat de
drie middenstandsorganisaties thans een
daad zouden stellen door aan de ministers
van Justitie en Econ. Zaken te verzoeken
aan den Middenstandsraad verordenende
bevoegdheid te geven (applaus).
In verband met het groot aantal sprekers
werd de spreektijd bepaald op 8 minuten,
hetgeen eenige incidenten uitlokte. Doch
door den voorzitter werd energiek inge
grepen, waarmede de vergadering luide
haar instemming betuigde.
Onze speciale verslaggever heeft dus in
een lange lijst in het kort van alle de
baters medegedeeld, wat zij betoogden.
Wij meenen, de waarheid en ook zelfs
de volledigheid niet tekort te doen, als wij
constateeren, dat het debat hierop neer
kwam, dat men de conclusies van de inlei
ders inzake de bestrijding der warenhui
zen e.d. te zwak oordeelde, niet radicaal
genoeg; dat men meer klem wilde gelegd
zien op de noodzakelijkheid van een corpo
ratieve maatschappij.
Wij laten enkele debaters aan het woord.
De heer Wubbe (Rijswijk) beschouwt
deze congressen als den Volkenbond te Ge-
nève: kosten veel geld en bereiken weinig
resultaat.
Van het Federatiebestuur had men mo
gen verwachten, dat het met een uitge
werkt plan inzake publiekrechtelijke be
drijfsorganisatie was voor den dag geko
men. Baron v. Wijnbergen heeft gezegd,
dat de Middenstandsraad reeds lang wet
gevende bevpegdheid had moeten hebben.
Waarom heeft Baron van Wijnbergen dat
niet vroeger aan de orde gesteld? (Ap
plaus).
De voorzitter onderbreekt den spreker
en verzoekt hem de gasten buiten de dis
cussies te houden.
Spreker vervolgt dan met een scherpen
aanval op de cumulatie van betrekkingen
en herinnert aan de woorden van Mgr.
Hopmans op de Sociale Studiedagen. Het
is een schandaal dat de een door opeensta
peling van posten een dikken boterham
eet en de andere niets heeft.
De heer Meyers (Leiden) spreekt niet
alleen tegen groot-warenhuizen doch tegen
de funeste werking van het groot-kapitaal
in .het algemeen. Wanneer dit groot-kapi
taal kan doorgaan met uitbuiting van de
samenleving gelijk tot nog toe, dan heeft
dat uiteindelijk de afslachting van driehon
derdduizend middenstandsbedrijven met al
degenen, die daarin een bestaan vinden, tot
gevolg. De coöperaties zijn evenals de
groot-warenhuizen 'n pest voor de samenle
ving. Waarom laat de Staat toe, dat amb
tenaren een coöperatie hebben? Hun stand
is volkomen geordend en beschermd. Waar
om bewegen zy zich dan op het terrein
van den Middenstand? Spr. wil stopzetting
van de deflatie en het toelaten van een be
perkte inflatie of beter gezegd een zuivere
waardebepaling van den gulden, die thans
ver boven het normale is gestegen.
De heer Pollman (Leiden) merkt op, dat
geen oplossing voor den middenstand te
verkrijgen is zonder inmenging van de po
litiek; van de politiek van dit parlemen
taire stelsel is niets meer te verwachten
Hiervoor gevoelt de middenstand slechts
wrok en walging. De parlementaire demo
cratie heeft nooit iets voor den midden
stand gedaan. Dit congres ademt slechts de
lamheid waarin alleen de R. K. Kamerle
den het naar de kroon steken. (Rumoer
in de zaal). Slechts de groote beweging,
die de geheele wereld verovert, n.l. de cor
poratieve gedachte, kan ons uitkomst bren
gen. Dit congres kan eerst dan slagen wan
neer de conclusies der praeadviezen wor
den verworpen.
Ten slotte is het woord aan de prae-advi-
seurs ter beantwoording van de debaters.
Dr. Jansen handhaaft principieel zijn
praeadvies dat geen program van actie
moet zijn, doch algemeene richtlijnen moet
aangeven. Ook ten aanzien van coöperaties
en warenhuizen moest in dit praeadvies
slechts het beginsel worden aangegeven.
Spreker meent in de opmerkingen zekere
eenzijdigheid te moeten constateeren, men
richtte zich n.l. wel tegen warenhuizen,
doch vergat dat filiaal-bedrijven even ge
vaarlijk zijn. Daarom ware het beter ge
weest te spreken van zekere funeste wer
king van het groot-kapitaal.
Professor Koenraadt meende te moeten
waarschuwen tegen individualisme. Alle
standen hebben nood, niet alleen de mid
denstand. Door velen is hier teveel naar
eigen belang gekeken. Uit sommige opmer
kingen meende spreker voorts de conclu
sies te moeten trekken, dat men teveel naar
de conclusies der praeadviezen heeft geke
ken en minder naar de praeadviezen zelf.
Wat het coöperatiewezen betreft, achtte hij
het noodzakelijk, dat dit bestudeerd zal
worden door een commissie, waarin ook
boeren en arbeiders zitten. De debatten
zijn voorts met zekeren hartstocht gevoerd.
Dit nu is gevaarlijk voor een serieuze be
spreking van kwesties als de onderhavige,
dit leidt weer tot eenzijdigheid en tot het
gebruik van leuzen, en leuzen kunnen de
wereld niet verbeteren.
Reageerende op de opmerkingen van den
heer Pollman, merkt professor Koenraadt
op: wij strijden niet voor een corporatie
ven staat, doch voor een corporatieve maat
schappij, waarin de belangen van bepaal
de volksgroepen beslist worden, los van
politieke partijen.
Ten slotte wil spreker toegeven, dat de
genen, die den middenstand hadden kun
nen en moeten helpen, nalatig zijn geweest;
daden moeten worden gesteld, de nood
dringt.
Na de beantwoording door de praeadvi
seurs werd een door de afdeelingen Am
sterdam, Rotterdam en Den Haag voorge
stelde motie aangenomen, welke luidde als
volgt:
De Nederlandsche R. K. Middenstands
bond in tiende Congres te Breda bijeen;
gehoord de discussies over de praeadvie
zen inzake wettelijke bescherming van het
kleinbedrijf;
spreekt in aansluiting daarvan
en gelet op de bijzonder moeilijke soci
aal-economische toestanden van deze tijden,
onder verwijzing van het urgentieprogram
van den Nederlandschen R.K. Midden
standsbond, de noodzakelijkheid uit dat
onverwijld door de overheid maatregelen
worden getroffen welke gericht zijn op zoo
danige saneering en ordening van het be
drijfsleven, dat met name het midden-
standsbedrijf wordt veilig gesteld tegen
over het groot winkelbedrijf en de diverse
vormen van coöperatie van andere groepen
op het terrein van den middenstand;
draagt het Bondsbestuur op met groote
kracht en energie voor de uitvoering der
bedoelde ontwikkeling dezer middelen te
werken.
De Bondsadviseur de zeereerw. heer L.
J. van der Heyden hield vervolgens een op
wekkende rede, waarna het congres nog
werd toegesproken door den raadsadvocaat
van het Departement van Economische Za
ken, den heer Heringa, den heer Ed. Schur-
mann namens den Koninklijken Nederland
schen Middenstandsbond, den heer van
Linden namens de Vereeniging van Ka
mers van Koophandel en Fabriek. Hierna
werd het congres gesloten.
Opmerkelijk, dat de „N. Rott. Crt." zich
haast, om de regeering te adviseeren, niet
aan den aandrang van den R. K. Midden
stand toe te geven. Het liberale orgaan
schrijft in een artikel o.m.:
„Ligt de uitoefening van het waren-
huisbedrijf, zooals zich dit geleidelijk
heeft ontwikkeld, niet in de lyn der
moderne bedrijfsvoering en bevordert
dit stelsel niet veeleer de zoo noodige
rationalisatie van den winkelstand?
Van de regeering mag verwacht
worden, dat zij voor dwang, in deze
richting op haar uitgeoefend, niet zal
zwichten, zoolang niet zonneklaar
vaststaat, dat deze natuurlijk ontwik
keling tot ongewenschte excessen leidt.
Door dergelijke maatregelen te be
pleiten schaadt de R. K. Middenstands
bond het gerechtvaardigd streven van
den Nederlandschen Middenstand, die
in zyn voorzitter, den heer Ed. G.
Schuurman, een even scherpzinnig als
tactvol pleitbezorger heeft".
BEZOEKT MORGEN
DE
LE1DSCHE WINKELWEEK!
LEEST DE ADVERTENTIES!
INVOER VAN BLOEMBOLLEN E. D. IN
FRANKRIJK.
Contingenten voor vierde kwartaal.
De officieele cijfers zijn gisteren gepu
bliceerd van de invoercontingenten voor
bloembollen, bolgewassen, hyacinthen, tul
pen en dergelijke in het laatste kwartaal
van 1933. In rusttoestand mogen 375.000
K.G. worden ingevoerd en als bloeiende
planten niets.
DE CONTINGENTEERING VAN DEN
INVOER VAN VASTE SIERPLANTEN.
Interpellatie in de Belgische Kamer.
De correspondent van de „N. R. Crt." te
Brussel meldt:
Naar aanleiding van den contingentee-
ringsmaatregel, getroffen door de Neder
landsche regeering ten aanzien van den
invoer van vaste sierplanten, heeft het ka
tholieke Kamerlid voor Gent, Maenhout,
een verzoek om interpellatie van de regee
ring ingediend. Deze interpellatie zal loo-
pen over den moeilijken toestand waarin
de Belgische en speciaal de Gentsche tuin
bouw zich bevindt ten gevolge van de ver
hooging van de invoerrechten of de con-
tingenteering van den invoer van azalea's
in Duitschland, Frankrijk en Nederland.
De interpellatie zal zeker niet voor het
einde van de maand October aan de orde
kunnen komen.
UIT HET BOUWVAK.
Overeenstemming tusschen partijen over
de nieuwe arbeidsovereenkomst.
Zooals bekend, hebben de onderhandelin
gen inzake het collectief arbeidscontract
voor de bouwbedrijven oorspronkelijk niet
tot resultaat geleid.
Daar het verschil, hetwelk het loon be
trof, nog uiterst gering was, n.l. één cent
per uur, hebben de hoofdbesturen van de
patroonsbonden voor de Bouwbedrijven in
Nederland en van den R. K. Bond van
Bouwpatroons zich beraden en besloten
alsnog over het verschil heen te stappen
en het aanbod van de arbeidersbonden te
aanvaarden.
De navolgende wijzigingen of aanvullin
gen zullen thans, behoudens goedkeuring
van de respectievelijke ledenvergaderingen,
in de collectieve arbeidsovereenkomst wor
den opgenomen.
Wegenbouw. De C.A.O. zal hiervoor
niet gelden, behoudens wanneer het bestek
van het desbetreffende werk de toepassing
der C.A.O. voorschrijft.
Werkverschaffing en -verruiming. De
C.A.O. zal niet van toepassing zijn op wer
ken, waarvoor door de overheidslichamen
de arbeidsvoorwaarden zijn opgelegd.
Uurloon. Een verlaging, zoodat de
uurloonen in de onderscheidene klassen
worden als volgt:
Voor geschoolden: Hoofdklasse 70 (74),
klasse 1 65 (69). klasse 2 60 (64), klasse
3 A 55 (58), klasse 3 53 (56), klasse 4
47 (50) en klasse 5 43 (45).
Deze zijn voor geoefenden resp. 65 (69),
60 (64). 52 (56), 46 (49), 44 (47). 37 (40)
en 34 (35); voor ongeschoolden: klasse 2
45 (49), 3 A 38 (41), 3 36 (39), 4 32 (35)
cn 5 30 (31).
De tusschen haakjes geplaatste bedra
gen golden tot heden.
Vacantie. 45 bons. ook bij afgebroken
dienst-betrekking bij een en dezelfde pa
troon. Geen bons in de vacantieweek en de
waarde over 45 weken omgeslagen. Nieu
we vaststelling der bon-waarde.
Ziekte. Regeling overeenkomstig de
ziektewet, met overeenkomstige wijziging
van het ziekte-reglement der door partijen
opgerichte bedrijfsvereeniging. Verder
worden eeni<*e wijzigingen aangebracht in
de klasse-lijst.
Contract-duur. Zeventien maanden,
maar in September 1934 zal onder het oog
worden gezien of het bestaande loon al dan
niet kan worden gehandhaafd. Wordt men
het daar niet over eens, dan loopt de C.A.O.
alsdan tusschentijds af. Overige arbeids
voorwaarden worden gewijzigd overeen
komstig de wijzigingen in het landelijk con
tract.
WERK VOOR DUIZEND ARBEIDERS
GEDURENDE DRIE JAAR.
Ontwateringswerk in Oostelijk Noord-
Brabant begonnen.
Het hoofdbestuur van het waterschap
het Stroomgebied van de Aa heeft beslo
ten tot normaliseering van de Bakelsche
Aa en Kawijksche Loop en Groote Aa over
te gaan, waarmede de hoofdontwatering
VOORNAAMSTE NIEUWS.
BUITENLAND.
Het Rijksdagbrand-proces te Leipzig.
(lste blad).
Rede van Goebbels te Gcnève. (2de
blad).
De beperking der warenhuizen in
Duitschland en Zwitserland. (2de blad).
Noodweer in Zuid-Frankrijk (Buitenl.
Ber. 2de blad).
BINNENLAND.
Het tiende congres van den Ned. R. K.
Middenstandsbond te Breda gesloten, (lste
blad)
De radio-rede van Minister Oud over
den toestand van 's rijks financiën. (3de
blad).
Regeling der scrips voor aanvullenden
Duitschen uitvoer. (Financiën en Oecono-
mie, (2de blad).
Een ontslag-kwestie voor het Ambtena
rengerecht. (lste blad).
Eén doode en een zwaar gewonde bij
een botsing op onbewaaktcn overweg te
Buurmalsen. (Laatste Ber).
Eén doode cn een gewonde bij een bot
sing in den mist. (Laatste Ber.)
Meerdere ernstige verkeersongelukken.
(Gem. Ber., 3de blad en Laatste Ber.).
UIT DE OMGEVING.
Opening nieuw Raadhuis te Koudekerk.
(3de blad).
DE HEER P. M. VAN VELZEN,
die heden zijn 79sten verjaardag viert en
Zondag a.s. zijn gouden jubileum herdenkt
als organist der St. Petruskerk.
van een groot gedeelte van Oostelijk Noord-
Brabant afdoende geregeld zal worden.
Het werk, dat opgedragen is aan de N.V.
Grondmij. Grondverbetering- en Ontgin
ning Maatschappij, zal aan duizend arbei
ders drie jaren werk verschaffen.
Men is bereids met de werkzaamheden
aangevangen; hierbij zijn geplaatst werk-
loozen uit de gemeenten Helmond, Gemcrt,
Aarle-Rixtel, Beek en Donk en andere om
liggende gemeenten.
CURSUS VERKENNERSLEIDERS.
Vanwege de vereeniging „De Katholieke
Verkenners" zal op 7, 8, 14, 15, 21 en 22
October a.s. te Den Haag in Huize Katwijk
wederom een inleidingscursus voor Ver
kennersleiders worden gegeven.
Deze cursus is niet alleen bedoeld voor
degenen, die reeds in de verkennersbewe
ging werkzaam zijn, maar ook voor hen, die
nader met de verkennersbeweging kennis
willen maken, want hier geldt zeker het
spreekwoord „Onbekend maakt onbemind".
De minimum leeftijd voor de cursisten
bedraagt 18 jaar, maar ook op Heeren van
25 jaar en ouder wordt een beroep voor
clname gedaan.
Het cursusgeld bedraagt 10.
Schriftelijke aanmelding, voorzien van
een aanbeveling van de parochie-geestelijk
heid, vóór 2 October a.s. bij: W. L.oeffen,
Stationsweg 24a te Den Haag.