DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN GRATIS. HET LEIPZIGER PROCES. 24ste Jaargang VRIJDAG 22 SEPTEMBER 1933 "No 7617 S)e £etd6cJi£(Boii/fca/itt DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling: Voor Leiden 19 cent per week2.50 per kwartaal By onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal Franco per post 2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent. TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 (1 GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per regel Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be- betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur eq verhuur, koop en verkoop: 0.50 Dit nummer bestaat uit vijf bladen Zij, die zich per 1- October a.s. wenschen te abonneeren op „DE LEIDSCHE COURANT", ont vangen de voor dien datum ver schijnende nummers gratis. DE ADMINISTRATIE V De middenstand in actie! Bij de Leidsche Winkelweek? Ja maar die actie bedoelen wij hier niet. Toch wil len wij gaarne met een enkel woord waar deering uitspreken voor het van arbeids kracht en ondernemingslust getuigende op treden der Leidsche Winkeliers, die door prettige en doeltreffende reclame de aan dacht vestigen op Leiden als koopstad bij uitnemendheid! En wij zouden allen lezers willen aanraden in deze ai volgende week eens een wandeling te maken langs Lei den's winkelstraten, te zien en dan van zelf te koopen (de winkels zijn tot 10 uur geopend). Wij bedoelen hier de actie, die de mid denstand voert, om wettelijken steun in verschillenden vorm. Een actie, die noodzakelijk is. Er zijn vele verlangens en eischen van den middenstand. Daar is bijv. de vraag om regeeringscre- diet voor gezonde middenstandsbedrijven. Een zeer verklaarbaar verlangen. Ieder een zal inzien, dat aan de verwezenlijking van dat verlangen moeilijkheden en be zwaren verbonden zijn. Doch moeten en mogen deze onoverkomelijk worden geacht? Wij willen niet meer neerschrijven, dan we kunnen verantwoorden en daarom een gefundeerd antwoord, zaakkundi- g e beschouwingen over deze vraag liever aan anderen overlaten. .Daar is een van de vele andere ver langens de wensch in middenstandskrin gen, dat de regeering door wettelijke maat regelen paal en perk zal stellen aan de overmacht van het kapitaal, dat in groote warenhuizen velen winkel-branches de bestaans-mogelijkheid ontneemt! Zeker, ook hier zal niet iilles wat men wil bereikt kunnen worden. En men zal den wijzer van de oeconomische ontwik keling niet mogen terug zetten. Maar die wijzer wordt niet teruggezet, als men die oeconomische ontwikkeling niet wil laten groeien op wat sociaal niet gewenscht is, op wat niet kan worden geacht, in de lijn te liggen van een gezonde sociale ont wikkeling. Men zet den wijzer van de oeconomische ontwikkeling niet terug om 'ns een voorbeeld te noemen als wet telijk verhinderd wordt, dat men in een zelfde zaak een damesjapon, een carbonade, een gerookte paling en een pond suiker kan koopen! 't Zou o.i. niet moeilijk zijn, om in deze het verlangen van den middenstand, van den winkeliersstand concreet te for muleeren. En dan moet voor zulk een concreet ver langen de middenstand in actie gaan! Geen 1 ij s t van verlangens, al zijn deze nóg zoo gegrond door het bosch ziet men de boomen niet. Maar een actie over heel het land voor een of twee verlangens; later komen wel de andere. Dit is de tactiek, om iets te bereiken. In de troonrede is toegezegd de verwezen lijking van een door den R. K. Middenstand geuit verlangen, nl. wettelijke regeling van de afbetalingsovereenkomst. In dezen tijd kan de middenstand hier mede alleen niet tevreden worden gesteld! De eerste dag was een vervelende dag. VAN DER LUBBE IS WEZENLOOS EN GEEFT TRAGE EN HALVE ANTWOORDEN. UET PROCESVERLOOP NA DE PAUZE. Tegen twaalf uur werd gisteren de zit ting van het Hooggerechtshof te Leipzig heropend. Aan de orde was het verdere onderzoek van het verleden van Van der Lubbe. In he bijzonder wordt gesproken over zijn talrijke omzwervingen door Duitschland en Hongarije, alsmede over zijn pogingen om naar Rusland te komen. Door een reeks verdere getuigenverhoo- ren wordt het geval BargeVan der Lub be opgehelderd als een personenverwisse- ling. De vroegere soc.-dem. burgemeester Keil te Brockwitz heeft op den dag vóór de laatste Rijksdagverkiezingen met lei dende soc.-dem. partijgenooten over het ge val gesproken. In soc.-dem. kiespamfletten werd daarop de kwestie zoo voorgesteld, als had Van der Lubbe overnacht bij nat.- soc. te Brockwitz, resp. te Soernewitz. De reizen van Van der Lubbe worden dan ver der besproken, vooral de laatste reis in Februari 1933, die hem naar Berlijn voerde. Aan het slot van de zitting van heden wordt de politieke gezindheid van Van der Lubbe behandeld, die in Nederland communistisch jeugdleider is geweest, maar uit de partij trad, omdat hij geen leidende functie kreeg. Van der Lubbe uitte zich ook verder slechts zeer aarze lend en sprak zichzelf soms tegen. Her haalde malen moet de president hem waar schuwen, omdat hij glimlacht. Even vóór half drie sluit de president de zitting en verdaagt de behandeling tot Vrijdagmorgen 10 uur. IS. v. d. LUBBE EEN IMBECIEL OF DOET HIJ MAAR ZOO? Aan een verslag van den Berlijnschen correspondent van de „Msb." ontleenen wij nog het volgende: Onze landgenoot, die negentig procent van alle belangstelling in beslag neemt, is het toonbeeld van imbeciliteit. Op de foto's, welke van hem in omloop zijn, wordt hij nog zeer geflatteerd voorgesteld. Wezenloos zit hij voor zich uit op den grond te staren en gedurende den gan- schen loop van het proces heeft hij niet eenmaal opgekeken, of zijn allernaaste om geving ook maar even geïnspecteerd. Deze houding heeft hij gedurende de geheele verhandeling volgehouden, zoodat nu op aller lippen de vraag ligt: „Is van der Lubbe volkomen ontoerekenbaar, of is hy een tooneelspeler met weergaloos ta lent, die zichzelf volkomen in de hand heeft?" Zijn verhoor brengt alle aanwezigen op den duur tot vertwijfeling en zulks in het bijzonder die persmannen, die op sensatio- neele copy uitzijn. Eerstens spreekt van der Lubbe heele- maal niet, maar fluistert hij slechts en dat doet hij dan nog in lettergrepen. De langste volzin, dien de president uit hem los heeft weten te krijgen, luidt: „Het kan zijn". De president is een wonder van geduld en goedigheid en van der Lubbe precies een koppige muilezel. In het algemeen verloopt het verhoor als volgt: De president stelt een vraag, wacht en krijgt geen antwoord. Hij giet zijn vraag in een anderen vorm, wacht, wacht en nog komt er geen ant woord. Hij giet zijn vraag in een derden vorm, wacht opnieuw en dan fluistert de be klaagde een syllabe, die even goed „ja" als „neen" kan zijn. Soms trachten de president, de officier en de verdediger allen eendrachtig hem een woord af te persen, maar zij hebben geen geluk en moeten hun pogingen opgeven. In het „Bruinboek" staat, om slechts één voorbeeld te noemen, dat van der Lubbe de communistische partij verlaten heeft, wjjl hij niet tot generaal van de Leidsche communistische pioniers bevorderd werd. Den vereenden krachten van alle pro cesdeelnemers is het niet gelukt, op deze vraag eenig antwoord te bekomen. Men weet ook evenmin, of van der Lubbe com munist geweest is, of niet. Kortom, betref fende den hoofdbeschuldigde is men giste ren geen schrede verder gekomen. Veel sensationeels heeft de dag van gis teren niet aan het licht gebracht en toen de president 's-middags om drie uur de zitting sloot, ging er een zucht van ver lichting uit alle aanwezigen op en hoorde men overal reeds over het pakken van de koffers spreken. De beschuldigden worden nu door de Saksische politie-agenten weggevoerd, maar eerst nog legt een der rechters zijn toog af en begint met de hand op dei schouder van Van der Lubbe gemoedelijk met hem te spreken. Blijkbaar dringt hij er op aan, dat de hoofdbeklaagde zijn houding van koppige wezenloosheid eindelijk opgeven zal, om daardoor zijn positie te verbeteren. EEN BERLIJNSCH OORDEEL OVER V. D. LUBBE. De Berlijnsche middag- en avondbladen hebben zonder uitzondering als voornaam ste nieuws een uitvoerig verslag van de eerste rechtszitting te Leipzig gebracht. Voor een lang commentaar was de tijd te kort. Als eerste publiceert echter het „Berliner Tageblatt" in haar ochtend-edi tie van Vrijdag, welke reeds Donderavond verscheen, een stuk van zijn bijzonderen verslaggever te Leipzig over het karakter van Marinus v. d. Lubbe. Na een beschrijving van het uiterlijk van den beklaagde, komt de correspondent tot de conclusie, dat v, d. Lubbe's gezicht niet het gezicht is van een arbeider, ooic niet van een kleinen burger, maar dat het een misdadigers-physionomie is, waarin men de trekken terugvindt, welke in de gezichten van koningsmoordenaars ge schreven staan. Deze kwalificatie frap peerde ons, schrijft de correspondent van de „Tel", aangezien zij geenszins strookt men den indruk, dien wij opdeden toen wij v. d. Lubbe twee dagen na zijn arresta tie in de politiegevangenis te Berlijn be zochten. Toen maakte .v. d. Lubbe integendeel een zeer burgerlijken en jongensachtigen, ja, bijna kinderlijken indruk. Op het eerste gezicht zouden wij zelfs in staat zijn ge weest hem voor een goedigen jongen te houden. In den loop van het onderhoud, dat wij met hem hadden, ontpopte hij zich als een verstokt dweper met uiterst een zijdig ontwikkelde ideeën, die daarnevens de grootste domheden verkocht, maar ze ker niet als een bloeddorstig moordenaar. Zonder twijfel is het uiterlijk van v. d. Lubbe er gedurende de maandenlange op sluiting in de gevangenis en de vermoeien de verhooren welke hij achter den rug heeft, niet mooier op geworden. Bij zijn arrestatie had hij een vol, blozend gelaat. Toen hij vanochtend in de rechtzaal trad, was zijn gezicht bleek en maakte hij een bijna suffen indruk. Zijn oogen waren in gevallen en leken door zijn uitstekende jukbeenderen nog dieper te liggen. Zijn gebogen houding en de weinig flatteuse gevangeniskiel maakten het beeld nog on gunstiger. Zijn lachen bij ernstige kwes ties, zijn zwijgen op dringende vragen, zijn onzekerheid en zwakke stemgeluid, dat alles te zamen heeft er niet toe kunnen bij dragen v. d. Lubbe bij het publiek en de andere aanwezigen groote sympathie te verschaffen. Op dezen eersten indruk zal dan ook waarschijnlijk de conclusie van den Leip- ziger correspondent van het „Berliner Ta geblatt" berusten. FAMILIE STUURT EEN TELEGRAM AAN PRESIDENT HINDENBURG. De familie van v. d. Lubbe heeft het vol gende telegram aan president von Hinden burg gezonden: Verzoeken dringend uwe bemiddeling bij het Rijksgerecht Leipzig, opdat onzen bloedverwant Marinus ons schrijven be treffende verdediging door mr. Stomps nog overhandigd wordt, waardoor zijn wan trouwen verdwenen en hij mr. Stomps aanvaarden zal. Namens de familie van der Lubbe, w.g. J. Peute. DE TWEEDE DAG. De belangstelling van het publiek voor de behandeling van het proces tegen de van brandstichting in het Rijksdaggebouw beschuldigden is vandaag onverflauwd. Om kwart voor tienen werden de beschul digden de zaal binnengeleid. Van der Lub be in vandaag ongeboeid, evenals de me debeschuldigden. Met hangend hoofd kijkt hij onbewogen voor zich en slaat geen acht op het publiek. Törgler is in druk gesprek met zijn verdediger dr. Sack. Om tien uur treedt de Senaat de rechts zaal binnen. De ambtenaar van het O.M. dr. Sarisius, geeft een kort commentaar op de berich ten in de bladen, inzake de lezing van de overnachting van v. d. Lubbe te Sornewitz. Er kan worden vastgesteld aldus dr. Parisius dat de verklaringen van de ge tuigen op dit punt in groote lijnen over eenstemmen met hun verklaringen tijdens het voor-onderzoek. De president dr. Bünger bevestigt deze uiteenzettingen. Zij stemden niet alleen in groote lijnen overeen, doch zij kloppen volkomen met elkaar. Prof. dr. Bonhöffer, die verd. v. d. Lub be in opdracht van den rechter van in structie psychiatrisch heeft onderzocht, deelt betreffende het resultaat van dit on derzoek binnen het kader van een deskun digen-rapport mede: Ik heb Van der Lub be van 25 Maart af verschillende malen ge sproken en onderzocht. Indertijd was v. d. Lubbe een lichamelijk krachtig mensch. Het beeld dat hij ons bood wijkt wezenlijk af van hetgeen men gisteren bij de onder handelingen heeft gezien. Van den Lubbe voerde de bespreking gelaten, zelfbewust, ja, menig keer overmoedig. De mogelijk heid, zich met hem over zijn levensloop en over de zaak zelf te onderhouden, be stond ten volle. Hij antwoordde op de hem gestelde vragen ten deele op levendige wijze, hij was zelfs zeer normaal. De on middellijke aanleiding voor dit onderzoek naar de geestvermogens van Van der Lub be was het voornemen van Van der Lubhe, in de gevangenis in voedselstaking te gaan. Hij heeft door het weigeren van voedsel de zaak willen bespoedigen. Toen hem dui delijk werd, dat er sprake was van een psychiatrisch onderzoek, lachte hij en hij meende: dat klinkt mooi, eerst heeft hij den Rijksdag aangestoken, dan wil hij in voedselstaking gaan, dan moet hij toch ge* zijn. Betreffende de motieven van zijn optre den verstrekte hij eveneens mededeelin- gen. Hij meende, dat het een daad betrof welke voortgesproten was uit een commu nistische gedachtegang. Ik heb hem voor gehouden, dat het toch eigenlijk niet te ge- looven is, dat hij zooiets alleen zou hebben gedaan. Hij antwoordde dat er verschillen de methoden voor bestaan. Er kon sprake zijn van een optreden der geheele partij, er konden afzonderlijke troepen werken, maar er kon ook slechts door individueclc personen iets worden gepresteerd. Deze daad, zoo zeide hij, aldus de getuige, zou het voorbeeld zijn om op andere plaatsen iets dergelijks te doen. Het deskundigen-rapport houdt in: mo menten van psychische beteekenis zijn bij deze onderzoekingen niet naar voren ge komen. Er was geen aanleiding aan te ne men, dat er sprake was van een psychisch defect. Van der Lubbe was geheel slag- vaard.g en ook in formeel opzicht zeer normaal. De deskundige Geheimrat Bonhöffer be vestigt op vragen van den voorzitter, dat v. d. Lubbe een uitgesproken behoefte heeft aan eigen directe persoonlijke erva ring en weinig waarde hecht aan genegen heid. Een zekere behoeft bij v. d. Lubbe zich te doen gelden is zeer zeker aanwe zig. v. d. Lubbe treedt zoo nu en dan uiterst zelfbewust op. De voorzitter pro beert thans vast te stellen, hoe het her haalde glimlachen van den beschuldigde bij volkomen ernstige situaties der behan deling van het proces is te verklaren. De deskundige ziet hierin niets ongewoons. Den beschuldigde v. d. Lubbe is een ze kere superioriteit tegenover alle dingen der wereld rondom hem eigen. Hij schijnt zich steeds te amuseeren. Ongetwijfeld is hem ook het verschil der drie getuigen, die er over strijden of v. d. Lubbe zich als na- tionaal-socialist heeft uitgegeven, min of meer komisch voorgekomen. Het zachte spreken van den beschuldigde is misschien te verklaren door een lichamelijke zwaktv, welke het gevolg is van zijn voedselsta king. Op de vraag van dr. Parisius of bij den beschuldigde een zekere sexueelc af wijking is waar te nemen, antwoordt cie deskundige ontkennend. Op voorstel van den verdediger van v. d. Lubbe, dr. Seuf- fert, wordt de deskundige ook als getuige beëedigd. Dr. Seuffert: „Het is mij opgevallen, dat y. d. Lubbe bij het onderhoud plotseling in groote opwinding geraakt en opstuift en dan weer kalm wordt". VOORNAAMSTE NIEUWS. BUITENLAND. Volgens een gerucht te Genf-ve zou Ne derland het Jodenvraagstuk bij den Vol kenbond ter sprake brengen. (2de blad). „Zilverhemden" in Amerika (2de blad). Het proces-v. d. Lubbe. (1ste blad). BINNENLAND. Vergadering van de Algemeene R. K. Land bouw bed rijfsraad. (3de blad). De Minister van Economische Zaken geeft een toelichting op genomen crisis maatregelen. (4e blad). Een Duitsche persstem over dc Troon rede. (4e blad). Jeugdig arbeider te Bloemendaal onder duinafgraving bedolven en geslikt. (Gem. Ber. 3de blad). Zwaar weer boven Friesland, Urk en Rotterdam. (Gem. Ber. 3de blad). Twee jongens te Tilburg fietsende onder autobus geraakt. Beiden overleden. (Gem. Ber. 3de blad en Laatste Ber.). Thans weer een kerkinbraak te Korten- hoef (Gem. Ber. 3e blad). LEIDEN. Prof. dr. E. D. van Oort, buitengewoon hoogleeraar en directeur van het Museum van Natuurlijke Historie, overleden. (1ste blad). UIT DE OMGEVINC. Vandaag heeft Boskoop's burgemeester afscheid genomen van zijn gemeente. (4e blad). ONZE APOLOGETISCHE RUBRIEK. (3e blad). De deskundige ziet in dit optreden geen engewoon psychisch verschijnsel. De ver dediger van Torgler, dr. Sack, vraagt of een ongewone gevoeligheid voor vreem den invloed bij v. d. Lubbe aanwezig is. Prof. Bonhöffer: Ik heb eerder den in druk met een zelfbewust dan met een ge voelig mensch te doen te hebben. Dr. Sack: „U hebt den beschuldigde ge vraagd, welke communistische leiders hij kent". Bonhöffer: „Hij antwoordde: Thalmann". Dr. Sack: „Heeft hij gezegd, dat hij aan den vooravond van den rijksdagbrand met Torgler samen is geweest?" Bonhöffer: „Op deze vraag heeft hij ontkennend geantwoord". De volgende getuige, de commissaris der criminecle politie Hcisig, geeft een uitvoe rig overzicht van het onderzoek, dat hij in Nederland, in het bijzonder te Leiden, heeft ingesteld. Tijdens het verdere getuigenverhoor van commissaris Heissig deelt de officier van Justitie mede, dat blijkens het bericht var. „Telegrafen Union" in de Nederlandsche pers het bericht is verschenen, dat v. d. Lubbe een brief van zyn familie, waarin hem wordt aangeraden den advocaat mr. Stomps als verdediger aan te nemen, niet heeft ontvangen. De brief zou hem niet zijn overhandigd. Hij vraagt thans aan v. d. Lubbe of de brief hem is overhandigd. Van der Lubbe antwoordt met „neen", doch even later met „ja". De officier van Justi tie stelt dan voor, den directeur van de gevangenis te Leipzig als getuige te hooren om te verklaren, dat hij den brief aan v. d. Lubbe zelf ter hand heeft gesteld. Van oer L. geeft dan toe, dat de brief in de gevangenis is. Daarna wordt gepauzeerd. Wij vernemen, dat gedurende de pauze mr. Stomps gelegenheid zal hebben, v. d. Lubbe te spreken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1933 | | pagina 1