De andere nieuwe wetsontwerpen DONDERDAG 21 SEPTEMBER DE LE1DSCHE COURANT TWEEDE BLAD PAG. 6 KORTING OP UITKEERTNGEN AAN DE GEMEENTEN. Ingediend is het aangekondigde wets ontwerp tot korting op de uitkeeringen van het Rijk aan de gemeenten. Voorgesteld wordt een zoodanige kor ting toe te passen, dat het bedrag van het nadeelig slot voor 19341935 ten laste van het gemeentefonds teruggebracht wordt tot de helft van het tekort van 4.6 millioen. Daarvoor is noodig een korting op de uitkeering aan de gemeenten tot een be drag van ongeveer 13 millioen. De regeering wenscht een korting, wel ke met de uiteenloopende draagkracht van de gemeenten rekening houdt. Bij de samenstelling van een draag krachtfactor moet worden gekozen tus- schen twee beginselen: als maatstaf voor de draagkracht der gemeenten wordt op genomen de feitelijke heffing en opbrengst dor belastingen (belastingdruk) of de mo gelijke heffing en opbrengst der belastin gen (belastingcapaciteit). De regeering heeft de voorkeur gege ven 'aan het tweede beginsel. In de belas tingcapaciteit ziet zij een objectieven zui veren maatstaf ter bepaling van de draag kracht, aangezien op den belastingdruk andere factoren, als b.v. het financieel be leid der gemeente, invloed kan hebben. Zij meent, dat als maatstaf voor de draagkracht der gemeenten moet worden genomen de belastingcapaciteit, gemeten naar de opbrengst van de belangrijkste algemeen geheven plaatselijke belastingen, bij heffing tot het wettelijk maximum waaraan verder is toe te voegen de Rijks- uitkeering van 3/4 gedeelte van de hoofd som der grondbelasting. Artikel 2 van het gen: a. honderd opcenten op de hoofdsom der gemeentefondsbelasting, bij rankschik- king der gemeente in de eerste klasse. b. vijftig opcenten op de hoofdsom der vermogensbelasting; c. tachtig opcenten op de hoofdsom der grondbelasting (gebouwde eigendom men); d. twintig opcenten op de hoofdsom der grondbelasting (ongebouwde eigen dommen); e. de hoofdsom der personeele belasting volgens het tarief der wet op de personeele belasting 1896, vermeerderd met honderd en vijftig opcenten in de klasse, waarin de gemeente gerangschikt is; f. vijf en zeventig procent van de hoofdsom der grondbelasting. Voor wat de personeele belasting be treft, zal bij gebrek aan een wettelijk maximum zijn te noemen een aan de hand van de practijk vastgesteld redelijk maxi mum. Voorts kunnen naar de meening van de regeering voor de vergelijking van de draagkracht der gemeenten niet worden uitgeschakeld de winsten van bepaalde productiebedrijven, welke in vele ge meenten tengevolge van de hoogte, waar toe zij worden opgevoerd, als verterings belasting voor een belangrijk deel de plaats innemen van andere belastingen. In den draagkrachtfactor zullen daarom moeten worden verwerkt de werkelijke winsten eener gemeente. Met de totaal som van deze opbrengst in alle gemeen ten van het Rijk, omgerekend in een be drag per inwoner, resp. van die gemeente en van alle gemeenten te zamen, stelt de ontworpen regeling voor elke gemeente vast, hoeveel haar draagkracht beloopt in procenten van de gemiddelde draag kracht van alle gemeenten des Rijks, ter wijl aan de hand van het gewone percen tage wordt bepaald, met hoeveel procent de uitkeering bedoeld in artikel 3, onder b. der wet van 15 Juli 1929 wordt vermin derd. Uit een schaal, zooals die in artikel 1 van het wetsontwerp is opgenomen, blijkt, dat van de korting zijn vrijgesteld de ge meenten met zeer geringe draagkracht, dat zijn degenen, waarvan de draag kracht, gerekend per inwoner, minder dan 30 pet. beloopt van de draagkracht, gere kend per inwoner, van alle gemeenten des Rijks. Op de uitkeeringen aan de gemeen ten wier draagkracht 30 pet. en meer be loopt dan de gemiddelde Rijksdraag kracht,wordt een progressieve korting toe gepast. Voor het geval evenwel later bij toe passing der desbetreffende bepalingen het bedrag der verminderingen in totaal meer mocht beloopen dan de benoodigde som van 13 millioen, wil de regeering dit meerdere, zoodra zulks een bedrag van meer dan 100.000 zou gaan beloopen, alsnog aan de gemeenten restitueeren. Deze restitutie zou pondspondsgewijze moeten geschieden. De regeering meent voorts, dat nu er op het stuk der gemeentelijke salariee- ing een nieuwe wettelijke regeling zal worden getroffen er alle aanleiding be staat om tegelijk met de invoering van deze regeling over te gaan tot intrekking der wet van 18 Maart 1932 betreffende de tijdelijke korting op de uitkeeringen uit het gemeentefonds. Uitvoeringsvoorschiften zullen bij alge- meenen maatregel van bestuur worden vastgesteld. BEPERKING REKENKAMER TOT DRIE LEDEN. Ingediend is een wetsontwerp tot wijzi ging der comptabiliteitswet in dier voege, dat de Algemcene Rekenkamer in het vervolg drie leden zal tellen. De bestaan de vacature zal dan niet vervuld worden. Tevens wordt de leeftijdsgrens voor de leden ingevoerd en wordt het mogelijk plaatsvervangende leden te benoemen. PREVENTIEVE STEUN AAN NOODLIJDENDE GEMEENTEN. Ingediend is een wetsontwerp tot het op wettelijke basis brengen van steun aan noodlijdende gemeenten. Het aantal derzulke gemeenten bedraagt thans reeds ongeveer 120, en is nog voort durend stijgende, het bedrag, dat deze ge meenten voor 1933 meenen noodig te heb ben is totaal rond f 6.5 millioen. De regeering ontziet bij dit wetsontwerp de autonomie der gemeenten, doch zij wenscht waarborgen voor een gezond fi nancieel beheer. Bij de tot dusver gevolg de regeling liep het Rijk in dit opzicht achter de feiten aan; het onderhavige wetsontwerp beoogt een preventief ingrij pen, zoodra zich symptomen voordoen, dat de gemeentelijke uitgaven niet meer door de gemeentelijke inkomsten kunnen wor den gedekt. De regeering meent als zoodanig symp tomen te moeten aanmerken een niet slui tend gemeentelijk budget en een oneven redig sterke stijging van den gêmeente- lijken schuldenlast. Een algemeen Rijkstoezicht wordt niet voorgesteld en ook het grondwettelijk toezicht door Ged. Staten wordt niet aan getast. Slechts wenscht men te voorkomen, dat bij een beroep op 's Rijks kas de gemeen telijke vrijheden ernstig ingeperkt zouden moeten worden. DE COUPONBELASTING TOT EEN LAAG PERCENTAGE. Ingediend is eep wetsontwerp tot hef fing van een couponbelasting. De minister ziet de couponbelasting niet als een aanvuiling van de inkomsten belasting, gelijk zijn ambtsvoorganger dit deed, doch heeft gemeend de couponbe lasting te moeten' gieten in den vorm van een meer eenvoudige zakelijke belasting tot een laag percentage, zonder vrijlingen (behoudens eenige op utiliteitsgronden) en zonder verrekening met de inkomstenbe lasting, waarbij getroffen worden de op brengsten van Nederlandsche obligaties en van buitenlandsche effecten. Zoodanige heffing is in ons belastingstelsel niet mis plaatst. Wij kennen als zakelijke belas tingen reeds de grondbelasting en de divi dend- en tantièmebelasting. Ten aanzien van de binnenlandsche ef fecten is uitgegaan van het beginsel dat aan de belasting onderworpen zullen zijn de opbrengsten van alle effecten, uitgege ven door hier te lande gevestigde licha men, behalve van die, welker opbengst reeds door de dividend- en tantièmebelas- ti'- z is getroffen. In hoofdzaak zijn dus vrijgesteld de binnenlandsche aandeelen, belast de binnenlandsche obligaties, zon der onderscheid wie hiervan eigenaar is. De heffing van belasting is hier vrij eenvoudig te regelen. Zij kan geschieden bij de bron; degene die de opbrengst (in hoofdzaak dus de obligatierente) moet uit betalen, wordt tot schuldenaar van de be lasting verklaard met het recht om de be lasting af te houden bij de uitbetaling van de opbrengst aan de daarop recht hebbenden. Controle is vrij gemakkelijk. Teneinde ontduiking door inning in het buitenland voor buitenlandsche coupons te voorkomen, wordt de verplichting tot aangifte opgenomen, welke aan het eind van het jaar dient te geschieden van cou pons, waarvan de waarde niet door verzil vering hier lande is geïnd. De minister geeft vervolgens cijfers van de ramingen en berekent de opbrengst op 6.4 millioen bij een percentage van 2 pet. Te zijner tijd zullen de ambtenaren worden gewezen op het nut van controle in belangrijke gevallen als op hun ver plichting om niemand lastig te vallen, in dien een noemenswaard fiscaal belang daarmede niet is gemoeid. Het spreekt vanzelf, dat het aanbeveling verdient, dat zij die controle meenen te mogen ver wachten, goed zullen doen de coupon-no ta's drie jaren lang te bewaren. TECHNISCHE HERZIENING DER INKOMSTENBELASTING. Bij de Tweede Kamer is een wetsont werp ingediend tot technische herziening van het tarief der inkomstenbelasting. De afschaffing van de Verdedigingsbe lasting II en de verwerking van haar ver laagd tarief in het tarief der inkomsten belasting bij de wet van 24 Januari 1930, bracht de ongelijkheid mede, dat de toe neming van het inkomen tusschen 1150 en 2000 aanzienlijk zwaarder wordt be last dan de toeneming van het inkomen tusschen ƒ1100 en ƒ1150 en die tusschen 1200 en 1250. Onder het vigeerend ta rief wordt bij een inkomen van ƒ1100 een bedrag van 4.C9 geheven en bij een inkomen van 11.50 een bedrag van 5.40; dit verschil van 0.80 stijgt tot een bedrag van 1.60 bij inkomens van 1200 (gehe ven wordt daar 7.terwijl het daar entegen weder daalt tot een verschil van ƒ1.bij inkomens van 1250. Het onderhavige wetsvoorstel streeft er naar deze ongelijkheid weg te nemen, door de belastingbedrage voor de inkomens beneden 1600 meer geleidelijk te doen opklimmen. Daarnaast wordt voorgesteld het hef fingspercentage voor inkomens boven 70.000 iets te verhoogen. Voor inkomens boven 70.000 tot en met 85.000 en voor inkomens boven 85.000 zal de toeneming van het inkomen worden belast met resp. 13.50 en 15.In plaats van 13.30 en 13.50, voor elk geheel bedrag van 100. Het resultaat van een en ander zal zijn, dat de inkomstenbelasting voor het dienst jaar 1934-'35 in hoofdsom naar schatting 1.900.000 meer zal opbrengen dan bij behoud van het bestaande tarief het ge val zal zijn. Van dit bedrag komt 2/3 of 1.266.000 ten bate van de Rijksbegroo- 4 ting voor het dienstjaar 1934. BUITENLAND DUITSCHLAND ECONOMISCH PROGRAM DER REGEERING. Officieel wordt medegedeeld, dat giste ren de Algemeene Economische Raad ver gaderd heeft, eerst onder voorzitterschap van den Rijksminister van Economische Zaken dr. Schmitt, later onder leiding van den Rijkskanselier. Minister Schmitt begon met een uiteen zetting van de adviseerende taak van den Economischen Raad en deelde daarna me de, wat de economische plannen der Rijks- regeering zijn. Na gewezen te hebben op de vermindering van het aantal werkloo- zen en op den bijzonderen steun, dien de regeering aan den landbouw en het bouw bedrijf heeft verleend, betoogde dr. Schmitt, dat thans nog pas de eerste faze van den arbeids-slag gewonnen is en dat nog een lange weg moet worden afgelegd alvorens de economische nood definitief overwonnen is. Het uitgangspunt voor nieuwe plannen ligt vopr de hand als men let op den alge- meenen economischen toestand. De fatale ineenschrompeling in alle industrielanden komt vooral hierin tot uiting, dat de bedra gen, die beschikbaar worden gesteld voor bedrijfsvernieuwingen en nieuwe beleggin gen in de volkshuishouding, een zeer ge ring gedeelte uitmaken van de sommen, die vóór de crisis hiervoor werden besteed. De economische politiek moet er dan ook op ge richt zijn weer behoefte te doen ontstaan aan bedrijfsvernieuwingen en nieuwe be leggingen. Wij verwachten daarbij de sa neering niet van een sterker deelname van den staat aan het bedrijfsleven, maar van een weder groeiend initiatief der particu liere ondernemingen. De staat moet ech ter wel door zijn initiatief verhinderen, dat het particuliere bedrijfsleven geremd wordt door de overheidshuishouding, en hij moet voorts binnen het traditioneele kader van zijn taak werkzaamheden laten verrichten, die tot dusver werden uitgesteld. Zulk een werkverschaffing is stellig rationeel, want zij komt neer op een verlevendiging van de vraag en op het stimuleeren van de con junctuur. De regeering heeft heden besloten tot: lo. saneering der gemeente-financiën, con solideering van de schulden op korten ter mijn en saneering der begrootingen door krachtige besnoeiing der uitgaven voor ar menzorg; 2o. energiek voortgaan met de werkverschaffing; 3o. beëindiging van de verstarring op de geld- en kapitaalmarkt. De Rijksregeering heeft een wet uitge vaardigd met betrekking tot de conversie van de binnenlandsche gemeentelijke schulden op korten termijn. Deze wet geeft allen Duitschen gemeen ten, die in betalingsmoeilijkheden verkee- ren in verband met haar schulden op kor ten termijn, het recht, mits met toestem ming van de hoogste landelijke autoriteiten, als lid toe te treden tot een conversie-or ganisatie. De bedoeling is, dit slechts toe te staan aan die gemeenten, die zonder con versie niet in staat zijn aan hun schuldver plichtingen te voldoen. Vorderingen op kor ten termijn zijn die vorderingen, die reeds vervallen zijn of voor 31 Maart 1935 ver vallen. Rente en aflossing van schulden op korten termijn is geen speciale regeling noodig, want deze vallen onder het cre- dietaccoord der Duitsche publiekrechtelijke debiteuren. De gemeenten, die lid zijn geworden van de conversie-organisatie, mogen iederen binnenlandschen crediteur de omzetting van zijn vordering in obligaties aanbieden. Deze obligaties worden uitgegeven door de conversie-organisatie. Zij dragen 4 pet. ren te en zullen te beginnen 1 October 1936 worden afgelost met 3 pet. per jaar. Deze schuldendienst is volstrekt gewaarborgd, want indien gemeenten achter blijven met haar betalingen, doet het Rijk het vereisch- te bedrag toekomen aan de conversie-cen trale en trekt het af van de belastingover dracht aan de landen. De crediteur behoeft het conversie-aan bod niet aan te nemen, maar dan kan hij de eerste vijf jaar geen enkele aanspraak te gen de gemeente doen gelden. DE KATH. VEREENIGÏNGEN IN DUITSCHLAND. De toestand der Katholieke vereenigingen in Zuid-Duitschland, vooral in Beieren, is nog steeds niet opgehelderd. Zoo publiceer de het „Amtsblatt für die Diozese Augs burg" onlangs een bisschoppelijke bekend making, waarin gezegd werd, dat „bij ons steeds het vergaderingverbod voor Kalh. vereenigingen bestaat. Dit is in strijd met het rijksconcordaat. Wij hebben aldus luidt de mededeeling verder ons reeds ernstig beijverd om opheffing van het ver bod te verkrijgen en zullen te zijner tijd nadere mededeelingen doen". nancieele politiek, aanpassing van de Oos- tenrijksche toestanden aan de Duitsche staatsinrichting voor zoover dat mogelijk is, doch zonder ongepaste inmenging in Oostenrijks binnenlandsche aangelegen heden en ten slotte regeling van het nazi conflict in Oostenrijk, zonder tusschen- komst van Duitschland. Noch het Oostenrijksche ministerie van Buitenlandsche Zaken, noch de Oostenrijk sche gezant te Berlijn heeft de juistheid van deze onthullingen ontkend. In de pers 1 heeft men slechts zeer flauw deze geruch ten tegengesproken. OOSTENRIJK DUITSCH-OOSTENRIJKSCHE ONDERHANDELINGEN? Geruchten te Weenen. Sensationeele geruchten betreffende ge heime onderhandelingen tusschen Duitsch land en Oostenrijk ter regeling van hun ge schillen deden gisteren te Weenen de ron de. Naar beweerd wordt zou Duitschland bij deze onderhandelingen vertegenwoor digd zijn door zijn minister van Buiten landsche Zaken von Neurath en den chef van het nat.-soc. persbureau, dr. Rosen berg, en Oostenrijk door zijn gezant te Ber lijn. Alle punten van het geschil zouden besproken worden. Naar beweerd wordt, heeft baron von Neurath het volgende program opgesteld: Volmaakte samenwerking in de buiten landsche politiek en de buitenlandsche fi- SPANJE DE ONDERWIJSBROEDERS UIT SPANJE VERJAAGD. De laatste dagen hebben in verschillen de diocesen van Spanje hartroerende af- scheidsplechtigheden plaats gehad voor de christelijke onderwijsbroeders, die, gelijk zoovele andere orden, tengevolge van de onzalige wet van 2 Juni j.l. elk onderricht moeten staken. De noodlottige gevolgen van dezen dwangmaatregel zijn gemakkelijk te begrijpen, als men zich indenkt, welke po sitie deze broeders innemen en wat ze, in de 50. jaar ^at ze in Spanje zijn, ge' presteerd hebben. Zij behooren ongetwij feld tot de orde, welke aan de meeste kin deren gratis onderwijs geeft. In de 133 in richtingen, welke zij in Spanje beheeren, zijn er meer dan 100 waar geheel kosteloos onderwijs gegeven wordt, en daar worden ongeveer 35.000 kinderen uit het volk gra tis onderwezen en opgevoed. Alleen in de drukbevolkte wijken van Madrid zijn reeds 12 van zulk inrichtingen. Ook Barcelona heeft tal van dergelijke broederscholen. In 1928 is naar aanleiding van het 50- jarig jubileum van de komst der broeders in Spanje een gedenkboek verschenen. Daaruit blijkt, dat talrijke onroerende goe deren, gebouwen en scholen door de broe ders zijn gesticht uit particuliere middelen. Maar de wet van 2 Juni houdt geen reke ning met den wensch der testamentaire stichters, ook niet als hun legaten aan ie armen ten goede komen. Uit deze monogra fie blijkt verder het opmerkelijk en voor de broeders hoogst eervol feit, dat zich on der de stichters en begunstigers hunner scholen ook personen bevinden, die alleen rekening houden met de voortreffelijkheid van het onderwijs en dikwijls zelfs niet eens godsdienstik zijn. De Baskische hoogovenmaatschappij had een school met zes klassen en met leeken- onderwijzers opgericht. Maar al spoedig bleken de onkosten veel te hoog en de in komsten veel te gering. Toen werden de christelijke broeders te hulp geroepen, die de maatschappij volkomen tevreden stel den. Als dank daarvoor worden ze thans verjaagd uit de scholen, uit de plaatsen, waar ze hun zegenrijke arbeid voor de armsten uit het volk hebben verricht! Maar zooals het afscheid heeft bewezen, is het geloovige volk en gedeeltelijk zelfs het ongeloovige volk hun dankbaar. AMERIKA TWEE NIEUWE OPSTANDEN OP CUBA. Vijfhonderd rebellen omsingeld. In de provincie Santa Clara zijn twee op standen uitgebroken. In Sancti Spiritus is een groep van vijftig personen in opstand gekomen, onder leiding van Caorona en Nunes, terwijl het aantal revolutionnairen in la Sierra onbekend is; de leider draagt den bijnaam Gallego. In Santiago zijn, naar United Press ver der meldt, een kapitein, tien luitenants, een sergeant en een soldaat gearresteerd onder verdenking zich aan het smeden revolutionnaire plannen te hebben schul dig gemaakt. Vijfhonderd rebellen, onder leiding van Hernandez, zijn gisteren omsingeld door een afdeeling regeeringstroepen bestaande uit soldaten, studenten en werklieden, to taal 6Q0 man, gewapend met twaalf mi trailleurs. Een aantal opstandelingen moet zich hebben overgegeven; er zouden een aantal schoten zijn gewisseld. In verband met de vele stakingen heeft de regeering bepaald, dat met ingang van heden de werkdag acht uur zal bedragen. Cuba's president biedt zijn ontslag aan. Naar uit Havana wordt gemeld, heeft de Cubaansche president San Martin medege deeld, dat hij zijn functie ter beschikkin; heeft gesteld van de politieke groepen, dia hem steunen. San Martin is bereid zich neer te leggen bij het besluit, dat zij zullen nemen. BUITENL. BERICHTEN VIERHONDERD DOODEN IN AMOT. Volgens berichten uit Amoy heeft de ty phoon daar ontzettende verwoestingen aan gericht. Meer dan 400 menschen zouden om het leven zijn gekomen. TORNADO RICHT SCHADE AAN IN JOEGO-SLAVIE. Door een tornado, die het zuidelijk deel van Joego-Slavië heeft geteisterd, is groote schade aangericht; twee personen werden gedood. De oogst is grootendeels ver nield, boomen zijn ontworteld, telefoon- en telegraafpalen omvergeworpen en daken van huizen afgerukt De tornado werd ge volgd door een geweldige hagelbui, welke duizenden vensterruiten vernielde, In Skolpje zijn de minarets van verscheiden moskeeën ernstig beschadigd. DE OVERSTROOMINGEN IN x BRITSCH-INDIE. In het Noorden van Griekenland Is. een diphtheritis-epidemie uitgebroken. Reeds zijn 50 personen overleden, terwijl er nog ruim 100 personen aangetast zijn. In geheel centraal èn het westelijk deel van Britsch-Indië duren de overstroomin gen voort. De Tapti-rivier is buiten haar oevers getreden, waardoor groote schade is aangericht aan de te velde staande gewas sen. Langs den rechter oever is het water hier en daar Hindoe-tempels binnengedron gen. Te Soerat worden booten in gereedheid gebracht, om de bewoners van de lager liggende gebeiden te evacueeren, voor het geval de toestand verergert. De bevolking uit het Chidiakooi-district is reeds gered. De binnenstad is van de buitenwijken afgesneden. Gemeld wordt, dat de Godavari is over stroomd. Eenige huizen zijn ingestort doch menschenlevens zijn niet te betreuren. DE DROOGTE IN ZUID-AFRIKA. Gisteren zijn in alle kerken over geheel Zuid-Afrika bidstonden gehouden in ver band met de ontzettende droogte. Er is groot gebrek aan regenwater in het Noordelijk deel van de Kaapprovincie, waar de toestand van dag tot dag erger wordt. De droogte heeft groote valiezen ver oorzaakt. In de afgeloopen maanden zijn millioenen schapen omgekomen. ZES PRIESTERS NAAR SIBERIE. Te Kamenez-Podolsk (Rusland) zijn zes katholieke priesters wegens actieve deel neming aan den strijd tegen de godloozen- beweging gearresteerd. Zij zullen naar Siberië worden verban nen. ABRAHAM'S OFFER DIENT GESCHRAPT! Was niet Arisch. De regeeringspresident van Sleeswijk deelt het volgende mede: „Bij het onderzoek en de bestudeering van het godsdienstonderricht hebben mijn deskundigen vastgesteld, dat daarbij nog steeds het ten offer brengen van Isaac door den aartsvader Abraham behandeld wordt. Ongeacht de wijzigingen, welke binnen kort in den oud-testamentairen status van het leerplan der scholen zullen worden aangebracht, bepaal ik, dat genoemd ver haal van 't leerplan moet worden geschrapt omdat het daaruit sprekende Godsbegrip on-Duitsch is." ANNIE BESANT OVERLEDEN. Bijzonderheden uit haar leven. Dr. Annie Besant, de bekende theosofe, is, zooals gisteren reeds gemeld, op bijna 86- jarigen leeftijd overleden. Annie Besant werd den lsten October 1847 te Londen geboren. Zij huwde in 1867 met den Anglicaanschen geestelijke Frank Besant, van wien zij zich echter in 1873 liet scheiden. Intusschen sloot zij zich bij de vrijden kers- en politiek-radicale beweging aan, door Charles Bradlaugh geleid. Later zagen het Fabisch genootschap en de „soc. demo cratische federatie" haar als lid toetreden. Haar contact met de Russische „mystica" Blavatsky voerde haar binnen in de theo sofische beweging. Zij stelde zich geheel in dienst van het theosofische genootschap, in welker opdracht zij de heele wereld be reisde. Sinds 1907 was zij daarvan presi dente. Intusschen legde zij het zwaartepunt van haar actie naar Indië, waar in 1898 te Be nares een centraal Hindoe-college werd op gericht. Ook in het nationaal Indisch congres speelde zij een belangrijke rol; zij werd daarvan later presidente. Later verbrak zij haar relaties met het cdngres. Sinds 1911 was zij bijzonder levendig in de „Messias-beweging" werkzaam. Eén ha- rer aanhangers stichtte nl. de „orde van de ster van het Oosten", als wegbereiding voor den „nieuwen Messias". Deze ridder Krishna Murti geheeten werd in 1896 als zoon van een Indisch bestuursambtenaar ge boren. Hij werd door Annie Besant geadop teerd en opgevoed en trad reeds op 15-ja- rigen leeftijd met geschriften over theo sofische kwesties voor het forum. Op 13 Juni 1926 werd hij plechtig als „nieuwe Messias" uitgeroepen. Een van zijn 12 apostelen was Annie Besant. Ook drie Anglicaansche bisschoppen behoorden tot de apostelenschaar. De aanhangers van den „nieuwen Mes sias" vergaderen jaarlijks, zooals men weet, in ons land en wel in het bekende Sterkamp te Ommen. Ook in Indië en Californië ko men zij ieder jaar bijeen. Ter bijwoning van de Ommensche ver gadering van 1927 kwam Annie Besant per vliegtuig uit Indië. Zij maakte het kample ven mee en keerde per vliegtuig naar Indië terug. In Californië bezat zij een farm, waar zij „geestelijk en lichamelijk hoogontwikkelde menschen" poogde te vereenigen voor het aangaan van „huwelijken van oppermen- schen." Met dat heerlijke Augustusweer van verleden week waren zelfs de overreden voetgangers blügezind en beleefd. (Dimanche Ulustre).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1933 | | pagina 6