De andere nieuwe wetsontwerpen
DONDERDAG 21 SEPTEMBER
DE LE1DSCHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. 6
KORTING OP UITKEERTNGEN
AAN DE GEMEENTEN.
Ingediend is het aangekondigde wets
ontwerp tot korting op de uitkeeringen
van het Rijk aan de gemeenten.
Voorgesteld wordt een zoodanige kor
ting toe te passen, dat het bedrag van het
nadeelig slot voor 19341935 ten laste
van het gemeentefonds teruggebracht
wordt tot de helft van het tekort van 4.6
millioen.
Daarvoor is noodig een korting op de
uitkeering aan de gemeenten tot een be
drag van ongeveer 13 millioen.
De regeering wenscht een korting, wel
ke met de uiteenloopende draagkracht
van de gemeenten rekening houdt.
Bij de samenstelling van een draag
krachtfactor moet worden gekozen tus-
schen twee beginselen: als maatstaf voor
de draagkracht der gemeenten wordt op
genomen de feitelijke heffing en opbrengst
dor belastingen (belastingdruk) of de mo
gelijke heffing en opbrengst der belastin
gen (belastingcapaciteit).
De regeering heeft de voorkeur gege
ven 'aan het tweede beginsel. In de belas
tingcapaciteit ziet zij een objectieven zui
veren maatstaf ter bepaling van de draag
kracht, aangezien op den belastingdruk
andere factoren, als b.v. het financieel be
leid der gemeente, invloed kan hebben.
Zij meent, dat als maatstaf voor de
draagkracht der gemeenten moet worden
genomen de belastingcapaciteit, gemeten
naar de opbrengst van de belangrijkste
algemeen geheven plaatselijke belastingen,
bij heffing tot het wettelijk maximum
waaraan verder is toe te voegen de Rijks-
uitkeering van 3/4 gedeelte van de hoofd
som der grondbelasting. Artikel 2 van het
gen:
a. honderd opcenten op de hoofdsom
der gemeentefondsbelasting, bij rankschik-
king der gemeente in de eerste klasse.
b. vijftig opcenten op de hoofdsom der
vermogensbelasting;
c. tachtig opcenten op de hoofdsom
der grondbelasting (gebouwde eigendom
men);
d. twintig opcenten op de hoofdsom
der grondbelasting (ongebouwde eigen
dommen);
e. de hoofdsom der personeele belasting
volgens het tarief der wet op de personeele
belasting 1896, vermeerderd met honderd
en vijftig opcenten in de klasse, waarin
de gemeente gerangschikt is;
f. vijf en zeventig procent van de
hoofdsom der grondbelasting.
Voor wat de personeele belasting be
treft, zal bij gebrek aan een wettelijk
maximum zijn te noemen een aan de hand
van de practijk vastgesteld redelijk maxi
mum.
Voorts kunnen naar de meening van de
regeering voor de vergelijking van de
draagkracht der gemeenten niet worden
uitgeschakeld de winsten van bepaalde
productiebedrijven, welke in vele ge
meenten tengevolge van de hoogte, waar
toe zij worden opgevoerd, als verterings
belasting voor een belangrijk deel de
plaats innemen van andere belastingen.
In den draagkrachtfactor zullen daarom
moeten worden verwerkt de werkelijke
winsten eener gemeente. Met de totaal
som van deze opbrengst in alle gemeen
ten van het Rijk, omgerekend in een be
drag per inwoner, resp. van die gemeente
en van alle gemeenten te zamen, stelt de
ontworpen regeling voor elke gemeente
vast, hoeveel haar draagkracht beloopt in
procenten van de gemiddelde draag
kracht van alle gemeenten des Rijks, ter
wijl aan de hand van het gewone percen
tage wordt bepaald, met hoeveel procent
de uitkeering bedoeld in artikel 3, onder
b. der wet van 15 Juli 1929 wordt vermin
derd.
Uit een schaal, zooals die in artikel 1
van het wetsontwerp is opgenomen, blijkt,
dat van de korting zijn vrijgesteld de ge
meenten met zeer geringe draagkracht,
dat zijn degenen, waarvan de draag
kracht, gerekend per inwoner, minder dan
30 pet. beloopt van de draagkracht, gere
kend per inwoner, van alle gemeenten des
Rijks. Op de uitkeeringen aan de gemeen
ten wier draagkracht 30 pet. en meer be
loopt dan de gemiddelde Rijksdraag
kracht,wordt een progressieve korting toe
gepast.
Voor het geval evenwel later bij toe
passing der desbetreffende bepalingen het
bedrag der verminderingen in totaal meer
mocht beloopen dan de benoodigde som
van 13 millioen, wil de regeering dit
meerdere, zoodra zulks een bedrag van
meer dan 100.000 zou gaan beloopen,
alsnog aan de gemeenten restitueeren.
Deze restitutie zou pondspondsgewijze
moeten geschieden.
De regeering meent voorts, dat nu er
op het stuk der gemeentelijke salariee-
ing een nieuwe wettelijke regeling zal
worden getroffen er alle aanleiding be
staat om tegelijk met de invoering van
deze regeling over te gaan tot intrekking
der wet van 18 Maart 1932 betreffende de
tijdelijke korting op de uitkeeringen uit
het gemeentefonds.
Uitvoeringsvoorschiften zullen bij alge-
meenen maatregel van bestuur worden
vastgesteld.
BEPERKING REKENKAMER TOT
DRIE LEDEN.
Ingediend is een wetsontwerp tot wijzi
ging der comptabiliteitswet in dier voege,
dat de Algemcene Rekenkamer in het
vervolg drie leden zal tellen. De bestaan
de vacature zal dan niet vervuld worden.
Tevens wordt de leeftijdsgrens voor de
leden ingevoerd en wordt het mogelijk
plaatsvervangende leden te benoemen.
PREVENTIEVE STEUN AAN
NOODLIJDENDE GEMEENTEN.
Ingediend is een wetsontwerp tot het
op wettelijke basis brengen van steun aan
noodlijdende gemeenten.
Het aantal derzulke gemeenten bedraagt
thans reeds ongeveer 120, en is nog voort
durend stijgende, het bedrag, dat deze ge
meenten voor 1933 meenen noodig te heb
ben is totaal rond f 6.5 millioen.
De regeering ontziet bij dit wetsontwerp
de autonomie der gemeenten, doch zij
wenscht waarborgen voor een gezond fi
nancieel beheer. Bij de tot dusver gevolg
de regeling liep het Rijk in dit opzicht
achter de feiten aan; het onderhavige
wetsontwerp beoogt een preventief ingrij
pen, zoodra zich symptomen voordoen, dat
de gemeentelijke uitgaven niet meer door
de gemeentelijke inkomsten kunnen wor
den gedekt.
De regeering meent als zoodanig symp
tomen te moeten aanmerken een niet slui
tend gemeentelijk budget en een oneven
redig sterke stijging van den gêmeente-
lijken schuldenlast.
Een algemeen Rijkstoezicht wordt niet
voorgesteld en ook het grondwettelijk
toezicht door Ged. Staten wordt niet aan
getast.
Slechts wenscht men te voorkomen, dat
bij een beroep op 's Rijks kas de gemeen
telijke vrijheden ernstig ingeperkt zouden
moeten worden.
DE COUPONBELASTING TOT EEN
LAAG PERCENTAGE.
Ingediend is eep wetsontwerp tot hef
fing van een couponbelasting.
De minister ziet de couponbelasting
niet als een aanvuiling van de inkomsten
belasting, gelijk zijn ambtsvoorganger dit
deed, doch heeft gemeend de couponbe
lasting te moeten' gieten in den vorm van
een meer eenvoudige zakelijke belasting
tot een laag percentage, zonder vrijlingen
(behoudens eenige op utiliteitsgronden) en
zonder verrekening met de inkomstenbe
lasting, waarbij getroffen worden de op
brengsten van Nederlandsche obligaties
en van buitenlandsche effecten. Zoodanige
heffing is in ons belastingstelsel niet mis
plaatst. Wij kennen als zakelijke belas
tingen reeds de grondbelasting en de divi
dend- en tantièmebelasting.
Ten aanzien van de binnenlandsche ef
fecten is uitgegaan van het beginsel dat
aan de belasting onderworpen zullen zijn
de opbrengsten van alle effecten, uitgege
ven door hier te lande gevestigde licha
men, behalve van die, welker opbengst
reeds door de dividend- en tantièmebelas-
ti'- z is getroffen. In hoofdzaak zijn dus
vrijgesteld de binnenlandsche aandeelen,
belast de binnenlandsche obligaties, zon
der onderscheid wie hiervan eigenaar is.
De heffing van belasting is hier vrij
eenvoudig te regelen. Zij kan geschieden
bij de bron; degene die de opbrengst (in
hoofdzaak dus de obligatierente) moet uit
betalen, wordt tot schuldenaar van de be
lasting verklaard met het recht om de be
lasting af te houden bij de uitbetaling
van de opbrengst aan de daarop recht
hebbenden. Controle is vrij gemakkelijk.
Teneinde ontduiking door inning in het
buitenland voor buitenlandsche coupons
te voorkomen, wordt de verplichting tot
aangifte opgenomen, welke aan het eind
van het jaar dient te geschieden van cou
pons, waarvan de waarde niet door verzil
vering hier lande is geïnd.
De minister geeft vervolgens cijfers van
de ramingen en berekent de opbrengst op
6.4 millioen bij een percentage van 2 pet.
Te zijner tijd zullen de ambtenaren
worden gewezen op het nut van controle
in belangrijke gevallen als op hun ver
plichting om niemand lastig te vallen, in
dien een noemenswaard fiscaal belang
daarmede niet is gemoeid. Het spreekt
vanzelf, dat het aanbeveling verdient, dat
zij die controle meenen te mogen ver
wachten, goed zullen doen de coupon-no
ta's drie jaren lang te bewaren.
TECHNISCHE HERZIENING DER
INKOMSTENBELASTING.
Bij de Tweede Kamer is een wetsont
werp ingediend tot technische herziening
van het tarief der inkomstenbelasting.
De afschaffing van de Verdedigingsbe
lasting II en de verwerking van haar ver
laagd tarief in het tarief der inkomsten
belasting bij de wet van 24 Januari 1930,
bracht de ongelijkheid mede, dat de toe
neming van het inkomen tusschen 1150
en 2000 aanzienlijk zwaarder wordt be
last dan de toeneming van het inkomen
tusschen ƒ1100 en ƒ1150 en die tusschen
1200 en 1250. Onder het vigeerend ta
rief wordt bij een inkomen van ƒ1100
een bedrag van 4.C9 geheven en bij een
inkomen van 11.50 een bedrag van 5.40;
dit verschil van 0.80 stijgt tot een bedrag
van 1.60 bij inkomens van 1200 (gehe
ven wordt daar 7.terwijl het daar
entegen weder daalt tot een verschil van
ƒ1.bij inkomens van 1250.
Het onderhavige wetsvoorstel streeft er
naar deze ongelijkheid weg te nemen, door
de belastingbedrage voor de inkomens
beneden 1600 meer geleidelijk te doen
opklimmen.
Daarnaast wordt voorgesteld het hef
fingspercentage voor inkomens boven
70.000 iets te verhoogen. Voor inkomens
boven 70.000 tot en met 85.000 en voor
inkomens boven 85.000 zal de toeneming
van het inkomen worden belast met resp.
13.50 en 15.In plaats van 13.30 en
13.50, voor elk geheel bedrag van 100.
Het resultaat van een en ander zal zijn,
dat de inkomstenbelasting voor het dienst
jaar 1934-'35 in hoofdsom naar schatting
1.900.000 meer zal opbrengen dan bij
behoud van het bestaande tarief het ge
val zal zijn. Van dit bedrag komt 2/3 of
1.266.000 ten bate van de Rijksbegroo-
4 ting voor het dienstjaar 1934.
BUITENLAND
DUITSCHLAND
ECONOMISCH PROGRAM DER
REGEERING.
Officieel wordt medegedeeld, dat giste
ren de Algemeene Economische Raad ver
gaderd heeft, eerst onder voorzitterschap
van den Rijksminister van Economische
Zaken dr. Schmitt, later onder leiding van
den Rijkskanselier.
Minister Schmitt begon met een uiteen
zetting van de adviseerende taak van den
Economischen Raad en deelde daarna me
de, wat de economische plannen der Rijks-
regeering zijn. Na gewezen te hebben op
de vermindering van het aantal werkloo-
zen en op den bijzonderen steun, dien de
regeering aan den landbouw en het bouw
bedrijf heeft verleend, betoogde dr.
Schmitt, dat thans nog pas de eerste faze
van den arbeids-slag gewonnen is en dat
nog een lange weg moet worden afgelegd
alvorens de economische nood definitief
overwonnen is.
Het uitgangspunt voor nieuwe plannen
ligt vopr de hand als men let op den alge-
meenen economischen toestand. De fatale
ineenschrompeling in alle industrielanden
komt vooral hierin tot uiting, dat de bedra
gen, die beschikbaar worden gesteld voor
bedrijfsvernieuwingen en nieuwe beleggin
gen in de volkshuishouding, een zeer ge
ring gedeelte uitmaken van de sommen, die
vóór de crisis hiervoor werden besteed. De
economische politiek moet er dan ook op ge
richt zijn weer behoefte te doen ontstaan
aan bedrijfsvernieuwingen en nieuwe be
leggingen. Wij verwachten daarbij de sa
neering niet van een sterker deelname van
den staat aan het bedrijfsleven, maar van
een weder groeiend initiatief der particu
liere ondernemingen. De staat moet ech
ter wel door zijn initiatief verhinderen, dat
het particuliere bedrijfsleven geremd wordt
door de overheidshuishouding, en hij moet
voorts binnen het traditioneele kader van
zijn taak werkzaamheden laten verrichten,
die tot dusver werden uitgesteld. Zulk een
werkverschaffing is stellig rationeel, want
zij komt neer op een verlevendiging van
de vraag en op het stimuleeren van de con
junctuur.
De regeering heeft heden besloten tot:
lo. saneering der gemeente-financiën, con
solideering van de schulden op korten ter
mijn en saneering der begrootingen door
krachtige besnoeiing der uitgaven voor ar
menzorg; 2o. energiek voortgaan met de
werkverschaffing; 3o. beëindiging van de
verstarring op de geld- en kapitaalmarkt.
De Rijksregeering heeft een wet uitge
vaardigd met betrekking tot de conversie
van de binnenlandsche gemeentelijke
schulden op korten termijn.
Deze wet geeft allen Duitschen gemeen
ten, die in betalingsmoeilijkheden verkee-
ren in verband met haar schulden op kor
ten termijn, het recht, mits met toestem
ming van de hoogste landelijke autoriteiten,
als lid toe te treden tot een conversie-or
ganisatie. De bedoeling is, dit slechts toe te
staan aan die gemeenten, die zonder con
versie niet in staat zijn aan hun schuldver
plichtingen te voldoen. Vorderingen op kor
ten termijn zijn die vorderingen, die reeds
vervallen zijn of voor 31 Maart 1935 ver
vallen. Rente en aflossing van schulden
op korten termijn is geen speciale regeling
noodig, want deze vallen onder het cre-
dietaccoord der Duitsche publiekrechtelijke
debiteuren.
De gemeenten, die lid zijn geworden van
de conversie-organisatie, mogen iederen
binnenlandschen crediteur de omzetting
van zijn vordering in obligaties aanbieden.
Deze obligaties worden uitgegeven door de
conversie-organisatie. Zij dragen 4 pet. ren
te en zullen te beginnen 1 October 1936
worden afgelost met 3 pet. per jaar. Deze
schuldendienst is volstrekt gewaarborgd,
want indien gemeenten achter blijven met
haar betalingen, doet het Rijk het vereisch-
te bedrag toekomen aan de conversie-cen
trale en trekt het af van de belastingover
dracht aan de landen.
De crediteur behoeft het conversie-aan
bod niet aan te nemen, maar dan kan hij de
eerste vijf jaar geen enkele aanspraak te
gen de gemeente doen gelden.
DE KATH. VEREENIGÏNGEN IN
DUITSCHLAND.
De toestand der Katholieke vereenigingen
in Zuid-Duitschland, vooral in Beieren, is
nog steeds niet opgehelderd. Zoo publiceer
de het „Amtsblatt für die Diozese Augs
burg" onlangs een bisschoppelijke bekend
making, waarin gezegd werd, dat „bij ons
steeds het vergaderingverbod voor Kalh.
vereenigingen bestaat. Dit is in strijd met
het rijksconcordaat. Wij hebben aldus
luidt de mededeeling verder ons reeds
ernstig beijverd om opheffing van het ver
bod te verkrijgen en zullen te zijner tijd
nadere mededeelingen doen".
nancieele politiek, aanpassing van de Oos-
tenrijksche toestanden aan de Duitsche
staatsinrichting voor zoover dat mogelijk
is, doch zonder ongepaste inmenging in
Oostenrijks binnenlandsche aangelegen
heden en ten slotte regeling van het nazi
conflict in Oostenrijk, zonder tusschen-
komst van Duitschland.
Noch het Oostenrijksche ministerie van
Buitenlandsche Zaken, noch de Oostenrijk
sche gezant te Berlijn heeft de juistheid
van deze onthullingen ontkend. In de pers 1
heeft men slechts zeer flauw deze geruch
ten tegengesproken.
OOSTENRIJK
DUITSCH-OOSTENRIJKSCHE
ONDERHANDELINGEN?
Geruchten te Weenen.
Sensationeele geruchten betreffende ge
heime onderhandelingen tusschen Duitsch
land en Oostenrijk ter regeling van hun ge
schillen deden gisteren te Weenen de ron
de. Naar beweerd wordt zou Duitschland
bij deze onderhandelingen vertegenwoor
digd zijn door zijn minister van Buiten
landsche Zaken von Neurath en den chef
van het nat.-soc. persbureau, dr. Rosen
berg, en Oostenrijk door zijn gezant te Ber
lijn. Alle punten van het geschil zouden
besproken worden.
Naar beweerd wordt, heeft baron von
Neurath het volgende program opgesteld:
Volmaakte samenwerking in de buiten
landsche politiek en de buitenlandsche fi-
SPANJE
DE ONDERWIJSBROEDERS UIT SPANJE
VERJAAGD.
De laatste dagen hebben in verschillen
de diocesen van Spanje hartroerende af-
scheidsplechtigheden plaats gehad voor de
christelijke onderwijsbroeders, die, gelijk
zoovele andere orden, tengevolge van de
onzalige wet van 2 Juni j.l. elk onderricht
moeten staken. De noodlottige gevolgen van
dezen dwangmaatregel zijn gemakkelijk te
begrijpen, als men zich indenkt, welke po
sitie deze broeders innemen en wat ze,
in de 50. jaar ^at ze in Spanje zijn, ge'
presteerd hebben. Zij behooren ongetwij
feld tot de orde, welke aan de meeste kin
deren gratis onderwijs geeft. In de 133 in
richtingen, welke zij in Spanje beheeren,
zijn er meer dan 100 waar geheel kosteloos
onderwijs gegeven wordt, en daar worden
ongeveer 35.000 kinderen uit het volk gra
tis onderwezen en opgevoed. Alleen in de
drukbevolkte wijken van Madrid zijn reeds
12 van zulk inrichtingen. Ook Barcelona
heeft tal van dergelijke broederscholen.
In 1928 is naar aanleiding van het 50-
jarig jubileum van de komst der broeders
in Spanje een gedenkboek verschenen.
Daaruit blijkt, dat talrijke onroerende goe
deren, gebouwen en scholen door de broe
ders zijn gesticht uit particuliere middelen.
Maar de wet van 2 Juni houdt geen reke
ning met den wensch der testamentaire
stichters, ook niet als hun legaten aan ie
armen ten goede komen. Uit deze monogra
fie blijkt verder het opmerkelijk en voor
de broeders hoogst eervol feit, dat zich on
der de stichters en begunstigers hunner
scholen ook personen bevinden, die alleen
rekening houden met de voortreffelijkheid
van het onderwijs en dikwijls zelfs niet
eens godsdienstik zijn.
De Baskische hoogovenmaatschappij had
een school met zes klassen en met leeken-
onderwijzers opgericht. Maar al spoedig
bleken de onkosten veel te hoog en de in
komsten veel te gering. Toen werden de
christelijke broeders te hulp geroepen, die
de maatschappij volkomen tevreden stel
den. Als dank daarvoor worden ze thans
verjaagd uit de scholen, uit de plaatsen,
waar ze hun zegenrijke arbeid voor de
armsten uit het volk hebben verricht! Maar
zooals het afscheid heeft bewezen, is het
geloovige volk en gedeeltelijk zelfs het
ongeloovige volk hun dankbaar.
AMERIKA
TWEE NIEUWE OPSTANDEN OP CUBA.
Vijfhonderd rebellen omsingeld.
In de provincie Santa Clara zijn twee op
standen uitgebroken. In Sancti Spiritus is
een groep van vijftig personen in opstand
gekomen, onder leiding van Caorona en
Nunes, terwijl het aantal revolutionnairen
in la Sierra onbekend is; de leider draagt
den bijnaam Gallego.
In Santiago zijn, naar United Press ver
der meldt, een kapitein, tien luitenants,
een sergeant en een soldaat gearresteerd
onder verdenking zich aan het smeden
revolutionnaire plannen te hebben schul
dig gemaakt.
Vijfhonderd rebellen, onder leiding van
Hernandez, zijn gisteren omsingeld door
een afdeeling regeeringstroepen bestaande
uit soldaten, studenten en werklieden, to
taal 6Q0 man, gewapend met twaalf mi
trailleurs. Een aantal opstandelingen moet
zich hebben overgegeven; er zouden een
aantal schoten zijn gewisseld.
In verband met de vele stakingen heeft
de regeering bepaald, dat met ingang van
heden de werkdag acht uur zal bedragen.
Cuba's president biedt zijn ontslag aan.
Naar uit Havana wordt gemeld, heeft de
Cubaansche president San Martin medege
deeld, dat hij zijn functie ter beschikkin;
heeft gesteld van de politieke groepen, dia
hem steunen. San Martin is bereid zich
neer te leggen bij het besluit, dat zij zullen
nemen.
BUITENL. BERICHTEN
VIERHONDERD DOODEN IN AMOT.
Volgens berichten uit Amoy heeft de ty
phoon daar ontzettende verwoestingen aan
gericht.
Meer dan 400 menschen zouden om het
leven zijn gekomen.
TORNADO RICHT SCHADE AAN IN
JOEGO-SLAVIE.
Door een tornado, die het zuidelijk deel
van Joego-Slavië heeft geteisterd, is
groote schade aangericht; twee personen
werden gedood.
De oogst is grootendeels ver
nield, boomen zijn ontworteld, telefoon- en
telegraafpalen omvergeworpen en daken
van huizen afgerukt De tornado werd ge
volgd door een geweldige hagelbui, welke
duizenden vensterruiten vernielde, In
Skolpje zijn de minarets van verscheiden
moskeeën ernstig beschadigd.
DE OVERSTROOMINGEN IN x
BRITSCH-INDIE.
In het Noorden van Griekenland Is. een
diphtheritis-epidemie uitgebroken. Reeds
zijn 50 personen overleden, terwijl er nog
ruim 100 personen aangetast zijn.
In geheel centraal èn het westelijk deel
van Britsch-Indië duren de overstroomin
gen voort. De Tapti-rivier is buiten haar
oevers getreden, waardoor groote schade is
aangericht aan de te velde staande gewas
sen. Langs den rechter oever is het water
hier en daar Hindoe-tempels binnengedron
gen.
Te Soerat worden booten in gereedheid
gebracht, om de bewoners van de lager
liggende gebeiden te evacueeren, voor het
geval de toestand verergert.
De bevolking uit het Chidiakooi-district
is reeds gered. De binnenstad is van de
buitenwijken afgesneden.
Gemeld wordt, dat de Godavari is over
stroomd. Eenige huizen zijn ingestort doch
menschenlevens zijn niet te betreuren.
DE DROOGTE IN ZUID-AFRIKA.
Gisteren zijn in alle kerken over geheel
Zuid-Afrika bidstonden gehouden in ver
band met de ontzettende droogte.
Er is groot gebrek aan regenwater in het
Noordelijk deel van de Kaapprovincie, waar
de toestand van dag tot dag erger wordt.
De droogte heeft groote valiezen ver
oorzaakt. In de afgeloopen maanden zijn
millioenen schapen omgekomen.
ZES PRIESTERS NAAR SIBERIE.
Te Kamenez-Podolsk (Rusland) zijn zes
katholieke priesters wegens actieve deel
neming aan den strijd tegen de godloozen-
beweging gearresteerd.
Zij zullen naar Siberië worden verban
nen.
ABRAHAM'S OFFER DIENT
GESCHRAPT!
Was niet Arisch.
De regeeringspresident van Sleeswijk
deelt het volgende mede:
„Bij het onderzoek en de bestudeering
van het godsdienstonderricht hebben mijn
deskundigen vastgesteld, dat daarbij nog
steeds het ten offer brengen van Isaac door
den aartsvader Abraham behandeld wordt.
Ongeacht de wijzigingen, welke binnen
kort in den oud-testamentairen status van
het leerplan der scholen zullen worden
aangebracht, bepaal ik, dat genoemd ver
haal van 't leerplan moet worden geschrapt
omdat het daaruit sprekende Godsbegrip
on-Duitsch is."
ANNIE BESANT OVERLEDEN.
Bijzonderheden uit haar leven.
Dr. Annie Besant, de bekende theosofe, is,
zooals gisteren reeds gemeld, op bijna 86-
jarigen leeftijd overleden.
Annie Besant werd den lsten October
1847 te Londen geboren. Zij huwde in 1867
met den Anglicaanschen geestelijke Frank
Besant, van wien zij zich echter in 1873 liet
scheiden.
Intusschen sloot zij zich bij de vrijden
kers- en politiek-radicale beweging aan,
door Charles Bradlaugh geleid. Later zagen
het Fabisch genootschap en de „soc. demo
cratische federatie" haar als lid toetreden.
Haar contact met de Russische „mystica"
Blavatsky voerde haar binnen in de theo
sofische beweging. Zij stelde zich geheel in
dienst van het theosofische genootschap, in
welker opdracht zij de heele wereld be
reisde. Sinds 1907 was zij daarvan presi
dente.
Intusschen legde zij het zwaartepunt van
haar actie naar Indië, waar in 1898 te Be
nares een centraal Hindoe-college werd op
gericht.
Ook in het nationaal Indisch congres
speelde zij een belangrijke rol; zij werd
daarvan later presidente.
Later verbrak zij haar relaties met het
cdngres.
Sinds 1911 was zij bijzonder levendig in
de „Messias-beweging" werkzaam. Eén ha-
rer aanhangers stichtte nl. de „orde van
de ster van het Oosten", als wegbereiding
voor den „nieuwen Messias". Deze ridder
Krishna Murti geheeten werd in 1896 als
zoon van een Indisch bestuursambtenaar ge
boren. Hij werd door Annie Besant geadop
teerd en opgevoed en trad reeds op 15-ja-
rigen leeftijd met geschriften over theo
sofische kwesties voor het forum.
Op 13 Juni 1926 werd hij plechtig als
„nieuwe Messias" uitgeroepen. Een van zijn
12 apostelen was Annie Besant. Ook drie
Anglicaansche bisschoppen behoorden tot
de apostelenschaar.
De aanhangers van den „nieuwen Mes
sias" vergaderen jaarlijks, zooals men weet,
in ons land en wel in het bekende Sterkamp
te Ommen. Ook in Indië en Californië ko
men zij ieder jaar bijeen.
Ter bijwoning van de Ommensche ver
gadering van 1927 kwam Annie Besant per
vliegtuig uit Indië. Zij maakte het kample
ven mee en keerde per vliegtuig naar Indië
terug.
In Californië bezat zij een farm, waar zij
„geestelijk en lichamelijk hoogontwikkelde
menschen" poogde te vereenigen voor het
aangaan van „huwelijken van oppermen-
schen."
Met dat heerlijke Augustusweer
van verleden week waren zelfs de
overreden voetgangers blügezind en
beleefd.
(Dimanche Ulustre).