MOORD TE WOERDEN 24ste Jaargang WOENSDAG 6 SEPTEMBER 1933 No. 7603 3)e £cid6cli^0oii^<Mvt DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling: Voor Leiden 19 cent per week2.50 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal Franco per post 2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent. Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 t GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per regel Voor Ingezonden Mededeel in gen wordt het dubbele van het tarief berekend. TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be- betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur cq verhuur, koop en verkoop: 0.50 Dit nummer bestaat uit DRIE bladen. Onze nationale eenheid. t Is prijzenswaardig, te ijveren en te werken voor verlevendiging en verdieping van het nationaal besef, voor begrip van en gevoel voor nationale saam- hoorigheid, nationale eenheid. Dat ligt geheel en al en volkomen in de lijn van onze katholieke politiek en onze katholieke beginselen. Natuurlijk moeten daarbij de grenzen, die de rede, het zich bezinnend verstand ons aangeeft, worden in acht genomen; na tuurlijk moet men zich daarbij hoeden voor overdrijving. Wij zijn éérst mensch, lid en deel der geheele menschheid, verspreid over de ge- heele wereld, en dan lid en deel van een bepaald volk, van een bepaalde natie. Ook ter bescherming voor een overdre ven, een eenzijdige, bekrompen en on- menschlievende „vaderlandsliefde" geeft de katholieke leer de juiste richtlijnen aan; voor zulk een overdrijving is de ka tholieke leer- en levensbeschouwing een krachtdadige rem. In ons vaderland zijn, gelukkig, verschil lende groepen der bevolking, gescheiden door Godsdienst en politiek, hierin één, dat rij gemeenschappelijk het vaderland, de nationale gemeenschap, erkennen en wil len dienen, het vaderland lief hebben en trouw en pal staan achter het wettig, het land regeerend en besturend gezag. Maar niets zou de nationale saamhoorig- heid, de nationale eenheid zóó kunnen schaden als het verschijnsel, dat een be paalde groep „het" echte, „het" ware na tionaal besef voor zich opeischte, met uit sluiting van anderen. Dat is een fascistische zelf-ingenomen- heid! En daarvan moge ons land gespaard blij ven! Zaterdag is er, zooals bekend, in het Stadion te Amsterdam een nationale hul diging van de Koningin. Het initiatief daartoe is genomen door het Nationaal Jongeren Verbond. Uitste kend. Maar dit Verbond heeft zich daarna meer naar den achtergrond terug getrok ken en de uitwerking en uitvoering van het plan is in handen gekomen van een al gemeen comité waarin verschillende gods dienstige en politieke richtingen die al len gelijkelijk en gelijkwaardig nationaal zijn! haar vertegenwoordiging hebben. Vanavond is er te Leiden een fakkelop tocht, die bedoeld te zijn een voorberei ding of een voorproefje van de nationale huldiging a.s. Zaterdag te Amsterdam. Daartoe heeft ook het Nationaal Jongeren Verbond (afdeeling Leiden) het initiatief genomen endaarvan heeft het óók de uitvoering zelf in handen gehouden. (Het groote verschil met de nationale huldiging te Amsterdam). De afd. Leiden van het Nationaal Jongeren Verbond organiseert en „houdt" de fakkeloptocht en andere or ganisaties loopen in dien optocht mee. Dit is en blyft een fe i t al heeft dan ook het bestuur van genoemd Verbond als ver ontschuldiging aangevoerd, dat er geen tyd was om het anders te doen. Wij wijzen hier op nog even, niet om op deze gang van zaken andermaal critiek te geven, maar omdat wij alsnog noodig oordeelen een ver klaring van het feit, dat om begrijpe lijke, o.i. gerechtvaardigde redenen niet alle oranje-gezinde jeugdorganisaties te Leiden vanavond aan dien fakkeloptocht zullen deelnemen! BINNENLAND TWEEDE KAMER. Vergadering van Dinsdag 5 September. De duur dezer vergadering was niet lan ger dan een tiental minuten, althans wat het openbare gedeelte daarvan betreft. Daarna stonden nog een heele reeds wetsontwerpen op de agenda, die in de af- deelingen onderzocht moest worden. Het heeft dan ook geen zin in nadere beschou wingen te treden. Wij vermelden slechts, dat de heeren ir. Cramer (S.D.A.P.) en Roestam Effendi (C.P.H.) verlof hebben aangevraagd om de regeering vra gen te stellen over de jongste gebeurtenis sen in Indië. Heden zou over deze verzoe ken worden beslist. Dan komt aan de orde een belangrijk wetsontwerp: het ontwerp- omzetbelasting. Daarover zullen de tongen wel loskomen! HET UNIFORMVERBOD. Het ontwerp reeds Vrijdag in openbare behandeling? Naar de „N. R. Crt." verneemt, ligt het in de bedoeling van den voorzitter van de Tweede Kamer zoo eenigszins mogelijk het .wetsontwerp betreffende het uniform ver bod reeds a.s. Vrijdag in openbare behan deling te nemen. AANKOMST VAN HET KONINKLIJK GEZIN TE AMSTERDAM Gisternamiddag te kwart voor zes zijn H.M. de Koningin, Prinses Juliana en Z.K. H. Prins Hendrik met gevolg, aan het Cen traal Station alhier, aangekomen. Op het Station waren ter verwelkoming aanwezig de Commissaris der Koningin in Noord-Holland, Jhr. Mr. Dr. A. RöeU, de burgemeester van Amsterdam, Dr. A. de Vlugt, vice-admiraal Brutel de la Ri- vière, commandant van de Marine te Wil lemsoord, generaal-majoor Winkelman, commandant v. d. 4de militaire afdeeling te Amersfoort, kapt. ter zee van Reede, ondercommandant van de marine te Am sterdam, majoor Boswyck, garnizoenscom mandant van Amsterdam; de heer Ir. van Dijk, lid van de directie van de Neder- landsche Spoorwegen; de heer Haak, chef van het Centraal Station, en de hoofdcom missaris van politie, de heer H. Versteeg. De militaire autoriteiten waren verge zeld van hun adjudanten. Te 17.44 uur arriveerde de trein aan het le perron. De Koninklijke Familie had de reis in een gewoon, gereserveerd le klas se-rijtuig gemaakt. Toen de vorstelijke bezoekers uitstapten, klonk een hartelijk gejuich, van het pu bliek, dat zich nog in den trein bevond en van de velen, die zich op het le perron achter de afzetting hadden opgesteld. In de koninklijke wachtkamer werden door de jongedames L. M. A. Boissevain en M. Boelen bloemen aangeboden aan H. M. de Koningin en aan Prinses Juliana. Van H. M.'s Pantserschip Heemskerk, dat in de haven ligt, klonken de 35 saluut schoten. Onder daverende toejuichingen nam 't hooge- gezelschap hierna in de rijtuigen plaats, om naar het Paleis te rijden. De stoet werd voorafgegaan door het eere escorte onder commando van den lsten luitenant J. P. Hken. Hierop volgden de rijtuigen van den hoofdcommissaris en den burgemeester, waarop het Koninklijk rij tuig vplgde. Reeds geruimen tijd voor de aankomst van de Koninklijke Familie stond langs 't Damrak behalve een talrijk publiek, een 6000-tal schoolkinderen geschaard met vlaggen en getooid met Oranje. Een luid gejuich steeg op, toen de Koninklijke stoet voorbijtrok naar den Dam, terwijl met de vlaggen werd gezwaaid. Het ge juich plantte zich voort naar den Dam, waar een compacte menigte wachtte. Voor het publiek hadden zich ook school kinderen geschaard. Voor het Paleis stond een marine-eerewacht opgesteld. Terwijl de Hooge Gasten de rijtuigen verlieten bracht het eere-escorte en de eerewacht de miltaire eerbewijzen. Van het Paleis werd dadelijk de Ko ninklijke Standaard geheschen. Eenige oogenblikken later gingen de balcondeu- ren open en verscheen het Koninklijk Ge zin op het bordes. Van alle kanten klonk gejuich en werd gezwaaid met vlaggen en doeken: ook op de gebouwen, die den Dam omgeven, als Nieuwe Kerk, Groote Club, waren talloozen aanwezig om de Ko ninklijke Familie bij Haar komst in de hoofdstad te begroeten. Spontaan werd het Wilhelmus gezongen. Toen de Koninklijke Familie zich in het Paleis had teruggetrokken, had allereerst onder luid gejuich de aftocht plaats der kinderen. De bloemenhulde. Naar wij vernemen zijn ongeveer 1800 bloemstukken, groot en klein, ten Paleize bezorgd. Esperanto en Encyclopedieën. De Eerw. Frater Wigbertus van Zon, te I Reusel, werd aangezocht als deskundig medewerker voor Esperanto aan de Ned. Kath. Encyclopedie, j Reeds vroeger werd Z.Eerw. vanuit Bu dapest uitgenóodigd om zijne medewerking te verleenen aan de Esperanto-Encyclope- 1 die, welke aldaar in bewerking is. DE MISLUKTE VERDEDIGING VAN v. d. LUBBE. Liet mi. Pauwels zich ultnoodigen? Een vertegenwoordiger van de „Voor uit" heeft een bezoek gebracht aan de fa milie Sjardijn, zuster en zwager van Ma- rinus v. d. Lubbe, aan den Khijnzichtweg te Oegstgeest, en hun gevraagd, hoe of het nu eigenlijk zit met de verhouding tusschen mr. Pauwels en de familie. Heeft u zien tot mr. Pauwels gericht of omgekeerd?, werd gevraagd. Formeel heeft mr. Pauwels gelijk, als hij beweert, dat de familie hem verzocht de verdediging op zich te nemen, maar practisch was juist het omgekeerde het ge val. Mr. Pauwels heeft een zekeren heer De Vries naar mijn broer in Lisse gezonden; die heeft toen hoog opgegeven van mr. Pauwels' bekwaamheid en bereidwilligheid en ten slotte gezegd, dat wij ons maar tot hem moesten wenden en hem vragen of hy als verdediger wou optreden. En dat heb ben wij toen gedaan. Jammer genoeg! U is daar van teruggekomen? Ja, de wijze waarop mr. Pauwels de verdediging wil voeren, tstaat ons volstrekt niet aan. Kortweg komt de zaak hierop neer, dat hij Marinus gek wil laten verkla ren. En zelfs als dit lukte, wat nog de vraag is, dan gaan wij daar niet mee ac- coord. Bovendien zou Marinus zelf zeer beslist niets van zóó een verdediging willen weten! Wat lijkt u dan de beste verdediging? Kijkt u eens. Het komt ons voor, dat Marinus zichzelf verdedigen moet. Hy is een vurig revolutionnair en heeft gemeend te moeten handelen, zooals hy deed, in het belang van het proletariaat. Wij zijn nooit met hem meegegaan in zijn ultra-revolutionnaire ideeën en wij kunnen zijn daad natuurlijk niet goedkeu ren. Maar hij wist heel goed wat hy deed en waarom hy het deed en het is hem best toevertrouwd, dat zelf uiteen te zetten. Wy vinden het veel beter, dat hij de gevolgen van zijn daad draagt, dan dat men hem opsluit in een krankzinnigengesticht. Als wij werkelijk iets wisten, dat hem redden kon, dan zouden wij het natuurlyk I met beide handen aangrijpen. Maar wij weten niets. En wat wy tot nu toe gemerkt hebben van de tallooze hulpaanbiedingen was steeds op zijn zachtst gezegd teleur stellend. Daarom heeft de familie besloten zich verder strikt afzydig te houden. Wij be moeien ons in de toekomst niet meer met de zaak. Marinus' belang dienen, kunnen wij niet. En hem door ons optreden bena- deelen willen wij niet. Wij ontvangen geen bezoekers meer en gaan op geen enkele j aanbieding meer in. Ziedaar de reden van onze houding. De eenige reden! j En hoe zit het met de geestverwan- ten van uw broer, die u, volgens „De Te- legraaf'. bewogen zouden hebben af te j zien van de hulp van mr. Pauwels? Dat is een leugen, zegt de heer Sjar- j dyn driftig. Ik weet niet van wie die be wering afkomstig is en het kan me niet schelen ook, maar wij hebben met die men- schen niets uit te staan en zij niets met ons. Wij hebben ons besluit volkomen zelf- standig genomen, zonder inmenging van i wie ook. I De heer Harteveld, die we pas hebben leeren kennen, doordat hij met Marinus tijdens diens gevangenschap correspon deerde en ons zijn groeten overbracht, heeft ons onlangs nog uitdrukkelijk ver klaard, dat wij heelemaal zelf moesten we- ten of wij de hulp van mr. Pauwels wilden i accepteeren of niet en dat hij en zijn co- mité daar niets mee te maken hadden. En zoo is het ook! Wat zij voor Marinus willen doen moeten zij weten en hetzelfde geldt voor ons. Wie het anders zegt, die liegt! tij raad gedane toezegging om de brochure voorloopig niet te doen verschynen, te rug te komen. „Gezien de beroering, door de verschij ning in de partij verwekt, wil ik gaarne verklaren, dat het beter ware geweest dc waarde dezer motieven als niet van zoo overwegenden aard aan te merken. „Wat den inhoud der brochure zelf be treft. spreekt het vanzelf, dat ik, zoowel de daarin uitgesproken stellingen als dc daarby gegeven toelichting, in elk op zicht handhaaf. Ik blijf wa* U* in die brochure geschreven heb, niet alleen juist achten, maar bovendien blijf ik van mee ning, dat het een dringend partybelang is, dat de party deze stellingen onomwonden en duidelijk tot de hare maakt, terwyl ik ook het recht op de vrye verkondiging mij ner gepubliceerde meening onverkort hand haaf'. EEN GOED VOORBEELD. De directie der N.V. Nederlandsche Co- cosfabriek gevestigd te Amsterdam en te Apeldoorn, heeft ter gelegenheid van het 20-jarig bestaan der fabriek 30.000 ge schonken voor een te vormen pensioen fonds voor haar personeeL Uit den Rotterdamschen Raad. De heer H. W. Hoe be, die sedert 1919 voor de R. K. Staatsparty in den gemeente raad zitting had, heeft wegens hoogen leef tijd als zoodanig ontslag genomen. Hij zal worden opgevolgd door den heer F. Kee- zen, voorzitter van de afdeeling Rotter dam van den R. K. Volksbond en districts bestuurder van dien bond. VOORNAAMSTE NIEUWS. BUITENLAND. Cuba's tweede revolutie. De regeering van de C^spedes afgezet. De Ver. Staten zenden oorlogsschepen. (2de blad). Groot vliegongeluk in Rusland, waarhij verschillende RussLsche luchtvaart-autori teiten om het leven zijn gekomen. Luchtv. 3e blad). BINNENLAND. Viervoudige moordaanslag te Muiden. Burgemeester, wethouder en twee koop lieden na raadszitting neergeschoten. (1ste blad). Frauduleuze invoer van vieesch te Rot terdam. (Gem. Ber. 3de blad). Verschillende branden. (Gem. Ber. 3do blad). LEIDEN. Uitslaande brand In de Burchtsteeg. (2de blad). SPORT EN WEDSTRIJDEN. De promotie-degradatie der Waterpolo- competitie. U.Z.C. blijft eerste klasser. (3de blad). DE BROCHURE VAN DUYS. Duys krabbelt wat terug, maar handh&af toch den inhoud zijner brochure. In de partij bestuursvergadering der S.D. A.P., te Amsterdam gehouden, was inge komen, naar „Het Volk" meldt, de -volgen de verklaring van den heer Duys: „Als ik voorzien had, dat de verschijning van mijn brochure op de wijze als ze is geschied, alsook mijn mededecling aan „De Telegraaf' aanleiding zouden geven tot zulk een beroering als zich heeft voorge daan, dan zou ik mij natuurlijk nog wel eens dubbel hebben bedacht alvorens tot de publicatie te besluiten. „Ik had geen andere bedoeling, dan in de party aan de orde te stellen eenige be langrijke vraagstukken, die naar mijn over tuiging onderzoek dringend behoeven. Ik wilde de partij dienen en zeker niet scha den. „Het is uw P.B. bekend uit mijn schrij ven van 6 Juni j.l. op welke motieven ik i mij gerechtigd achtte op mijn, in den Par- De dader had te veel gedronken DRIE SCHOTEN UIT EEN REVOLVER Omtrent de moord op jhr. Van Ingen. directeur eener pannenfabriek, kunnen wij nog het volgende melden: De dader de B., bedrijfsleider aan boven genoemde fabriek, is een Duitscher van geboorte, gehuwd, 45 jaar oud en reeds eenige jaren in Woerden. Hij heeft de oor log aan het front meegemaakt. In den nacht van den moord is hij naar een feestavond geweest, die door de ver- eeniging „Van Brug tot Brug" tot besluit der Koninginnefcesten werd gegeven. Des nachts te half vier is hij by het huis van den vermoorde aangekomen en verschafte zich toegang door openschuiving van een der ramen. Bij den heer I. dient 'n Duitsch meisje, dat evenwel daar dien nacht niet thuis was. Dit meisje schynt door de B. te zyn gezocht. Op zijn onderzoekingstocht door het huis is hy in de kamer van den vermoorde terecht gekomen. Deze wist de B. met een zacht lijntje weer mee naar buiten te krijgen. Hierna is de heer van I. weer naar bin nen gegaan, terwijl dc B. om het huis bleef rondzwerven. Voor de tweede maal is toen het slachtoffer naar buiten gegaan. Een woordenwisseling ontstond, terwijl volgens de B. de heer v. I. hem een klap zou hebben gegeven. Toen speelde zich 't drama af, wat een zoo groote opschudding in deze gemeente geven zou. Volgens verklaring van den dader werd hij door een driftbui overvallen. Hij wist niet goed meer wat hij deed, trok zijn re volver en loste twee schoten op zijn slacht offer, dat met zyn rug naar hem gekeerd stond. De schoten troffen jhr. Van Ingen in het achterhoofd. Daarna heeft de dader nog van zeer nabij een derde schot gelost op het hart van den directeur. Dc klceren van het slachtoffer waren hier geschroeid. De B. heeft zich daarop uit de voeten ge maakt en zijn revolver zoover mogelijk ln de Singelgracht gegooid. Het zoontje van den heer Van Ingen had nog gehoord dat de Duitscher zijn vader toevoegde: „Ik zal je wel krijgen". Dat na de vondst van het lyk te onge veer vijf uur, de aanhouding van de toen nog vermoedelijke dader zoo spoedig kon plaats hebben, was te danken aan dc aan wijzingen van een ten huize van den ver moorde logeerende dame, die het nachte lijk drama had gehoord en de stem van de B. had herkend. De B., die in zijn auto op weg was naar de plaats van het mis drijf. werd toen gearresteerd en naar het politiebureau alhier overgebracht. Het parket uit Utrecht werd gewaarschuwd cn arriveerde korten tijd daarna. Gedurende een streng en langdurig verhoor door den rechtercommissaris, mr. Dorhout Mees, bleef de B. hardnekkig ontkennen iets met den moord uit te staan te hebben. In den middag pas heeft de dader voor een der agenten der gemeentepolitie alhier, dio in zijn cel oen gemoedelijk onderhoud met hem had, een volledige bekentenis af gelegd, welke hij later voor den rechter commissaris herhaalde. Hij toonde veel berouw over zijn dnnd en kon zich niet bcgrypen, hoe hij dnar- toe gekomen was. Na den oorlog heeft hij veel last gehad van driftbuien. De B. zeide nog. dat hij zijn leven zou hebben willen geven als het niet gebeurd was, daar hij met jhr. Van Ingen goed bevriend was. Inmiddels was het lijk van den versla- gene naar Utrecht overgebracht voor sec tie-onderzoek. Dr. Verhagen te Woerden heeft de doodschouwing verricht. De dader is per auto naar Utrecht over gebracht. Buren hebben omstreeks vier uur in don nacht twee h drie schoten gehoord. Andere mensehen weer beweren, dat kwart voor vier een schot zou zijn gelost. Men schonk hier evenwel geen aandacht aan en is weer ingeslapen. Een bewoner echter die zeer nabij het huis van den heer v .1. woont heeft om halfvier een schot gehoord, en is er zeker van dat het op dat tijdstip is geweest. Hij zeide nog, „ik zal eens op de klok kijken, je kunt nooit weten waar het goed voor is". Andere buren die we spraken vertel den ons, dat zy aan het geluid geen aan dacht schonken, daar de haven in dc buurt is en het vaak voorkomt, dat motoren wel eens liggen te knallen. Hoorden zij een knal, dan gaan zij nog niet onmiddellijk op onderzoek uit. Als tragische bijzonderheid kan nog ge meld worden, dat dc schoonvader van jhr. Van Ingen, prof. J. te Leiden, per auto door Woerden kwam om te zien of zijn dochter, die met jhr. Van I. gehuwd was, en in Parijs vertoefde, reeds was thuisge komen. Tot zijn groote ontsteltenis vernam hij toen, welk een ongeluk zijn schoonzoon had getroffen. (Mevr. v. I. is telephonlsch op de hoogte gestold en gisteren per vlieg tuig teruggekeerd). Bij het huis van het slachtoffer en om het bureau van politie was don gehoolen dag een groote menigte menschcn aanwe zig, die het gebeurde bespraken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1933 | | pagina 1