VRIJDAG 25 AUGUSTUS 1933
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BEAD PAG. 6
Onze publieke spreektribune over de Stadhuisplannen
HET LEIDSCHE RAADHUIS.
Licht en lucht in het plan „Blaauw".
I.Raadzaal en hoofdgang.
Het R. A. C.-rapport zegt:
De combinatie van boven- en staand
licht maakt het bezwaar, dat dit laatste
tegenover de raadsleden hinder geeft, min
der ernstig; het kan b.v. door toepassing
van gebrand glas worden verminderd".
De situatie is aldus:
Achter de raadzaal loopt een breede
gang met bovenlicht. Dit bovenlicht is ge
rekend door de wand van de raadzaal met
een daarin te schijnen. De raadzaal heeft
dus (aan de lange zijde) resp. buitenlicht
van het plein, met tevens het lawaai van
dit plein-en tweedehands binnenlicht door
ramen op de gang, die de beslotenheid van
de raadzaal ernstig zullen schaden.
Het licht dat eerst door een (dubbele)
lantaarn valt en dan opzij weer door ra
men moet schijnen om een ruimte te ver
lichten is een der armzaligste middelen
daartoe, die men kan denken.
Deze ramen bevinden zich -.50 M. achter
de zetels van 13 Raadsleden, wien het dus
aanbevolen is in geheime zitting zacht te
spreken (hoewel zij het verst van allen
van de tafel van B. en W. verwijderd zit
ten) daar anders elk woord van hen in
de breede gang wordt verstaan. Daar het
licht achter hen onmogelijk van veel be-
teekenis kan zijn is het voorstel der R.
A. C. om in de ramen aan het plein ge
brand glas aan te brengen, goed bedoeld,
maar van twijfelachtig nut, daar afdemping
van dit licht de raadzaal tevens donker
maakt. Overigens zijn deze ramen geheel
verkeerd aangebracht: met lage borstwe
ringen als "kalonramen, terwijl de Burge
meester het wrange genoegen zal smaken
een dergelijk raam vlak achter zijn zetel te
vinden.
n. Gelijkstraats Breestraat
Op de verdieping onder de raadzaal is
het met het licht aldus gesteld: Onder de
breede gang ligt weer een gang van dezelf
de afmetingen. Deze mist natuurlijk het
bovenlicht en is geheel zoowel van boven
als van de zijden, ingebouwd, d.w.z. duf
en donker, immers het indirecte zijlicht
moet schijnen door het bureau van den
Ontvanger dat elf meter diep is, of door
de lokalen aan de Noordzijde, die verlicht
worden door de binnenplaats waarvan het
R. A. C.-rapport zegt:
„Wegens de betrekkelijk geringe afme
tingen van dit plein en de hooge bebouwing
ringsom zullen vooral de aan dit plein ge
legen benedenvertrekken geen ruime
lichttoevoer hebben, wat echter voor de
meeste dezer lokalen niet zwaar behoeft
te wegen".
IH. Een schromelijk tekort aan
licht en lucht.
De breede gang achter de raadzaal waar
van het R.A. C.-rapport zegt: „De in de
hoofdas gelegen 5 meter breede wandel
gang over de geheele diepte van het ge
bouw helpt mede om dezen monumentalen
indruk te versterken", kan niet anders dan
bitter tegenvallen. Een gang met boven
licht is nooit monumentaal, daar boven
licht altijd maar een lapmiddel is. Het
aan alle zijden ingebouwd zijn, voltooid
door een tochtportaal aan de Breestraat,
sluit deze gang geheel van de buitenlucht
af, immers ventilatie door de (noodzake
lijk dubbele) lantaarn kan een dergelijke
ruimte nooit frisch houden.
Evenals aan de onrustige ligging der
raadzaal en de slechte verlichting en ven
tilatie van den benedengang kan met
kunst en vliegwerk wel iets worden ver
holpen, doch bij een nieuw bouwplan die-
ne altijd verre de voorkeur te worden ge
geven aan methoden die deze middelen
niet noodzakelijk maken.
Mr. W. C. FELTKAMP.
WAT NT?
Het „Leidsch Dagblad" houdt een be
toog, hetwelk op verschillende punten pa
rallel loopt met onze crietiek op het eind
oordeel der Raadhuis Advies Commissie.
Het blad concludeert, dat óf het plan-
Blaauw, terzijde moet worden gelegd óf de
andere architecten in de gelegenheid moe
ten worden gesteld, een nieuw plan te ma
ken op een terrein-oppervlakte als die
van het plan-Blaauw.
Dit laatste lijkt onzen collega de beste
oplossing.
„ONBEGRIJPELIJKE PROFANATIE".
..Zoo veroordeelt de architect J. M. van
der Mey in de „Vooruit" ólle plannen „van
de uitverkoren architecten". Wij willen
hier het artikel curiositeitshalve afdruk
ken.
„Deze kunstenaars (de uitgenoodigde ar
chitecten) werden geplaatst voor een zeer
interessant vraagstuk: het ontwerpen van
een nieuw raadhuis, aanpassende aan mo
derne eischen, waarbij het behoud van den
ouden gevel geëischt werd, zooiets als het
zetten van een oud juweel in een nieuwen
ring.
Want een juweel was die oude gevel, ver
levendigd door den ragfijnen carillonto
ren, een schepping van Lieven de Key;
meer een wand dan een gebouw een
droom een sproke, bijna onwezenlijk en
toch tastbaar, gesproken in de meest zoete
spraak van de zuiverste renaissance; de
droom is uitgedroomd, vervaagd in den fei
len stormbrand, zoodat er rest een vage
herinnering, een flard schoone kant. Welk
een precieuze opgaaf voor een kunstenaar,
deze kostbare reliek te schragen en te om-
ramen in een moderne omgeving, zoodat
den nakomeling blijft de vage aanduiding
van het eens gewezen schoone, de fijne tin
keling van helaas vergane heerlijkheid.
Wat hebben deze uitverkoren kunste
naars van dit vraagstuk gemaakt?
In onbegrijpelijke profanatie hebben al
lereerst twee van hen en niet de slecht-
sten zich de stoutheid veroorloofd, aan
den gevel een „kleinigheid", niet meer of
minder dan zegge acht meter, aan te
breien in den ouden trant; zoo den droom
uitrekkende!
Met den toren, den fijnen carillontoren,
mysterieus uitzwevend boven den ouden
gevel, heeft niemand weg geweten. De
eenige, die zich iets herinnert, is Krophol
ler en toch was de gevel zonder de rag
fijne bekroning niet meer dat; toren en
gevel waren zoo innig met elkaar ver
groeid en verdroomd.
In plaats daarvan zet ieder een toren.
Bij een raadhuis hoort toch een toren en
men zet dien ergens neer. Blaauw op een
onbenullige plek, zonder organische func
tie, ergens in een hoek gekwakt, bij Buur
man, Kropholler en Van der Laan beter
geplaatst ten minste, maar karakterloos of
nog erger, namaak Scandinavisch.
Mertens zondigt echter wel het sterkst;
zijn toren, plomp en fantasie-loos, plakt
hij naast den ouden gevel en vermoordt zoo
maar eventjes, wat er nog van rest.
Zoo springt de moderne Nederlandsche
Bouwkunst om met de schoone resten van
het verleden: gebrek aan piëteit of erger,
onmacht?
En hoe nu het „moderne" vraagstuk, het
nieuwe gedeelte met zijn hedendaagsche
eischen?
Wat we daarvan zien is kortweg ellen
dig!
Lieve hemel, is de terugslag in de moder
ne architectuur dan reeds zoo sterk, dat
niemand dezer uitverkorenen uitkomt bo
ven het gebroddel, dat we hier voorgezet
krijgen?
Nuchter of plomp, nergens een hartelijk
of zielvol inleven, tracht men het toch zoo
belangrijke vraagstuk van de zoo bij uit
stek volksbouwkunst, hoe de moderne de
mocratie te huisvesten, op te lossen.
Is onze moderne bouwkunst moe, ver
ouderd of versuft?
Noch in planindeeling noch in architec
tuur is ook maar iets verheugends te be
leven bij wat deze uitgelezen vaten ons
brengen.
Slechts Mertens doet een poging, om ten
minste in plan iets verheffends te schep
pen; zijn binnenplaats houdt een belofte
in; zijn vormgeving is echter niet in staat
deze tot iets meer, tot iets rijpers te doen
worden.
Alle anderen geven een indeeling over-
borrelend van troosteloosheid, nuchterheid
en armoede van geest!
Het voornaamste element, de raadzaal,
de kern en ziel, het hart van dit huis der
burgerij, wordt weggestopt, is onbereik
baar, onvindbaar en onmonumentaal, als
ware het een ergernis hoogste troef....
de lichtinval, die de arme gevoelige oogen
der burgervaderen niet mag kwetsen.
Alleen Blaauw zocht ten minste naar
een uitspreekbare functie; doch hoewel
hij zijn best doet, gaat ook zijn pogen,
evenals de op zich zelf goede vondst van
een inspringend plein aan de Vischmarkt,
architectonisch en stedebouwkundig niet
uit boven een zielig pogen, terwijl hij be
langrijke organische functies als hoofd
trappen en zoovoorts, maar vergeet of ne
geert.
De deelnemers hebben zich beijverd, de
noodige gevraagde lokaliteiten weg te wer
ken, zonder al te veel te trachten de be
langrijke elementen te benutten of te ver
werken tot monumentaliteit.
Maar, om eerlijk te zijn, moet men toe
geven, dat het programma de deelnemers
voor een zeer moeilijke en ondankbare
taak plaatst.
De eisch namelijk, om den hoofdingang
te maken aan den Breestraatgevel, is ab
surd en onlogisch. Zoover hoeft de eerbied
voor de schoone resten en de traditie niet
te gaan, dat men door dezen eisch te stel
len, absoluut de mededingers dwingt tot
een mislukking!
Hoeveel beter zou Blaauw geslaagd zijn,
indien hij den hoofdingang had mogen ver
leggen naar buitenplein en binnenplein.
Men hoeft zich niet te verdiepen in de
distributie-kwaliteiten van de verschillen
de plannen; de eischen en beoordeelingen
der commissie hierover zullen wel juist
zijn.
Hulde daarom aan Blaauw, die ten min
ste even uitkomt in een mannelijke poging
tot verweer, als kunstenaar, een stoutheid
die hem bijna zijn deelneming kost!
Maar wat te denken van onze veel ge
prezen moderne bouwkunst, zoo hoopvol
gekoesterd, verwend en geprezen, maar die
blijkbaar in handen van velen, nog wel uit
verkorenen, tot niet veel anders in staat
dan het geven van het hier vertoonde slap
pe afkooksel van quasi-oude motieven of
hulpelooze, meest grofbanale, moderniteit,
en veelal nog niet eens van eigen bodem!
Is deze 'mislukking onmacht, onwil of,
erger nog, reactie? Is onze democratie niet
meer bij machte een eigen leven te lei
den, zich te hullen in een gewaad harer
waardig? Is alles dood, versuft of ver
gaan?
Waar gaan wij heen met onze heden
daagsche bouwkunst?"
Aldus de schrijver in de socialistische
pers.
Hij noemt het feit, dat architect Blaauw
zonder eenige ruggespraak met of me-
dedeeling aan zijn mededingende collega's
van de gegeven opdracht is afgeweken,
een „mannelijke póging tot verweer"!
Wij veronderstellen graag, dat anderen
in socialistische kringen hierover anders
denken.
Voor de bezichtiging der plannen in de
Lakenhal verwijzen wij naar een gemeen
telijke aankondiging in dit nummer.
BUITENLAND
VAN HET VATIC A AN
DE PAUS BEZOEKT ZIJN
BUITENVERBIJF.
Restauratie-werkzaamheden in
oogenschouw genomen.
Om zeven uur (Italiaansche tijd) heeft
Z. H. de Paus zich gistermorgen voor de
tweede maal in enkele maanden per auto
naar Cartel Gandolfo begeven, het op 25
K.M. afstand van Rome gelegen Pauselijk
buitenverblijf, dat, zooals men weet, vol
gens artikel 14 van het verdrag van Late-
ranen, den H. Stoel als Pauselijk gebied
werd toegewezen.
De Pauselijke auto werd voorafgegaan
door een auto, waarin de gouverneur der
Vaticaansche Stad, markies Serafini, en de
commandant der Pauselijke gendarmerie
Demandato gezeten waren, en werd gevolgd
door ©en andere auto, waarin de geheime
kamerheeren van Zijne Heiligheid, mgr.
Venini en mgr. Confalonieri hadden plaats
genomen.
Ln de auto van Zijne Heiligheid bevond
zioh ook de „maestro di camera'1, mgr.
Gaccia Dominioni.
Het is thans de tweede keer, dat de H.
Vader Zijn staat en tegelijk Rome verlaat.
Het eerste bezoek van Zijne Heiligheid
aan Ca stel Gandolfo had plaats den lOen
Juli j.L
De reis droeg geenerlei officieele karak
ter. Zijne Heiligheid wilde de werkzaam
heden tot restauratie van het Pauselijk
Paleis in oogenschouw nemen.
Om kwart voor acht kwamen de auto's
voor het hek van de villa Barberini van
Castel Gandilfo aan, waar de H. Vader
ontvangen werd door den directeur der
pauselijke buitenverblijven, dr. Bonomilli.
Na hierop per auto de' oprijlaan te zijn
doorgereden, hield Zijne Heiligheid stil
voor het Pauselijk paleis, waar Hij begroet
werd door Zijn neef, ingenieur graaf Ratti
en de andere leden der Vaticaansche tech
nische commissie.
Met de lift begaf de H. Vader zich naar
de eerste verdieping van het paleis, waar
Hij een bezoek bracht aan de vertrekken,
welk© bestemd zijn voor de leden van het
Pauselijk hof en de paters Jesuieten, die
verbonden zijn aan d© Vaticaansche sterre-
wacht.
Vervolgens ging Zijne Heiligheid naar de
tweede verdieping, waar zich de eigenlijke
Pauselijke vertrekken bevinden. De H. Va
der doorliep alle kamers en trad tenslotte
Zijn, privévertrek binnen.
Geruimen tijd hield Hij zich op in de
kapel, toegewijd aan de H. Maagd, Be
schermster van Polen, ter herinnering aan
Zijn werkzaamheid als nuntius in Polen.
De beschildering dezer kapel wordt uitge
voerd door den Poolschen schilder Dero&en.
Zij bestaat uit fresco's, welke een episode
uit den Zweedschen inval in Polen en d©
invasie der bolschewisten in 1920, waarvan
de H. Vader getuige was, uitbeelden.
De kqmst van den H. Vader in het stadje
Gastel Gandolfo werd door het luiden der
klokken aangekondigd, waarop de bevol
king zich onmiddellijk naar het plein be
gaf, waaraan het Pauselijk paleis is gele
gen.
De H. Vader, die op het balcon verscheen
van waaraf Hij den Zegen gaf, werd lang
durig toegejuicht.
Na nog een bezoek te hebben gebracht
aan de overige deelen van het paleis, be
klom de H. Vader het terras, waar Hij
eenige oogenblikken genoot van het schit
terend panorama.
Tenslotte begaf Zijne Heiligheid zich
weer naar beneden, doorliep de lanen van
de villa's Cibo en Barberini, welke met het
Pauselijk paleis het Vaticaansche bezit uit
maken en bracht een bezoek aan de model
boerderij, waar Hij geestdriftig werd be
groet door de ongeveer vierhonderd arbei-
des, die op Castel Gandolfo werkzaam zijn.
De H. Vader onderhield zich geruimen
tijd met vaderlijke welwillendheid met de
werklieden, wien Hij tenslotte den Zegen
gaf.
Om kwart voor tien keerde de H. Vader
weer met Zijn gevolg naar 'EJome terug en
kwam kwart over tien in den Vaticaan-
schen staat aan. „Msb.u
Ongevallen tijdens den tocht
Naar Reuter nog uit Romet meldt, is
tijdens den rit van den Vaticaanschen
staat naar Castel Gandolfo ©en band van
de auto, waarin de H. Vader gezeten was,
gesprongen. Zijne Heiligheid was in ver
band hiermede, gedwongen eenige oogen
blikken den wagen te verlaten, hiermede
voet op Italiaanschen bodem zettend,
voegt Reuter er aan toe.
Eenige seconden, nadat de auto, waarin
Zijne Heiligheid zich op den terugweg naar
den Vaticaanschen staat bevond, het dorp
Ciampino had gepasseerd, stortte vlak aoh-
ter de auto een militair vliegtuig, dat. in
de telegraafdraden was verward geraakt,
op den weg.
AU door een wonder heeft de officier,
die het vliegtuig bestuurd©, slechts licht©
verwondingen opgeloopen.
DUITSCHLAND
HET RIJKSDAG-PROCES.
In het proces over den Rijksdagbrand,
dat zooals gemeld op 21 September begint,
zullen vijf verdachten zich te verantwoor
den hebben.
In de eerste plaats de 24-jarige Neder
lander Marinus vaai der Lubbe, van beroep
metselaar, die als toegewezen verdediger
heeft den advocaat Leuffert uit Leipzig.
Verder zal terechtstaan het 40-jarige gewe
zen communistische Rijksdaglid Ernst Torg-
ler, aan wien dr. .Sack uit Berlijn als ver
dediger is toegevoegd. De drie ander© ver
dachten zijn: de 51-jarige letterkundige
Georg Dimitrof, de 31-jarige student Blagoi
Popof en de 36-jarige schoenmaker Wassil
Tanef, die alle drie dr. Teichert uit Leipzig
als verdediger zullen hebben.
Voor dit proces is zeer veel materiaal
verzameld, zoodat de rechters niet minder
dan 35 dossiers moesten doorwerken. Het
is hun taak, aldus het Wolff-bureau, het re
sultaat van het vóóronderzoek aan de hand
van de mondelinge verklaringen te bestu-
deeren, waarbij de acte van beschuldiging,
die 230 bladzijden beslaat, aU wegwijzer
dient.
Het OM. heeft totaal 110 getuigen en
deskundigen gedagvaard, doch het is mo
gelijk, dat hun aantal nog aanzienlijk zal
stijgen. Het Hof heeft ambtshalve het recht
getuigen te dagvaarden, voor zoover dit voor
het resultaat van de bewijsvoering noodig
wordt geacht, terwijl ook de verdachten ge
tuigen kunnen dagvaarden.
Zooals reeds gemeld, zal het verhoor der
verdachten in Leipzig plaats hebben. Ver
volgens zal het Hof zich naar Berlijn bege
ven om een indruk te krijgen van de plaat
selijke omstandigheden in het Rijksdagge
bouw.
In het gebouw zal ©en speciaal vertrek
ter beschikking van het Hof worden ge
steld. Daar de meeste getuigen in Berlijn
wonen, zullen door de behandeling in de
hoofdstad aanzienlijke kosten worden be
spaard.
Mag De Moro Giafferi als verdediger
optreden?
De bekende Fransche advocaat. De Moro
Giafferi deelt in de pers mede, dat hij op
zijn verzoek aan het rijksgerechtshof te
Leipzig, om eenige der beschuldigden van
den Rijksdagbrand te mogen verdedigen,
geen antwoord heeft ontvangen.
„Daar ik, zoo schrijft hij verder, in de
„Rempart'1 (die door de „Daily Telegraph"
wordt geciteerd) geen weigerend bescheid
heb gekregen, ben ik gerechtigd mij als
raadsman van de ongelukkige verdachten
te beschouwen. Niettemin weet ik, dat ik
niet pleiten zal. Het Hitler-régime vreest
de waarheid te zeer. Als advocaat, die de
verslagen heb bestudeerd, verklaar ik
plechtig, dat het kapitein Goering was, die
de heele zaak heeft gearrangeerd en dat
Goering order gaf den Rijksdag in bramd
te steken".
BISSCHOP VAN BERLIJN ERNSTIG
ZIEK.
Zijn toestand critiek.
De gezondheidstoestand van dr. Sohrei-
bor, bisschop van Berlijn, is in de laatste
dagen sterk achteruitgaande. Het verval
van krachten is zoo ernstig, dat fer reden
is tot groote bezorgdheid. De Nuntius heeft
den zieke bezocht en hem den bijzonderen
groet en zegen van Z. H. den Paus over
gebracht.
TEGEN RECORD-WAANZIN.
Naar d© „Voelkischer Beobachter" ver
neemt, heeft do rijkssportleider, von
Tchammer-Osten, naar aanleiding van het
overlijden van d© duur-zwemster Ruth
Litzig, uiting gegeven aan zijn verontwaar
diging over de onverantwoordelijke roeke
loosheid van de organisatoren van dez©
gebeurtenis, die door bun methoden, welke
met sportieven geest niets te maken heb
ben, een jong menschenlexen brutaal heb
ben vernietigd. Hij twijfelt niet, of derge
lijk© recordwaanzin-evenementen zijn met
dit voorval voor altijd afgeloopen. Overi
gens laat de rijkssportleider het aan het
gerecht over, de organisatoren ter verant
woording te roepen.
IERLAND
0'DUFFY GEEFT HET NIET OP.
Parade-plannen ondanks verbod.
Generaal O'Duffy heeft ondanks het
door de Icrsohe regeering aangekondigde
verbod, besloten zijn propaganda in het
land op de oude wijze voort te zetten.
Gistermiddag begaf bij zich naar
Cootshill, waar zich op een geheim bevel
een groot aantal blauwhemden, gekleed
in het blauwe uniformihemd der Iersche
fascistische beweging, verzameld had. Bij
aankomst hield O'Duffy een rede, waarin
hij verklaarde, dat zijn nationale garde
thans 45.000 leden in Ierland telde, waar
van ongeveer vierfijfde gedeelte afkomstig
uit het graafschap Munster.
Tot groote verrassing der aanwezigen
kondigde O'Duffy daarop aan, dat Zondag
a.s. te Cork een parade der blauwhem
den zal worden gehouden, waaraan 40.000
man zuller deelnemen.
Algemeen verwacht men, dat als de or
ganisatie over eenige dagen niet is ont
bonden, de Valera waarschijnlijk direct
daarna tot arrestaties zal overgaan.
O'Duffy heeft bij enkele gelegenheden
reeds over zijn aanstaande arrestatie ge
sproken. Blijkbaar verwacht hij daarvan
een groote propagandistische uitwerking
voor zijn zaak.
Te Dublin is een sterke troepenmacht
geconcentreerd. In sommige kringen go-
looft men, dat deze bestemd is voor bewa
king van een concentratiekamp, dat do
Valera zou willen inrichten, als het aan
tal gearresteerd© blauwhemden te groot
mocht worden.
RUSLAND.
DE NOOD NIJPT IN RUSLAND.
Hulpverleening door protestantsche en
katholieke kerken.
Woensdagavond zijn talrijke Duitsche
en buiteniandsche persvertegenwoordigers
op uitnoodiging van het Evangelische pers-
verbond te Berlijn bijeengekomen, ter be
spreking van den oproep van den aarts
bisschop van iWoenen aangaande den hon
gersnood in Rusland. In de openingsrede
werd gezegd, dat de Duitsche evangelische
kringen het initiatief met vreugde begroe
ten en de hoop koesteren, dat de protes
tantsche kerken in het buitenland een der
gelijke actie op touw zullen zetten om in
samenwerking met de katholieke kerk
aan de redding der Rusische christenen te
helpen.
Een drietal personen, die pas de Sovjet
Unie bezocht hebben, schotste vervolgens
den nijpenden nood, die daar heerscht.
Dat de toestand er zeer slecht is, bewijst
ook het bericht uit Moskou, dat de autori
teiten voornemens zijn in eenige gebieden
van de Sovjet-Unie wegens het gebrek aan
vleesch geconserveerde levensmiddelen te
distribueeren en vleeschlooze dagen in te
voeren. Deze maatregel zou ook worden
genomen voor de arbeidersbevolking en
voor de militaire troepen.
De vroegere voorzitter van den Raad
van Volkscommissarissen, Syrzow, is ver
bannen naar Astrakan.
Ook een afgezant van den paus, die uit
Rusland in Rome is teruggekeerd, heeft
mededeelingen gedaan over zijn slechte er
varingen aldaar opgedaan. In den komen
den winter verwacht hij een vreeselijken
hongersnood.
De afgezant vertelde den paus, dat naar
schatting 10 k 12 millioen menschen den
komenden winter van honger zullen omko
men.
Toen de paus dat vernam, kon hij zijn
tranen niet bedwingen. Na een oogenblik
van stilte had de paus zijn zelfbeheer-
sching herwonnen en zeide rustig: „Wij
moeten een middel vinden om dit, het
koste wat het kost, te voorkomen."
Men gelooft, dat de paus overweegt
hulp-expedities naar Rusland te zenden,
zooals dit ook eenige jaren geleden ge
schied is.
AMERIKA
PER VLIEGTUIG OP WEG OM
MACHAD0 TE D00DEN?
Vreemd gerucht te New-York.
Te New-York loopt het gerucht, dat een
vliegtuig met een groep mannen aan boord
die van plan zijn den voormaligen presi
dent van Cuba, Machado, te dooden, Ha
vana heeft verlaten op weg naar de
hoofdplaats van Bahama, Nassau.
Nader wordt gemeld, dat het. bedoelde
vliegtuig aan dranksmokkelaars toebe
hoort, die zioh op ©en zakenreis hebben
begeven. Ex-president Machado was ech
ter zóó ontsteld over het aanvankelijke ge
rucht, dat de autoriteiten hem twee man
man ter speciale bewaking beschikbaar
hebben gesteld.
BUITENL. BERICHTEN.
SNELTREIN VALT IN DE RIVIER.
Vier dooden, acht gewond/in.
Yier personen zijn gedood en acht ge
wond, doordat negen van de tien slaapwa
gens van den expresstrein va<n New-York
naar New-Orleans zijn ontspoord en in het
water gevallen.
Het ongeluk had plaats op de brug over
de Anacosta, welke sterk is gewassen, als
gevolg van de jongste zware regenbuien
blijkbaar zijn de fundamenten van de brug
door het water ondermijnd, want nauwe
lijks bevonden de wagons zich op de rails
van de brug, of de locomotief ontspoorde
en viel in do rivier, gevolgd door de slaap
wagens. Onder de dooden bevinden zich
de machinist en de stoker.
PAUSELIJKE NUNTIUS TE MADRID
ERNSTIG GEWOND.
De pauselijke nuntius in Spanje, mgr.
Tedeschini, heeft tusschen Madrid en San
Sebastian een auto-ongeluk gehad.
Met vrij ernstige verwondingen is hij in
een dorpspastorie opgenomen.
BRAND OP NEDERLANDSCH
TANKSCHIP.
In de haven van Pressburg,
Op het aan een Nederlandsche reederij
behoorende tankmotorschip „Haarlem",
dat een lading van 50 wagons olie uit Rus
land aan boord had, is in de haven van
Pressburg brand uitgebroken. De brand
weer nam terstond krachtige maatregelen
om het vuur te bestrijden en slaagde er in
de machineruimte te behouden, doch de
lading is geheel uitgebrand. De schade
wordt op ruim een half millioen Tsjechi
sche kronen geschat. De stuurman kon
zich met zijn vrouw slechts redden door in
den Donau te springen,
NOODWEER IN J0EG0-SLAVIE.
Verscheidene personen door den bliksem
gedood.
Op vele plaatsen in Joego-Slavië heeft
noodweer gewoed. Hagelbuien hebben
overal groote schade aangericht en door
den bliksem zijn verscheidene personen
gedood.
In Slowenië hebben wolkbreuken over-
strcomingen veroorzaakt, zoodat in ver
schillende steden debrandweer moest in
grijpen om bedreigde menschen uit hun
woningen te redden.
In Slavonië vernielde de hagel alleen
reeds te Osiek 3000 vensterruiten. Ver
scheidene boeren werden door den bliksem
getroffen en gedood.
Ook. de omgeving van Zagreb heeft
zwaar geloden. De vooruitzichten van de
opbrengst van den inais- en fruitoogst,
doch vooral van don w ijnoogst, zijn in
vele streken met 70 pet. verminderd.