VRIJDAG 14 JULI 1933
No. 7558
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
ZONDAGSBLAD
*G.
iluziek
Savq
lofoou
!trani
Radon,
deyer
„Lod
24ste Jaargang
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling:
Voor Leiden 19 oent per week f2.50 per kwartaal
Bij onze Agenten 20 oent per week Mf 2.60 per kwartaal
Franco per post f 2.95 per kwartaal
Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 oent per kwartaal, bij
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 oent, met
Geiliustreerd Zondagsblad 9 oent.
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 I
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per regel
Voor Ingezonden Mededeelingen wordt
het dubbele van het tarief berekend.
TELEFOONTJES, van ten hoogste 90 woorden, waarin be
trekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur u
verhuur, koop en verkoop f 0.50.
„We^
Rurte
I.
rijPpte 1
Plaatselijke overheid en
moraliteit
De burgerlijke overheid heeft een taak
in het handhaven der moraliteit.
Zeker wij weten wel, en een kind kan
't wel begrijpen, dat de burgerlijke over
heid geen deugd kan kweeken en dat zij
ook niet de ondeugd uit de begeerte van
den kwaadwillende kan snijden. Dat we
ten wij wel. Maar men moet ons dAt niet
voorhouden, als men wil verontschuldigen
het laat-maar-waaien-syeteem van de bur
gerlijke overheid in kwesties van morali
teit. Van een burgerlijke overheid vaak,
van wie men gezien de beginselen van
de gezagsdragers een ander optreden
zou veronderstellen.
Alle verontschuldigingen in deze zijn
eestal gezocht, om de eigenlijke reden
van het niets-doen en alles-toelaten, te be
dekken zijn meestal onoprecht.
Wij zeggen met opzet: meestal, om
dat de eerlijkheid gebiedt, te erkennen,
dat óók wel goed-willende, maar te wei
nig met geheide feiten rekening houden
de critici van de burgerlijke overheid in
deze te veel eischen en verlangen.
Doch onomstootelijk blijft, helaas, de
werkelijkheid, dat in vele gevallen de bur
gerlijke overheid zich door laksheid en on
verschilligheid laat leiden en ook vaak,
we reeds opmerkten, als men het
van haar niet verwachten zou!
Wat daarvan de oorzaak ei
is? Vrees om voor overtuigin]
men, om voor bekrompen, „braaf en
„vroom", te veel dominé- of pastoors-gezind
te worden aangezien? DaJ^al voorkomen.
Maar meestal zal oi. de ^^pring moeten
worden gezocht in.... de aanbidding van
de Mammon of in de onevenwichtige waar
deering van geldelijke winst.
De Minister van Binnenlandsche Zaken
heeft dezer dagen de plaatselijke burger
lijke overheid gewezen op bepaalde, in
eenige gemeenten bestaande moreele ge
varen.
Zijn Excellentie heeft zich n.L gewend
tot de burgemeesters van verschillende
groote steden en badplaatsen met de mede-
deeling, dat de Regeering meent te moeten
wijzen op de groote moreele gevaren vooral
voor de jeugd verbonden aan het toene
men van het aantal speel gelegenheden in
den laatsten tijd.
Den burgemeesters werd verzocht, ernstig
te willen nagaan, of het houden van deze
speelbanken zij het dat deze wellicht
niet onder wettelijke verbodsbepalingen
vallen, waaromtrent intusschen nóg geens
zins volledige zekerheid bestaat en een
eventueele rechterlijke beslissing zal moe
ten worden afgewacht uit een moreel
oogpunt door de plaatselijke overheden
bevorderd, moet worden.
O.i. is de vraag, of bedoelde gelegen
heden moeten worden bevorderd, heelemaal
geen \Taag meer. Moeten ze niet worden
tegengewerkt en belemmerd? Beslist!
Op ander terrein van moraliteit is een
positief optreden van de burgerlijke over
heid nog meer gewenscht wij denken
hier aan de onbeschaamdheid in kleedij.
En wij nemen over een vraag, gisteren
gesteld in de „Tijd": „Zal de roep om het
sterke gezag eindelijk ook de passiviteit
bereiken van de overheid, wn haar tot in
grijpen te brengen tegen het huichelach
tig, modieus te koop loopen van ontaard
vrouwelijk gevoel, dat de openbare zeden
helpt ontbinden?"
Ook op het terrein van de handhaving
der moraliteit ligt een taak voor de
plaatselijke overheid.
Weekabonnè's, die geabonneerd zijn op
het Zondagsblad, worden er aan herin
nerd, dat dit vanat heden ad 50 cent
betaald moet worden.
DE ADMINISTRATIE.
VOLKBREUKEN
De zomer is nu zoover gevorderd, dat
wij in den tijd gekomen zijn, waarin wel
eens wolkbreuken kunnen losbreken. Wat
zijn wolkbreuken? Laten wij dat eens on
derzoeken.
Als een zomeronweersbui over ons heen
trekt kan het gebeuren, dat de sterke re
gen plotseling zoo hevig wordt, dat het is
alsof „het water met bakken uit den he
mel valt". Men zegt dan ook wel, dat het
„pijpensleeltjes regent". Meer dichterlijk
uitgedrukt: de sluizen des hemels worden
geopend. Deze laatste uitdrukking is daar
om zoo merkwaardig, omdat zij de voorstel
ling insluit alsof boven ons een vergaarbak
aanwezig is, waarvan slechts eenige klep
pen behoeven te worden opengemaakt om
een zeer groote hoeveelheid water te la
ten uitstroomen. Deze voorstelling sluit zich
in groote trekken zeer goed aan bij de wer
kelijkheid maar er is toch een verschil, dat
wij niet over het hoofd mogen zien. Het
water is daarboven namelijk niet in den
gewonen vorm als b.v. in een vijver aan
wezig doch in dampvorm en ook in de ge
daante van wolken.
Het openzetten van de sluizen is dus
slechts een aanschouwelijk beeld voor een
natuurproces, dat wij gelooven te begrij
pen, maar dat ons in wezen eigenlijk niet
geheel bekend is en waarvan wij ons, wan
neer wij er eens over gaan nadenken, geen
duidelijke voorstelling kunnen vormen. De
meesten van ons hebben geleerd, dat wa
terdamp onder bepaalde omstandigheden
kan condenseeren, d.w.z. dat de moleculen
water, die in de atmosfeer heeten te zijn
opgelost, dus daarin ronddolen als de ster
ren in het heelal, bij groote aantallen sa-
menklompen tot waterdruppels, in dat ge
val dus tot regendruppels. Wanneer dit na
tuurproces nu maar heel snel verloopt re
gent het hard en wanneer het buitengewoon
snel gaat hebben wij een wolkbreuk. De
naam onderstelt dus, dat de regen ontstaat
door het uiteen vallen of het openbarsten
van een wolk, meer wetenschappelijk uit
gedrukt doordat een wolk tot druppels
condenseert. Of dit werkelijk zoo gebeurt
is op zijn minst genomen twijfelachtig. Het
is in elk geval niet zoo eenvoudig, zooals
rechtstreeksche waarnemingen in de wol
ken tijdens regenbuien door luchtreizigers
hebben aangetoond.
Het is echter wel waar, dat de regen
altijd zeer nauw verbonden is met de wol
ken en slagregens en wolkbreuken in het
bijzonder met geweldig dikke, donkere en
hoog opstapelende wolken. Het voorkomen
van electrische- ontladingen is daarbij
waarschijnlijk een bijzaak, want wolkbreu
ken en slagregens komen ook zonder deze
voor.
Het staat ook wel vast, dat afkoeling
van de lucht ten gevolge kan hebben, dat
een gedeelte van de daarin aanwezige wa
terdamp tot neerslaan kan worden ge
bracht Om' nu te kunnen Iregrijpen, dat
buitengewoon zware slagregens kunnen
voorkomen moeten wij iets af weten van
de hoeveelheden water, die in de lucht in
dampvorm aanwezig kunnen zijn. Ais
voorbeeld kunnen we hier eenige cijfers
noemen, die op ons eigen klimaat betrek
king hebben. Bij warm zomerweer kan een
kub. meter lucht van 80 procent relatieve
vochtigheid 15 gram water bevatten in
dampvorm. Als deze lucht naar boven stijgt
tot b.v. 4000 meter hoogte en daarbij 20
graden afkoelt zal daaruit ruim '10 gram
water in vloeibaren vorm worden afge
scheiden en als regen naar beneden vallen.
Dat lijkt heel weinig, maar men moet be
denken, dat het niet gaat om een kub. me
ter alleen. Stijgt deze lucht op in een
stroom met een snelheid van b.v. 10 meter
per secuDde (wat een lage schatting is), een
stroom, die van onderen af door den storm
wind wordt gevoed, die bij zware regens
voorkomt, dan beteekent dit, dat elke se-
cunde 10 kub. meters hun waterdamp af
staan, dus een hoeveelheid van 100 gram.
Deze regenhevigheid zou gelijk staan met
0.1 m.M. regenhoogte per secunde of 1 m.M.
in 10 secunden. Dat lijkt heel veel op een
wolkbreuk. Een millimeter regenhoogte is
nJ. een kilogram water per vierkanten me
ter. Het is niet onwaarschijnlijk, dat een
dergelijke regenhevigheid wel bij de echte
wolkbreuken voorkomt. Men weet het niet
zoo precies omdat de zelfregistreerende re
genmeters, waarvan in de meteorologie ge
bruik wordt gemaakt, den regenval op zoo
danige wijze registreeren, dat de intensi
teit niet voor elke secunde kan worden na
gegaan, wel echter over het verloop van
eenige minuten. Daar echter wolkbreuken
slechts eenige minuten duren en al dien
tijd niet regelmatig vallen, kan men de
grootste intensiteit niet dan bij benade
ring schatten, of, zooals hierboven is ge
daan, op grond van zeer waarschijnlijke
grootheden, ruwweg berekenen.
De vraag is echter ook hoe dit alles nu
precies in zijn werk gaat. Wij weten allen
wel bij ervaring, dat bij sterken slagregen
de wolkbreuk plotseling inzet en geduren
de enkele minuten ware stortvloeden van
water geeft, om dan plotseling op te hou
den. Het wordt daarbij gemeenlijk donker
en men ziet donkergrijze wolken-massa's
overtrekken. Heel dikwijls steekt een
krachtige wind op.
Wat nu het ontstaan van wolkbreuken
betreft kan men in hoofdzaak drie geval
len onderscheiden waarbij echter altijd
sprake in van de tegenstelling tusschen kou
de en vochtig warme luchtmaesa's. In som
mige gevallen wordt door sterke verhit
ting van de onderste luohtlagen haar soor
telijk gewicht kleiner dan dat van hoogeie
lagen. Zij geraken daarbij in opstijging, een
deel van den waterdamp wordt daarbij af
gescheiden, de vrijkomende warmte zet de
opstijgende beweging verder aan en de
lucht stijgt dan met groote snelheid' tot
duizenden meters hoogte. Dit is het een
voudige geval van een locaal warmte-on-
weder met zwaren regen.
Een ander geval is wanneer een koude
luchtmassa naast een j warm-vochtige ligt.
Onder bepaalde omstandigheden, b.v. ten
gevolge van een drukverschil, dringt de
koude lucht zich onder do warme en tilt
deze in de hoogte, waarbij deze groote hoe
veelheden waterdamp als regen afscheidt.
Zulks gebeurt dikwijls in z.g. frontbuien,
die met onweer en een storniachtigen in
val van den kouden luchtstroom gepaard
gaan. Deze buien komen voor na grooto
zomerhitte en groote temperatuur-verschil
len over kleine afstanden.
De derde vorm van welkibreukachtige re
gens komt voor in de tropische wervel
stormen waarin orkaanachtig zich voortbe
wegende luchtmassa'» van hoog water
dampgehalte in opstijgende beweging zijn.
Deze wolkbreuken ziju echter van langeren
duur evenals de stuwregens tegen berghel
lingen, die er na aan verwant zijn, maar
die wij in ons land eigenlijk niet hebben.
De bij ons voorkomende wolkbreuken bo-
hooren tot de twee eerstgenoemde vormeu.
De eigenlijke wolkbreuk is dus niets an
ders dan een heftige regenbui, die ons al
leen imponeert door zijn ongewone inten
siteit. Men behoeft er dus niets anders in
te zien dan een uitbundige uiting van be
paalde natuurprocessen, die in een meer
gematigden vorm iets heel gewoons zijn.
Voor deze uitbundigheid zijn echter bui
tengewone omstandigheden noodig, d.w.z.
omstandigheden van een zekere uitbundig
heid, die zelden voorkomt. De wolkbreuken
imponeeren daarom den meteoroloog meer
door dezen samenloop van omstandigheden
dan wel door den hevigen regen, maar op
den gewonen waarnemer maken zij steeds
een diepen, soms vreesaanjagenden indruk,
die onmiddellijk verdwijnt met het ophou
den van den regen.
WAl ANDERE BLADEN
SCHRIJVEN:
CONCORDAAT.
Over het tusschen Duitschland en het
Vatioaan gesloten verdrag schrijft do
Maasbode:
„De Kerk heeft van den dag harer
6tiohting tot op den dag van heden
steeds de volledige onderwerping en
gehoorzaamheid harer geloovigen aan
het feitelijk bestaande regiem gepre
dikt, zonder zich aan oen bepaalden
regeeringsvorm te binden. De geloovi
gen mogen hun voorkeur behouden; de
Kerk als zoodanig aanvaardt elke re
geering, welke bereid is de onaantast
bare rechten van de door den God-
mensch zelf gestichte Kerk te eerbie
digen. En als een dergelijke regeering
deze eerbiediging in ©en staatsver
drag wil vastleggen en waarborgen, zal
zij in de Kerk steeds de eerlijke cu
loyale tegenpartij vinden om in het be
lang van volk en land een Concordaat
te sluiten....
Met dit Concordaat in handen staat
Hitier sterk tegen do opdringende
massa's, welke fel bolsjewistische nei
gingen hebben. Weet hij het Concor
daat naar letter en geest te handha
ven, dan vindt hij meer dan twintig
millioen Katholieke Duitschers achter
zich in den strijd om de verwording
en proletariseering van zijn land tegen
te houden. Dat weet Hitier, en dat weet
Rome ook. Daarmede wordt van beide
zijden rekening gehouden. Men zal er
alles op zetten om orde en rust te
handhaven, en Rome heeft met het
Centrum daarvoor offers gebracht".
HET OPVIJZELEN VAN
„BEROEMDHEDEN".
In het Centrum vinden wij het vol
gend stukje, waarmede wij het geheel eens
zijn:
„Men moet het den gewonen menschen
niet al te kwalijk nemen, wanneer zij hij
gend naar het station hollen om bij de
aankomst van een sportkampioen te zijn
en dat zij ijskoud aan hun bezigheid blij
ven, wanneer er een geniale geleerde arri
veert.
Publieke beroemdheid vergt onherroepe
lijk groote bekendheid en het ligt voor de
hand, dat die bekendheid eerder verwor
ven wordt door populaire prestaties lange
den weg dan door moeizaam geploeter in
afgesloten laboratoria of rustige studeer
kamers. Goed beschouwd kan men daar
zelfs blij mee zijn, want de samenleving zou
vervelend worden van pedanterie, indien
de man van de straat liever boomde over
gesplitste atomen, wiskundige formules en
het absolute nulpunt dan over een vinnig
spurtje of een kanjer, die er naast ging.
Anders wordt het wanneer zij, die lei
ding hebben te geven in de maatschappij,
het lagere zoo opvijzelen, dat het hoogere
er naast in het niet verzinkt. Dan komen
de zaken heel leelijk op den kop te staan.
Een bar onsmakelijk voorbeeld daarvan is
de onbenullige opsomming der onbenullige
gewoonten van onbenullige filmsterren,
welke momenteel de kolommen van ver
scheidene groote bladen vult.
Geestelijk onpasselijk wordt men even
eens van de levensbijzonderheden eens
hardloopers, welke de laatste weken in een
gedeelte der wereldpers worden opge
diend. Met een zorgvuldigheid, een zwaar
wichtige zaak waardig, wordt medegedeeld,
hoe de heer Nurmi drinkt, eet, wandeit
en(wij vragen excuus!!) zweet. Wij
vernamen bijzonderheden over de tempera
tuur van zijn waschwater, welke bokkc-
sprongen hij maakt om zijn spieren lenig
en zijn lichaam soepel te houden en hoe
veel minuten hij dit doet. Met bespottelij-
cen ernst weidt men uit over het tijdstip,
dat een kop koffie door hoogstderzelvers
keel glijdt en het gesmeerde broodje door
hem gekauwd wordtDe geheele dag-
/ndeeling van den „de-beenen-maker" ver
schijnt wit op zwart, welke dan blijkt te
bestaan uit alsmaar hardloopen, afgewis
seld door de boven gememoreerde hebbe
lijkheden, aangevuld door massage! Alsof
het niet reeds erg genoeg is dat oen nor
maal mensch er toe komt, het begrip le
venswandel op te vatten als een voortdu
rend hollen over een sintelbaan, gaat een
zekere pers deze stomzinnigheid nog nauw
gezet ontleden en bewonderend belichten.
Wanneer men zóó de verhoudingen uit
het evenwioht rukt, behoeft het housch
geen verbazing te wekken, dat men niet
eens meer beseft, waar de adoratie eindigt
en de vulgariteit begint".
DE GEESTELIJKE GEZONDHEID VAN
ONS VOLK.
EEN COMMISSIE UIT HET WIT-GELE
KRULS.
Het jaar 1933 staat voor het Wit-Gele
Kruis, zooals bekend, in het teeken der
Geestelijke Volksgezondheid
De provinciale afdeeling voor Zuid-Hol
land is samengesteld en heeft op 14 Juni
j.l. haar eerste vergadering gehouden. Deze
commissie bestaat uit:
Voorzitter: dr. W. C. M. Klasens te Rijs
wijk als voorzitter van den Z.-H. Bond
van het Wit-Gele Kruis;
Secretaris: J. G. Nientied te Vlaardingen
als secretaris van den Z.-H. Bond;
Mgr. H. J. M. Taskin, president van het
Groot-Seminarie te Warmond, als moraal
theoloog;
Dr. L. H. M. Berger te 's-Gravenhage als
psych oloog-paedagoog
Dr. C. E. Versélewel de Witt Hamer, ge
neesheer-directeur van het sanatorium te
Noordwijk, als psychiater;
J. J. v. Oorschot te Rijswijk voor den
R. K. Bond voor Zwakzinnigenzorg;
Dr. J. A. Putto, Inspecteur der sociale
hygiëne en
Dr. C. T. Kortenhorst te 's-Hertogen-
bosch, algemeen secretaris der R. K. Cha
ritatieve Vereeniging voor Geestelijke
Volksgezondheid, als adviseurs.
BINNENLAND
G. B. T HOOFT, t
Gisteren is, in den ouderdom van 93 jaar,
te Haarlemmermeer overleden de heer G.
B. 't Hooft.
Van 1894 tot 1901 heeft de overledene
voor het toenmalige district Haarlemmer
meer zitting gehad in de Tweede Kamer
der Staten-Gcneraal. Hij was de anti-revo
lutionaire beginselen toegedaan. De heer
't Hooft is ook lid van de Prov. Staten van
Noord-Holland geweest.
Goedkoope trein.
Er gaat een goedkoope trein naar Breda,
Liesbosch, Oosterwijk en Eindhoven op
Vrijdag 21 Juli. (Men zie de advertentie in
dit glimmer).
Dit nummer bestaat uit VIER
bladen.
VOORNAAMSTE NIEUWS.
BUITENLAND.
Vice-kanselier von Papen over het Con
cordaat tusschen Duitschland en het Va-
ticaan. (2de blad).
Pauselijke instructies voor Spanje. (2de
blad).
Roosevelt dreigt met dwangmaatregelen
tegen de werkgevers. (2de blad).
Balbo's vliegeskader te Nieuw Brunswijk
aangekomen. (Luchtv. 3de blad).
BINNENLAND.
Vervaardiger van valsche varkensoor-
merken aangehouden. (Gem. Ber. 2de blad).
LEIDEN.
Nieuw koude-record bereikt (1st© blad).
SPORT EN WEDSTRIJDEN.
De inschrijvingen voor de Kaagweek.
(2de blad).
Een nagenoeg verregende dag op de
Noordwijksche tenniskampioenschappen.
(2de blad).
GOUDEN HUWELIJKSFEEST.
Op 1 Augustus a.s. vieren Jozeph van
Moorsel en Alida Zwetsloot hun gouden
huwelijksfeest. De bruidegom is 74 jaar, do
bruid 73 jaar. Zij hebben negen kinderen,
welke allen nog in leven en getrouwd zijn.
Zij hebben niet minder dan 69 kleinkinde
ren, voorwaar een unicum. Bruid en bruide
gom genieten beiden nog een goede ge
zondheid. Zij zijn beiden in dezen tijd een
voorbeeld van plichtsbetrachting.
ENGELSCH OORLOGSSCHIP DE
SCHELDE OPGEVAREN.
Zonder toestemming van onze regeering?
Het Engclsche oorlogsschip „Exeter"
is gisteren voor een bezoek aan Antwer
pen de Schelde opgevaren.
Naar verluidt zou de commandant van
het schip voor het opvaren van de Schel
de geen toestemming hebben gevraagd
van de Nederlandschc regeering.
Indien dit inderdaad zoo is, waarom
trent gisteravond nog geen volkomen ze
kerheid bestond, moet deze nalatigheid
ongetwijfeld als een vergissing worden
beschouwd van den betrokken comman
dant, die blijkbaar dan nie< voldoende
met de aarurijeskunde van Europa op do
hoogte was.
Intusschen is het dan toch een zeer
laakbare vergissing en de Nederlandsche
regeering zal dan ook naar onze meening
zeker niet nalaten de Engclsche regeering
daafop te attendeeren.