HUIZE „SANCTA MARIA" VOLTOOID ZATERDAG 3 JUNI 1933 DE t FF>S'~"E CO! 'P A NT DERDE B1.AD PAG. 9 Waar zielszieke vrouwen op genezing wachten Zusters en verpleegsters als toonbeelden van dienende liefde Aan den voet der duinen aohter Noord- wijkerhout, in de gemeent e Noordwijk, ligt Huize „Sancta Maria", psyohiatische inrichting voor katholieke vrouwen en meisjes. Vanuit den trein langs de lijn Leiden Haarlem en van vele punten uit de omge ving heeft men 'n blik op dit schitterend gebouwen-complex, dat zoo vele ongeluk kige vrouwelijke mede-menschen herbergt, maar tevens de verblijfplaats is van 'n hon derdtal zusters en verpleegsters, toonbeel den van dienende liefde, van bewonde renswaardige toewijding en opofferingsge zindheid. 't Was 'n praohtige voorjaarsdag, toen we, op vriendelijk verzoek van het be stuur van Huize „Sancta Maria" den tocht naar Noordwijkerhout ondernamen, zulks ter gelegenheid van het feit, dat op 1 Juni het gesticht was omgezet in een z.g. aan gewezen inrichting met open- of sanato- rium-afdeeling, waartoe 'n speciaal pavil joen bestemd was. De zon goot mild haar stralen over het praohtige duinlandschap, de nabuur had stichten worden opgenomen, het odium der krankzinnigverklaring; hoewel geheel ten onrechte, wordt de opname in een ge sticht nog vaak als een schande be schouwd. Het instituut der aangewezen inrichtin gen, waarbij zooals bekend zal zijn, een deel van het gesticht wordt aangewezen als inrichting tot vrije verpleging (waar dus opname zonder rechterlijke machtiging mogelijk is) heeft er veel toe bijgedragen om deze bezwaren te verminderen. Hier door wordt ook voor minder met aard- sche goederen bedeelden, de gelegenheid veschapen die tot dan toe alleen voot de meer fortuinlijken was weggelegd zich in een sanatorium te laten verplegen en de krankzinnigverklaring die helaas voor opname in een gesticht nog altijd noodzakelijk blijft, te ontgaan. De inrichting wordt dus nu voortaan niet meer met den naam „gesticht" ge noemd, doch is van nu af geworden tot een „psychiatrische inrichting". Op het grootste belang der religieuse verpleging voor katholieke ziels- en ze nuwzieken wilde dr. de Witt in dezen kring niet wijzenvooral voor menschen met een ziek zieleleven is het van het grootste gewicht in een omgeving te kun nen vertoeven, die hun religieuse gevoe lens begrijpt en in dat opzicht geheel met hen mee kan leven en, waar noodig, lei ding kan geven om zoodoende tot gene zing te geraken. Genezingen kwamen gelukkig in het ge sticht veel tot stand en spr. hoopt, nu de patiënten gemakkelijker en eerder dan voorheen kunnen komen, in het vervolg Stukloopen Doorzitten Zonnebrand Doos 30 en 60. Tube Bi) Apoth. en Drogisten. DE HOOFDINGANG VAN HET GEBOU W MET DAARBOVEN DE TOREN DER KAPEL. het dorre en doodsohe van vóór enkele maanden in heerlijk frisch groen omgetoo- verd en we konden ons nauwelijks inden ken, dat temidden van dit heerlijke lust oord van duinen en zee zoovele honder den vrouwen vertoefden, ziels- en geestes zieken en bovendien veelal lichamelijk zie ken. We kenden de inrichting. Reeds eerder hadden we er een bezoek gebracht, reeds eerder hadden we ervaren hoevelen hier den tijd van herstel beidden, maar 't was of dit alles op dezen praohtigen lentedag nog sterker tot ons sprak. Dat ons, katholieke persmensohen, *n hartelijke ontvangst ten deel zou vallen, daarvan waren we overtuigd. Niemand toch, die vrienden uitnoodigt, zal begin nen met ze onhoffelijk te ontvangen. Zoo zagen we allereerst de dokteren C. E. Versélewel de Witt Hamer, geneesheer directeur, C. Manse en F. J. van Helle- mondt, geneesheeren, benevens het be stuur van het huis met de eerw. moeder overste aan het hoofd, den heer Jos. Bek kers, architect te Haarlem en den heer Viester, die de financiën beheert. In de bestuurskamer heeft de genees heer-directeur, dr. de Witt Hamer, ons vooraf een en ander in korte trekken ver teld over de inrichting. Voor deze jonge stichting was 1 Juni een groote dag; zeer zeker zou die feeste lijk gevierd zijn, ware het niet, dat de tij den het bestuur noopten de grootst moge lijke zuinigheid in acht te nemen. Toch meende het bestuur dezen dag niet geheel onopgemerkt te mogen laten voorbijgaan. Teveel nog rust op hen, die in de ge- nog beter resultaten kunnen bereiken. Ongetwijfeld valt de zwaarste baak bij de behandeling der zieken op de Eerw. Zusters, die in dienende liefde zich geheel geven aan de verpleging hunner ongeluk kige medemensohen en wier grootste vol doening het uitmaakt weer een moeder aan haar gezin te kunne weergeven. Nadat wij ons 'n kopje koffie goed had den laten smaken, gingen we op stap om 'n rondgang te maken. Dat is 'n heele tocht geworden, want al werd niet elk pa viljoen bezocht, toch hadden we heel wat tijd noodig om de verschillende gebouwen te bekijken en ons te laten inlichten om trent de verschillende behandelingsmetho den, die tegenwoordig worden toegepast. De verpleging geschiedt geheel volgens de eischen der moderne psychiatrie. Er zijn zeven paviljoenen en bij den bouw er van is er zooveel mogelijk naar gestreefd, om de zieken, die toch reeds zooveel moeten missen, een gezellige omgeving te bezorgen. Dat de architect, de heer Jos Bekkers, ten deze meermalen voor moeilijke vraag stukken werd geplaatst, behoeft geen be toog, maar op bewonderenswaardige wijze heeft hij dezen moeilijkheden het hoofd weten te bieden en hij heeft overwonnen. Overal toch kregen we den indruk, die alleen door 'n prettig uitziend interieur verkregen kan worden. We bezochten allereerst het paviljoen, dat voor sanatoriumafdeeling bestemd is en langs den hoofdweg naast het eigen lijke wegencomplex direct te bereiken is. De eerste patiënt voor deze afdeeling was Donderdag juist binnengekomen. Licht en GEZICHT OP DE KAPEL MET OECONOM1EGEROUW. lucht, heldere kamers, gangen, slaapzalen, eenvoudig doch geriefelijk ingericht^ ma ken hier een uitstekenden indruk. Op het rust/paviljoen vindt het open deur-systeem toepassing, wat er veel toe bijdraagt om bij de hier verpleegden het gevoel van opgesloten-zijn weg te nemen. Aan de patiënten is hier, 'n enkele uitzon dering daargelaten, niet veel te bespeu ren. Over het algemeen leiden de ver pleegden 'n vrij eenzelvig leven. Druk ker ging het er toe in het paviljoen der onrustigen, maar in de speciale afdeeling hiervan, de permanente badverpleging, viel ons de houding der patiënten mee. Intusschen, zuster en verpleegsters lie pen af en aan, zij bevonden zich op de za len, bewogen zich tusschen de verpleeg denHier kalmeerden zij 'n onrustige, daar leidden zij 'n zoekeiide met zachte handInderdaad wonderen van liefde zijn het, voorbeelden van opofferende, zichzelf-<vergetende toewijdingHeldin nen, die haar schoonste levensdagen ge ven aan de verpleging van de lijdende medemensohen. Temidden der paviljoenen verheft zich de kerk, 'n kruiskerk, plaats biedend aan 400 personen. In den westelijken beuk ligt het zusterkoor gelijkvloers, daarboven het koor voor zieke zusters, terwijl er tevens 'n ziekenkamer voor de zusters onmiddel lijk aan grenst. De kerk is aangebouwd aan het hoofd gebouw, waarin de administratie, de ka mers der doktoren, de bezoekkamers en de verblijven der zusters zijn onderge bracht. Daarachter bevindt zich het keuken- complex, waarin de centrale keuken, bak kerij, etc. Onder het geheele hoofdgebouw door zijn kelders voor kolen, provisie en verwarming. Bij alle paviljoenen is getracht een zoo gezellig mogelijke omgeving voor de pa tiënten te scheppen. Daarom is gebruik ge maakt van veel glas, gezellige zitjes met terrassen en bloembakken aan de tuin- Hoewel de eisdhen van een rust- of on rust-paviljoen zeer veel verschillen is dit zoo opgelost, dat dit het aanzien, wat de voorzieningen betreft, niet in het oog valt. Het verwerken van bijzondere materia len zooals glas van 8 m.M. tot 2 c.M. dik te, is hiervan een voorbeeld. Ook aan de meubelen is zeer veel zorg besteed. Door gezellige hoekjes, groepee ring der meubelen, etc. is er een vriende lijk milieu geschapen. In de onrustige afdeelinig zijn geen stoelen, doch is de meubileering uitgevoerd in zware vaste banken, etc. De leidingen in de paviljoenen zijn weg gewerkt, zoodat dit geen gevaar op kan leveren voor de patiënten. De indeeling der paviljoenen is als volgt: 2 paviljoenen voor rustige patiën ten (250 pat.)1 paviljoen voor de obser vatie (115 pat.); 1 paviljoen voor de val lende zieken (106 pat.)1 paviljoen voor de half rustigen (86 pat.^; 1 paviljoen voor de onrustigen (110 pat.)1 paviljoen als open afdeeling, voor de tuberculose, met lighallen, complete inrichting voor onder zoek, operatie, apotheek, laboratorium, etc. (92 pat.)1 barak voor besmettelijke ziekten; 1 lijkenhuisje1 complex bevat tende wasscherij, strijker ij en ontsmet- tingsafdeeling. 1 complex bevattende de werkplaatsen der verschillende bedrijven. Bij den hoofdingang is een voorplein ontworpen, liggende buiten de gestichts- afsluiting, waaraan gelegen de villa van den geneesheer-directeur, een dubbele vil la voor twee geneesheeren en een villa voor den zeer eerw. rector, terwijl met do villa voor den 4den geneesheer eerstdaags wordt begonnen. De afsluitpoort wordt begrensd door twee garages, voor de par ticuliere en dienstauto's. Op het terrein wordt nog gebouwd een feestgebouw met een zaal voor 450 personen, tooneel, cabine voor de bioscoop, etc. Een tehuis voor 84 leeken-verpleegsters, met ontvang-, studie- en ontspannings ruimten, 84 kamertjes met keukencom plex, leszalen, tennisbanen, met een spe ciale afdeeling voor de verpleegsters die den nacht gehad hebben en overdag kun nen uitrusten. Alle gebouwen zijn centraal verwarmd door warm water en ieder pa viljoen is met de noodige badkamers, waschgelegenheden en bijkeukens inge richt. De gebouwen en het terrein zijn elec- trisch verlicht. De vloeren en wanden zijn bezet met tegels en andere nieuwe materialen, de zalen alle met eiken parketvloeren, de trappen en vloeren zijn van gewapend be ton. Een 500 meter lang hoofdriool met put ten brengt alle afval en faecaliën naar de vloeivelden achter het terrein voor den bouw bestemd. Een modelboerderij is ge bouwd voor 30 koeien en 100 varkens, met centrale keuken, ziekvee-afdeeling, bal- verafdeeling, paardenstal, modelslachterij, enz. Een groote inrichting wordt gemaakt volgens de nieuwste eischen gesteld aan den pluimveeteelt. Een viertal arbeiderswoningen voor de mannen van de technisohe diensten bevin den zich eveneens op dit terrein. Dat is Huize „Sancta Maria", waar dr. de Witt Hamer en Moeder Overste den scepter zwaaien over 565 patiënten en een honderdtal andere inwonenden: een dorpje dus op zichzelf in een schoon ver geten hoekje, aan den voet der duinen DE AFGELOOPEN WEEK IN HET BUITENLAND Gandhi tot het leven weergekeerd. Vacantie voor de Ontwapeningsconferentie. Nog geen onder- teekening van het Vier-mogendheden-pact. -Toe ristenoorlog tusschen Duitschland en Oostenrijk. Zijn Japan en China thans voorgoed verzoend? De invloed van Morgan. Ga ndhi herleeft. Na drie weken te hebben doorgebracht in vasten is de tot een geraamte uitgeteerde Gandhi Maandag weer ten leven weergekeerd. Dit is met eenige plechtigheid gepaard ge gaan. Geruimen tijd van te voren werd het huis van lady Thackersey te Poena, waar de ma- hatma als gast was opgenomen, belegerd door een menigte personen van alle rangen en stan den, die echter niet allen konden worden toe gelaten, zoodat mrs. Naidoe, een van Gandhi's voornaamste discipelen en oud-presidente van het nationaal congres, een schifting hield. Omstreeks 200 menschen, de journalisten in begrepen, waren tenslotte bijeen in de groote hal van het voorname met veel marmer getooi de paleisachtige gebouw: hindoes van alle kas- teri en zonder kaste, mohammedanen, parsies en Europeanen van verschillend geloof. De hal was toepasselijk versierd. Het laatste uur van zijn vasten had Gandhi doorgebracht liggende in een kribbe en ge wikkeld in een laken. Voordat hij zich aan anderen dan zijn meest intieme vrienden vertoonde wenschte Gandhi te worden geschoren. Hij had de laatste twee weken zijn baard laten staan en dit vererger de zijn vermagerd uiterlijk nog, zoodat hij er schier als een geraamte uitzag. Klokslag 12 uur ging de deur van de hal open en Gandhi werd op zijn bed naar binnen gereden. Hij lag volkomen bewegingloos tus schen de kussens, zijn ingezonken oogen en magere ledematen leverden een vreeselijk ge zicht op, maar toch glimlachte hij en groette hij de aanwezigen. De hindoes hieven vervolgens een lied aan, waarna dr. Ansari eenige passages uit den ko ran voorlas, die op het vasten betrekking had den. Een klein aantal christenen zongen daar op twee coupletten van het lied „When survey the Wondrous Cross", een parsie zong een parsie-gezang. Mahadev Desai, de secretaris van Gandhi, reciteerde een gedicht, dat Ra- bindranath Tagore voor deze gelegenheid had gemaakt, waarna het plechtige gedeelte der bijeenkomst werd besloten met het zingen van Gandhi's meest geliefde gezang. Mevr. Gandhi, die haar man met zorgen omringde, reikte hem vervolgens den beker met sinaasappelsap, door een pariaknaap be reid, doch hij was zoo zwak, dat hij bijna niet in staat was den beker aan de lippen te bren gen. Nadat mrs. Naidoe een kort woord van dank had gesproken, dat Gandhi's leven gespaard was gebleven, werd diens bed weer weggere den en de belangstellenden keerden naar huis Het resultaat van deze „zelfheiliging" zal nog moeten blijken. Wel zijn weer eenige Hin doe-tempels voor de Paria's, de „onaanraak- baren", opengesteld, maar tot'nu toe is het ef fect geringer dan men na Gandhi's vorige hongerstaking meende te mogen verwachten. Ontwapening. Het komt trouwens niet alleen in Britsch-Indië voor, dat men z'n verwachtingen te hoog spant en dan teleur stelling ondervindt. Dichter bij huis hebben wij daar voorbeel den genoeg van. Met welk een enthousiasme is men inder tijd met de voorbereiding van de ontwapening begonnen. „Indertijd", dat wil zeggen in.... 19251 Wij leven thans in 1933 en kunnen niet zeg gen, dat wij sinds 1925 veel verder zijn geko- De tegenwoordige stand van zaken te Ge- nève is, dat men het ontwapeningsplan van Macdonald thans in eerste lezing heeft be sproken. Daarbij zijn natuurlijk diverse moei lijkheden en zwarigheden naar voren geko men, welke nu in tweede lezing nog eens ter dege aan den tand gevoeld moeten worden. Met het oog op de bijeenkomst van de Eco nomische Wereldconferentie te Londen op 12 Juni a.s., heeft men nu besloten om een paar weken rust te nemen en begin Juli weer voort te gaan. Eenige optimisten hadden nog hoop gehad, dat de conferentie vóór 12 Juni tot een aannemelijk resultaat zou hebben geleid, maar deze hoop is voorgoed vervlogen en men heeft er zich bij neergelegd. Wij zullen onze lezers niet vermoeien met een overzicht van de besprekingen, van de te genstellingen, amendementen, voorstellen en tegenvoorstellen, welke de ontwapeningsbe sprekingen hebben gemaakt tot een haast niet meer te verduwen brok. Wij zullen straks nog gelegenheid genoeg hebben tot beschouwingen, want het ontwapeningsvraagstuk is heusch de wereld nog niet uit. Alle moeilijkheden culmineeren ten slotte in de groote tegenstelling tusschen Frankrijk en Duitschland. En daarom zou het zoo toe te juichen zijn, wanneer het vier-mogendheden- pact van Mussolini spoedig z'n beslag kreeg, want dit denkbeeld van Mussolini is een for- sche poging om deze twee tegenstanders in gezelschap van de middelaars Italië en Enge land nader tot elkaar te brengen. Ofschoon gedurende de geheele week voort durend berichten binnen kwamen, dat dit pact ieder oogenblik kon worden geparafeerd, is dit tot nog toe nog steeds niet gebeurd. Heel veel nieuws staat er eigenlijk .niet in dit pact, zooals het is gepubliceerd, maar het voornaamste is, dat de vier groote mogend heden beloven, elkander steeds te zullen raad plegen in de groote kwesties, welke Europa beroeren. Overigens verklaren zij plechtig, dat zij hun verplichtingen zullen nakomen. Waar toe zij ook verplicht zouden zijn zonder deze afspraak! Dat er niettemin toch haken en oogen aan dit pact zitten, komt daarvandaan, dat de kleinere Staten en speciaal de vriendjes van Frankrijk vreezen, dat hun invloed door dit onder-onsje danig verminderen zal en dat voornamelijk Polen zich heel erg ongerust maakt over het voornemen der grooten om zekere onbillijke grensregelingen nader onder de oogen te zien. Vandaar druk op Frankrijk, dat aarzelt en wat wil veranderen aan den tekst, welke ver anderingen weer moeten worden goed gevon den in ruil voor andere veranderingen, enz. Toeristenoorlog. Wij zeiden zoo juist, dat een der grootste hinderpalen voor de ontwapeningsconferentie het wantrouwen was tusschen Duitschland en Frankrijk. Frankrijk heeft wel de woorden van Hitier gehoord, maar vertrouwt diens daden nog maar half. En het heeft daarin niet heelemaal ongelijk. Een nieuwe bevestiging daarvan heeft het ge kregen in de behandeling, welke Duitschland thans het broedervolk der Oostenrijkers doet ondergaan. Men weet, hoe er eenige rivaliteit was ontstaan tengevolge van het ongevraagde en ongewenschte bezoek van twee Duitsche ministers aan Oostenrijk. Duitschland heeft nu de vanzelfspreken de minder prettige ontvangst van zijn af gezanten gewroken door een uitreisvisum m te voeren voor alle Rijksduitschers, die naar Oostenrijk willen reizen, welk visum slechts tegen betaling van 1.000 Mark te krijgen is. Wat natuurlijk neerkomt op een opzettelijk weren van alle Duitsche toeristen, hetgeen voor Oostenrijk een schadepost van ettelijke millioenen beteekent. Oostenrijk heeft daarop met represailles ge antwoord, vooral in den vorm van verhoogde invoerrechten. Wij zouden kunnen volstaan met de opmerking, dat de Duitschers en de Oostenrijkers, dat maar samen moeten uit vechten, maar bij dit alles is het niet te ver wonderen wanneer frankrijk denkt: indien aldus met het groene hout gehandeld wordt, wat zal dan met het dorre geschieden? J a p a nC h i n a. In het Verre Oosten is vervolgens het eindelooze conflict tusschen Japan en China dat maar steeds een oor log was zonder dat het oorlog heette ge ëindigd in een wapenstilstand. Wij wezen er de vorige week reeds op, dat een wapenstilstand nog geen vrede is, en wij staan in deze zienswijze niet alleen. Want de zer dagen schreef het „Hbld." o.m.: Of deze zienswzije inderdaad de juiste is moet de toekomst uitwijzen; maar reeds aan te nemen, dat de thans tot stand gekomen wa penstilstand het einde zou zijn van den oor log op het Chineesche continent, lijkt toch in elk geval al te voorbarig. Voorloopig zal men er veeleer goed aan doen niet verder te gaan dan te denken aan een pauze in de militaire situatie, waarvan Japan kan gebruik maken om de veroverde positie in Noord-China te consolideeren. In dit verband moet herinnerd worden aan een bericht van een dezer dagen, hetwelk ge wag maakte van een schrijven door den „rijks bestuurder" Poe-sji (het nominale hoofd van den „onafhankelijken" staat Mandsjoekwo) aan den Keizer van Japan gericht, en het ver zoek behelzende Peking tot hoofdstad te ma ken van Mandsjoekwo, daar de huidige hoofd stad Tsjang-tsjoen daartoe niet geschikt ge bleken is. Reeds herhaaldelijk is het gerucht opge doken, dat het in Japans bedoeling zou lig gen een z.g. „zelfstandig" Noord-Chineesch rijk te stichten onder leiding van den eertijds afgezetten Keizerszoon Poe-sji. Het is niet ondenkbaar, dat het „verzoek" van het Mandsjoekwosche staatshoofd hiertoe de inleiding vormt. En tevens tot nieuwe, ingrijpende verande ringen in den toestand". Morgan. Tenslotte een enkel woord over een geruchtmakend onderzoek ip

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1933 | | pagina 9