24ste Jaargang WOENSDAG 15 FEBRUARI 1933 Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN Kamerontbinding. „DeAangekleede BloenrY'te Sassenheim No. 7433 DE ABONNEE EN 1SPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling: Voor Leiden 19 cent per week f 2.50 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week f2.60 per kwartaal Franco per post f2.95 per kwartaa. Het Geillustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per' kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent. TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 II GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cenl per regel Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. TELEFOONTJES, van ten hoogste 30 woorden, waarin be trekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en verhuur, koop en verkoop f 0.50. Dit nummer bestaat uit DRIE bladen. Heden is verschenen een Ko ninklijk Besluit, waarin de Twee de Kamer wordt ontbonden met ingang van 8 Mei a.s. De candidaatstelling voor de nieuwe verkiezing is bepaald op 1 5 Maart. De sluiting der tegenwoordige zitting der Staten-Generaal zal plaats hebben op 6 Mei. De eerste zitting van de nieuwe Kamer na ontbinding heeft plaats op 9 Mei. De verkiezingen zullen worden gehouden op 26 April. (Deze verkiezingen komen dit jaar in de plaats van de periodieke verkiezingen. Men kan ze dus be schouwen als vervroegde perio dieke verkiezingen). EEN HISTORISCHE BESCHOUWING DE TOEPASSING VAN HET ONTBINDINGSRECHT lil volgend artikel blijven de voorge schreven Kamerontbindingen, bij Grond wetsherziening enz. buiten beschouwing. •Wanneer tusschen de regeering en volks vertegenwoordiging geen overeenstemming meer is te verkrijgen, staat de beslissing aan de Kroon, om. hetzij den ministers hun ontslag te verleenen en door anderen te vervangen, genegen om aan de wenschen der volksvertegnwoordiging te voldoen, hetzij een of beide Kamers te ontbinden. In de constitutioneele practijk is echter Kamerontbinding het uiterste middel tot oplossing van moeilijkheden. Tijdens de regeering onzer Koningin is wegens een conflict tusschen kabinet- en Kamer de Eerste Kamer één keer ontbon den (in 1904 in verband met de verwer ping van de Hooger Onderwijswet ónder minister Kuyper). Koning Willem III heeft vier keeren gemeend van zijn koninklijk recht tot ontbinding gebruik te moeten maken. Doch slechts twee dier ontbingen konden worden beschouwd als door 's lands belang gerechtvaardigd. Opmer king verdient, dat de eerste werd uitge lokt door een motief, .dat niet door den grondwetgever was voorzien, toen hij het ontbindingsrecbt in 1S48 aan de Kroon toekende op grond, dat het werd gevorderd tot beslissing van een strijd tusschen het gouvernement en één of beide Kamers der Staten-Generaal. Zoodanige strijd bestond niet in 1853 tij dens de Aprilbeweging, toen het ministe- rie-Thorbecke nog steeds den steun der Tweede Kamer genoot. Met grond mocht evenwel de Koning destijds veronderstel len, dat de meerderheid dier Kamer niet langer dc gevoelens der natie vertegen woordigde en het is derhalve aan te ne men, dat het tegelijktijdig verleenen van ontslag aan de ministers en de ontbinding der Tweede Kamer onder die bijzondere omstandigheden een daad is geweest, die uit constitutioneel oogpunt eerder goed- dan afkeuring verdiende. Even verklaarbaar en gewettigd was de ontbinding der Tweede Kamer in 1886, toen deze door het evenwicht van linker en rechterzijde niet in staat bleek tot eeni- gen vruchtdragenden wetgevenden arbeid. Do beide in 1866 en 1868 uitgelokte Ka merontbindingen kunnen, nu de daardoor opgewekte staatkundige hartstochten se dert jaren tot zwijgen zijn gebracht, niet anders dan als inconstitutioneele hande lingen worden bestempeld. Niet in dien zin, dat daardoor grondwet schennis werd gepleegd, maar juist door het in October 1866 aangevoerde motief, dat de Tweede Kamer, door de gedragslijn van het kabinet ten opzichte van de uit treding van den minister van Koloniën af te keuren, het praerogatief der Kroon had geschonden, werd aan de ontbinding een beteekenis gehecht, die het recht van cri- tiek der volksvertegenwoordiging op be denkelijke wijze beperkte. Onstaatkundig was de ontbinding van December 1863, omdat het verschil, destijds tusschen de regeering en de meerderheid der Tweede Kamer ontstaan, het beleid der buitenlandsche aangelegenheden be trof, een onderwerp allerminst geschikt om door de uitspraak der kiezers tot op lossing te wórden gebracht. Maar inzonderheid heeft het toenmalige bewind zich tegen de gezonde constitutio neele beginselen vergTepen, door toe te la ten, wellicht zelfs uit te lokken, dat de Koning in zijn proclamatie van 10 October 1868 openlijk partij koos voor de ministers en tegen de Kamer, een exceptioneele daad, waardoor de waardigheid der Kroon op bedenkelijke wijze in de waagschaal werd "gesteld. Toen evenwel, na de tweede ontbinding, de begrooting van den minister van Zuy- len opnieuw werd verworpen en de Kamer door aanneming der motie-Blussé ver klaard had, dat geen landsbelang de jong ste ontbinding had gevorderd, was, tegen de bedoeling der ministers, die deze roe- kelooze proefneming hadden doorgedre ven, de overgang van het constitutioneel monarchale tot het constitutioneel parle mentaire stelsel, waarvoor Engeland meer dan twee eeuwen noodig had, in enkele ja ren tot stand gekomen. Want voorzeker heeft het niet in de be doeling van den wetgever in 1848 gelegen aan de Kamers een zóó overwegenden in vloed op het staatsbestuur toe te kennen, als zij vooral na de crisis van 1866 tot 1868 bleken uit te oefenen en de kwestie van de overheerschende macht van Kroon of volksvertegenwoordiging is niet terstond bij het aanvangspunt onzer constitutio neele ontwikkeling tot oplosing gebracht. Terecht kon dan ook mr. Sybinga in de inleiding van de tweede uitgave van de Grondwet opmerken: „De weg was open gelaten voor een oplosing zoowel in den eenen als in den anderen zin, afhankelijk van toekomstige, vooraf niet te bepalen machtsverhoudingen, en, al las men het in de Grondwet met zoovele woorden niet, de instellingen der ministerieele verant woordelijkheid en het ontbindingsrecbt in verband met het reeds te voren geschreven budgetrecht, zijn de erkenning der parle mentaire oppermacht". WIJZIGING VAN DE TARWEWET 1931 In het afgeloopen jaar 1932 heeft op het gebied van den akkerbouw allerminst een herstel van de prijzen plaats gehad. Inte gendeel, het prijsniveau voor verschillende akkerbouwproducten, met name strop, is in die mate gedaald, dat in weerwil van den tot nu toe geboden steun het akker bouwbedrijf niet rendabel mag worden ge acht. Uit don aard der zaak hebben land bouwers zich bij het opmaken van net bouwpian meer toegelegd op het gewas, dat uitzicht bood op een rendabele teelt, met name op de tarwe. Up zich zelf is dit verschijnsel uit natio naal oogpunt met verontrustend, wijl oij de steeds meer ongunstig woruende export- mogelijkneden hier voortgebracht wordt een grondstof voor het voornaamste volksvoed- sel, die anders zou moeten worden inge voerd. De uitbreiding van de tarweteelt tegen over het jaar lu31 bedraagt pl.m. 70 pcu 'ien einde tc voorkomen, dat de landbou wers meer tarwe op hun bedrijven zouden teien dan uat lanubouwtechnisch oogpunt toeiaatbaar moet worden geacht, heeit de Regeering maatregelen moeten trenen om aan dezen abnormaien en ongezonden uit bouw van üe tarweteelt een einde te ma ken. Zelis als de beperaing tot 1/3 van net bouwland is doorgevoerd, zal men voor het jaar 1933 geen belangrijke beperking van den tarwe verbouw kunnen verwachten. De totale oogst van het jaar 1932 wordt vol gens de laatste schatting getaxeerd op pl.m. 380.000 ton, waarvan 3uu.U00 ton voor vei- koopdoeleinden beschikbaar komt. Het ;-aar 1932 is ge^enmerxt door een bijzonder gunstigen oogst, zoodat voor de komende jaren op een dergeiijken oogst als gemiddelde met mag woruen gerekend. Daar de Tarwe wet een beperking kent van het maalpercentage tot 25, komt 8*emt8 een gedeeite van dezen oogst voor ver- I piichte vermaling in aanmerking. Men mag I aannemen, dat van den oogst 1932 bij een I vermalingspercentage van 25 ongeveer 210.000 ton vermalen zal worden. Dit cijfer is daarom, zoo hoog, omdat de kieine oogst 1931 het mogelijk niaaxte vroeger te be ginnen met het vermalen van den oogst 1932, zoodat voor net vermalen van i-ezeu oogst een tijdperk van ruim 13 m..a.iden beschikbaar is. Er blijit dus een groote hoeveelheid tarwe over, die voor andere doeleinden dan voor verplichte vermaling I beschikbaar komt. Deze groote hoeveel heid tarwe is niet zonder bezwaar op de binenlandsohe markt te plaatsen, terwijl tevens door den invoer van zachte tarwe uit de omringende landen, met name uit Duitschland, in de herfstmaanden een zeer zware druk op de tarwemarkt wordt ge legd. Voor de controle blijft hot eveneens zeer bezwaarlijk, dat zeer groote hoeveel heden ïnlandsche tarwe in het vrije ver keer komen. Het is daarom gewenscht de gelegenheid te openen, dat van de tarwe een grooter deel dan tot nu toe voor vermalingsdoel einden kan worden aangewend. Daarom wordt het maximum maal percentage, in de wet op 25 vastgelegd, verhoogd tot 40. Door de regeling zooals die voor den oogst 1932 tot nu tce ic getroffen, zal de gemiddelde uitbetalingsprijs, naar zich rp het oogenblik laat aanzien, ongeveer 10.30 bedragen per 100 K.G. tarwe. Ge zien de zeer lage prijzen, die andere pro ducten van den akkerbouw bedingen, is deze tarweprijs niet voldoende om het De- drijf door de moeilijke, tijden heen te hel pen. Daar de mogelijkheden om aan andere onderdeden - van den akkerbouw steun te verleenen zeer beperkt zijn, moest bij de steeds meer ongunstig wordende omstan digheden in de Tarwewet wel het middel worden gezien om he' bedrijf als zoodanig eenigen algemeenen steun te doen genie ten. Dit element en de tarwesteun was b'j de invoering van de Tarwewet van veel minder beteekenis dan het thans moet wor den geacht. Het is, gezien de tegenwoordige prijsverhouding, dan ook volkomen ver klaarbaar, dat door de landbouworganisa ties een krachtige aandrang wordt uitge oefend om uitbetaling te verkrijgen van een prijs, gelijk van den richtprijs van 12. De Regeering meent, dat het gewenscht' is, aan dat verlangen te voldoen. Mochten in een volgend jaar de prijzen van de akker bouwproducten zich blijken/ te herstellen, dan zal de vastelling van de tarwericht- prijs een puilt van nadere overweging moe ten uitmaken. Natuurlijk zal het streven om den landbouwers een richtprijs van f 12 uit to keeren eenige meerdere lasten leg gen op de consumenten en de Regecring is zich zeer goed bewust, dat men daarmede zeer voorzichtig moet zijn. Evenwol zal de melange, die voor de bereiding van do broodbloem zal moeten worden gebruikt, ook nadat aan bovengenoemd voornemen uitvoering is gegeven, 75 cent tot 1 gulden goedkooper zijn dan in het jaar 1913. Volgens de bepaling van de Tarwewet vervalt deze op 1 Augustus 1934. De datum 1 Augustus blijkt in de practijk onjuist ge kozen te zijn, omdat het einde van de .Tar wewet dient samen te gaan met het einde van het oogstjaar. De datum 1 Augustus zal daarom worden gewijzigd in 1 October. Tevens zal het tijdstip van beëindiging van de Tarwewet worden gewijzigd; het is gewenscht dit niet te doen vallen in het jaar 1934, dus na den oogst 1933, maar den landbouwers de gelegenheid te geven ook bij het opmaken van hun oogstplan in het volgend jaar rekening te houden met het voortbestaan van de Tarwewet. Daar het zich laat aanzien, dat de ak kerbouw den steun aan de tarweteelt on der de tegenwoordige omstandigheden voor alsnog niet zal kunnen missen zal de duur van de Tarwewet met 3 jaar en 2 maanden worden verlengd en wel tot 1 October 1937, zoodat dus, indien deze wijzigingen wet zijn geworden, de oogst van het jaar 1936 de laatste zou zijn, die zal worden gesteund. Hierbij dient in aanmerking te worden genomen, dat, indien een algemeenc stij ging van de akkerbouwproducten plaats heeft en dus de richtprijs voor den tarwe oogst naar beneden kan gaan, een vroeger eindigen van de Tarwewet zeer zeker niet tot de onmogelijkheden behoort. Aangezien het wetsvoorstel reeds door hot parlement is aangenomen, is spoedige inwerkintreding van de gewensohte wijzi gingen te verwachten; het maalpercentage is intusschen reeds met ingang van 13 Fcbr. 1933 van 25 pet. verhoogd tot 35 pet. Er is veel schoons en veel interessants te zien. Wat is een aangekleede bloem? Wat moet dat nu met die „Aangekleede •Bloem"? zal menig bloemenliefhebber zioh afvragen. Willen do Sassenheimers de bloemen, die reeds gekleed zijn zooals Salomon „in al zijn heerlijkheid" niet was uitgedost, een nóg schooner costuum laten aanmeten? Wie de Sassenheimers kent en him onbluschbare liefde voor de bloemen, be grijpt reeds dat het allerminst hun be doeling is een Vastenavond-pretje met bloemen op touw te zetten, zooals de geestige aanplakbiljetten zouden doen ver moeden. Daarvoor is een bloem te edel en te schoon. De opzienbarende titel „De Aangeklee de Bloem" is juist gekozen om het opzien barende, om de aandacht te trekken een aandacht, die deze tentoonstelling in ruime mate verdient. Do jaarlijksche Narcissen-tentooinstel lingen in Sassenheim hebben een groote vermaardheid bij de vakgenooten in do Bollenstreek, maar anderen dan vakge nooten zag men zelden onder de bezoe kers. Het denkbeeld'is toen geopperd om ook anderen van der bloemen schoonheid te doen genieten, door te samen met de Narcissen-show een winkelbeurs te orga- niseeren. Dat idee sloeg in. Van het een kwam 't ander. Een tentoonstelling van kostbare handwerken, en een tentoon stelling van vermakelijkheden kwam er nog bij en deze vier tentoonstellingen te zamen: bloemen, winkelwaren, handwerk en vermakelijkheidvormen „De Aange kleede Bloem". Het spreekt bijna vanzelf, dat in dezen ellendigen tijd, do baten der tentoonstel ling ten goede te komen aan het Crisis comité. Een reden te meer om een bezoek te brengen aan de interessante „Bijen korf", die in het gebouw der N.V. Baart- man en Koning is ondergebracht. Het gebouw leent zich merkwaardig gced voor deze expositie. In het midden bevind zich een luchthal, waaromheen in drie verdiepingen ga.erijen loopen. Iedere verdieping vormt een afdeeling apart: ge lijkvloers de bloemen, le verdieping win- kelbèurs, 2e verdieping handwerktentoon- ling en dan nog de vermakelijkheden. Wat echter dat warenhuis tot een zeer VOORNAAMSTE NIEUWS. BUITENLAND. De Ontwapeningsconferentie gaat thans door den zuren appel heen bijten. (2de Bi.) Hardhandige parlementaire manieren in een rijksdagcommissie. (2de Blad). Dinsdag buitengewone zitting van den Volkenbond over het Japansch—Chineesch conflict. (2de Blad). BINNENLAND. Kamer-ontbinding en Kamerverkiezin gen. (Lste BladJ. Verhooging invoerrecht Kaas in Duitsch land. (2de Blad). Candidaatstellingen Tweede Kamer in de R.K. Staatspartij. (2de Blad). OMGEVING. Tentoonstelling „De Aangekleede Bloem" te Sassenheim. lste Blad). bijzonder warenhuis maakt, dat is do bloemengeur, die het geheele gebouw door dringt, dat is het schitterende panorama uit de bovengalerijen op de kleurige per ken beneden met Flora's schoonste kinde ren. De opening. Hedenmiddag had de opening der ten toonstelling plaats. Bij de opening waren o.m. als genoodig- den aanwezig Z.Exo. de Minister van Econ. Zaken en Arbeid, mr. T. Verschuur,1 de Burgemeester van Sassenheim en dc beide wethouders, vertegenwoordigers van het Hoofdbestuur van den Bond van Bloembollenhandelaren en „Bloembollen cultuur". het Gemeentebestuur van War mond, do hoeren leden van het Crisis-Co mité van deze tentoonstelling, buiten het dagelijksch Bestuur van de Gemeente ge vormd door de plaatselijke geestelijken, raadsleden van alle fracties, de plaatse lijke geneesheeren, het bestuur van de afd. Sassenheim van de Alg. Ver. voor Bloembollencultuur en vele andere voor aanstaande vakmenschen. Verder ook de heeren H. J. Arentshorst en J. W. Koning Pzn., leden van de fa. Baartman en Ko ning, die hun ruime schuur en pakplaats welwillend voor deze tentoonstelling heb ben afgestaan. Indien niet verhinderd door ambtsbe zigheden werd ook Zijne Excellentie Mr. T. J. Verschuur, Minister van Economische Zaken en Arbeid nog verwacht. De opening had plaats in de beneden zaal, waar de Bloemententoonstelling on dergebracht is. Hierbij werd allereerst het woord gevoerd door den Burgemeester den heer J. P. Gouverneur, in zijn kwaliteit va<n Voorzitter van het Eere-Gomité. Ver der sprak de heer W. Warnaar als eere voorzitter van de Tentoonstellingscommis sie Bloemlust, terwijl de heer J. W. dc Gruyter een toespraak hield namens het Uitvoerend Comité voor deze tentoonstel ling. Wij hopen op een en ander in ons volgend nummer uitvoeriger terug tc ko men. Nadat de opening een feit was gewor den werd de eerewijn rondgediend, welke de Fa. Oud van Haailem, die ook met een stand op de tentoonstelling is vertegen woordigd, welwillend ter beschikking stel de. Van het geheel werd een klankfiim op- De man, d e een stad plunderde De titel van dit nieuwe feuilleton,, waar mede wij beden een. aanvang mak on, ia sensationeel genoeg om vanaf het eerste oogenblik de aandacht gespannen te hou den. En het feuilleton zelf is dit ook. Want een man, die in Noorwegén's hoofdstad zich ophoudt on daar alles steelt wat los on vast is, zelfs tot in het politiebureau toe, zal met spanning op zijn schreden worden gevolgd, vooral als blijkt, dat hij dit alios doet ter wille neen niet van een aardig meisje of een behoeftig gezin maar ter- wille vanDat is het juist wat u zelf maar raden moet, maar niet raden zult, 'voordat liet geheele verhaal met spanning uitgelezen is. Wat wij onzen lezeressen on lezer dan ook hartelijk aanraden te doen. genomen door dc Mij. Polygoon uit Haar lem. De Bloemententoonstelling. Do indruk die men bij het betreden van de benedenzaal hiervan krijgt is overwel digend en de Fa.. Koper van Heemstede heeft ook ditmaal zijn algemeen erkende reputatie als arrangeur voor bloementen toonstelling schitterend weten tc handha ven. Do muren cn stellingen, waarlangs do bloemen zijn opgesteld zijn met donker gekleurd jute bespannen, waardoor een harmonisch geheel werd verkregen en waartegen de heldere kleuren van de bloe men zich scherp afteekenen. De taak' voor den arrangeur was des te moeilijker daar het aantal inzendingen steeds toenam en met do ruimte moest worden gewoekerd. Als bijzondere attracties aan deze tentoon stelling do groote jaarlijksche Narcissen- bouw verbonden, die anders in Bloemlust wordt gehouden, en waarvoor de zilveren wissel beker is uitgeloofd. Verder heeft dc jury tot tank niet min der dan 17 medailles en een zilveren beker voor de tentoonstelling in zijn geheel aan de verschillende inzenders toe te kennen. De medaille van H. M. dc Koningin, i zal worden toegekend aan do mooiste groep Narcissen als eerste prijs. Van II. K. H. Koningin Emma. en van IT. K. H. Prinses Juliana respectievelijk voor twee de en derde prijs, terwijl de groote bron zen medaille van Z. K. H. den Prins der Nederlanden is bestemd voor dc mooiste trompet Narcis. Bij onze wandeling langs do stands wer den wij allereerst getroffen door de ge weldige groote collectie Narcissen van do N.V. v. h. L. van Leeuwen en Zoo n, de tegenwoordige houder van den wisscl- bckcr. De verzameling bestaat uit niet minder dan 100 verscheidenheden en deze lirma weet haar reputatie als Narcissen specialiteit ook ditmaal hoog te houden. De beide dubbele Narcissen Holland's Glory en Valencia trekken allereerst do aandacht. Verder de diep oranje getinte trompet Narcis Robin Hood cn de Incom- parabilis soorten Agra, met mooie dek bladen en diep oranje cup, en Monique met groote cup. Onder de groote trompet-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1933 | | pagina 1