DINSDAG 6 DECEMBER 1932 DF LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD - PAG. IC VAN EEN GEDWONGEN VERKOOPING 32 koeien en een paard voor 219. Te Maasstad moest een gedwongen ver- kooping plaats hebben op een boerderij als gevolg van een vrij gering bedrag aan hnurschuld zoo meldt de „Stand." De weduwe, wier echtgenoot niet lang geleden ie gestorven, stond voor de taak voor haar gezin van acht kinderen in het onderhoud te voorzien, en daardoor ook had deze verkooping allerminst de sympa thie van landbouwers enz. uit den om trek. Er was voldoende belangstelling voor deze verkooping. In totaal kwamen 32 koeien en een paard in veiling. Toen de deurwaarder met de verkooping begon was er een enkele, die een goed bod wilde doen. Hem werd echter heel spoedig duidelijk gemaakt, dat dit in de gegeven omstandigheden niet gewenscht was. Zoo ging de verkooping verder en wer den „belachelijke koopjes" gehaald. De koopers waren echter meerendeel familie leden. Toen de geheele veestapel verkocht was, bleek de totale koopsom.... ƒ219.te be dragen, DE „P. C. HOOFT. Naar den slooper. De firma Wijsmuller uit LJmuiden ie nog voortdurend bezig met het leegpompen van het wrak der P. C. Hooft. Volgens de schatting van havenmeester W. N. v. d. Poll, zit er nog 2000 a 2500 ton water in het schip. Gistermiddag maakte het niet minder dan 22 graden slagzij; welke oor zaak aan dit veuvel ten grondslag ligt, is niet met zekerheid bekend. Overigens valt wel te constateeren dat het lichtingswerk vordert. Ofschoon het bakboord-achter schip nog op den Y-bodem drukt, is er in het casco eenige beweging gekomen en ook in den namiddag leek het, of de slagzij eenigermate minder werd. De N.V. Simons Scheepsslooperij te Per nis deelt ons mede, dat zij het wrak van de „P. C. Hooft" voor den sloop heeft aan gekocht van de Maatschappij Nederland, aan welke maatschappij het schip door de assuradeuren was geabandonneerd. In de tweede helft van deze maand ral het wrak naar Pernis worden gesleept. SPORT WIELRENNEN DE ZESDAAGSCHE TE KEULEN. Een fluitconcert van schoolkinderen: „Omdat er niets bijzonders gebeurde". De „Rbeinlandhalle" telde gistermiddag maar een gering aantal bezoekers. Het grootste deel van het publiek bestond uit Keulsoke schoolkinderen, die nieuwsgierig waren een spannenden strijd te zien. Op de baan gebeurde echter niets belangwek kends. Bij de eerste klassementsprinta slaagden alleen de aan den staart liggende koppels er in enkele ronden in te loopen. Zoo wonhen ClignetMüller 3 ronden en Van Ne veleDepauw en DammDnmin boekten een winst van twee ronden. De sprints werden gewonnen door Zims, Thier bach, Brocoardo, Müller, Oszmella en Schorn. Toen er bij het verdere verloop van den strijd weinig of niets te beleven viel, werden de schoolkinderen ongeduldig en zetten zij een fluitconcert in. De renner® schenen het echter welletjes te vinden en spanden zich niet bovenmatig in. Alleen Pijnenburg begon te spurten. De tien tem poronden welke voor en na het middag- klassement werden ingelegd, brachten even min opleving in den strijd. Bij de eerste 6erie behaalden Piet van KempenPijnen burg en RichliBroccardo ieder 15 punten en bij de tweede serie verkregen Richli 20 en Zims 10 punten. De sprints werden ge wonnen door Pijnenburg, Schorn, Oszmella, Maidorn, Perelaar en Maidorn. Na 66 uur, toen de afgelegde afstand 1583 3LM. bedroeg, was de stand als volgt: Aan den kop: 1. Van KempenPijnen burg 175 pnt. 2. RichliBroccardo 156 pnt. 3. RauechHiirtgen 118 pnt. 4. Fun da Maidorn 100 pnt. 5. Siegel—Thierbach 67 punten. Op één ronde: 6. BraspenningVroom en 64 pnt. Op twee ronden: 7, VopelKoremeier 64 pnt. Op drie ronden: 8. OszmellaSchorn 152 pnt. 9. Zims1Perelaar 147 pnt. Op vijf ronden: 10. DammDumm 77 pnt. Op zes ronden: 11. Van NeveleDepauw 55 pnt. Op acht ronden: 12. ClignetMüller 55 pnt. Des avonds hadden talrijke jachten plaats. Na den derden sprint voor het avondsklassement werd het tempo sneller en ontstond er een langdurig opwindende jacht. RauschHürtgen hadden korten tijd de leiding. Piet van KempenPijnenburg hadden het doen voorkomen, alsof ze een defect hadden gekregen cn werden met een strafronde beboet. Tijdens de jachten zakten Piet en Pijn meer en meer af. Ten slotte kwamen zij op de achtste plaats te liggen met een achterstand van vier ron den. Om elf uur was de stand als volgt: Aan den kop: 1. RichliBroccardo 179 pnt. 2. FundaMaidorn 113 pnt. Op één ronde: 3. RauschHürtgen 146 pnt. 4. SiegelThierbach 85 pnt. 5. Vopel Korsmeier 75 pnt. Op twee ronden: 6. BraspenningVroo- men 66 pnt. Op drie ronden: 7. OszmellaSchorn 166 pnt. Op vier ronden: 8. Piet van Kempen Pijnenburg 188 pnt. 9. ZimsPerelaar 153 pnt. Op zes ronden: 10. DammDumm 79 pnt. Op acht ronden: 1L Van NeveleDe pauw 58 pnt. Op elf ronden: 12, ClignetMüller 61 pnt. DE WEDSTRIJD DU ITSCHLAND—NEDERLAND. Wat de pers zegt. We laten hieronder enkele beschouwin gen van binnen- en buitenlandsche bladen over den wedstrijd te Dusseldorf volgen: De „Sportkroniek" schrijft: Alles bijeen was dit toch weer de wed strijd van Adam! Wij zijn zoo langzamer hand al heel wat van dezen schitterenden speler gewend, maar wat hij in dezen wed strijd heeft laten zien, grenst aan 't onge looflijke. Zoo'n speler hééft Duitsch]and niet om van de andere landen niet te spreken en daarom vooral heeft het van Holland verloren Hij was tweede spil, ach terspelers soms, als 't noodig was, verbin dingsspeler tusschen middenlinie en de voorhoede, maar.... bovendien nog bin- nenspeler ook, getuige de twee mooie goals, die hij, dichtbij 't Duitsche doel staande, gemaakt heeft. Wij vermoeden, dat een later geslacht de periode, die anderhalf jaar geleden is begonnen en naar wij hopen nog lang niet is beëindigd, als de periode-Adam zal aan merken. Hij is de man, die het tempo van de geheele ploeg verhoogt; hij is degene, die door z'n overwoestbare geestdrift het elftal meesleept. Misschien lijkt het wat on billijk, één speler zoo te verheerlijken, want ook de overigen hebben royaal hun aandeel in 't succes gehad, maar ten slotte zijn 't door alle tijden heen de super-spe lers geweest, die de wedstrijden wonnen en Adam is een super-speler, zooals wij n'en doplaise Dirk Lotzy nooit gehad hebben. Het elftal gaf ook overigens veel te waardeeren. Het spel in Brussel was al heel bevredigend, maar ditmaal was het stellig nog beter, in hoofdzaak omdat de ploeg goed sloot. Dit was wel vooral het gevolg van 't feit, dat de middenlinie nu veel beter was dan toen en dat woog in dit geval zwaarder dan het feit, dat de voorhoede nu positief minder was dan in Brussel. Verdedigend was, ook door de goede hulp van de middenlinie, ons spel nagenoeg onverbeterlijk. Blijkbaar is de achterhoede in staat haar beste spel voor groote ge beurtenissen te bewaren; wij hebben deze linie den geheelen wedstrijd geen fout zien maken. De voorhoede als geheel had haar dag niet. Onvoldoende was geen enkele speler en allen hebben ze op hun beurt hun best wel gedaaiL maar feitelijk hebben alleen de beide binnenspelers den geheele wed strijd goed voldaan. De anderen zijn voort durend paraat geweest om te doen wat zij kondenaan tempo en geestdrift heeft het ook hun niet ontbroken. Wij zijn er echter van overtuigd, dat ook deze voorhoede, al blijft zij onveranderd, tot betere prestaties in staat is. Trouwens, wie zou er over veranderingen denken 1 Deze ploeg verstaat de kunst goed te spelen als 't moet; geen enkele wijziging biedt ook maar eenige waarborg op verbe tering. De „Maasbode" schrijft: Een mooie wedstrijd is het niet geweest. Het begin was al zeer matig; er was geen spanning en geen geestdrift en het duurde ongeveer een half uur eer het tempo werd opgevoerd en de ploegen goed los kwamen. Het laatste kwartier der eerste helft gaf dan ook een levendigen, boeienden kamp en vormde de beste periode van heel den middag. Ook in het tweede gedeelte werd er, vooral van Hollandsche zijde, geestdrif tig gespeeld, het tempo bleef lang gehand haafd en de kwaliteit werd op hoog peil gehouden. Ten slotte kwam er een bedui dende inzinking en het eind-stuk was vrij wel zonder eenige emotie. Wel viel er tus schen de bedrijven door van interesante momenten te genieten en waren er talrijke staaltjes van knap individueel spel te be wonderen doch de totaal-indruk van het geheel komt bij ons niet boven het mid delmatige van een interlanden-wedstrijd uit. De Nederlandsche ploeg heeft goed ge speeld en, gelijk gezegd, zeer verdiend met 20 gewonnen, maar toch kunnen we over de voorhoede niet tevreden zijn. Deze bleef ver beneden haar vorm van Brussel en dreef nu voor 4/5 gedeelte op het spel van Adam. De rest was er leelijk uit en we vragen ons af, wat die gepresteerd zou hebben zonder dien kleinen H. V. V.'er, die weer de groote stuwkracht was, de mo tor die gang en beweging bracht in ons of fensief. Adam moest alles doen en deed alles. Hij haalde de ballen op, bracht ze op, nam de linie mee in zijn voortstuwende vaart, verdeelde het spel en maakte de doelpunten. Daarnaast viel de rest zeer tegen. Van den Broek is zijn slechten vorm van de oefenwedstrijden gelijk gebleven. Waar was het enthousiast doorzetten, het stevig op den bal zitten en het kern-schot van onzen middenvoor? En wat voor schat ten van kansen wist hij den nek om te draaienDitzelfde kan aan Van Nellen .en Bonsema verweten worden. De linkervleugel combineerde onderling heel goed maar voor doel zat steeds de klad er dadelijk in. Vooral van Nellen schoot hier te kortBonsema had nog wel vlagen van de goede soort tusschen de zwakke periodes door. Nagels, die in de oefenwedstrijden steeds veel „fighting spi rit" demonstreerde, kenden we kisteren niet terug; slechts sporadisch liet hij zijn snelle rennen zien, z'n nijdige stoeten langs de lijn met een afgemeten voorzet beslo ten. Het dient gezegd, dat hij den sterk- sten Duitscher Knöpfle tegenover zich had, waar hij schier niet langs kon komen. Hulde dient hem evenwel gebracht voor de verdienstelijke wijze waarop hij aan de fabricatie van het eerste doelpunt mede werkte. Over Adam spraken we boven reedshij mag er zich op beroemen, dat Nederland nog geen wedstrijd, waarin hij medespeelde, verloor en hij kan er zich van verzekerd houden dat dit succes niet louter toeval is en buiten zijn toedoen be reikt Onze middenlinie in d'r geheel kan op een beste beurt terugzien. Pelikaan, die Bas Paauwe verving, brengen we dezen keer des te gaarner on zen lof omdat we hem bij vorige beurten de critiek niet mochten sparen. Onze verdediging sloot als een bus. We hebben er boven reeds op gewezen, dat de aanvallen der Duitsche grootheden op hen strandden als golven plat slaan op een rots. Van Run doet het gladder, sierlijker. Weber meer vierkant, bonkig soms maar radicaal. Meesterlijk is de wijze, waarop hij naast een tegenstander meeloopt om dan plotseling den bal voor diens voeten weg te pikken; resoluut bij zijn ingrijpen, trapvast in het wegwerken. *Van der Meulen heeft wel veel ballen te verwerken gehad, wat op de bekende dege lijke manier geschiedde, maar meestal wa ren dat uitschieters, nieters voor de doel lijn. Rechtstreeks is hij weinig onder vuur genomen, daar de „grosse Kanone" geen projectielen hadden of bijtijds werden ver nageld. Meer dan zijn keeperswerk vielen nu zijn aanvoerderstalenten te bewonderen met z'n waarschuwingen en aanwijzingen, die de verdediging vormden tot een mas sief. ondoordringbaar blok. De Duitschers vielen over het algemeen tegen. De debutant-doelverdediger Buch- loh heeft zich verdienstelijk geweerdde twee doelpunten had ook een ander onder de lat niet kunnen verhinderen. Voorts dienen Knö-fle genoemd en Albrecht in de voorhoede. Het „Handelsblad" zegt: De voorhoede zal waarschijnlijk heel verschillend worden beoordeeld. Wij willen ons oordeel samen vatten aldus: Neem uit dezen aanval Adam weg dan blijft er luttel zaaks over. Mèt Ad"ra echter werd deze heele voorhoede snel, agressief, energiek, waardevol. De middenlinie. Ook hier voloo lof. Per soonlijk zoowel als gecombineerd. Om met het laatste te beginnen: deze half-backlinie heeft zoowel aanvallend als verdedigend sterker steun verleend. Heeft geploeterd, gewerkt, gedraafd. En heeft zich van de zoo moeilijke taak als verbin dingslijn tusschen aanval en verdediging, op waarlijk sterk te loven wiize gekweten. De verdediging was machtig en sterk. Die was ongenaarbaar, beide spelers om strijd trapvast. Een prachtig tweetal. Weber en van Run: tezamen een muur waarop vèr-weg de meeste storm- loonen der Duitschers dood liepen. De doelverdedicer heeft geen fout ge maakt. Hij verdedigde zijn doel kalm en beheerscht. Hij bleef zichzelf gelijk den heelen wedstrijd door een goede keeper maar ook een uitnemende aanvoerder. Waarom de Duitschers verloren? Dit is een vraag, waarop het antwoord aldus kan worden geformuleerd: „Omdat zij een spel bleven spelen, d"t geen succes had dat doorzien was door de tegenpartij. Dat blijven hangen aan een bepaald speltype zonder rekening te houden met het spel der tegenpartij, moest fataal worden. En werd het dan ook. En toen het te laat was wijzigde de Dnitscher wel zijn opstellmg maar zijn sneelwüze bleef. Enfaalde ook toen. Natuurlijk!" Daarom hebben naar onze meening de Duitschers dezen wedstrijd verloren. Wij zeggen niet. dat zij anders gewonnen zou den hebben. Misschien konden zij niet an ders. Maar 't was en is in zijn wezen fout De beste Duitsche spelers waren de ach- terspelors Stubb en de halfback Knöpfle. Ook Leinberger speelde goed. De voorhoede was snel, sreelde heel goed in het begin zelfs verbluffend goed samen maar had geen finishing touch. Geen schutter. Want wat bijv. Hofmann on dit gebied liet zien was wel heel droef. De Duitsche achterhoede als geheel was heel goed. Het „Vaderland" oordeelt: Het is wel een bewijs van de zwakte van de Duitsche verdediging, dat Nederland dezen wedstrijd heeft kunnen winnen on danks het uiterst zwake spel van den Ne- derlandschen aanval. Behalve Adam was er in de Oranjevoorhoede geen speler, die kans zag om zich boven een zeer middel matig peil te verheffen. In dit opzicht spanden Van den Broek en Bonsema de kroon, maar ook Nagels en Van Nellen ont kwamen niet aan de algemeene malaise. Vooral Nagels hebben wij nog nooit zoo slecht en veeral onbenullig zien spelen ter wijl Van Nellen goede momenten afwissel de met slechte, en veelal het goede te niet deed gaan door een gemis aan tempo, dat hem juist in dezen wedstrijd in de gelegen heid zou hebben gesteld om-meer dan ooit uit te blinken. Het is dus, ondanks onze zege in zekeren zin een teleurstelling ge weest, dat onze voorhoede de talrijke kan sen welke haar werden geboden niet beter heeft benut. Wanneer wij het geheele verloop van den wedstrijd nog eens in gedachten na gaan, dan blijft als hoofdzaak de herinne ring aan gemiste kansen en een buitenge woon slechte stemming van het publiek. Men had trouwens ook geen reden om op dit spel warm te loopen. Zelfs in de Ne derlandsche kringen ontbrak de ware stem ming, welke toch bij andere landenwedstrij- den veelal tot ongekende hoogte oplaait. Er heerschte zoo iets als een begi-afenis- stemming welke overigens ook vrij goed paste bij den Janboel in het Stadion. Want evenals oorspronkelijk in het beken de Antwerpterrein, miste men hier op de staantribunes de ijzeren hekken welke in het Am8terdamsche Stadion voorkomen dat het publiek naar beneden kan deinen. Reeds voor den wedstrijd was 't duidelijk, dat dit groote gebrek tot ernstige gevol gen moest leiden. Herhaaldelijk zag men groote groepen langzaam maar zeker als een waterval naar beneden komen; iedere geringe beweging van de op de hoogste plaatsen staande toeschouwers was voor de lager staanden noodlottig. En tijdens den wedstrijd bij spannende oogenblikken, welke gelukkig niet al te dikwijls voor kwamen leidde dit tot een debacle. De eer ste hulp bij ongelukken had druk werk om de menschen die in den chaos waren flauw gevallen of zich ernstig hadden bezeerd op brancards wee te brengen. Het was een verre van verheffend gezicht en wij kunnen ons best begrijpen, dat het er niet toe bij droeg de toch al niet hooge stemming te verbeteren. Trouwens de geheele regeling om en in het Stadion was lang niet wat ze zijn moest en in dat opzicht zijn wij met het Amsterdamsche Stadion heel wat beter af. Ook de verzorging van de pers liet wat de aec"modatie betreft alles te wenschen over. Hetgeen te verwonderlijker is, wan neer men in aanmerking neemt, dat de Duitschers in 1931 toch reeds alle gelegen heid hebben gehad om te zien en te onder vinden hoe het wel moest zijn. „Der Mittag" zegt, dat het Nederland sche elftal uitmuntte door zeldzame ener gie en zich tot het laatst toe volkomen gaf. Technisch was dit elftal niet zoo overwe gend, maar het speelde om doelpunten te maken.... en maakt die ook. Weber ver vulde zijn taak: „mit eiserne Ruh und miichtigem Schlag". Van de middenlinie roemt het blad vooral Pelikaan. De voor hoede speelde goed samen met Adam als de beste. Over de Duitsche voorhoede is het blad slecht te spreken. „Viel zu weich". Kuzor- ra viel het ergst tegen en ook Hofmann was slecht op dreef. - De „Frankfurter Zeitung" spreekt van de „grosse Enttauschung in Dusseldorf". Het blad noemt terecht Adam ver weg de beste man, een dribbelaar van zeldzaam talent en een geestdriftig aanvaller en schutter voor het doel. Het blad roemt het werk van onze middenlinie en de verdedi ging. En weer stond in het doel de „reus" v. d. Meulen, die tegen iedere moeilije situa tie opgewassen bleek te zijn en die door zijn geroutineerde rust het heele elftal be- invloedde. Ook dit blad noemt de Duitsche voor hoede bij uitstek „weich". Bovendien lag er over het heele elftal een zeker gemis aan zelfvertrouwen. De „Kölnische Ztg." schrijft boven haar verslag: „Een verdiende nederlaag" en zegt, dat het een ondankbare taak is van dezen wedstrijd verslag te moeten ge ven. omdat de prestaties der Duitschers te leurstellend waren. De toeschouwers kon den slechts in geestdrift geraken voor het frissche spel der Nederlanders, die den kortsten weg namen naar succes. De Duitschers echter putten zich uit voor zij tot succes konden komen. Zelden heeft een ploeg zoo teleurgesteld. Men zou den Nederlanders onrecht doen door hun 'succes alleen toe te schrijven aan enthousiasme. Ook van techniek gaven zij een indrukwekkende demonstratie. Adam is een voorwaarts van zeer groote klasse. Als beste van de 22 spelers deed hij. wat men van een Kuzorra, Hofmann en Kobierski verwacht had. Anderiessen viel op door goed kopwerk en positiespel. Beter nog dan hij was Pellika-an. Het blad looft verder Van der Meulen, Van Run en Weber. TOERISME VERKEERSGEVAREN IN DE OCHTENDUREN. Een waarschuwing der K. N. A. C. De Koninklijke Nederlandsche Automo biel Club acht het voor de veiligheid vaa groot beiang de automobilisten te waar- schuwen voor het groote gevaar, dat in de- zen tijd van het jaar de nachtvorsten op- leveren. In de vroege ochtenduren toch, j wanneer het vochtig is in de lucht of zelis bij geringe neerslag, is de kans zeer groot, dat tengevolge van grondvorst de wegen j glad worden, hetgeen veelal pas bemerkt I wordt, wanneer men moet remmen. In de laatste dagen hebben het secreta riaat der K. N. A. C. tal van waarschuwin gen van automobilisten bereikt, die tenge- i volge van de gladheid wa-ren geslipt, of- I schoon aan den weg noch aan de weersge- I steldheid ook maar iets van vorst te be- j merken was geweest. In het belang van een veilig verkeer zul len de automobilisten dus goed doen ern- I stig rekening te houden met de mogelijk- heid van grondvorst en daarnaar hun snel- heid en remweg te regelen. In ieder geval zal men er voor moeten waken plotseling j en sterk te remmen, aangezien dat de slip kans aanzienlijk verhoogt. SCHERMEN KON. NED. AMATEUR SCHERMB0ND. Maj. G. v. Rossem bedankt als voorzitter. De jaarvergadering van den Kon. Ned. Amateur Schermbond zal op 4 Februari 1933 op een nader bekend te maken plaats gehouden worden. De heer G. van Rossem, voorzitter, die aan de beurt van aftreden is, stelt zich niet meer herkiesbaar, zoodat de Scherm bond voor majoor van Rossem die tal van jaren het presidium vervulde, een ander zal moeten kiezen. BILJARTEN LEIDSCHE BILJARTBOND. De competitie. De uitslag van den wedstrijd S. D. C. H T. O. G. I voor de 2e klasse comp. L. B. luidt: Joh. Bouman (TèO.G.) 125 52 8 2.4C J. N. (S.D.O.) 121 51 12 2.3: J. Sierat J. Slimmere 125 59 10 2.1! 123 58 11 2.1S G. Mieremet 125 52 10 2.411 M. Zwaan 96 51 12 1. De 4e partij door S. D. O. gewonnen T. O. G. 2 en S. D. O. 0 punten. De uitslag van den wedstrijd 't Groem Laken IL. U. T. O. voor de 3e klasse comp. L. B. B. luidt: J. Peerdeman, (Luto) J. Jansen P. Meijers I. Contant B. Brandt C. v. Vliet N. v. d. Hoogt, De uitslag van den wedstrijd T. O. G IIS. D. O. IV voor de 4e klasse comp L. B. B. luidt: P. N. (S.D.O.) 33 18 6 1.8 J. J. Mulder (T.O.G.) 75 18 16 4.1< 100 3 9 20 2.5* 97 3 8 12 2.5. 54 3 4 1.4 100 3 8 12 2.K 53 3 10 1.2 100 3 10 2,3 100 54 10 1.9! 95 53 8 1.7 L. U. T. O. p. M. Sierat J. v. d. Burg W. Hanselaar J. Wassink F. Kluivers J. Sierat T. O. G. 1 ei 75 24 13 3.1S 38 23 6 1.6S 75 34 13 2.21 44 33 5 1.33 47 26 7 1.8 75 26 12 2.9 S. D. O. 1 punt. De uitslag van den bekerwedstrijd P. v Cleef-D. O. S. (Den Rt ag) luidt: J. v. d. Made (D.O.S.) 159 24 20 6.6S B. Teegelaar (P.v.Cl.) 200 24 35 8.33 H. Buitendorp 175 27 24 6.41 G. Teegelaar 173 26 28 6.65 A. v. Randen 150 21 38 7.14 W. F. K. 135 20 23 6.7! J. v. d. Ven 125 29 25 4.31 A. L. v. Iterson 89 28 13 3.1? D. O. S. 609 en P. v. Cleef 597 car. 14 Dec. D. O. S. Den Haat P. v. Cleel DAMMEN Gezellig SamenzijnOntwikkeling. Morgen, Woensdag, zal Gezellig Samen zijn van Leiden haar eersten wedstrijd spelen, tegen Ontwikkeling van Lisse. Hierna zal een returnwedstrijd te Lisse gespeeld worden, waarvan de datum na der bekend zal worden gemaakt. Bedoelde wedstrijd zal een massa kamp zijn van 15 spelers van G. S. tegen 15 spelers van Ontwikkeling, met als prijs een prachtige medaille. Alle leden worden dus Woensdagavond 7.15 uur precies verwacht in den R. K Volksbond, Steenschuur 15. Het bestuur van den R. K. Volksbond heeft de groote zaal voor deze gelegenheid beschikbaar gesteld. Zij die een flink dambord voorhanden hebben, worden verzocht dit mede tc brengen. Verder zijn ook belangstellenden van harte welkom. LUCHTVAART HERSCHE VLIEGER VERONGELUKT. De Iersche vlieger Ellife, die een Oceaanvlucht naar Europa wilde onder nemen, heeft tijdens een proefvlucht nabij Rosario een doodelijken val gedaan. MIJN BAAS EN IK. 37. Toen we voldoende uitgerust waren, gingen mijn baas en Kareltje kunsten ma ken. Kareltje kon heel dikwijls achter elkaar koppetje duikelen, terwijl de baas een heele poos op zijn handen kon loopen. Nu en dan viel hij om, wat hadden wij een pret, maar even later probeerde hij het weer. Kareltje wilde ook op zijn handen leeren loopen, maar hoe vaak hij het eerst ook probeerde, telkens viel hij om. 38. Eindelijk ging het een klein beetje en na veel moeite kon hij een paar pasjes doen. Stilstaan ging een beetje beter, want loopen schijnt veel moeilijker te zijn. Op het laatst kon hij toch al aardig in even wicht blijven.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1932 | | pagina 10