'AME5 RUBRIEK ONZE GOEDKOOPE PATRONEN. Patronen kunnen per giro (125025), per postwissel of per brief met bijgeslo ten postzegels worden besteld bij de redactrice Damesrubriek, Laan van Meerdervoort 45a, Den Haag. Maat en nummer van het gewenschte model duidelijk vermelden! De bestelde pe- tronen worden binnen 3 a 6 dagen aan de aanvraagster toegezonden. EEN MEISJESJURK. Wat onze afbeelding no. 370 u laat zien is eigenlijk geen meisjesjurk, doch een rok en blouse, maar in dat geval toch bedoeld om bij elkaar gedragen te worden. Want het plooirokje is gemaakt van de lekker warme wollen jurk van ver leden jaar, die echter op verschillende plaatsen zoo versleten was, dat er eigenlijk niets meer mee te beginnen was. Gaten in de ellebogen en derge lijke verschijnselen zijn altijd moeilijk weer geheel te verhelpen, tenzij wij goed genoeg hebben gekocht om er een paar heele nieuwe mouwen in te zetten. Doch van dergelijke oude jurken, waar van het rokgedeelte nog heelemaal goed is, kan men best een plooirok; e samen stellen en, als men dan daaroij 'n paar blouses maakt, die regelmatig kunnen worden gewasschen, dan ziet onze dochter er op school weer allerliefst uit Het rokje is een donkergroene ruit, die schuingedrukt is, zoodat men den indruk krijgt dat het rok''e van schuin geknipte stof is. Het middenvoorpand is glad. terwijl aan beide zijden twee flinke diepe ploo:en zijn bevestigd, ter wijl het rugpand ook weer glad is. U ziet het, een heel eenvoudig model letje, en gemakkelijk zelf te maken. Is de ruimte voor het rokje niet voldoen de als u de stof van het rokje der oude jurk alleen gebruikt, dan kunt u voor den inslag van de plooien, dus het ge deelte, dat niet zichtbaar komt, klei nere stukken gebruiken, misschien van het rugpand der blouse of van de voor zijde. De zoom kan uit de jurk worden ge haald en in plaats daarvan kunt u een lossen stootkant tegen den onderkant naaien of, wat op het oogenblik de gangbare afwerk:ng is, een heel smal omslagje eenvoudig heelemaal rondom stikken. Deze arwerking zien wij* veel toegenast bij japonnen met -een klok- rok. Op deze manier valt de zoom dus steeds mooi. Het blousje is van wit of lichtgroen flanel gemaakt, terwijl de strik van witte zijde met groene nonpen is. Het groen van de das in de kleur van het groen van den rok, dat is wel een ver- eischte, want anders kriig te te veel schakeeringen groen bij elkaar, en mis schien wel kleuren groen, die eigenlijk niets met elkaar gemeen hebben en daardoor niet overeenstemmen. De blouse bestaat uit twee voorpan den, een rugpand, twee schouderstuk jes en de mouwen. De beide voorpan den sluiten met een opgezette reep over elkaar heen en vormen tevens de slui ting der blouse, die gedacht is met knoopen en knoopsgaten. Het liggende dubbele kraagje moet mooi rond om den hals sluiten, waaronder dan de das komt. De schouderstukjes verbinden voor- en achterpanden en worden ieder dubbel beknipt. omdat zij dan tevens als afwerking dienen. De mouw mag niet te nauw zijn en heeft een dubbele manchet net als bij een overhemd. U kunt deze manchet sluiten met twee knoopjes en knoopsgaten of met een paar manchetknoopen. De blouse wordt in het rokje gedra gen, terwiil een smalle leeren ce'ntuur, zoo mogeliik wit of anders lichtgroen om het middel wordt gedragen, en te vens den rok wat helpt ophouden. Nu kan het gebeuren, dat uw doch tertje geen figuurtje heeft om den rok goed te laten blijven zitten. In dit laat ste geval doet u verstandig het rokje od een voerin^lijfje vast te maken en de blouse boven het rokje te laten dragen. In dat geval wordt in den zoom der blouse een elastiek gereken. De blouse mag niet tekort zijn, zoodat zij een beetie overblouse, anders loopt u kans, jlat bij de minste beweging een gedeel- te van het voeringlijfje van den rok te zien komt, wat u bij een overblousende blouse natuurlijk niet hebt. Patronen voor rok en blouse tezamen a 0.58, verkrijgbaar voor den leeftijd van 811 jaar. (Laan van Meerder voort 45a, Den Haag). EEN REGENMANTEL N. 371 is een regenmantel van loden stof, een materiaal dat warm, soepel en volkomen waterdicht is. De japon is nauwsluitend en sluit hoog bovenaan, zoodat ook de kraag van onze japon volkomen beschermd is. Het bovenstuk van den mantel doet een beetje aan een uni formjasje denken, wel ken indfuk nog wordt versterkt door de ma nier, waarop de zes knoooen zijn aan gebracht. Een smal opstaand kraagje loopt van voren schuin naar ben den tot den eersten knoop. Het onderstuk is geheel glad en valt naar onderen toe wijder neer. Ho, voor een 771 regenmantel J geldt vooral, dat de voorpanden flink over elkaar moeten sluiten en dat het linkervoor pand van binnen eerst met een band moet worden vast gemaakt, waardoor dit voorpand goed op zijn plaats blijft zitten, daar anders de mantel gauw uitzakt. Een smalle zak rechts dient voor het bewaren van wat tramgeld en de huis sleutel, doch is niet bedoeld om er de handen in te steken. Een smalle cein tuur met een gespsluiting wordt om het middel gedragen. De mouw is tot aan den elleboog aansluitend en loopt dan naar den pols toe iets wijder uit. Een knoopje is daar aangebracht voor garneering. Zooals de teekening u duidelijk laat zien is de ingeweven streep van de stof op versch'llende manieren gebnr'kt. Dit geeft het aparte aan dezen mantel. Neemt u effen stof, dan vervalt dit na tuurlijk, hoewel het model toch bui tengewoon goed blijft. Patroon verkrijgbaar a f 0 58, (Laan van Meerdervoort 45a, Den Haag). DE GROOTE HOED. Niet alleen de kleine hoeden of de hoeden met een kleinen in het gezicht staanden rand zijn in de mode, ook de groote hoed doet het. Onze afbeelding laat u een hoed zien met een betrekkelijk kleinen bol en een breeden rand. die echter van hetzelfde type is als de hoeden met een kleineren rand. Ook h;er is de rand aan den rech terkant veel dieoer, terwijl hij links omhoog loopt, hoewel de heele rand neergeslagen is. Een lintgarneering in een tegenge stelde kleur met een kleine strik wordt om den bol bevestigd. Een groote hoed kan echter niet door iedereen gedragen worden. Een vrouw met een smal, klein gezichtje zal er te veel in verdwijnen, terwijl een vrouw met een bol rond gezicht er nog zwaar der in zal lijken. Een groote hoed is meer voor vrouwen met een ovaal, niet te mager gezicht. Bij den grooten hoed geldt ook de zorg voor het kapsel meer als bij een kleinen hoed, want hier komt het haar nog veel meer te zien dan wanneer men een om het hoofd sluiten den rand aan den hoed heeft, terwijl de wind onder den grooten rand ook veel 1 meer vat op het haar krijgt. Er zijn kleine hoedjes, waaronder men eerst een voile over het haar bindt en dan pas den hoed opzet. Ook dit kan men bij een grooten hoed niet doen, men kan hoogstens het haar met wat kleine, on zichtbare haarspeldjes in bedwang hou den. Daarom ziet men wel groote hoe den dragen, maar de mode is en blijft toch de hoed met een kleineren rand. EEN JONGENSPAKJE. Een blouse of broekje voor onze zo nen maken, daar hebber, wij moeders ons wel allemaal al eens aan bezon digd, maar om nu bepaald een gekleed pakje te maken, ik geloof, dat wij daar toch altijd nog een beetje angst voor hebben of liever zoon pakje gemaakt koopen .Ja, dat is allemaal goed en wel als de tijden zoo zijn, dat men niet op een paar gulden behoeft te kijken, maar gezien de huidige crisis zijn het juist die jaar gulden, die wij voor het heele pakje maar kunnen besteden. Wij worden dus als het ware er wel toe verplicht om te probeeren onzen jongen zoo goed mogelijk zelf te klee- den. Onze teekening no. 372 geeft u een pakje te zien, dat er in alle opzichten wezen mag, vindt u ook niet? En als wij het nu eens probeeren te maken, juist volgens het model en het valt goed uit, dan zullen wij óns zelf als bekwa me kleermaaksters voorkomen. Het pakje is gemaakt van grijze wol len stof met een klein werkje er in ge weven, doch denkt u er orh, dat de stof vooral jeugdig moet zijn, want anders sta*t het te ouwelijk. Het linkervoorpand is ver over het rechtervoorpand geslagen, terwijl rechts vijf knoopen voor de slu't'ng zorgen en l:nks ook vijf knoopen zijn aangebracht. Het ja^ie valt tot over de heup en sluit, hoewel hij met nauwslmt-md mag wor den. toch wel netjes aan. Het ru^pandje is geheel tflad en dus al zeer eenvou dig. Een kleine kraag en dito revers zorgen voor de halsafwerking. De mouw moet gemakkelijk zitten, terwijl een paar manchetten van zwart fluweel iets fleurigs aan het geheel geven. Vindt u dit echter niet mooi. of hebt u toevall:g geen stukje zwart fluweel, dan kan de manchet natuurlijk ook heel goed van dezelfde stof worden genomen. Een ta* melijk breede zwarte lakceintuur sluit met een gesp om het middel. Het broekie komt tot even boven de knie en heeft tamelijk wijde pijpjes, waarin steeds goed de plooi moet zit ten, want dat geeft iets verzorgds aan het uiterlijk van onzen jongen. Men kan het jasje zoo dragen of men kan er een overhemd onder laten dragen met een slap boordje, dat dan even bo ven het kraagje van het jasje mag uit komen. Men kan dan in dit geval ook in plaats van alle vijf de knoopen er vier sluiten en de revers dus iets lager la ten vallen In dit laatste geval moet de jongen ook een das dragen, waarvan dus behalve het boordje ook een heel klein stukje zichtbaar is. De bedoeling van dit jasje is echter oorspronkelijk, dat er geen overhemd onder gedragen wordt. Patronen voor jas en broek a 0 58 verkrijgbaar voor den leeftijd van 7 11 jaar. (Laan van Meerdervoort 45a, Den Haag). EEN STIJLJAPON. No. 373 geeft u een stijl japon te zien van lichtgroen peau de pêche met donkergoene peau de pêche punten. De japon lijkt heel eenvoudig te ma ken, doch daar zoudt u zich wei eens in kunnen vergissen, omdat het een moeilijk en uiterst nauwkeurig werk is om de punten juist op zijn plaats te krijgen. Het voorpand loopt van den punt van boven tot aan den zoom van den rok toe steeds breeder uit. terwijl ook de zijpanden van den rok een pun tig heupstuk hebben. De japon is van voren en van achteren eender gemaakt. De banen van den rok zijn eenigszins klokkend geknipt, hetgeen op de teeke ning goed te zien is. De donkere pun ten vormen aan den bovenkant tevens het schouderstuk terwijl van de lichte kleur een kraag is gemaakt. d;e volko men rond om den hals valt. De kraag bestaat uit twee deelen, welke deelen op be;de schouders met vijf a zes knoopjes gefloten worden. De ringen, die u ziet zoowel in het halsstuk, aan den bovenkant van den mouw als aan den zoom van den rok zijn rolnaadjes, d w z. u neemt het goed en st'kt daar een oprijgie in. maar zoo d'cht bij den kant, dat het stiksel eigenlijk op den kant z;t. Trekt u nu het goed recht, dan hebt u een rolnaadje gekregen. Op dezelfde manier wordt de ceintuur ge maakt, die precies om het middel moet slu'ten en aan de zijkanten wordt ge- sbten met dezelfde knoopjes als op de schouders zijn gebnr'kt. De mouw is even aansluitend als de heele jaoon en loont naar den ools toe nauw uit, waar hij wordt afgewerkt door een viiftal rolnaad'es, terwijl de zoom naar binnen wordt geslagen. Bij deze stijljapon is het ook het kleureffect, dat de persoonlijke tint er aan geeft. Heel mooi is b.v. ook deze iapon te maken van zwart fluweel en de donkere punten op de teekening van wit fluweel. Daardoor krijgt de iapon dadelijk het idee van een gekleede avondiaoon. hoewel hij niet lang is. Inderdaad een chique model, waar veel mee te beginnen is. Patroon verkrijgbaar k f 0 58. (Laan van Meerdervoort 45a, Den Haag). HANDSCHOENEN EN SOKJES. 1 Zeer doelmatig als St. Nicolaasge- schenk is het zelf breien van heerlijke wollen wanten en wollen sokjes. Voor al als men schoolgaande kinderen heeft of in de familie heeft, is het breien van zulke nuttige voorwerpen een waar ge not. Voor de kinderen, die op de fiets naar school gaan, zijn de wanten wel de aangewezen handbedekking, want,, omdat de vingers bij elkaar zitten, war men zij elkaar ook nog een beetje, iets wat bij het dragen van handschoenen, waar iedere vinger een aparte bedek king heeft, juist vaak niet het geval is. Ook heeft het breien van wanten voor dat zij veel gauwer klaar zijn, dan het breien van a ldie kleine vingers en de toppen slijten niet zoo gauw om de eenvoudige reden, dat er geen toppen aan zitten. Die ronde afwerking van de want is heel sterk. Als u de want in de vereischte lengte hebt gebreid, dan wor den er net als bij een kous een paar toeren geminderd, het gedeelte, dat wij bij den voet den kleinen teen noemen, doch niet zoo lang. De afhechting is net als bij een gewone kous van binnen door het samenbrmer. van de laatste steken en daarna afhechten. Deze manier van afhechten is tevens zeer stevig. Het boord van de want wordt in twee kleuren gebreid, en twee rechts, twee averechts, daardoor sluit het boord flink om de mouw heen. of, als hii in de mouw van d°n mantel wordt gedra gen. om den pols. De ski-sok?as hebben h;er aller harte gewonnen. Wij zien ze dan ook door bijna alle kinderen draden Onze me:s- jes dragen aard'ge lichtgekleurde ski- sokjes over haar lange kousen heen en de iongens kunnen ze over hun dunne soortkousen ooU aandoen. De sokies zijn van hetzelfde materiaal gemaakt als de wanten, ook het boord is een der. Tenslotte hebben wij nog een heer lijke ijsmuts, die men net zoo kort en lang kan bre>'en als men zelf wil. Ook hiervan is he* boord in dez^fde kleu ren twee recht, twee averecht gebreid en rlu't da-""*oor net'es en warm om het hooM. W'lt u er een tfewone muts van m°ken. dan hecht u het bovenstuk at on de hoogte die u voldoende vindt. On het afrfehechfo deel wnr^t dan een pomooen gpnaa'd van beide kleuren wol vervaardigd- U ziet du«5. er is weer werk veel succes en een blij tf»T'*cht van degene, voor wie u zoo'n stelletje hebt gemaakt. VUIL GEWORDEN VAZEN. Glazen vazen krijgen soms bruine randen, die men er mceilük uit kan krijgen. Bewaar wat koffiedik, doe dit in de vazen met een we:n:g wa ter, schudt er goed mee langs de bruine randen heen en weer en spoel de vazen daarna met schoon water flink na. Zijn de randen nog niet heelemaal verdwenen, herhaal de behandeling dan nogmaals. KOPEREN VOORWERPEN. Koperen voorwerpen kan men goed mooi houden door ze eerst flink te poetsen, zoodat ze prachtig glimmen en daarna met een lap, waarop een klein beetje was zit, in te wrijven en weer uit te wrijven tot zij net zoo glimmen als voor de wasbehandeling. Het dunne laagje was, dat op de koperen voorwerpen is aangebracht, houdt het vuil wor den geruimen tijd tegen. HET REINIGEN VAN KLEERBORSTELS. Kleerborstels, die na langen tijd vuil zijn geworden, kan men weer heelemaal schoon maken en als nieuw doen uitzien door ze een paar maal flink door de waschben- zine te slaan. De benzine tast de verf niet aan en maakt het haar vol komen schoon. Na het bad slaat men den borstel een paar maal flink uit en maakt met een doek het handvat of den houten bovenkant droog. SPIEGELS SCHOONMAKEN. Spiegels en schilderij-ruiten kan men prachtig schoon en glimmend krijgen door ze eerst gewoon met schoon water af te nemen en droog te zeemen en daarna na te wrijven met een zachte lap waarop men wat spiritus heeft gedadan. De spiritus verdampt heel snel en neemt de laatste restjes vet van het glas weg. Vensterruiten kan men het best goed schoonmaken door in het wa ter een scheut spiritus te doen en daarmede de ruiten te sponsen en met een schoone zeem droog te wrij ven.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1932 | | pagina 11