24ste Jaargang
DONDERDAG 3 NOVEMBER 1932
No. 7345
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
BINNENLAND
UIT DE RIJNSTREEK
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling:
Voor Leiden 19 oent per week f2.50 per kwartaal
Bij onze Agenten 20 cent per week f2.60 per kwartaal
Franco per post f 2.95 per kwartaal
Het Geillustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 een per kwartaal, bij
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 oent, met
Geillustreerd Zondagsblad 9 oent.
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per regel
Voor Ingezonden Mededeelingen wordt
het dubbele van het tarief berekend.
TELEFOONTJES, van ten hoogste 30 woorden, waarin be
trekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en
verhuur, koop en verkoop f 0.50.
Dit nummer bestaat uit drie bladen
V Theoretische armoede".
Uit een artikel van Hilda VerweyJon
ker in de „Sociaal-Democraat"
De theoretiese armoede van de so-
ciaal-demokratie is de eerste hinderpaal
voor intellektueele jongeren, die van gan
ser harte tot de partij toe zouden willen
treden. De dagelikse politiek vormt de
tweede. Deze brengt grievender teleurstel
lingen en groter verontrusting omdat dag
aan dag haar tekortkomingen tot uiting
komen: een intellektueel ook al is hij
sinds jaren goed socialist schrikt tel
kens van de benepen kleiburgerlikheid
en de Telegraafachtige bombast van de
„Arbeiderspers". Het is veel van wat de
V.A.R A. uitzendt, in hooge mate onsym
pathiek. Hij moet zich elke week erge
ren aan schijnheilige recensies van sen
satiefilms, bij mist smartelik elke poging
van de strijdende arbeidersklasse om zich
te ontworstelen aan de dekadente bur
gerlike kuituur.
Deze ontboezeming wekke in ons niet
op een besef en gevoel van persoonlijke
zelfgenoegzaamheid of van trage tevreden
heid over de dagelijksche practijk op veler
lei terrein onder ons, Katholieken!
Maar wèl mogen wij toch, in dankbaar
heid en blijdschap, naast de „theoretische
armoede"van de sociaal-democratie stel
len den rijkdom van wereld-beschouwing en
levens-verheffing, welke geschonken wordt
door het Katholicisme.... En tegelijkertijd
zijn wij ons bewust, dat deze rijkdom aan
hen, die dezen in zekeren zin tot een per
soonlijk bezit kunnen maken, ontzaglijke
verplichtingen oplegt
BURGEMEESTER-BENOEMINGEN.
Verscheidene leden .der Tweede Kamer
hadden blijkens 't Voorloopig Verslag op
de begrooting van Binnenlandsche Zaken
met bevreemding kennis genomen van de
benoeming van den nieuwen burgemeester
van Stedum. Zij zouden er onder de tegen
woordige omstandigheden de voorkeur aan
gegeven hebben, dat een bekwaam en ge
schikt persoon benoemd ware en aan'
zulke personen ontbreekt het zeker niet
die niet gepensionneerd Indisch ambte
naar was.
Van andere zijde werd hiertegen opge
merkt, dat er in het bedoelde geval alle
aanleiding bestond- iemand, te benoemen,
die naast zijn salaris ook over andere in
komsten kan beschikken.
Verschillende leden voerden echter aan,
dat in den laats ten1 tijd zeer vele gepensiun-
neerde ambtenaren tot burgemeester zijn
benoemd waarmede zij niet konden in
stemmen. Er zijn in Nederland tal van
voortreffelijke personen, waaronder velen,
die voor den gemeentedienst zijn opgeleid,
die door het thans door de Regeering blijk
baar gevolgde stelsel het nimmer tot bur
gemeester kunnen brengen.
TIJDELIJKE HEFFING VAN
OPCENTEN.
Door den heer Keestra zijn de volgende
vragen aan den minister van Financiën ge
steld:
Is het den Minister bekend, dat, nu door
de schorsing van de behandeling, het lot
van het wetsontwerp tot tijdelijke heffing
van opcenten op alje invoerrechten, enz.
nog onzekerder is geworden, de binnenland
sche handel en industrie steeds meer be
zwaar hebben, de 30 opcenten te betalen,
welke de buitenlandsche leveranciers in
verband met de navorderingsbepaling van
art. 6 blijven vorderen?
I« de Minister bereid, deze moeilijkheden
op te heffen en de bestaande onzekerheid
ten aanzien van die navordering weg te ne
men, bijv. door een schrapping of wijziging
van de artikelen 6 en 7?
HET KAMERLID VAN DER MEYS.
Naar de „Volkskrant" meldt, overweegt
het lid der Tweede Kamer, de heer Alb.
van der Meys, zich bij de komende Tweede
Kamerverkiezingen niet voor een candida-
tuur beschikbaar te stelen.
EERSTE KAMER.
De V oorzitter spreekt namens de
Kamer vreugde uit over het herstel van
mr. Briët, die ernstig ziek is geweest. Hij
wenscht den heer Briët geluk met diens
herstel.
De heer Briët (A.-R.) brengt dank
voor deze hartelijke woorden van vriend
schap.
Zonder beraadslaging of stemming wordt
aangenomen het wetsontwerp tot goedkeu
ring van het verdrag met bijbehoorende
protocollen betreffende internationale ten
toonstellingen van 22 November 1928.
GODSLASTERINGSONTWERP.
Aan de orde is het wetsonwerp tot aan
vulling van het wetboek van strafrecht met
voorzieningen betreffende bepaalde gods
dienstige gevoelens krenkende uitingen.
De heer Kranenburg (V.D.) heelt
overwegende bezwaren tegen dit ontwerp.
Spr. vindt de geschriften, die aanlei
ding gaven tot de totstandkoming van dit
ontwerp, eveneens weerzinwekkend; dit
vormt echter hiervoor nog geen rechts
grond. Spr. is het eens met den heer Slote-
maker de Bruine, dat een atheïst geen sma
lende godslastering kan begaan, terwijl
toch deze smalende godslastering een con
stitutief bestanddeel is van het strafbare
feit.
Spr. wijst verder op het weerzinwekken
de, dat processen ingevolge deze wet zullen
hebben. Hij noemt te dezen aanzien voor
beelden uit het buitenland.
De heer De Savornin Lohman
(Chr.-H.). We hebben hier alleen te maken
met de Nederlandsohe wet en de toelich
ting van dezen minister.
De heer Kranenburg (V. D.)Ge
looft U dan, dat den Nederlandschen rech
ter zulke weerzinwekkende tafereelen zul
len worden bee paard Spr. gelooft integen
deel, dat sommigen deze wet juist daar
voor zullen gebruiken en wijst ook op de
bezwaren.tegen het ontwerp van de Re-
monstrantsche broederschap. Een goed deel
der verdachten zal bestaan uit vaak on
evenwichtige atheïsten en communisten.
Meent de minister, dat deze menschen
voortaan hun mond zullen houden? Inte
gendeel, zij krijgen nu een platform, dat de
aandacht trekt. Wat zullen communisti
sche advocaten hier een propaganda uit
slaanDit ontwerp zal schadelijk werken
voor ons godsdienstig, zedelijk en cultu
reel leven en spr. zal ook daarom tegen
stemmen.
De heer Heerkens Thijssen (R.K.)
acht dit een oodzakelijk wetsontwerp, dat
paal en perk wil stellen aan voor anderen
ergerlijk geschrijf: Wij leven in een Staat,
die God erkent, een Christelijke natie. De
godsdienstige gevoelens zijn voor ons land
een groot goed, dat niet aangetast mag
worden. Wie het godsdienstig gevoel
krenkt, stelt de openbare orde in gevaai.
Het ontwerp stelt zich dus qp politioneel
standpunt. Ten deze brengt het niets
nieuws.
De vraag of een ongeloovige zich schul
dig kan maken aan godsdlastering dóet
naar spr. meent niet ter zake omdat al
leen strafbaar is het krenken van ander
mans gevoelens. Wie smaalt, wil opzettelijk
krenken of het kan hem niet schelen of
hij anderen krenkt.
Spr. betreurt, dat dit wetsontwerp noo-
dig is, maar hij zal er voor stemmen.
De heer M e n d e 1 s (S.D.) acht dit wets
ontwerp een symptoom. Het past volko
men in de politieke zeden van het oogen-
blik. Men krijgt hoe langer hoe meer angst
voor de vrije uiting der meeningen.
Bovendien acht spr. de aanleiding van
dit ontwerp niet dringend. De heer Heer
kens Thijssen stelde het voor alsof groote
volksgroepen naar deze wet verlangen.
Hier is niets van aan. Het is slechts een
benauwende droom van den heer Heer
kens Thijssen. Yan een algemeen erkend
euvel was geen sprake. Daarom moet men
nu van het strafwetboek afblijven en den
rechter niet opnieuw belasten.
Met de openbare orde heeft dit ontwerp
heelemaa-l niets te maken.
De heer De V e e r (A.-R..) noemt alles,
dat aan Gods Majesteit tekort doet, Gods
lastering. Spr. staat geheel aan de zijde
van den minister en wijkt daarbij af naar
links noch naar rechts. Bestrijding va<n an-
derer godsdienstige gevoelens behoeven niet
te worden en wordt niet aan banden ge
legd, mits ze niet geschiedt op onwaar
dige, ontoelaatbare wijze. Men hoede zich
voor overdrijving. Doch er is geen enkele
reden aan te roeren, om in een land, waar
aan de overgroots meerderheid des volks
vasthoudt aan de Apostolische Geloofsbe
lijdenis, smalende krenkende Godslaste
ring niet strafbaar te stellen. Hoe moeilijk
het echter is, te dezen aanziep bepalingen
te maken, is uit 'de debatten in Tweede en
nu in deze Kamer wel gebleken.
Spr. stemt geheel in met het wetsont
werp dat niet in strijd is met de in ons
land gewaarborgde vrijheid op godsdien
stig gebied. Bescherming van de geloofs
vrijheid behoeft de zorg van de Overheid.
Spr. is van oordeel, dat de rechtszalen
niet zullen daveren van de pleidooien in
deze materie strafvervolgingen zullen ver
moedelijk slechts sporadisch voorkomen.
Mocht er een proces, komen, dan erkent
spr., dat stuitende dingen mogelijk zijn,
doch de Nedrlandsohe rechter zal excessen
weten te voorkomen. Een kwaad moet wor
den aanvaard om een grooter kwaad te
voorkomen.
De heer De Savornin Loh man
(C.-H.) acht 't moeilijk over dit wetsont
werp nog iets te zeggen dat oorspronke
lijk is. Spreker zal echter het stemmen
"zijner fractie vóór het ontwerp motivee-
ren. Het gezag wordt aan God ontleend
de term „bij de gratie Gods" is meer dan
een formule. We aanvaarden alle conse
quenties voor de godsdienstige vrijheid
zooals die in onze grondwet gefundeerd is.
Daarom mag Godslastering als zoodanig
en zonder meer niet strafbaar worden ge
steld, de zonde tegen God. De Overheid
ware gedwongen worden, een keuze te
doen uit verschillende godsdiensten. Sma
lende Godslastering wordt strafbaar ge-
stedr, de zonde tegen God. De Overheid
blijve buiten de verhouding tusschen den
Schepper en het creatuur. En dan vervallen
verschillende consequenties door bestrij
ders van het wetsontwerp daaraan vastge
knoopt. Want het steunt op den rechts
grond der strafwaardigheid een ernstig
vergrijp tegen de openbare orde. De over
heid stelt zich op het standpunt, dat 't
godsdienstig leven der natie van groote
waarde is voor de overheid zelve, zonder
voorkeur te hebben voor een bepaalden
godsdienst. Doch evenmin mag de over
heid bij de bescherming van den gods
dienst te ver gaan. De Minister heeft vol
komen terecht gevoeld dat dit wetsontwerp
past- in het karakter van het tegenwoordige
strafrecht. Diens standpunt is geenszins
gekunsteld.
Heeft de overheid naast het recht ook
den plicht tot strafvervolging Het woord
Godslastering moet hier worden gelezen
in het complex van het ontwerp. In het
algemeen zijn dan dergelijke processen on-
gewenscht. Yoor spr. is deze wet een ge-
legenheidswet in bijzondere omstandighe
den slechts toe te passen. Het gaat om
het tegengaan van stelselmatige ondermij
ning der godsdienstig gevoelens van ons
volk en spr. wijst daarbij op het gevaar
uit Moskou, aau welk gevaar met name
onze jeugd niet zonder meer mag worden
overgelaten. Dit ontwerp treedt niet tus
schen God en den mensch.
Dit ontwerp zal worden aangenomen
rechts tegen links en toch is 't geen
rechts wetsontwerp. Ware ons volk goed
voorgelicht, dan zouden tienduizenden ook
aan de partijen der linkerzijde wenschen
dat het wordt aangenomen. Liever had spr.
dus aanneming bij een gemengde stemming
gezien. Het ware treurig al de motieven,
welke tot de indiening van dit wetsont
werp aanleiding hebben gegeven, zouden
worden misbruikt als politieke argumen-
ties.
De vergadering wordt verdaagd tot he
den elf uur,
PERSONEELSONTSLAGEN BIJ DE
NED, SPOORWEGEN.
Binnen enkele daigen zal, naar de
„Volkskrant" verneemt, worden medege
deeld, dat het treinpersoneel der Neder-
landsche Spoorwegen op 60-jarigen leeftijd
op pensioen zal worden gesteld; voor het
locomotief-personeel is deze leeftijd reeda
gesteld op 57 jaren.
Bij het eind van dit jaar zal zeker het
spoorwegpersoneel met 1500 zijn vermin
derd, waarvan zeker 1000 extra zijn gepen
sionneerd, 150 hun tijdelijke aanstelling niet
zagen hernieuwd, voorts 350 op normalen
leeftijd gepensionneerden, gestorvenen en
op wachtgeld gestelden.
DE BOTERINVOER IN BELG IE.
De Brusselsche oorrespondent van de
„Msbd." seint:
We meenen te weten, dat het departe
ment van landbouw overweegt den boter-
import aanmerkelijk te verhoogen.
Vervoervergunning voor Margarine B.
De minister van Economische Zaken en
Arbeid heeft met ingang van Woensdag
den prijs van de vervoervergunning voor
margarine B., bestemd voor erkende mar-
garineproduoenten, bepaald op 42 cent per
K.G.
KEURING OP WAREN.
Een vijftiental fabrikanten van, of han
delaren in waren heeft een adres inzake
Warenwet gezonden aan den Minister van
Binnenlandsche Zaken.
Zij spreken in dit adres hun vrees uit,
dat bij uitvoering van het uit de begroo
ting gebleken plan om de uitgaven van de
post keuringsdiensten van waren met ruim
40 pet. te verminderen, de controle op wa
ren ten zeerste zal verslappenterwijl zij
overtuigd zijn dat èn in het belang van de
volksgezondheid èn in het belang van de
eerlijkheid in den handel, de controle op
waren in den tegenwoordigen omvang moet
worden gehandhaafd.
Adressanten dringen aan op maatrege
len, die een onverzwakt controle op waren
mogelijk zullen maken en doen hunnerzijds
een detailleerd voorstel tot dekking van
een deel van de kosten van die controle
doör de gecontroleerde firma's.
Het ingrijpen der Regeering bij een
loonkwestie.
De heeren Kupers, voorzitter van het N.
V. V., de Bruijn en Nijka-mp, resp. voorzit
ter en 2e voorzitter van het R.-K. Werklie
denverbond, hadden hedenochtend een be
spreking met den Minister van Staat,, Mi
nister van Binnenlandsche Zaken over de
bekende telegramaangelegeniheid te Nij-
verdal.
Door de vertegenwoordigers der Vakcen
trales werd uitdrukking gegeven aan de
groote ongerustheid, die in de kringen der
georganiseerde arbeiders is gewekt door
dit telegram. Zij drongen er bij den Mi
nister zeer sterk op aan in den vervolge
zich buiten dergelijke aangelegenheden,
werkgevers en arbeiders betreffende, te
houden.
De Minister zeide ernstige overweging
toe.
Een nieuwe erfgooierskwestie.
Zooals men weet zal in Januari worden
verdeeld onder de erfgooiersleden van
Stad en Lande van Gooiland de twee mil-
lioen gulden, welke beschikbaar komen
door verkoop van de reservaatgronden.
Het bestuur heeft besloten deze uit te
keeren aan hen, die op de-ledenlijst voor
komen, welke begin 1932 is afgesloten. Door
dit besluit vallen dus uit, zij, die dit jaar
meerderjarig geworden zijn, of op andere
wijze niet op de lijst zijn geplaatst; zij
immers komen het volgend jaar pas op de
lijst, dus na de uitkeeringen.
Een tweetal Hilversumsohe erfgooiers
wenschen zich hierbij niet neer te leggen
en hebben zich gewend tot mr. M. de Kort,
met het verzoek de rechtsgeldigheid van
bovengenoemd bestuursbesluit te onder
zoeken. Zou dit besluit onjuist zijn, dan
zouden velen naar wij vernemen pl.m. 70
personen eveneens een uitkeering moe
ten ontvangen.
BOSKOOP.
Commissie voor werkloozerraange'egen-
heden. In de 'Raadsvergadering van 15
September 1.1. diende toen het punt „Voor
stel van B. en W. tot benoeming van leden
der commissie voor werkloozenaangelegen-
heden" aan de orde kwam, de heer A.
Brand het voorstel in, de commissie met
twee leden uit te breiden.
Mede naar aanleiding hiervan hebben B.
B. en W. in die vergadering het door hen,
den Raad voorgelegde voorstel voorloopig
teruggenomen.
De heer Brand motiveert zijn voorstel
met de bewering, dat uitbreiding der com
missie gewenscht is om het doel, waarvoor
de commissie is ingesteld, meer intensief na
te streven, nu het aantal werkloozen na de
eerste samenstelling der commissie in ster
ke mate is toegenomen.
Zou de commissie moeten worden ver
sterkt, dan behoort volgens de meening van
het college het aantal leden niet met twee
maar mot drie leden te worden vermeer
derd opdat de organisaties in gelijke sterk
te in de commissie vertegenwoordigd blij
ven.
Het gevolg hiervan zou echter zijn, dat
de commissie zal bestaan uit 7 leden (met
inbegrip van den voorzitter).
Het lid van het college, meer in het bij
zonder belast met werkloozenaangelegen-
heden dat optreedt als voorzitter der com
missie, maakt tegen de uitbreiding ernstig
bezwaar. Dit lid is van oordeel, dat de be
staande kleinere commissie de za.ken vlug
ger en vlotter zal afwikkelen dan een uit
7 leden samengestelde commissie. Reeds
daarom is dit lid van meening, dat niet tot
vermeerdering van het aantal leden moet
worden overgegaan.
Bij nader beraad hebben B. en W. zich
hiermede kunnen vereenigen.
B. en W. deelen de overtuiging van hun
medelid, dat de afwikkeling van de aange
legenheden stroever zal gaan met een com
missie van 7 leden dan thans het geval is.
Er is evenwel tegen uitbreiding in den
voorgestelden zin een nog ernstiger en af
doend motief.
De commissie, in de wandeling genoemd
de commissie voor de werkloozenaangele-
VOORNAAMSTE NIEUWS.
BUITENLAND.
Beroep van de Belgische bisschoppen op
de Katholieken tot aansluiting. (2e blad).
Het conflict tusschen Pruisen en het Rijk.
(2e blad).
Hedenavond beslissing omtrent Duitsch-
lands contingenteeringspolitiek? (2e blad).
Ernstig vliegongeluk in Duitschland. 5
dood en. (Luchtvaart 2e blad).
BINNENLAND.
Inbraak in de R.-K. pastorie te Half.
weg. (Gem. Ber., 3de blad).
Bij een boerderij-brand te Wildervank
reed de autospuit op de toeschouwers in.
Zes gewonden. (Laatste Ber.).
SASSENHEIM.
DE OVERVAL OP DEN KOOIBOER.
Ondanks de ijverige nasporingen van de
Warmondsche politie zijn de daders van
de roofoverval op den kooiboer Dirk van
Haastrecht nog niet bekend. De kooiboer
zelf is niet in staat oenig signalement te
geven, want voor hij 't wist was hem een
doek over 't hoofd geworpen. Alleen weet
hij, dat de mannen Duitsch spraken. Dit
gaf de politie aanleiding tot arrestatie van
eén Duitsoher, die intusschen zooals
reeds bericht weer is vrijgelaten.
De rust is weer in het eenzame verblijf
van den kooiboer teruggekeerd. De kooi
boer die zich er niet gemakkelijk toe zou
leenen te „poseeren" etond een van zijn
goede kennissen toe een photo te maken,
welke ons welwillend ter publicatie werd
afgestaan. Men ziet e-r Dirk bezig met het*
voeren van de „lokeenden".
genheden, is in werkelijkheid „het orgaan"
als bedoeld in art. 1 der steunregeling voor
werklooze arbeiders.
Daaruit vloeit dadelijk voort, dat de taak
der commissie beperkt is tot uitvoering der
steunregeling. Verder strekt zich de be
voegdheid niet uit.
Nu stelt de minister van binnenlandsche
zaken zich op het standpunt, dat de meer
derheid der commissie (het orgaan) moet
bestaan uit vertegenwoordigers van het
gemeentebestuur. Die eisoh is, indien men
er aan denkt, dat aan de besluiten der com
missie finantieele gevolgen voor 's rijks- en
gemeentekas kunnen zijn verbonden, zeer
begrijpelijk.
Dat de minister zich met de samenstel
ling der commissie zooals deze het vorig
jaar tot stand kwam, heeft voreenigd, ook
al voldoet deze niet geheel aan de boven
omschreven eischen, is slechts te danken
aan het feit, dat toen pra-ctisch kon worden
gesproken van het handhaven van een be
staande commissie.
Wil men echter tot uitbreiding overgaan,
welke het college ongewenscht acht, dan
zullen behalve drie vertegenwoordigers van
organisaties, tegelijk tenminste drie perso
nen, als vertegenwoordigers van het ge
meentebestuur te beschouwen, moeten wor
den benoemd.
Een commissie van een dergelijke om
vang kan toch zeer bezwaarlijk als een or
gaan, dat een richtige en vlugge uitvoering
der steunregeling zal bewerken, worden
aangemerkt.
Geen der leden van den Raad zal, ver-