STADSNIEUWS
VRIJDAG 23 SEPTEMBER 1932
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. 6
VEREENIGING VAN MATHES1ANEN.
Viering derde lustrum.
De herdenking van het vijftienjarig be
staan van de Vereeniging van Mathesia-
nen is gistermiddag ingezet met een re
ceptie, welke het bestuur in de Burchtzaal
van Hotel „Den Burcht" heeft gehouden
en waar velen blijken van belangstelling
gaven.
We merkten daar o.m. op de heeren ir.
Touw en mr. Sypkens, namens het bestuur
van M. S. G., den heer ir. Verwijs, direc
teur van de Bohool van M. S. G., bestuurs
leden van de Ver. van Oud-leerlingen van
M. S. G., den heer dr. G. Schalkwijk, di
recteur der Gem. II. B. S., afgevaardig
den van .het bestuur der Ver. van oud-leer
lingen der Ambachtsschool, de presidente
van de damesgymn. ver. Concordia, mevr.
de Jong-Volkers en verder tal van leerlin
gen.
Toen dr. Crommelin, het nieuw benoem
de eerelid, ter receptie verscheen, nam de
voorzitter van de Ver. v. Mathesianen, de
heer S. Sanders, het woord.
Spr. heette allen welkom, in het bijzon
der de eereleden, de. heeren P. M. Vleu
gels en dr. C. A. Crommelin, en de hierbo
ven genoemde personen en vertegenwoor
digers van besturen.
Bestuur en lustrumcommissie hadden
gemeend deze lustrumviering niet zonder
een receptie voorbij te moeten laten gaan,
om daardoor gelegenheid te krijgen meer
intiem kennis te maken met degenen,
die met de Mathesianen sympathiseeren.
SPevens had ze ten doel den aanwezigen een
en ander, zij het dan in groote trekken, te
kunnen mededcelen over de ontwikkeling
der vereeniging, alsmede de installatie
van het nieuw benoemde eerelid, dr. C.
A. Crommelin.
Spr. bracht hierna allereerst dank aan
den oprichter der Vereeniging, het eerelid
Vleugels, en aan hen, die verder aan den
groei een groot aandeel hebben gehad,
rooals mej. dr. de Baat en de heeren van
Es, Versteeg. Jansen, Akkerman, Letteboer
Yeenhuizen en Tuinlhof de Moed, wien hij,
alsmede allen oud-bestuursleden en al de
genen, die zich door het houden van le
zingen, excursies enz. verdienstelijk had
den gemaakt, hartelijk dank betuigde.
Een bijzonder woord va/n dank bracht
■pr. aan het bestuur van M. S. G., direo-
teur, leeraressen en leeraren alsmede aan
hoogleeraren van het Nat. Laboratorium.
Dank brengt spr. ook aan den heer Backer
van hotel Den Burcht voor zijn bereidwil
ligheid tijdens repetities, vergaderingen,
enz.
Spr. memoreerde vervolgens den feest
avond op a.s. Zaterdag met de opvoering
van de revue: „Dat bestaat niet!", met
ongeveer 80 medewerkenden, welke een
groot succes moet worden.
Installatie clr. Crommelin
als eerelid.
Hierna richtte spr. zich tot dr. Crom
melin, wiens bijzondere verdiensten voor
de vereen, het bestuur steeds hoogelijk ge
waardeerd heeft.
In de eerste plaats was de ver. door zijn
toedoen in de gelegenheid gesteld de lezin
gen in de collegezaal van het Ned. Labo
ratorium te kunnen houden.
Ten tweede, dat dr. Crommelin in deze
lezingen zelf steeds een zeer werkzaam
aandeel heeft gehad.
Ten derde leidde hij tal van excursies,
ten vierde toonde hij steeds zijn volle be-
langstellng ten opzichte van de studeeren
den. Ten slotte meende het bestuur, wijl
de stichting van het Genootschap M. S. G.
in 1785 van hoogleeraren van het Nat. La
boratorium uitging, is dr. Crommelin den
juisten persoon te zien om uiting te ge
ven aan de gevoelens van dankbaarheid
voor de oprichters dezer opleiding.
In de ledenvergadering van 21 Mei werd
daarom besloten dr. Crommelin het eere
lidmaatschap aan te bieden. Spr. hoopte,
dat dr. Crommelin de aanbieding van dit
eerelidmaatschap, een zeldzaam feit, op
prijs zou stellen en zich hierdoor nog nau
wer aan het corps van leden zou verbon
den gevoelen.
Hierna bracht spr. nog een woord van
dank aan den vervaardiger van de oorkon
de, den kunstschilder en oud-Mathesiaan
Gertenaar, terwijl spr. besloot imet den
wensch, dat het dr. Crommelin gegeven
moge zijn tot in lengte van dagen het
eerelidmaatsohap te dragen, dat de band
tusschen hem en de vereeniging steeds
nauwer moge worden en dat hij in goede
gezondheid, opgewektheid en prettige sa
menwerking nog veel nuttigs voor de Ver.
van Mathesianen zal mogen doen.
Dankwoord dr. Crommelin.
Dr. Crommelin, hierna het woord ver-
krijgende, zeide, dat de eer die hem te
beurt viel en de woorden van den voorz.
een wederwoord vroegen. Hij dankte dan
in de allereerste plaats den voorz, en gaf
de verzekering deze onderscheiding ten
zeerste op prijs te stellen. Dit zal voor hem
een aanleiding zijn in de toekomst zoo mo
gelijk nog meer voor de vereenigng te
doen.
Spr. daalt hierna af in herinneringen en
memoreert hoe hij zich in liet begin van de
opleiding, nu een 25-tal jaren geleden,
als een grooteren broer van de leerlingen
beschouwde. Nu echter voelt hij zich meer
als een vader tegenover zijn jongens. Hij
hoopte nog vele jaren in het belang van
de leerlingen werkzaam te mogen zijn, dat
deze lustrumvieringen moge slagen en door
een nog schooner 25-jarig feest moge ge
volgd worden, (applaus).
Hierna werd het bestuur gecomplimen
teerd door mevr. de Jong-Volkers, presi
dente van de Damesgymn. ver. Concordia,
welke a.s. Zaterdagavond medewerking
verleent bij de opvoering van de revue.
De heer Vleugels, over het
ontstaan der V. v. M.
Vervolgens was het woord aan den heer
P. M. Vleugels, eerelid der ver., die na
een woord van gelukwensoh een terugblik
wierp op de jaren 1917, 1916 en 1915. In
die jaren woedde de groote wereldbrand
en voor de Mathesianen waren de tijdsom
standigheden zeer ongunstig.
Militaire diensplicht, gebrekkige treinen
loop, stoffelijke ontbering, mogelijke oor
log ook voor Nederland, 't waren al'le fac
toren, die de positie van den Matihesiaan
onzeker maakten. En toch, ondanks dit feit
bleven de Mathesianen volharden; er wer
den zelfs kleine clubs gevormd, welke zich
tot taak stelden de genoten studie elke
week over te schrijven voor de collega's,
welke deze wegens militairen dienst niet
konden volgen en zoo werd er stilzwijgend
een band gevormd van Mathesianen, ge
baseerd op het gemeenschapsgevoel, dat
men collega's, welke door overmacht niet
in staat waren den cursus te volgen, niet
mocht loslaten doch moest helpen, zij het
ook, dat dit veel tijd en moeite kostte.
De resultaten bleven niet uit. Inderdaad
slaagden Mathesianen voor hun examen
zonder den cursus te hebben gevolgd. Dat
dit gemeenschapsgevoel ook den leer
krachten van M. S. G. net ontging, moge
blijken uit het in 1916 door mej. de Baat
genomen initiatief tot het uitschrijven van
een prijsvraag voor een Malthesianenlied,
dat tot resultaat had, dat er inderdaad
een door een Mathesiaan gedicht en ge
toonzet lied werd ingediend, dat destijds
door mej. de Baat werd uitgegeven.
In die dagen werd de Ver. van Mathe
sianen opgericht en in dit verband noemt
spr. de namen van de collega's Dey, Ver
steeg, Verineer, van Veen, Wanrooi en
Jansen.
Er bleef evenwel een moeilijkheid te
overwinnen en wel de sympathie te ver
werven van het bestuur, den directeur en
de leeraren van M. S. G.
Dank zij den bijzonderen steun van den
toenmaligen directeur, wijlen den heer
Vermaas, werd het contact met het bestuur
van M. S. G. op aangename wijze tot stand
gebracht. Spr. brengt dan ook een woord
van stille hulde aan dien onvergetelijke
directeur. Een van de eerste active daden
der V. V. M. was een gemeenschappelijke
gang naar de begraafplaats, waar in Jan.
1918 de laatste eer aan den heeT Vermaas
werd bewezen.
Spr. herinnert vervolgens aan de vele
gehouden lezingen en noemt in dit ver
band de namen van de heeren v. Baten
burg, Blom, Meerburg, Schuit, dr. Schalk
wijk en Verheij de Winter.
Dank brengt spr. aan mej. de Baat, aan
ir. Verwijs, den tegen woordigen directeur
der school en geeft vervolgens een beschou
wing over den huldigen toestand, waarin
de economische strijd de samenleving on
dermijnt.
Ook nu staan de Mathesianen voor een
moeilijken tijd en veel energie is er noodig
om, ondanks het uitzicht op werkloosheid
en nog verderen ondergang dereconomi
sche wereld, de studie voort te zetten.
Maar, aldus betoogt spr-, de samenle
ving zal behoefte houden aan goede tech
nici, wat er ook in de toekomst moge ge
beuren. Dat de Mathesianen zich onder
deze omstandigheden meer dan ooit één
gevoelen is een zeer verblijdend teeken.
Spr. doet vervolgens een beroep op be
stuur en leden om den goeden geest tus
schen de ver. en directeur en leeraren te
laten blijven, niets is minder noodzakelijk,
daar allen dan het zuivere doel van de V.
V. M. kan worden nagestreefd.
Hierna feliciteert spr. den heer Crom
melin met zijn benoeming tot eerelid, wel
ke onderscheiding zeker mede bevordelijk
moet worden beschouwd voor de goede ver
standhouding onderling bij het complex
Mathesis, V. V. M. en Nat. Laboratorium
en hij besluit met den wensch opnieuw met
frisschen moed de komende wmter-cam-
pa.gne te beginnen, opdat de Ver. in de
toekomst mede kunnen hooghouden den
naam van het aloude Genootschap Mathe
sis Scientiarum Genitrix. (Applaus).
De directeur spreekt
Tenslotte sprak nog de directeur der
school, ir. Verwijs, nu eens niet met „jij"
en „jullie", zooals hij het söhalksoh uit
drukte, maar met „u" en „mijneheeren".
Na een woord van gelukwensoh tot het
bestuur roemde spr. de voortvarendheid,
kracht en energie van het huidige be
stuur, waarvan getuigen de intelligente le
zingen. Maar aan de leden staat het nu
te zorgen, dat ze altijd zulk een bestuur
hebben.
Spr. zeide dan, dat er nog steeds één
ding was, waaraan hij niet kan voldoen,
nL het bijwonen der lezingen op Zaterdag
avond. lederen avond heeft spr. noodig
voor de school. Deze laatste avond van
spr. is voor zijn huisgezin. Hij hoopt ech
ter, dat men zijn afwezigheid niet verklare
uit gemis aan belangstelling. Die toch is
groot en zal steeds groot blijven. (Applaus)
Na een algemeen dankwoord van den
heer Sanders was de receptie hiermede ten
einde.
Het slot der festiviteiten volgt Zater
dagavond. Kaarten hiervoor zijn morgen
middag van 25 uur nog verkrijgbaar aan
de Stadsgehoorzaal.
GODSDIENSTLESSEN.
Gvmn. H. B. S. en Kweeksch. Vrijdag
middag uur beginnen weer de lessen in
de school op het Levendaal.
KAP. KRAMER.
DE BIOSCOOP OP FEESTDAGEN.
Adres aan B. en W.
De heer R. Uges, directeur van de N.V.
Ned. Theater Exploitatie Mij. aan den
Stationsweg 19 alhier, heeft zich met het
verzoek tot B. en W. gewend om het be
sluit van den 15den October 1931, betref
fende de toepassing der Zondagswet in dien
zin te wijzigen, dat ook op den lsten
Paaschdog, lsten Pinksterdag en lsten
Kerstdag, evenals op den gewonen Zondag
des middags te 2 uur met de voorstellingen
mag worden aangevangen.
In de toelichting tot dit adres wordt
gezegd:
Alle belanghebbenden bij het amuse
mentsbedrijf en de caféhouders met mu-
ziekvergunning zijn U ten zeerste erkente
lijk voor uw genomen besluit d-d. 15 Octo
ber 1931, waarbij een mildere toepassing
van de Zondagswet is tot stand gekomen.
Zij hadden eohter gaarne gezien, dat in
dit besluit de in het adres genoemde feest
dagen zouden worden gelijk gesteld met
den Zondag; immers de Zondagswet van
1815 stelt die dogen ook op één lijn met
een gewonen Zondag. Uit betrouwbare
gegevens, welke ons ten dienste staan,
blijkt, dat Leiden de eenige gemeente is in
Nederland, waar het verboden is, op den
lsten Paasch-, Pinkster- en lsten Kerst
dag vermakelijkheden of concerten te ge
ven. Tegen dit verbod zou geen bezwaar
zijn aan te voeren, als de Zondagswet in
de andere gemeenten op dezelfde wijze
zou worden toegepast. Wij halen alleen
slechts aan de gemeenten in de omgeving
van Leiden. Wij zien dan, dat in Amster
dam, Haarlem, Warmond, Noordwijk, Zoe-
terwoude, Voorschoten, Wassenaar, Den
Haag, Delft, Schiedam en Rotterdam, die
feestdagen gelijk gesteld worden met den
gewonen Zondag en zooals ons ter eere
kwam, staat het Gemeentebestuur van
Oegstgeest ook vermakelijkheden toe op
die feestdagen, wanneer heb gevraagd
wordt.
Het uitgaand publiek van Leiden en de
omliggende gemeenten blijft op die dagen
niet in huis, of is tevreden met een wan
deling, omdat in Leiden de theaters ge
sloten zijn en in de café's geen muziek
wordt gegeven. Het zoekt elders vermaak,
waardoor de verberingen buiten Leiden
worden gemaakt en theaters en andere
vermakelijkheden bezocht. Andere ge
meenten profiteeren dus van de strenge
toepassing der Zondagswet in Leiden.
Daargelaten dat belanghebbenden en
het personeel bij de café's- en amusements
bedrijven te Leiden ernstig worden gedu
peerd, ook de leveranciers van dranken en
eetwaren zieh op die dagen hun omzet
verloren gaan. Hetzelfde geldt voor de
Gem. Lichtfabrieken, voor wat betreft de
levering van stroom en gas. Bovendien
derft de gemeente de vermakelijkheidsbe
lasting, andere gemeenten strijken die be
lasting op.
Adressanten veroorlooven zich u nog op
te merken, dat naar hare meening nie
mand aanstoot behoeft te nemen aan voor
stellingen of concerten, welke in zalen
worden gegeven, omdat van de openbare
straat dit niet zioht- of hoorbaar is. Zij
vermeent, dat de krijschende muziek,
welke door luidsprekers (staande voor
open vensters aan de straatzijde) over den
openbaren weg schettert, zelfs tijdens de
uren, waarop kerkdienst wordt gehouden,
eerder aanstoot zal geven, dan een voor
stelling in een afgesloten zaal. Toch wordt
tegen deze hinderlijke radiomuziek door
de kerkgangera geen bezwaar geopperd of
gesproken van de ontheiliging van den
Zondag. Dat blijkt, wel hieruit, omdat op
den lsten Pinksterdag 1.1. (het was een
mooie zomerdag) in de geheele stad radio
muziek op de openbare straat hoorbaar
was en wel in het bijzonder tusschen 5
en 7 uur des avonds, dus juist op die uren,
dat kerkgangers zich van of naar de kerk
begaven. Het was eohter dien dag, dus ook
des avonds, verboden voorstellingen te
geyen, waaraan nema-nd aanstoot behoef
de te nemen en waardoor velen in hun
moeilijk bestaan zijn benadeeld.
Na deze uiteenzetting hoopt adressante,
dat u zult besluiten om de Zondagswet in
Leiden toe te passen, evenals in de andere
gemeenten, namelijk om de drie genoemde
feestdagen gelijk te stellen met den gewo
nen Zondag.
MAANDAGNACHT
komen weer samen de sociaal en wettelijk
minst bedeelden der arbeiders: n.l. de em-
ployé's in het hotel-, café- en restaurant
bedrijf.
Zij bedelen niet om uw fooien, al maken
dié gewoonlijk 90 pet. of meer van hun sa
laris uit; in vele gevallen moeten zij zelfs
geld toegeven aan den eigenaar van hun
bedrijf.
Zij mogen geen bedelaars zijn, dat is zoo
ver beneden de „stand" van het bedrijf,
waarin zij werkzaam zijn. Zij wi 11 e n geen
bedelaars zijn; daarvoor hebben zeer velen
van hen te veel studie gehad en arbeid ge
presteerd. Zij willen uw belangstelling
voor hun in ieder opzicht gerechtvaardigde
en billijke eischen van betere arbeidsvoor
waarden.
Zij vragen de belangstelling en mede
werking van hun patroons en patroonsor
ganisaties, die niet mogen dulden, dat in
hun bedrijf toch niet de minste onder
de bedrijven de employés zoo droeven
toestand hebben.
Zij roepen echter vooral op al hun mede-
kellnere, koks en andere employé's, om zich
bij hen aan te sluiten, op de vergadering te
komen.
Gisteren slaagde te Utrecht voor akte
vrije- en orde-oefeningen van de gymnastiek
mej. Ans Kellenaers, alhier, leerlinge der
R.-K. Leergangen.
DE K. J. M. V. ROERT DE TROM!
Een uitstekend geslaagde pro-
paganda-avond als goed be
gin van het winterseizoen.
Gisteravond heeft de K. J. M. V. „St.
Peter Kanis" de ouders en jonge mannen
uit den Kath. Middenstand in de Foyer
uitgenoodigd. Het doel van deze uitnoodi-
ging was den Kath. Middenstand te laten
zien hoe het op dit oogenblik met de K. J.
M. V. hier ter stede gesteld is. Dat deze
avond voor velen een openbaring is ge
weest, staat wel vast, evenals er velen
naar huis zijn gegaan met de overtuiging,
dat zij de K. J. M. V. tot nog toe geheel
verkeerd hebben beoordeeld. Daarom reeds
al achten wij dezen propaganda-avoaid van
groot belang voor de toekomstige ontwik
keling van P. K.
Omstreeks half negen opent de voorzit
ter, de heer P. Knaap de verg. met den
chr. goet. Hij heet de talrijk opgekomenen
van harte welkom, in het bizonder den mo
derator, den weleerw. heer L. Gudde, den
feestredenaar Pater H. de Greeve S.J., do
zeereerw. heeren Pastoor Vijverberg en
Pastoor Heiling, de weleerw. heeren Rector
Groot, Kapelaan Hes sing, Pater Busman,
den heer A. H. J. Engels, lid van de Twee
de Kamer, den heer Eskens, hoofdinspec
teur van politie en de bestuursdeputaties
van de R. K. Stud. Ver. „Sanctus Augusti-
nus", de Hanze, de Dioc. Onderwijzersver.,
de Paroch. Jeugdraad, de Prop.club „Dr.
Schaapman", de H. K. \V. „Rood-Wit" en
de afdeelingen Delft en Leidschendam.
De voorzitter geeft in zijn openingswoord
een kort overzicht van de voorafgaande ja
ren. Hij wijst er op hoe in de eerste jaren
het bestuur, ondanks hard zwoegen, voor
een vrijwel hopelooze taak stond de mid-
denstandsjeugd te organiseeren. Juist om
dat de middenstands jeugd van 12 tot 17
jaar ongeorganiseerd is, viel het vooral
toen zoo uiterst moeilijk deze jonge men-
schen eenig begrip van organisatie bij te
brengen. Spreker brengt daarom hulde aan
de vroegere besturen voor hun volhouden
en hij schrijft het voor een deel aan hun
werk toe, dat de K. J. M. V. thans in staat
is aan haar doel te beantwoorden.
Verder wijst spreker er nog eens op, dat
de K. J. M. V. geen amusementsvereeni-
ging of iets dergelijks is. Het doel van de
K. J. M. V. is de verdieping en uitbreiding
van de geloofs- en sociale kennis. Spreker
doet daarom een beroep op alle kath. jonge
middenstanders om hiertoe te komen.
Na het openingswoord van den voorzit
ter, spreekt d© moderator nog een kort
woord van opwekking. Kap. Gudde uit zijn
oprechte vreugde om zulk een groote op
komst. De innerlijke ontplooiing en ontwik
keling is de beste hoop op de toekomst.
Een teeken hiervan is het uitstekende win-
terprogramma dat aller "sympathie moet
hebben. Spreker constateert met genoegen,
dat de K. J. M. V. den laatsten tijd bij zeer
velen aan sympathie heeft gewonnen. Aan
den anderen kant staat echter de groei
naar buiten op een dood punt. Niet uit ge
brek aan jonge krachten maar, doordat de
jonge mannen, die lid kunnen worden, het
niet willen. En toch is dit noodzakelijk,
want er keerscht onder de middenstands-
jeugd van onzen tijd een geestelijke en
godsdienstige malaise. Er heerscht een
nood, die vaak zelfs door de ouders niet
eens begrepen wordt. Spreker weet dit uit
eigen droevige ervaring. Daarom is het een
zegen, dat de K. J. M. V. er thans zoo mooi
voorstaat, zoodat we de schoonste ver
wachtingen mogen koesteren. De modera
tor hoopt dan ook, dat vooral deze avond
er krachtig toe zal bijdragen dat vele jon
ge mannen hun toetreden tot de K. J. M.
V. thans tot een feit zullen maken.
Hierna was het woord aan den feest
redenaar, den weleerw. heer Pater H. de
Greeve S.J.
Pater de Greeve begint met het werkpro
gramma van de K. J. M. V. eens door te
bladeren. Ik zal u eens eenige titels noe
men: Apologetische voordrachten door prof.
Niekel; Het Rassenvraagstuk; De Kath.
Kerk en Luther; Trinidad en zijn cultuur;
De Kath. Kerk en de Anglicaansche kerk;
De Wereldcrisis; Het Koloniale vraagstuk;
Wallis en het Berneroberland; Door de
lucht naar Indië; Experimenten met vloei
bare lucht etc.
Met het opnoemen van deze titels staat
spreker midden in zijn betoog. Eigenlijk
behoeft hij al niets meer te zeggen, omdat
dit boekje van de K. J. M. V. voldoende
voor zichzelf spreekt. Het doel van dezen
avond is echte rr propaganda. Daarom wil
spreker in zijn betoog een onderdeel hier
van iets meer acoentueeren. Uit het ver
loop van zijn praohtrede bleek het, dat
Pater de Greeve als onderdeel gekozen had
de algemeene ontwikkeling van den kath.
jongen middenstand.
De lucht, aldus spreker, is vervuld van
het slagwoord cultuur en beschaving. Dit
punt vooral wil hij nader bezien om aan te
toonen, dat de K. J. M. V. er niet is om
in eerste instantie gewiekste zakenlui aan
te kweeken. Van brood kan men niet alleen
leven, hoewel er zeer velen zijn die zulks
meenen. Deze menseden staan vreemd te
genover iedere waarachtige beschaving.
Wanneer ik spreek over beschaving, dan
gebruik ik dit woord in den meest breeden
zin. Ik reken er alles onder wat de mensch
beter en grooter maakt. Alle geestelijke
waarden die onze jonge mannen en jonge
vrouwen omhoog heffen uit den banalen
sleur van het gelijkvloersche leven. Onwe
tendheid is een gemis aan een zéér groot
geluk. Iets moois is een altijd durende
vreugde, heeft eens een Engelsch dichter
gezegd. Dit geldt ook voor de wetenschap,
die, evenals de schoonheid opklimt tot do
volstrekte en eeuwige Schoonheid, die
God is.
Voor de jonge man en jonge vrouw is bet
noodig, dat zij zich een taak zoeken in het
leven buiten hun gewone dagelijksche werk,
waaraan je dan je krachten kunt geven.
Dhn wordt je een ander mensch. Tachtig
procent van de hedendaagsche jeugd
brengt zijn vrije uren door m *ancing,
waar ooider het rumoer van een barbaar-
sche muziek het rumoer der zinnen opge
zweept wordt. Niet het toegeven maar het
overwinnen brengt de volle vruchten van
den gewonnen 6trijd met zich zelf. Die na
zijn dagtaak een goed boek leest niet
die eeuwige liefdesromannetjes doet
ontdekkingen, die hem rijk maken aan ont
wikkeling. De groote menschen en diepe
zielen, die hij in de dancing zeker niet aan
treft, vindt hij hier! Het groote geluk na
maanden vaak een mooie gedachte of idee
te voelen groèien in je zelf is een heer
lijke gewaarwording, die geen enkele amu-
sementsinrichting langs den weg je kan ge
ven! De jonge man die zóó leeft komt pas
tot bewustzijn hoeveel menschen er rond
loopen met een leege ziel en een leeg hoofd.
Die vaak niet eens kunnen beseffen wèt
ze missen, wanneer ze een ander in diepe
ontroering zien staan voor een schilderij,
een beeldhouwwerk, een bouwwerk. Ze be
seffen niet hoe iemand er beter van kan
worden door den edelen invloed der mu
ziek. Spreker herinnert hier op treffende
wijze aan het prachtige lied van Schubert:
„Die holde Kunst". Laat dit lied bij u thuis
eens één keer spelen en het zal u duidelijk
worden wat deze grijsaard bezielde toen
hij dit lied componeerde!
Maar er is nog iets anders! De waarde
van het leven wordt niet enkel bepaald
door ontspanning, maar ook door ontwik
keling. En dat ook ontwikkeling hard noo
dig is, toont spreker uitvoerig aan. Er zijn
duizenden die geen fatsoenlijken brief kun
nen schrijven, die nooit een gedachte onder
woorden kunnen brengen, omdat ze nooit
gedacht hebebn. Ik beweer, dat heel velen
met een béétje inspanning béter en anders
konden zijn, ook voor hun persoonlijke be
vrediging en persoonlijk geluk.
Ons oppervlakkige geslacht is het resul
taat van een dorre feitenstudie op H. B.
S. en Gymnasium. Als ze klaar zijn en het
zaligmakende papiertje van het einddiplo
ma in hun zak hebben, dan kunnen ze over
honderd en één onderwerp meepraten,
maar de meesten hebben nog nóóit één
oorspronkelijke gedaehte gehad. Daaraan is
het toe te schrijven dat duizenden zich dag
in dag uit zitten te vergapen aan de meest
oppervlakkige onzin die iederen dag in de
bioscopen wordt gedraaid! Een man, die
niet heeft leeren denken, „kijkt" alleen
maar. Alles is voor hem „kijkspel" mast r
hij „ziet" niets! Hij „ziet" niet de wet van
den hartstocht, de wet der liefde, de be
tonbouw der Kerk. Hij „kijkt", naar de
levensseconden, maar hij „ziet" nooit het
eeuwige levenHij „kijkt" naar de boomen,
de velden, de boss ch en, de schepselen,
maar hij „ziet" niet de schepping!
Dan, terwijl het doodstil in de zaal ge
worden is, declameert Pater de Greeve
het bekende gedicht van Gezelle „Het
schrijverke". De sublieme wijze waarop Par-
tea* de Greeve dit deed, demonstreerde ten
duidelijkste het verschil, dat er bestaat
tusschen „kijken" en „zien". G-uido Gezelle
heeft het „schrijverke" gezien", wij heb
ben er slechts naar gekeken 1
Indien wij zullen „zien" dan moeten we
weer terug naar de eenheid en ingekeerd
heid der gedachte. Dit is het cultureele
streven der K. J. M. V. en ook van de GraaL
De cultuureenheid der middeleeuwen ont
breekt ons. Hiertegenover staat de groo-
tere mogelijkheid tot ontwikkeling van den
geest. Wij moeten een einde maken aan
dat eeuwige gezang van „houd-er-de-moed-
maar-in!" Wij moeten weer een in zichzelf
voltooid gedachtenleven hebben. Hiervoor
behoeven wij niet geleerd, geen kunstenaar
of musicus te zijn. Op het contact met al
deze geestesuitingen komt het aan. En dit
contact geeft u de K. J. M. V.! Ten slotte
wil spreker nog iets tegen de ouders zeg
gen. Gij oudera zijt verplicht niet alleen
een goede zakenman van uw jongens te ma
ken, maar gij zijt óók verplicht te zorgen,
dat ze na hun werk nog iets andere leeren
dan dat het vleesch beter is dan de beeu-
tjes. Spreker herinnert zich een uitspraak
van iemand, die voorspelde: „Er zal eens
een tijd komen, dat er menschen over de
aarde wandelen die zeggen, dat zij christe
nen zijn, maar die Christus dragen in hun
mond, de wereld op hun handen en de
duivel in hun hart! Maar dan kan de be
doeling van den bisschop niet anders zijn
geweest, dan het in het leven roepen van
een organisatie, die jonge mannen voort
brengt, welke de duivel uitspuwen, de we
reld omhoog stuwen naar den hemel en
die Christus diagen in hun hart!
Na deze daverend toegejuichte rede,
sprak de voorzitter een kort en hartelijk
dankwoord. Hij hoopte, dat deze rede voor
de K. J. M. V. aangename en vérstrekken
de gevolgen zal mogen hebben.
Vervolgens werd de bondsdagfilm „De
K. J. M. V. Wapenschouw" gedraaid, die
opgenomen is door den heer P. Slegten-
borst, alhier. Over deze film hebben wij
reeds uitvoerig geschreven. Wij volstaan
met de bemerking, dab de aanwezigen heb
ben genoten van dit propagandistische
filmwerk, dat een succes is geworden én
voor den Bond, die er eigenaar van is én
voor den maker.
De voorzitter sluit hierna deze zoo welge
slaagde propagandaverg. met den chr.
groet, en bracht aan het slot van den avond
dank aan al degenen, die dezen avond zoo
zeer hebben doen slagen.
Intern. St. Joseph-Gezellenvereeniging.
De leden worden er aan herinnerd, dat
morgenmiddag te 3 uur precies op het
„Kolpings Boys"-terrein aan den Kanaal-
weg een oefening zal worden gehouden voor
de a.s. Districts-demonstratie op Zaterdag
8 October. Gezellen, allen op uw post! op
dat het mogelijk is deze demonstratie in
alles verzorgd te doen zijn.
Door de politie te Castricum zijn vier
minderjarige jongens uit Leiden van 1517
jaar aangehouden, die de ouderlijke wo
ning waren ontvlucht. Zij zijn op trans
port naar hier gesteld.