EEN BELANGRIJKE VERKIEZING
BERICHT.
Uw teint
23ste Jaargang
DONDERDAG 22 SEPTEMBER 1932
No. 7311
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling
Voor Leiden 19 cent per week f2.50 per kwartaal
Bi] onze Agenten 20 cent per week f 2.60 per kwartaal
Franco per pott f 2.95 per kwartaal
Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met
Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent.
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 I
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per regeL
Voor Ingezonden Mededeelingen wordt
het dubbele van het tarief berekend.
Kleine advertentiën, van ten hoogste 30 woorden, waarin
betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en
verhuur, koop en verkoop f 0.50.
Dit nummer bestaat uit drie bladen
V De millioenen-nota en critiek.
De millioenen-nota is voor hen, die te
gen „Honger-Ruys" willen demonstreeren,
niet een bijzonder gelukkig Staatsstuk!
Het zal tegenvallen, dat de Regeering
de sluiting van de begrooting niet alleen
bij elkaar wil „weiteren" door steunverla
ging en andere bezuinigingen, maar dat zij
ook vermeerdering van inkomsten zoekt
door vóóral de hoogere inkomens en de ver
mogens zwaarder te belasten.
Men heeft het gisteren kunnen lezen:
dertig extra opcenten worden gelegd op de
vermogensbelasting en alle aanslagen in de
gemeentefonds-belasting met dien verstan
de, dat dit aantal voor de hoogere inko
mens geleidelijk tot 150 wordt opgevoerd.
En de Regeering volgt niet het advies
tot steunverlaging van de werkloozenl
Natuurlijk zij, die in den nood van
«Sezen tijd vóór alles een middel zien om
hun partijbelangen te dienen, om hun
partij grooter te maken, de politici, die be
ter den naam demagogen kunnen dragen
zij zullen doorgaan met te fulmineeren
tegen de Regeering, alsof deze het ge-
heele rapport-Welter voor haar rekening
had genomen, alsof de millioenen-nota
nog niet was verschenen.
Dezulken die wij, helaas, ook hier en
daar in onze eigen kring, onder eigen
geestverwanten aantreffen critiseeren
niet met verantwoordelijkheids-
besef, omdat zij zich door de noodzaak
der feiten daartoe verplicht en ge
drongen weten, maar zij critiseeren, om
dat zij critiseeren willen; zij zou
den het eigenlijk betreuren, als er min
der reden voor critiek zou zijn! Indien
degenen, die ons hier voor den geest staan,
op wier optreden wij doelen, $it in mis
schien heftige verontwaardiging zouden
ontkennen, dan moet dat, op z'n gunstigst
beoordeeld, worden beschouwd als gebrek
aan zelfkennis.
Voor de zooveelste maal: critiek op de
regeering zouden wij geenszins willen
smoren ook niet critiek op de mil
lioenen-nota! Maar die oritiek moet door
dacht en ernstig zijn, wei-overwogen en za-
kelijk-gegrond. Als zij dat niet is, dan is
zij, vóóral in dezen tijd, om meerdere re
denen, in strijd met het katholiek beginsel,
in strijd met het algemeen belang.
BINNENLAND
EERSTE KAMER.
In de tweede vergadering van de Eerste
Kamer heeft voorzitter de Vos van Steen-
wijk de nieuwe en de herkozen leden ge-
instalJeerd. De belofte werd alleen door
de sociaal-democraten afgelegd; alle ove
rige leden legden den eed af. Onder dezen
bevonden zich de nieuwe senatoren H.
Ruiter, J. W. van IJsselmuiden, A. J. Schoen
maker, alle drie Katholiek, de Vrijheids-
bonder mr. Droogleever Fortuyn en de
Christelijk-Historicus mr. de Vos van
Steenwijk. Zij zullen respectievelijk de
heeren Van der Lande, Arntz, Dobbelmann,
Rink en Van Wassenaer van Catwijck ver
vangen.
Er werd besloten de Troonrede met een
adres van antwoord te beantwoorden. Zoo
als gebruikelijk waren de sociaal-democra
ten ertegen. Dr. Wibaut verklaarde dat de
beste houding van een volksvertegenwoor
diging tegenover een stuk als de Troon
rede is: „ervan kennis te nemen en verder
niets". Merkwaardige tegenstelling met de
Tweede Kamer, waar Dinsdag alle sociaal
democraten op één na het voorstel van
Wijnkoop steunden.
Voorts werden de afdeelingen getrokken,
die tob haar voorzitter» kozen de heeren
Sase van IJsselt, Wibaut, Janssen en Bloin-
jous.
NA HET KAMER-INCIDENT.
Bewijzen van verknochtheid.
Naar wij vernemen ontving de Koningin
na terugkeer van de plechtigheid van de
opening der Staten-Generaal een groot
aantal telegrammen, later gevolgd door
brieven uit vele deelen des lands, waarin
H. M. treffende bewijzen van verknocht
heid werden gegeven.
Nationale regeering verliest
terrein
Tusschentijdsche uitslagen zijn
een politieke barometer
SIR JOHN SIMON ALS
BOVENMEESTER
LONDEN, 19 September 1932.
Door den dood vaa den conservatieven
afgevaardigde van Twickenham, Sir John
Ferguson, was een tusschentijdche verkie
zing noodzakelijk geworden. De conserva
tieve candidaat, mr. Murray-Philipson, die
tevens voor het „nationale" bloc opkwam,
werd gekozen met 21.638 stemmen, een
meerderheid van 4.S07 op zija socialisti-
schen tegenstander, mr. Holman, die 16.881
stemmen kreeg.
Het vorige jaar, bij de algemeene ver
kiezingen, werden op Sir John Ferguson
39.161, op mr. Holman 13.763 stemmen uit
gebracht. Do meerderheid bedroeg toen
25.398.
Tusschentijdsche verkiezingen hebben,
wanneer de regeering in het Lagerhuis
over een sterke meerderheid beschikt, op
zichzelf slechts zcei weinig belang.
Haar beteekenis evenwel is hierin gele
gen dat zij de „barometer" zijn van de ge
voelens der kiezers. Uit de resultaten van
een reeks tusschentijdsche verkiezingen kan
men eenigszins afleiden hce een algemeene
stembusstrijd zou uitvallen.
De regeeringspartij iijdt bijna steeds ver-
liezen bij tusschentijdche campagnes. Een
j gevoel van „veiligheid" heeft tengevolge
i dat haar aanhangers laks zijn, terwijl
daarentegen het verlangen, de vorige ne
derlaag te wreken, de oppositie geestdrif
tig stemt. Bove idicu is de groote massa
der kiezers ,die bij geen partij aangesloten
is er er geen eigelijke politieke beginselen
op nahoudt, reeds zeer spoedig geneigil de
regeering te becritiseeren. Zij het meer
op hetgeen deze nagelaten dan op hetgeen
zij volbracht heeft. Van al wat niet geheel
naar wensch gegaan is, geeft zij haar de
schuld.
Dit verklaart, hoe het mogelijk is, dat in
Engeland de partijen elkaar met zekere
regelmatigheid in Downingstreet afwisse
len
De regeeringspartij moet er steeds op
bedacht zijn, dat zij, zelfs onder de gun
stigste omstandigheden, voortdurende ter
rein onder de kiezers verliest, en wel in
sneller tempo naarmate zij langer aan het
bewind is.
Te Twickenham evenwel is de meorder-
heid van den conservatief geslonken tot
één zesde deel van die. welke nog geen
ja3r geleden behaald werd, en dit is veel
meer dan door de onvermijdelijke „slijta
ge" kan worden verklaard. Conservatieve
organen maken .„bonne min© mauvais
jeu". Zij houden vol dat de uitslag niet
onbevredigend is voor de nationale partijen
De October-verkiezingen van 1931 hadden
plaats onder abnormale omstandigheden,
en de nationale candidal en vereenigden
bijgevolg abnormaal veel sremmen op zi"h
aldus redeneeren zij. Dank zij den arbeid
der regeering is de crisis b nnen eng© gren
zen teruggebracht; een gevoel van veilig
heid is teruggekeerd. De crisis-mentaliteit
van den vorigen herfst heeft plaats ge
maakt voor gezonder en rustiger opvat
gen. Er heerscht thans geen noodtoestand
gelijk die welke een jaar geleden oorzaak
was dat de kiezers, gedreven door het
instinct van het zelfbehoud, bij millioenen
stemden op de candidaten der nationale
partijen, die beloofd hadden redding te zul
len brengen.
In dit alles schuilt natuurlijk veel waar
heid. Maar het is toch slechts een deel
en misschien niet het belangrijkste deel
van de waarheid.
De kiezers, die het nationale kabinet
een jaar geleden in de macht bevestigden,
zijn waarschijnlijk tevreden over hetgeen
de regeering tot nu toe gedaan heeft.
Maar men stemt niet op een candidaat om
hetgeen zijn partij gedaan heeft, doch om
hetgeen men verwacht dat zij doen zal.
Uit den verkiezingsuitslag te Twicken
ham blijkt dat de verwachtingen niet hoog
gespannen zijn; het geloof in het nationale
kabinet is aan 't afnemen. Het volk in al
zijn geledingeü heeft zeer duur moeten
betalen, ten einde den financieelen herstel-
arbeid van het kabinet mogelijke te ma
ken. De resultaten van alle gebrachte offers
zijn voor den gemidelden kiezer niet zoo-
heel tastbaar
Ondanks tarieven, ondanks Ottawa, on
danks de opschorting vaa den goud-stan
daard neemt de werkloosheid niet af. Loons
verlagingen zijn, na meer dan een jaar na
tionaal bewind, aan de orde van den dag.
De man, wiens loon verlaagd geworden is,
is steeds geneigd tegen de regeering te
stemmen. Hoe onlogisch het ook zijn moge:
men gelooft niet aan een nationaal herstel
op het oogenblik waarop men, met hoogere
belastingen, een lager loon trekt.
Twickenham getuigt van een voor de re
geering gevaarlijke teleurtelling. Zij zelf
draagt hieraan gedeeltelijk schuld door de
geringe activiteit, waarvan zij de laatste
maanden blijk geeft. Mr. MacDonald wijdt
een groot deel van zijn tijd aan internatio
nale politiek, terwijl hij als Premier alle
moeite heeft de heterogene bestanddeelen
van zijn kabinet bijeen te houden. Maar
leiding geven aan de bianenlandsche zaken
doet hij niet. Dit komt ook hierdoor, dat
hij wel niet formeel, maar toch feitelijk
het Eerste Ministerschap deelt met Mr.
Baldwin, maar van dezen kan men nog
veel minder beweren, dat hij als nationaal
leider optreedt. De liberale Sir Herbert
Samuel verkeert in moeilijkheden met zijn
partij, waarvan een sterke fractie ver
langt dat hij uit het kabinet zal treden. De
eenige figuur, die scherp op den voorgrond
getreden is, is die van Mr. Neville Cham
berlain; hij geniet waarschijulijk meer ver
trouwen dan één zijner collega's, maar hij
staat te ver van het volk verwijderd.
Het is de kracht van het kabinet ge
weest dat het „nationaal", en in politie-
ken zin heterogeen is. Ditzelfde begint
thans zijn zwakheid te worden. Het ver
beurt het vertrouwen doordat het uit zoo
veel verschillende bestanddeelen samenge
steld, niet in staat is een scherp-omlijnde,
doelbewuste politiek te voeren, Al te veel
tijd moet er aan besteed worden, de diver
se elementen, waaruit de regeering samen
gesteld is, in evenwicht te houden. Door
tastende maatregelen zouden een kabinets
crisis tengevolge kunnen hebben. En toch
zijn het alleen zulke maatregelen, welke de
regeering in de gunst der kiezers kan be
vestigen.
De Britsche nota inzake de
Duitsche cischen.
Eindelijk heeft de Britsche regeering
haar standpunt inzake den Duitschen eisch
tot gelijkheid van bewapeningsreoht be
kend gemaakt.
Zooals te verwachten was streeft zij
naar een compromis, waardoor de ontwa
peningsconferentie, over welker lot zij zich
zeer bezorgd gemaakt heeft, „gered" kan
worden. Zij stelt voor dat een „ontwape
ningsconventie" gesloten zal worden, be
rustend op wederzijdsche overeenstem
ming, d.w.z. wederzijdsche concessies. Er
zou dan geen „verschil van status" (tus-
schen Duitschland en de andere mogend
heden) bestaan. Maar de vigeerende ver
dragen zouden, voor zoover ze niet met we-
derzijdsch goedvinden gewijzigd worden,
in het nieuwe „accoord" opgenomen wor
den.
Hoe onder de vigueur dier verdragen ge
lijkheid van status tusschen Duitschland
en de andere mogendheden verwezenlijkt
kan worden, zij het ook maar theoretisch,
is niet duidelijk, tenzij die mogendheden
werkelijk mochten overgaan tot vèr-doorge-
voerde beperking van bewapening.
De nota kan in twee partijen verdeeld
worden.
In het eerste deel wordt het door
Duitschland ingenomen wettelijke stand
punt, steunend op de bekende preambule
van Deel V van het Vredesverdrag, ver
worpen.
In het tweede deel wordt op politieke,
wij zouden haast mogen zeggen moreele
gronden erken dat Duitschland gelijkheid,
of equalisatie, van bewapening verwach
ten mag.
De vorige week hadden wij reeds als
onze meening te kennen gegeven, dat een
jurist als Sir John Simon onmogelijk de
interpretatie zou kunnen aanvaarden, wel
ke men in Duitschland hecht aan de be
wuste preambule. Tal van Engelsche bla
den hebben die interpretatie tot de hunne
gemaakt en op grond daarvan zeer felle
artikelen geschreven tegen Frankrijk, dat.
van het vredesverdrag een „vodje papier"
maakte. Dit moet er toe bijgedragen heb
ben Duitschdand te versterken in den
waan dat Engeland zich met zijn juridische
opvatting vereenigen zou. Het is zeer te
betreuren dat er eenige weken verloopcn
moesten alvorens de Britsche regeering
dezen wajin verstoorde.
Sir John Simon heeft de Duitsche op
vatting in zoo krachtige termen weerlegd,
Jat erkenning van Duitschlands politiek
of moreel recht op gelijkheid van bewape
ning in het tweede deel der nota voor Ber
lijn maar een zeer schrale troost is. De
Britsche regeering meent, dat Duitsch
lands grieven op zichzelf gewettigd zijn:
zij stelt een conventie voor, waardoor die
grieven zouden worden opgeheven. Maar
zij bestrijdt de geldigheid van het „rechts
middel", waarop Duitschland zich beroe
pen had. Wat dat land als „recht" ge-
eischt had, zal het als een soort gunst
kunnen krijgen.
Aan de juistheid van de juridische op
vatting der Brirsohe regeering twijfelen
we geen oogenblik, maar wij kunnen geen
bewondering voelen voor de schoolmeester
lijke wijze, waarop zij die opvatting te ken
nen geeft, en voor het recht, dat zij zich
aanmatigt, Duitschland de les te lezen. Zij
„berispt" dat land wegens zijn „onver
standig" optreden, door zulk een zaak ter
sprake te brengen „temidden van al de po
gingen die aangewend worden om een
eind te maken aan de werelddepressie".
Zij gaat zelfs zoover te herinneren aan de
groote financieele concessie, te ausanne
gedaan. Ondanks al haar principieele sym
pathie voor de Duitsche wenschen, heeft
zij zich practisch lijnrecht daartegenover
gesteld. Het eenige wat wij hierbij kunnen
waardeeren is dat Engeland ontwapening
niet beschouwt als een soort verplichting
der mogendheden tegenover Duitschland,
maar als „Selbstzweck".
PROPAGANDA VOOR DE
BURGERWACHT.
De minister acht het optreden
van den commandant te Maas
tricht geenszins onoorbaar.
Op de vragen van het Tweede Kamerlid
den heer Mendels betreffende het optre
den van den commandant der Burgerwacht
te Maastricht inzake aansluiting van ge
meen tepersoneel bij de Burgerwacht heeft
de minister van Binnenlandsche Zaken ge
antwoord, dat blijkens ingewonnen ambts
berichten de burgemeester van Maastricht
onlangs in een besloten vergadering de
wenschelijkheid heeft beaamd, dat ambte
naren, die daarvoor in de termen vallen,
zich bij de burgerwacht aansluiten, mits
zij daardoor niet aa-n de hun opgedragen
gemeentelijke functie onttrokken worden.
Dit oordeel van den burgemeester acht de
minister juist. Tegen de wijze, waarop het
door dien burgemeester is kenbaar ge
maakt, ziet hij geen bezwaar.
Het is den minister bekend dat deze
commandant zih vervolgens gewend heeft
tot de directeuren der verschillende ge
meentelijke takken van dienst met het
verzoek, onder verwijzing naar bovenbe
doeld oordeel vaai den burgemeester, te
willen bevorderen, dat het onder hen res-
sorteerende dienstpersoneel, voor zooveel
mogelijk, zich aansluit© bij de burgerwacht
Als aansporing in het belang van de
handhaving van de openbare orde kan de
minster het optreden van den commandant
van de burgerwacht geenszins onoorbaar
achten. Wel zouden, naar zijn meening, de
vorm, waarin en de weg, waarlangs ten
deze propaganda is gevoerd, gelukkiger
gekozen kunnen zijn.
Elke gedachte aan hiërarchisoh-ambtelij-
ke pressie is in de bedoelingen van dien
commandant verre geweest en gevaar
daarvoor was dan ook niet aanwezig.
Nog merkt de minister op, dat de com
mandant eener burgerwacht een door
de regeering erkend instituut uit den
aard der zaak de bevoegdheid heeft, voor
de uitbreiding der burger facht propa
ganda te maken, ook onder gemeentelijk
personeel.
NIEUWE KAMERLEDEN.
De opvolger van den heer Guit in de
Tweede Kamer is niet de heer Steinmetz,
zooals gemeld, doch mevr. Steenhoff
Smulders. Deze is echter ongesteld en de
volgende op de lijst is de heer mr. C. P.
M. Romme, uit Arasterdam.
Eerst indien deze laatsis zou bedanken,
komt de heer Steinmetz in aanmerking.
De opvolger voor den heer Ament was
op de candidatenlijst de heer Trienekens.
Deze is echter sinds geruimen tijd overle
den; opvolger is nu de heer mr. P. Truijen
te Roermond, en na dezen staat de heer
P. Rutten te Wansum.
ZIEKTE VAN WEIL.
Blijkens mededeeling in de Staatscou
rant zijn in de week van 1117 Septem
ber 11. 36 gevallen van de ziekte van Weil
aangegeven, nl. 1 geval te Winschoten, 1
geval te Amsterdam, 1 geval te Driebergen,
2 gevallen te Utrecht, 8 gevallen te Dor
drecht, 1 geval te Gouda, 1 geval te Den
Haag, 1 geval te Pernis, 1 geval te Reeu-
wijk, 14 gevallen te Rotterdam, 1 geval te
Schiedam, 1 geval te Eindhoven, 1 geval
te Heerlen, 1 geval te Maastricht en 1 ge
val te Nieuwenhagen.
Zij die zich vanaf heden abonneeren op
„De Leidsche Courant", ontvangen de nog
verschijnende nummers tot 1 October a.s.
gratis.
DE ADMINISTRATIE.
VOORNAAMSTE NIEUWS.
BUITENLAND.
De eerste zitting van het bureau der Ont-
wapenings-conferentie. (2e blad).
De onderhandelingen in het Britsche tew-
tielconfliet vastgeloopen. (2e blad).
Hoop op een compromis met Gandhi.
(2e blad).
BINNENLAND.
Het ontwerp Bedrijfsradenwct. (1st©
blad).
Een avontuurlijke tocht van twee jonge
Engelschon, die naar het Vreemdelingen
legioen trokken. (3de blad).
PASTOOR A. W J LüHN.
die door den Bisschop tot herder dezer
parochie werd aangesteld.
DE GRAAL.
Het Nationale Graalhuis in Den Haag is
de laatste maanden een zeer belangrijk
punt in de Graalbeweging geworden.
Ruim meer dan honderd leden leidsters,
kadetten of Graalwachtlcidsters hebben
daar bijeenkomsten, driodaagsche cursus
sen of weekends gevolgd. Deze worden
hoofdzakelijk gegeven door Mej. L. van
Kersbergen, mej. van Zeist en Mej. Bouw
man.
De leiding meent, dat men, als men een
cursus gevolgd heeft, frisscher en beter toe
gerust het Graal winterplan zal kunnen
uitvoeren.
In de eerstvolgende 14 dagen is er weer
een drietal van die cursussen vastgesteld:
le. voor aspirant-leidsters 'n weekend van
Zaterdagmiddag 24 September om 3 uur
tot Zondagavond 25 September; 2e. voor
Graalwachtleidslers, dus alle leidsters
van kleine steden en dorpen een cursus
van 27 September 's avonds 7 uur tot 30
September 's avonds 7 uur en 3e een week
end voor ingewijde Graallcidsters van Am
sterdam en Haarlem. Dit begint weer des
Zaterdagsmiddags 1 October tot Zondag
avond.
wordt door het gebruik van „Zij"-Crême,
ioo frisch en zacht als een rozeblaadje.
In prijzen van 203015 en 75 cent.