JONGELUI WOENSDAG 24 AUGUSTUS 1932 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD PAG. 8 GEMENGDE BERICHTEN UIT DEN TREIN GEVALLEN. Aan de gevolgen overleden. Gisterenmiddag te ongeveer 1 uur 15 is op de spoorlijn tusschen De Klomp en hal te Heuvelschesteeg, onder de gemeente Amerongen, een man van middelbaren leef tijd uit den trein gevallen. De machinist, waarschijnlijk gewaar schuwd, stopte en reed onmiddelijk terug naar de plaats waar de man was gevallen. Een geneesheer, die toevallig in den trein zat, kon bij het slachtoffer niet andere dan den dood, tengevolge van een sohedelfrac- tuur, conistateeren. De man bleek te zijn de schipper W. van Sohaik te Rotterdam. De trein, welke van Arnhem kwam, had een kwartier vertraging. Doodelijke val. De echtgenoote M., wonende in de Ha- kert-kolonie te Heerlen, had het ongeluk in haar woning van de keldertrap te vallen. Zij kwam op haar hoofd terecht en overleed spoedig. Zij laat haar man met zes kleine kinderen achter. MUUR VAN EEN CAF6 INGEREDEN. Aan het Winschoterdiep in de gemeente Noorddijk is gistermorgen een auto, die een vrachtauto wilde passeeren, welke juist voor een wielrijder uitweek, in botsing met een der langs den weg geplaatste palen gekomen. De as van den wagen werd door den paal gegrepen met het gevolg, dat de auto omsloeg en met de vrachtauto samen tegen den muur van het café, tevens bak kerij van den heer A. Schipper terecht kwam. De vrachtauto werd zwaar bescha digd; de personenauto eveneens. De muur van het café werd geheel ingedrukt. De bestuurders van de beide auto's kwamen er goed af. De wielrijder Buning werd ech ter het slachtoffer van het ongeluk: hij is in het Academisch Ziekenhuis te Gronin gen opgenomen met een wervelfractuur. Verdronken. In de rivier de Rijn onder de gemeente Huissen bij Arnhem is bij het zwemmen verdronken, de 19-jarige steenoven-arbei der W. Perfors uit Westervoort. Het lijk is opgevischt. Bloedvergiftiging. Een 17-jarige jongen te Nieuwe Niedorp had aen het acterhoofd een klein puistje opengekrabt, waardoor bloedvergiftiging is ontstaan. Na een paar dagen van zwaar lijden is de jongeman thans overleden. MET H.B.S., GYM. of U.L.O. g met een onzer bekende Speciaal- opleidingen kunt ge OOK NU Uw di- ploma productief maken! 12 Sept. aanv. cursussen: Privé Secretaresse. Boekhouder-Correspondent(e), Steno- typist(e). Vr. gr. broch. en prosp. I STERK VERLAAGDE LESGELDEN. Inachr.dag.lNST.P0NT,BREESTR.58a DE FABRIEKSBRAND TE BUSSUM. Zooals reeds gemeld is gistermorgen om half tien brand ontstaan in het fabrieksge bouw van de N.V. Hollandsche huiden- en leermaatschappij aan den Huizerweg te Bussum. In een oogenblik stond de geheeie bovenverdieping van het voorgebouw langs den Huizerweg, waar de droogkamers zijn ingericht, in lichtelaaie. Bij aankomst van de motorspuiten van de vrijwillige brand weer was het dak reeds over de volle leng te ingestort. Om 10 uur was men den brand vrijwel meester. De bovenverdieping was toen geheel uitgebrand. De voorraden in de gelijkvloersche verdieping zullen waar schijnlijk alleen waterschade hebben gekre gen. Voor een deel zijn deze door de werk lieden in veiligheid gebracht. De achter gebouwen en inventaris zijn op beurspolis verzekerd. Bussum juicht om de vernieti ging van den stankverspreider! Heel Bussum juicht over het in vlammen opgaan van de leerfabriek aan den Huizer weg, welke juist in de achterliggende pe riode haar reputatie van stankverspreider weerzinwekkend hoog gehouden heeft, aldus lezen we in het „Hbld.". Deze feitelijk in de bebouwde kom ontoelaatbare industrie dankt haar ontstaan aan de door de ge meente Hilversum veertig jaar geleden ver leende bouwvergunning. Destijds behoorde dit gedeelte van Bussum nog tot het Hil- versumsche grondgebied. En daar zag men er geen bezwaar in om tegen de grens van Bussum de daar niet gedulde fabriek te doen stichten. Den tegenwoordigen vorm, den langen witten gevel aan den Huizer weg, had het gebouw sedert 1906 Om half elf stonden van het -voorgebouw de naakte muren nog slechts overeind, doch tot half twaalf bleef de brandweer water geven. Daarna is men bezig geweest met de gevaar opleverende gedeelten van den voorgevel omlaag te halen. De oorzaak. Omtrent de oorzaak vernemen wij nog, dat waarschijnlijk twee jongens, belast met het schoonmaken van een paar vellen leer, waarvoor benzine gebruikt werd, hebben gerookt op den droogzolder. Dadelijk toen om half tien de schaft intrad, werd het vuur geconstateerd. Van de directie vernemen wij, dat het op beurspolis verzekerde bedrag nog niet lang geleden is verlaagd, met het oog op de ge daalde waarde der voorraden. Voor een deel droeg de Mij. zelf het brandrisico. De aanbieding, welke veertien dagen geleden besproken is, om een bedrijfsschadeverze kering te sluiten, had de directie in beraad gehouden. Het bedrijf ligt volkomen lam geslagen. De aflevering van goederen kan slechts gedeeltelijk voortgaan. De fabriek heeft een kleine twintig man personeel. Het is zeer de vraag of de gemeente Bus sum het opbouwen zal toestaan, aangezien de fabriek ver buiten de rooilijn ligt. Brand in een wolienstoffenfabriek te Tilburg. Gisternacht qmstreeks 2 uur werd brand ontdekt in een pand behoorend tot en ge legen achter de wolienstoffenfabriek van de fa. S. de Cock aan het Goirke te Tilburg. Het in het gebouw opgeslagen molenvet en twee ontploffende oliereservoirs ontwikkel den een geweldige rookmassa, zoodat de vele nieuwsgierigen, die kwamen toege stroomd, aanvankelijk dachten, dat de ge heeie fabriek in vlammen stond. De brand weer had veel last van den rook, doch wist spoedig het vuur te bedwingen. Er werd weinig schade aangericht. ONVEILIG OSS. Geen kippenhouder kan rustig slapen. Gevolg: Geverfde kippen. Een Verdachte aangehouden. Den laats ten tijd neemt de onveiligheid te Oss en omgeving weer in zeer sterke mate toe. Diefstallen en inbraken zijn niet alleen te Oss, doch ook te Berghem, Nistel- rode en Heesch aan de orde van den dag. Vooral op kippen hebben de dieven het ge munt. Ten einde diefstal te voorkomen gin gen de kippenhouders ertoe over kim die ren met verf te merken, doch- dit bleef zon der resultaat. In den nacht van Maandag op Dinsdag ontdekten twee politiemannen, die in het Sohaiksoheveld te Qss surveilleerden, twee mannen, die zich verdacht gedroegen en bij de nadering van de politie de vlucht na men. De politie achtervolgde hen, waarbij zij verscheidene revolverschoten loste. De vluchtingen wisten evenwel in de duister nis te ontkomen. Een van hen werd herkend Een aantal kippen en een partij paarden tuig, dat de dieven hadden weggeworpen, werden door de politie in beslag genomen! Gistermorgen trof de inspecteur van politie den herkenden man in een café te Oss aan. Hij ging direct tot de arrestatie over. In middels was ook gebleken, dat in de naoht was ingebroken bij de weduwe Van Erp in de Bagijnenstraat te Oss. Ook van deze inbraak wordt de aangehoudene, een be rucht individu, die reeds herhaa-ldelijk ver oordeeld werd, verdacht. „Hbld." NACHTELIJK BEZOEK IN EEN GRAALHU IS. Aan den Hoogewe.g in de Watergraafs meer staat een clubhuis van de Graal, waarin een aantal leden gisternacht eendge spannende minuten hebben beleefd. Tegen drie uur in het holle van den nacht, schrik te de directie wakker, door gestommel in haar kamer. Toen zij opkeek zag zij een man van flink postuur bij haar bed staan, die door het open raam naar binnen geklommen was. Onmiddelijk schoot door haar gedachte: inbrekers, waarop zij den indringer kort mededeelde :„ga maar gauw weg, er is hier toch niets te halen", om vervolgens om hulp te gaan roe-pen. De overige bewoonsters stemden hiermede in, waarop de man ijlings de beenen nam en door de voordeur ont snapte. Even later hoorden de bewoonsters een aut-c in snelle vaart wegrijden. De in breker is via het dak en een platje in de kamer van de directrice binnengedrogen. Hoe hij echter op het dak kwam is nog een raadsel. De politie he-eft de zaak in onder- UIT DE RADIO-WERELD De morgen na den vorigen avond. „Nu denk ik deal geheelen naoht, dat ik hoofdpijn heb, maar nu zie ik, dat het mijn .pksteroogen geweest zijn." Programma's voor Donderag 25 Augustus. Huizen, 296 M. 8.00—9.15 KRO. 10.00 NCRV. 11.00-12.00 KRO. Hierna NCRV. 10.45 Gramofoonpl. 11.30 Godsd. halfuurtje. 12.15 Orkestconcert. 2.00 Gramofoonpl. 3.003.30 Vrouwenhalfuurtje, 4.00 Ziekenuurtje. 5.00 Cursus handenarbeid voor de jeugd. 5.45 Zang door Marcus Plooyer (tenor) m.m.v. W. v. Wilgenburg (piano). 6.45 Knipcursus. 7.00 Leger des Heilspraatje. 7.45 Ned. Ghr. Persbureau. 8.00 Chr. Gem. Zangver. „Looft den Heer", o.l.v. K. ter Heide en Ohr. Mniziek- vereen. „Wilhelmina", o.l.v. J. v. Veen. O.a. uit „Elias", Mendelssohn, en suite „La Verbena", Lacóme e.a. 9.00 Causerie ca, 10.00 Vaz Dias. 10.3011.30 Gramofoonpl. Hilversum, 1 8 7 5 M. 8.00 Gramofoonpl. 9.00AVRO-Kamerorkest o.l.v. L. Schmidt 10.00 Morgenwijding. 10.15 Gramofoonpl. 10.30 Concert, Jo Juda (viool), Oh. Bergmann (piano). 11.00 Voorlezen door mevr. M. Emeis van Buuren. 11.30 Vervolg concert. 12-002.00 Kovacs La-jos en zijn orkest. Refreinzang: Bob Soholte. 2.15 Concert. Rie Dys-Ochel (alt) en J. de Vente (fluit). Begel.: Egb. Veen. 3.00 Gramofoonpl. 4.00 Ziekenuur. 5.00 Max Tak: Het Jazz. 5.30 Orgelconcert Pierre Palla m.m.v. Albert de Booy (zang). 6.30 Sportpraatje H. Hollander. 7.00 Vervolg orgelconcert. 7.30 Vioolrecital door Boris Lensky. A.d. vleugel: Egb. Veen. 8.00 Gramofoonpl. 9.00 Omroeporkest o.l.v. N. Treep. Oude muziek. 9.30 Omroeporkest o.l.v. N. Treep en de „3 Brüder Nehring (xylofoon). 0.a. Oüv. „Si jétais roi", Adam. 10.00 Vaz Dias. 10.10 Vervolg concert. O.a. fragm. uit „De Barbier van Sevilla", Rossini. 11.3012.00 Gramofoonpl. Daventry, 1554 M. 10.35 Morgenwijding. 10.50 Tijdsein, berichten. 12.20 Orgelspel E. O'Henry. 1.20 Religieuse uitzending. 1.55 Shepherd Bush's Paviljoen-orkest. 2.202.50 Concert, M. Frederick (viool) en E. Tidmarsh (piano). 3,20 Kerkdienst. 4.20 Verslag van de Hondenrennen te Rydal. 5.35 Kinderuur. 6.20 Berichten. 6.50 Beethoven's liederen door G. Par ker (bariton). 7.10 en 7.40 Lezingen. 7.50 BBC-orkest o.l.v. Edw. Clark. O.a. Eine kleine Nachtmusik, Mozart. 8.45 „Obsession", hoorspel van D. Glasby. 10.00 Berichten en lezing. 10.35 Dansmuziek (gr.pl.). 10.5012.20 l^ansmuziek door het BB0- dansorkest o.l.v. Henry Hall. „R a d i o-P a r i s", 1725 M. 8.0512.50 Gramofoonpl. 4.50 Concert uit Fontainebleau. 7.20 Gramofoonpl. 8.20 Radio-tooneel „Le Bonheur" van Karen Bramson. 9.50 Fransche Opera-muziek (gr.pl.) van 1880—1920. Kalundborg, 1153 M. 12.252.20 Concert uit het Bellevue- Strandhotel. 3.00 Liederen van Noorsche componis ten door E. Palle Andersen. A. d. vleugel: Fischer. 3.205.20 Concert uit Rest. „Wivex". 8.30 Oude operette-muziek o.l.v. Grön- dahl. Oa. uit Prinz Methusalem, Strauss, en „Le petit due", Lecocq. 9.30 Deensche liederen door Viggo Lar son m.m.v. V. Fischer (piano). 10.20 Oude Deensohe composities door het Radio-Symphonie-orkest o.l.v. Grön- dahl. Oa. Symphonie No. 2 (hellas), Si monsen. 11.2012.50 Dansmuziek uit „Nimb", o, l.v. Warny. Langenberg, 473 m. 7.258.20 Concert uit Bad König. 11.3512.20 Gramofoonpl. 12.201.35 Concert uit Munchen. 1.502.50 Concert o.l.v. Eysoldt. 5.206.35 Solistenconcert. 8.208.50 Werag-klein-orkest o.l.v. Eysoldt. Oa. Musikalischen Neckereien, Worsch. 8.50 „Alles an die grosse Glocke", vroo- lijke tooneel-fragmenten o.l.v. Kandner. 10.4012.20 Dansmuziek o.l.v. Eysoldt. Rome, 441 M. 9.05 Symphonieconcert o.l.v. Rito Sel- va-ggi. 950 Radio-tooneel. 1035 Symphonie-concert (vervolg). Brussel 508 en 338 M. 508 M.: 12.20 Gramofoonpl. 5.20 Concert o.l.v. Kumps. 6.50 Gramofoonpl. 8.20 Concert o.l.v. Fr. André. Oa. Loin du bal. Gillet. 1.20 Concert u.h. Casino te Knocke o.l.v. K. Candael m.m.v. G. Wouters (zang). Oa. uit „de Jodin", Halevy en „Zauberflöte", Mozart. Hierna dansmuziek (gramofoonpl.) 338 M.: 12.20 Gramofoonpl. 5.20 Concert o.l.v. André. 6.50 Gramofoonpl. 8.20 Concert d. h. Omroeporkest o.l.v. Jean Kumps. O.a. Perzische dansen, Gui- raud en uit de Onvoltooide Symphonie, Schubert. 10.30 Uit „de Barbier van Sevilla", Ros sini (Gramofoonpl.), Z e e s e n, 1635 M. 8.20 Schubert's Onvoltooide Symphonie (uit Weenen). 9.20 Voor de landbouwers. 10.20 Berichten en hierna Eduard Pfle- ger's Blaasorkest. FAILLISSEMENTEN Uitgesproken: Oornelis Ma-rie Odijk, boomkweeker, Waddinxveen. Our.: Mr. C. Jonker, Gouda. FEUILLETON. DE WREKENDE GERECHTIGHEID. Naar het Duitsch (Nadruk verboden). 54) XXI. Even voor negen uur kwam Sandory nog even aanloopen aan het hotel om te vra gen of er soms iemand voor hem geweest was. Onmiddellijk gaf Schwannflugel hem den brief van Sigmund Ruthardt. Sando ry scheurde de enveloppen open en door bladerde het pakje biljetten dat ze be vatte. „Dat was dus de bedoeling", mompelde hij, terwijl hij het geld noohalant in zijn borstzak stak. „Nu we zullen eens zien of het spel werkelijk al verloren is, dat zullen we zien." Daarop slenterde hij op zijn gemak, een sigaret tusschen de lippen, door de straten om zich te begeven naar het kleine ca- fótje naast het politie-bureau. Toen hij binnentrad kwam zijn kamerhuur hem al met 'n verlegen lachje tegemoet. „Hoe aardig van u, dat u me niet hebt laten wachten, waarde heer Sandory I Als het u hetzelfde is zullen we liever niet in de gelagkamer blijven zitten, maar daar in het kamertje van de stamgasten. Daar kan men gezelliger praten, te meer daar de waard mij verzekerd heeft, dat wegens een festiviteit de stamtafel van avond onbezet te blijven. Sandory had als naar gewoonte met een onderzoekenden blik zijn omgeving opge nomen. Maar hij moest wel niets ver dachts bemerkt hebben, want behalve een luidruchtig gezelschap in een der hoeken van de gelagkamer, zaten er nog slechts twee eenvoudig uitziende menschen, die stil voor hun glas wijn zaten. Hij voldeed dan ook aan het verzoek van den andere en vleide zich behagelijk in een van de leunstoelen voor welke hij reeds een open getrokken flesch wijn en een glas klaar vond staan. „Nu moet gij maar praten", zeide hij, want ik heb een drukken en inspannen- den dag achter den rug en voel meer voor luisteren." Hij vulde zijn glas hield het tegen het lioht en dronk het dan langzaam tot den laatsten druppel leeg. „Een middelmatig wijntje al is het merk wel goed. Ik heb op Russische landgoede ren een Leoville gedronken waarbij verge leken dit niet meer dan spoelwater is." De heer Esschenbaoh sprak er zijn spijt over uit, dat hij het zoo slecht getroffen had en begon dan aansluitend aan de laatste opmerking van Sandory over de gastvrijheid van de Russische landheeren te spreken. „Ja, daar moet het nog eens prettig leven zijn", meende hij. „Ik heb boeiende beschrijvingen van het leven op zulk een slot gelezen. Maar vertel me eens waar de heer Sandory: een berenjacht, ik be doel een echte jacht op wilde beren, hebt u die wel eens meegemaakt?" „Meer dan een. Maar het is niet zoo gevaarlijk als dat in de verhaaltjes voor kinderen wordt verteld. Een scherp oog en een vaste hand maken de zaak even gevaarloos als een jaoht op klein wild." „Is het mogelijk? Och toe, vertel me eens wat van zulk een jachtU mag het belachelijk vinden, maar juist omdat ik nooit een geweer in de hand gehad heb, ben ik dol op zulke verhalen." Sandory dronk een tweede glas leeg en begon inderdaad op een verveelden en onverschilligen toon te praten over een jachtpartij, die echter niet zoo gevaar loos bleek geweest te zijn daar het wild, een reusachtige berin, die voor haar en haar jongen vocht, niet alleen meerdere honden maar zelfs een van de drijvers had verscheurd. Hij was met zijn beschrij ving juist in het boeiendste gedeelte ge naderd, waar de berin nadat een schot uit zijn tweeloops jachtgeweer gemist had, woedend hoog opgericht op hem toe kwam stormen. Frans Esschenbach scheen in ademlooze spanning te luisteren, toen er gens in de buurt een klagend langgerekt „miauw" gehoord werd. Sandory onder brak zijn vertelling om eens hartelijk te lachen en de andere deelde in zijn vroo- lijkheid. „Ge ziet het, mijn verhaal is zoo gruwe lijk, dat zelfs een kat er wee van wordt. Laten we het verhaal kort maken. Geluk kig trof het tweede schot het dier in het linkeroog en met een gebrul dat ik mijn leven lang niet zal vergeten wentelde het dier zich in zijn laatste stuiptrekkingen in de sneeuw." Hij scheen niet meer geneigd te zijn nog meer jachtavonturen te vertellen en Esschenbach bracht daarom het gesprek op een ander thema. „Ik geloof nu wel, dat ik spoedig een beslissing zal nemen over een der villa's die mij te koop zijn aangeboden", meende hij. „Maar ik zal helaas genoodzaakt zijn er een kleinigheid aan te verbouwen om dat ik voor alles een geschikte ruimte voor mijn verzamelingen moet hebben. Ik heb den plattegrond hier in mijn zak. Ziet u maar ik verveel er u toch niet mee; mijnheer Sandory?" „Heelemeal niet! Geef dat ding maar eens hierMisschien kan ik u raad geven. Vertel maar eens op, gij onbeholpenste van alle menschen." Esschenbach gaf hem het opgerolde papier en terwijl Sandory het ontvouwde ging hij aan diens linkerzijde staan, zich half over den linkerschouder van den zittende buigend als om hem aanwijzin gen te geven. „Kijk, dat is de benedenverdieping Daar zijn drie kamers en de keuken. De kleine ruimte hier aan de rechterzijde", hij legde daarbij zijn arm over het boven lichaam van Sandory heen met den wijs vinger op een bepaalde plaats op de tee- kening wijzend. „Het is eigenlijk maar een muizengaatje, niet meer dan een mui zengaatjeIn naam des konings gij zijt mijn gevangene Tegelijkertijd werden de tegen het. lichaam gedrukte armen van Sandory vastgehouden. Deze schrale op het oog zoo zwakke man, beschikte plotseling over een zeldzame lichaamskracht. Met een heesche kreet van woede trachtte de overvallene zich aan de verlammende greep te ontrukken, maar nog in hetzelfde oogenblik ha-dden vier andere handen van achteren hem bij zijn polsen gepakt de deur naar de gelagkamer werd openge duwd 'en de twee mannen die zoo rus tig bij hun glas wijn hadden gezeten, pos teerden zich op den drempel. „Gij zieL dat iedere tegenstand vergeefs is en uw toestand slechts kan vererge ren", zei de zoogenaamde Esschenbach op een geheel veranderde, strenge toon. „Ik ben de inspecteur van de recherche Tau- scher uit Berlijn en arresteer u onder vei- denking van moord gepleegd op Vorst Ai- kadi Wassiljewitsch SuworinMijnheer Michailo, gij herkent dus met volle zeker heid in dezen persoon den zoogenaamden baron Hanau, dien gij wekenlang m ge zelschap van den vorst hebt gezien De laatste woorden waren in 't Fransoh tot den kamerdienaar gericht, dien San dory nu voor het eerst opmerkte En in dezelfde taal gaf de aangesprokene met luider stem antwoord: „Ja, ik hèrken hem en ben bereid dit met de heiligste eeden te bezweren." Sprakeloos bad Sandory zijn blikken van den eene naar den ander laten gaan. Zijn gezicht was lijkbleek, zijn neusvleu gels trilden. Overigens was in zijn hou ding niets van ongewone opwinding te merken. Toen men op bevel van den in specteur aanstalten maakte om hem de handboeien aan te doen, opende bij voor het eerst weer de vast openeengeklemde lippen en zeide weliswaar met ietwat heesche stem dooh op zijn ouden sarcas- tisohen toon: „Die mensehen maken zich onnoodig druk, maar daar ik toch in uw macht ben, kunt u mijnentwege doen wat u wilt." „Gij hoeft den gevangene om onnoodig opzien te vermijden niet door de gelag kamer en over de straat te leiden, maar kunt hem hier binnendoor naar het politie bureau brengen", beval de inspecteur. Er is een verbindingsdeur in de muur." Rudolf Sandory lachte spottend. „Daarom hebt gij dus voor ons gezel lig onderhoud van dezen avond dit ge moedelijk cafétje uitgezocht, dat zoo lief vlak bij het politie-bureou is gelegen Ten slotte zal mijn meening u weinig kunnen schelen, maar als een van ons terecht aanspraak kan maken op den titel van schurk, dan zijt gij het, hooggeachte heer inspecteur van politie Tauscher Dan liet hij zich kalm wegleiden, kaars recht en elastisch loopend als op den dag toen hij gehuld in zijn regenjas uit de reis koets stapte voor Schwanflugel's hotel „De Koning van Spanje". Dat er in de goede stad Waldenberg de eerste vier weken nergens anders over gesproken werd dan over de ontmaskering en de arrestatie van den roofmoordenaar dien men zoo lang als het toonbeeld van een gentleman had bewonderd, was in verband met de romantische bijzonderhe den waarlijk niet te verwonderen. Ook als ze het niet reeds van plan was geweest, zou Dora Norrenberg nu toch genood zaakt zijn geweest de plaats te verlaten, waar zij door haar bekend geworden be trekkingen tot den misdadiger een voor werp van nieuwsgierigheid was gewor den. Niemand, behalde de oude vertrouw de procuratiehouder van haar vader, wist haar verblijfplaats en ten lange leste raak te haar naam zoowel als haar persoon in het vergeetboek. Dokter Ruthardt bleef de schande be spaard zijn zoon in het openbaar "ge schandvlekt te zien. Den dag na de arres tatie kreeg Sigmund uit handen van den inspecteur van politie de schuldbekentenis terug nadat hij een verklaring van het ge beurde had gegeven, die door Sandory was bevestigd. Of Sigmund van zijn vader ook volle dige vergiffenis had bekomen voor de be gane mistap bleef zelfs zijn moeder en zijn zuster onbekend. Toen hij eenige dagen later naar de universiteit vertrok om zijn studies we derom te hei vatten, zeide de dokter hem bij 't afscheid slechts: „De toekomst ligt in je eigen handen. Dwing mij door je le ven dat ik je achten moet en ik zal hét verleden vergeten." Nog eenmaal sprak men gedurende vier- en-twintig uur over niets anders dan over Sandory, dat was, toen in alle kranten het bericht te lezen stond, dat het den koenen en geslepen misdadiger gelukt was op de treinreis naar Rusland door een slimme manoeuvre aan de aandacht van zijn be wakers te ontsnappen. Hij had kans ge zien tijdens de reis de coupèdeur te ope nen en uit den trein te springen. Maar hij was niet ver gekomen. Toen op het door de beambten gege ven noodsein de trein tot stilstand werd gebracht en men langs de rails ging zoe ken vond men den moordenaar van vorst Suworin. Aan den aardschen rechter had hij zich op het laatse oogenblik nog wil len onttrekken. Politie-inspecteur Tauscher alias pro fessor Eschenbach zeide toen men hem het gebeurde mededeelde: „Het was jam mer dat hij op den slechten weg was ge raakt. In wezen was hij gemaakt uit het hout waaruit in gelukkiger omstandigheden groote mannen worden gesneden." EINDE.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1932 | | pagina 8