UIT DE STAD VAN HET VATICAAN ZATERDAG 13 AUGUSTUS 1932 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD PAG. 6 Bolsena, de Stad van het Eucharistische Wonder en van de H. Christina De pelgrim die Eome bezoekt en in de Heliodorus-zaal van het Vaticaan geweest is, of iemand die kunstgeschiedenis gestu deerd heeft, kent wel Raffael's groote fresco: „De Jaarmarkt te Bolsena". Doch zelden vraagt men den weg naar de plaats waar het Wonder van de bloedende Hostie zich voltrok, geen gids van de stad Rome verwijst naar het stadje, dat gelegen is aan het meer van dien naam, ofschoon ze bei den zoo dicht bij de Eeuwige Stad liggen, slechts enkele Kilometers ten Noorden van de oude Pausen-stad Viterbo waar verschil lende malen de Pauskeuze plaats had. Ja, het is alsof het kleine nest zichzelven schuil hield, alsof het niet door menschen- mond genoemd wenschte te worden. Maar steeds maakt men meer en meer propagan da voor dit oord, dat getuigenis aflegt van de zeldzaam liturgische gebruiken waar mede men sedert eeuwen de gedachtenis van de Stadsheilige, de H. Christina, viert. In de oude Volsinu, het huidige Bolsena, woonde Christina, een afstammelinge uit een oud Romeinsch geslacht, het was te vens haar geboorteplaats en zij is er onder de vervolging van Diocletiaan den martel dood gestorven. De voornaamste gebeurte nissen van haar leven zijn vastgelegd in de schilderwerken van Paul Veronese; deze verzameling is te bezichtigen in de Acade mie te Venetië en de volgende feiten wor den daar uitgebeeld: haar doopsel, haar weigering om voor een Appollobeeld te of feren, de uitdeeling aan de armen van stuk ken goud en zilver, afkomstig van heiden- sche afgodsbeelden, die door haar vernie tigd werden, haar geeseling met roeden, de troost van den engel in de gevangenis, en tenslotte haar marteling op het meer, waar in men haar door middel van een molen steen dien men om haar hals gebonden had, trachtte te verdrinken, terwijl haar vader op den oever stond en de bevelen gaf hoe men z'n kind moest dooden. Men moest haar echter den genadeslag toebrengen, door haar lichaam met pijlen te doorboren. Den 24e Juli, den dag waarop men het sterven van deze heiige gedenkt, en reeds Js avonds tevoren trekt in Bolsena een groote processie met het beeld van de hei lige van de St. Catharinakerk naar een hooger gelegen kapel; den volgenden dag wordt het beeld weer in het heiligdom te ruggebracht. Op verschillende plaatsen in de stad worden tooneelen opgebouwd, waar men de marteling van de H. Chris tina als gebarenspel opvoert. Juist op de helling van den krater waar aan Bolsena ligt, verheft zich bij het meer de kerk van de H. Christina; het is een complex van vier kerken, waarvan er twee in de rotsen ingebouwd zijn, terwijl de an deren onder een barok gewelf liggen en op getrokken zijn in vroeg-renaissance stijl. In de crypte bevindt zich het graf van de heilige; een marmeren sarcophaag waarop een terra-cotta beeld van de H. Christina rust. Diep in de tufsteengroeven strekken zich eeuwenoude catacomben uit, die nog slechts ten deele werden bloot gelegd. Twee trappen die door een hek zijn af gesloten, geven toegang tot de vochtige groeve, waar zich het altaar bevindt, waar op in het jaar 1268 het „wonder van Bol sena'', de bloeding van de H. Hostie plaats had. Het is een cyborium-altaar: vier marme ren zuilen dragen de kronende bronzen koe pel, die vanwege de vocht met een groene oxyde laag bedekt is en die in zijn oude romaansche stijl een verheffenden indruk maakt en ontroerend aandoet. Raffaël schilderde het Wonder van Bolsena met volkomen vrije fantasie, zonder zich aan de plaatselijke werkelijkheid te storen. De ovrweldigende indruk die men krijgt bij be schouwing van dit kunstwerk, maakt plaats voor een vrome ontroering en vervult den bewonderaar van een diep medeleven met het gebeurde. Terwijl men hier de grootsche pracht mist van de Vaticaansche schilderij, de hoffelijkheid van de ceremonieën, de figu ren van Paus en assisteerende kardinalen, de Zwitsersche garde enz., komen ons in deze stille grot de personen voor oogen van het gedijkwaardige Misoffer, de eenvoudige geloovigen, de misdienaar, de Priester, het Offer en dan het oogenblik van het Won derBuiten is er sinds dat historisch moment niet veel veranderd, de stad ligt er nog juist als toen en het meer beukt nog steeds zijn golven tegen de oevers Wij waren van het nabije Orvieto hier heen gekomen, waar wij de prachtige gothi- sche domkerk hadden bezichtigd die door Meesters van Sienna gebouwd werd. Deze domkerk heeft haar bestaan te danken aan het feest van het H. Sacrament in het jaar 1264, dat Paus Urbanus IV van Orvieto voor de gansche Kerk instelde, en dat een gedachtenis is aan de bloedende Corporale van de H. Mis te Bolsena. In de Corporale kapel van deze domkerk wordt in een zil veren reliekschrijn de Corporale bewaard die door de bloedende Hostie bevlekt werd. Als men de geschiedenis van Bolsena na gaat dan stuit men ook nog op een duister punt in de germaansche geschiedenis, op de tragedie n.l. van een aanvankelijk glansrijk koningshuis, dat overging aan de rampza lige erfgenamen van den groote Diederik. In het meer van Bolsena vindt men twee eilanden, Bisentia en Martana. Op Martana stond vroeger een kasteel, waarin Amala- suntha, de eenige dochter van den Goti- schen koning Diederik gevangen zat, omdat zij haar neef Theodat tot mederegent had verkozen. De nationale Gothenpartij die haar eenige zoon Athalarich ontvoerd had, en hem een zeer losbandig leven liet leiden, ondervond den bloedigen wraak van de ko ningin, maar door den listigen Theodat na men zij weer wraak. Dit werd de koningin noodlottig. Niet in het meer, zooals de H. Christina, maar in een bassin van het kas teel, dat door het water van het meer ge voerd werd, verdronk men haarGeen graf, geen spoor, is meer van haar te vin denHet eiland zelf, dat men vanaf de Ohristinakerk kan zien, is slechts het eeni ge gedenkteeken, geen verklaring, alleen een vage herinnering Hoe geheel verschillend werd op zoo wei nig kilometers afstand van elkaar, hier en bij Bolsena, het vonnis voltrokken over twee vrouwenlevens. De eene was een maagdelijke christelijke martelares van ro- maansch-heidsche afkomst, de andere een Ariaansche koningin, van germaansche stam. De eerste nog altijd voortlevend in e envereering op de altaren, d'e laatste weg gezonken in de golven van het meer, dat beiden tot zich zou nemen. Het jaar 535 is het eindpunt van het Ger manisme: 20 jaar later, 555, kwamen -de laatste van den germaanschen stam, de Oostgothen, naar Italië over. Toen was de vereering van de H. Christina in Bolsena reeds 150 jaar oud. En ongeveer 950 jaar na haar dood in 1263 bloeide op de plaats van het Wonder, aan het altaar boven den mo lensteen, haar eeredienst, en vierde men in het naburige Orvieto het H. Sacraments feest, dat zijn wonderdadige macht ver spreidt door de eeuwen heen evenals Raf- faël's schilderwerk in het Vaticaan tot vreugde en verheffing strekt van allen, die den diepen zin van deze kunstscheppingen begrijpen. ADOLF KOLPING. XXXXIV Nadat we Kolping als schrijver hebben bezien, keeren we nu weer terug tot zijn karakteristieken naam, do Gezellenvader. Ieder jaar ging Kolping zijn vacantie doorbrengen in de Belgische badplaats Ostende, om weer „fit" te zijn als de steeds zwaarder wordende arbeid to Keu len hem huiswaarts deed gaan. Met doel bewuste energie heeft hij altijd gestreefd naar het beste resultaat van wat hij genoot en talrijk zijn de notities van zijn vele en groote reizen. Ook over het strandleven van Ostende gaf hij zijn meening in de vol gende drievoudige moraal: Ten eerste; dat onze zoogenaamde be schaafde wereld niets dringender van noode heeft, dan een hoogst eenvoudige, maar in drukwekkende en doorslaande verkondi ging van het Christendom, opdat zij van den cultus hunner overgroote menschelijk- heid verlost worden. Hij voegt er nog bij Of zij hooren wil, weet ik niet, maar dat zij eenmaal zal moeten hooren, daaraan twijfel ik geen oogenblik. Ook zij heeft een onsterfelijke ziel te redden, en het is onder geen enkel opzicht onverschillig, waarnaar zij streeft. Ten tweede, dat onder den hoogmoed en de pralerij der badplaatsen veel physieke en moreele ellende schuilt en naar zijn mee ning, de brave, eenvoudige landman, die in het zweet zijns aanschijns wegens den overgrooten arbeid tijdens den oogst, ge zond of ongezond, op het veld staat te wer ken, er veel beter aan is en veel gelukki ger, dan de bezoekers der badplaatsen, die hij soms meent te kunnen benijden. En ten derde, dat de zoogenaamde hoog beschaafde wereld niet het minste recht heeft, den neus op te trekken over de arme eenvoudige menschen, die in plaats van zich de luxe der badplaatsen te veroorloven, met den rozenkrans en het zangboek ter bedevaart gaan om niet het lichaam, maar de ziel te verzorgen en te versterken Het is jammer, doch een groote waarheid, dat het zondenregister van het leven in de badplaats onvergelijkelijk groot is en het komt mij voor (aldus Kolping) dat als de geest van het Christendom ontbreekt, de menschen geneigd zijn de aardsche gaven van God zoo te misbruiken, dat ze hun naar den geest ten vloek worden". Behalvo de pracht van de zee en de schoonheid der heerlijke duinen> zag Kol- I ping ook dc menschen enhun fouten. Niet dat hij alles beentiseerde; dat zou even dwaas als aanmatigend zijn geweest, maar hij gaf zijn opbouwende critiek, eer lijk en onbevooroordeeld. Hij peilde de wonden der wereld en gaf haar dan ook ook de groote levensdraad weer terug, die het contact bracht tusschen de zwakke wereld- lingen en den eeuwig-sterken God S. M. GESCHIEDENIS DER ST. JOSEPH'S GEZELLEN-VEREENIGING 1921. In April nam „Vader Kolping" met on voorzien succes deel aan een door „Vondel" georganiseerd Tooneelconcours. Zeven van haar voormannen zond de club in het strijd perk, met het blijspel „Een Gezellige Ka mer". Dit zevental keerde huiswaarts met een 2en prijs Zilveren Medaille uitge loofd door H M. de Koningin. Dit was de eerste stap buitenshuis, welke later vooral tot meerdere ontwikkeling der leden, door meerdere en grootere stappen zou worden gevolgd. Als dan eindelijk het feestgedruisch ver stomd was, werd met vernieuwde toewij- dnig het alledaagsche organisatiewerk weer terhand genomen en waar noodig uitge breid of verstevigd. Een sprekend bewijs daarvan waren wel de goedgezochte vergaderingen, het ijverig studeeren der tooneelisten en de zichtbare opbloei van het bibliotheekwezen. Gelijken tred daarmede hield de groei van het leden tal der Vereeniging. Hoe kan het ook anders, wijl het als van zelf spreekt, da-t jonge menschen zich gaar ne daar geven, waar in en door het ver- eenigingsleven bijna voortdurend hun per soonlijke, actieve medewerking gevraagd en ook gewaardeerd wordt. Geinspireerd nu, door deze gestadige, nu merieke uitbreiding der Vereeniging be sloot de Z.E. Praeses, in overleg met den Raad van Bestuur ook tot uitbreiding van dit College over te gaan. Naar aanleiding van dit besluit nam de Z E. Praeses aanstonds zijn maatregelen en wendde zich tot een viertal oudere leden, dié in het Leidsche Kolpingswerk, in on derscheidene functies hun sporen verdiend hadden. De vier die voor deze onderscheiding wer den aangezocht waren de heeren P. v. Ber ge Henegouwen, P. Klein, W. A. Kohlbeck en J. A. Vreeburg. De officieele benoeming ging in op 1 Augustus, waarna de installa tie in den Raad van Bestuur volgde tijdens de September-vergadering d.a.v. Deze benoeming duiden wij aan als een derde Novum in onze geschiedenis Tot dan toe immers koos dit College zich zijn nieuwe medeleden uit heeren Patroons, vaak zelfs buiten het Vereenigingsverband staande, tot op den dag hunner toetreding als Be stuurslid. Met allen eerbied echter voor dit gebruik durfde Praeses A. J. M- Hafkenscheid het bestaan, nu eens een anderen weg te betre den, overtuigd als hij was, met dezen daad de Vereeniging een goeden dienst te bewij zen. MARIA-CONGRES Al was 't weer wat somber in den vroe gen morgen, toen de gezellen Zondag j.l. per auto naar het nationale Maria-congres te Nijmegen gingen, om de Gezellenver- eeniging te vertegenwoordigen bij Maria's kroning, al heel spoedig zat de goede stem ming er in en trokken wij van Leiden langs Utrecht en Arnhem naar Nijmegen. Te negen uur woonden wij de Pontificale Hoogmis bij in de Canisiuskerk aan de Molenstraat, welke werd opgedragen door Z H. Exc. Mgr. Jansen, Aartsbisschop van U trecht. Na afloop der H. Mis brachten wij nog een bezoek aan het St. Petrus Canisius- altaar, en aan de plaats waar 't Maria- beeldje zou worden geplaatst, met kost bare sieraden van goud en edelsteenen om hangen. Óm twaalf uur werd in de Gezellenver- eeniging een sectie-vergadering gehouden, uitgaande van het Centraal Verband van Nederland, waar als spreker optrad de Zeereerw. Praeses H. v. Ruth S J. met on derwerp: Maria, Joseph's Bruid en de St. Joseph's Gezellen. Deze vergadering werd verrast met het hooge Kerkelijke bezoek van Z.H. Exc. Mgr. J. D. J Aengenent, die nog een kortwoord sprak tot de gezellen en zeide: dat Hij niet graag de Joseph's Gezellen Vereeniging zou willen missen in Zijn bisdom, omdat het was één der mooi ste sociale organisaties. Toen de inwendige mensch wat versterkt was, maakten wij een autotocht door Nij megen langs mooi Nederland en Duitsch- land, daarna keerden wij terug en brachten een bezoek aan den Duivelsberg waar wij eenigen tijd op doorbrachten. Te drie uur keerden we weer in Nijmegen terug om deel te nemen aan den Maria-omdracht. Wie deze omdracht niet gezien heeft, kan dan ook geen indruk er van maken hoe schitterend deze Maria-omdracht is ge weest en welk een diepen indruk deze maakte op allen, ook op de niet-Katholie- ken, die met duizenden en duizenden langs de versierde straten stonden, vooral in die straten waar de beelden, spreuken van Ma ria en de "litanie van Maria waren aange bracht. Wij behoeven niet te zeggen: „waar bleef 't Katholieke volk nu", want uit alle deelen des lands waren ze tegen woordig om aan de Maria-omdracht deel te nemen, van 't Hooge Kerkelijk Gezag en de Wereldlijke autoriteiten tot aan den ambachtsman, van eiken rang en stand, 't was één hulde voor onze Moeder Maria. Langs den weg werden verschillende Maria- gezangen gezongen door de vereenigingen van Nijmegen Toen de Maria-omdracht teneinde was volgde onmiddellijk een Pontificaal Lof, gecelebreerd door Z. H. Exc. Mgr. Diepen, die eveneens de plechtige bekroning van 't Mariabeeldjo verrichtte. Ook deze plech tigheden werden door duizenden bijge woond. Moge dan ook zij, die nog geen Ma ria vereerders zijn, in de Gezellen Vereeni ging en daarbuiten, hun bede tot Maria, de Onbevlekte Maagd,, richten, bijzonder in dezen noodlijdenden tijd. Voldaan over dezen grooten overweldi genden Maria-onulracht keerden we te on geveer half twaalf in Leiden terug. Ass. Senior. SPREEKKOOR MARAN-ATHA. De repetities van het Leekespel Maran- Atha worden gegeven op Maandag 22 Aug. en volgende Maandagen. Daar het Gezellenhuis geen plaats meer biedt, is het gebruik verzocht van de groote zaal van het St. Antonius-patronaat, wat welwillend is toegestaan. Alle repetities zul len daar worden gegeven. MAANDVERGADERING AFD. GEZELLEN. Dinsdag a.s. heeft de maandvergadering van de Afd. Gezellen plaats te kwart voor negen. Elkeen kenne zijn plicht en kome op tijd. RETRAITECLUB. Voor de Kerstretraite van 2528 Dec. zijn reeds vele plaatsen bezet. Men geve zich spoedig op en spare er voorl RETRAITE EN KAZERNE. Binnenkort wordt er weer een retraite gehouden voor dienstplichtigen: d.w.z. voor hen, die in de eerstvolgende maanden sol daat moeten worden. De ouders zijn bezorgd, in den regel veel meer dan de toekomstige militairen zelf. En toch: wie godsdienstig en braaf wil blijven, kan het ook in de kazerne, al zijn daar natuurlijk gevaren en omstandighe den, die men thuis niet kende. Een der beste middelen is echter een retraite als voorbereiding. Wie vóór zijn diensttijd een retraite maakt, blijft in den regel niet alleen zelf goed, maar wordt in dienst een voorbeeld en steun voor zwak kere makkers. Zulk een retraite, speciaal voor militie- plichtigen, zal gehouden worden van 10 13 September in het retraitehuis te Noord- wijkerhout. Men gelieve zich daarvoor op te geven bij ondergeteekende. De kosten bedragen 6.50 en kunnen tijdens de retraite worden voldaan of vóór de retraite worden betaald aan den Aalmoezenier. Na aanmelding ont vangt men een toegangskaart met nadere inlichtingen. Aalmoezenier J. J. BROUWER. Huygensstraat 6, 's Gravenhage. Telefoon 116534. Giro 92320. RECHTZAKEN Poging tot doodslag. In den avond van 12 October van het vorige jaar vielen in de Willibrordusstraat te Amsterdam eenige revolverschoten, De chauffeur D. had op de vrouw geschoten met wie hij een verhouding had gehad. Daarna had hij liet wapen tegen zichzelf gericht. Beide personen werden bloeden de in een portiek gevonden. Zij bleken ech ter geen van beiden ernstig gewond, en herstelden volkomen. De man heeft terecht gestaan wegens poging tot doodslag subs, poging tot zware mishandeling. Het O. M. eischte tegen den man, die reeds tien maanden in voorloopige hechte nis heeft doorgebracht, een gevangenis straf van vijf maanden wegens poging tot doodslag. De rechtbank veroordeelde den man gisteren wegens poging tot doodslag tot een gevangenisstraf van één jaar en acht maanden met aftrek van acht maanden voorloopige hechtenis. LUCHTVAART NOODLANDING. Gistermiddag moest het militaire vlieg tuig nr. 492 op de terugreis van Eelde naar Soesterberg in de buurtschap Zeven huizen, onder de gemeente Hoogland, een noodlanding doen wegens motorstoring, op ongeveer 600 meter hoogte. Bij de daling kwam het toestel tegen een boom en daarna tegen een landhek, welke beide vernield werden. De beide inzitenden, de sergeant-vlieger Dorresteijn en de ser geant-leerling-vlieger Wolf Schoenmaker, kregen geen letsel. Het ernstig beschadig de toestel is ter plaatse gedemonteerd en naar Soesterberg vervoerd. KALENDER DER WEEK FEESTDAG VAN ST. JEROEN. ZONDAG 14 Aug. Dertiende Zondag na Pinksteren. Mis: Respice. 2e gebed v. d. H. Werenfridus. Belijder. (Zie in het Feesteigen v. h. Bisdom); 3e v. d. H. Eu»e- bius, Belijder. Prefatie v. d. Allerh. Drie- eenlieid. Kleur: Groen. Do belofte van Christus wordt vervuld in hen, die in Christus gelooven. (Epistel). Daarom vragen wij aan God, dat Hij neer ziet op Zijn (Nieuw) Verbond (Introitus; Graduale) en ons geven wil vermeerdering van geloof. (Gebed). Een geloof zoo sterk als dat der tien melaatschen, die zonder nog genezen te zijn op weg gingen om zich te vortoonen aan den priester (Evangelie). Vertrouwende, dat ons geloof ons gezond zal maken naar de ziel, brengen wij ons Offer, dat, naar wij hopen, God welwillend zal aanvaarden. (Offertorium; Stilgebed). Wetend, dat het geloof moet leven door de hoop en vooral door de liefde, bidden wij, dat het Brood, dat God ons gegeven heeEt in de H. Communie,- ons vertrouwen op de vervulling der belofte zal versterken en bovenal ons zal doen aangroeien in de liefde. (Gebed). MAANDAG 15 Aug. Feestdag van Ma ria's Tenhemelopneming. Te vieren als Zon dag. Mis: Gaudeamus. Kleur: Wit. „Maria is opgenomen ten hemel. De En gelen verheugen zich en lofprijzend zege nen zij den Heer. Door U, allerheiligste, triomf eerend e Maagd, zijn ons de poorten van het Para dijs geopend. Bid voor ons, opdat wij mo gen wandelen in den geur uwer deugden". (Kerk. Get.). DINSDAG 16 Aug. Feestdag v. d. H. Jcachim, Vader der Allerheiligste Maagd. Mis: Dispersit. Kleur: Wit. WOENSDAG. Mis v. d. H. Jeroen, Mar telaar. Eerste pastoor van Noordwijk: Laetabitur. (Zie in het feesteigen v. h. Bis dom). 2e gebed v. d. H. Hyacinthus, Belij der; 3e v. h. octaaf van Maria's ten He melopneming; 4e v. h. octaaf v. d. H. Lau- rentius (uit eigen Mis op 17 Aug.). Kleur: Rood. De adelijke ouders van Jeroen vertrouw den de wetenschappelijke en godsdienstige vorming van hun dengdzamen en gods- dienstigen zoon toe aan bekwame buiten- landsche vrome mannen. Naar zijn vader land (Schotland) teruggekeerd, arbeidde Jeroen ijverig aan het geestelijk heil zij ner landgenooten.-Priester gewijd stak hij, het voorbeeld volgend van St. Willibrord en gezellen, naar ons vaderland over. De H. Hungerus, bisschop van Utrecht, wees hem als arbeidsveld aan Noordwijk. Bij den inval der woeste Noorsche benden in het rustige Noordwijk werd natuurlijk ook de pastoor gevangen genomen. Voor den Noorschen hoofdman beleed Jeroen onver schrokken zijn geloof in Jesus Christus en standvastig weigerde hij te offeren aan de afgoden. Daarop volgden verschrikkelijke martelingen, welke de heilige met blijd schap op het gelaat verduurde en eindelijk het doodvonnis, dat door onthoofding werd voltrekken den 17en Augustus 856. DONDERDAG 18 Aug. Feest v. d. verhef fing v. d. relikwie v. d. H. Ravo. Mis: Gau deamus. (Zie in het feesteigen v. h. Bis dom). 2e gebed v. h. octaaf; 3e v. d. H. Agapifus, Martelaar. Kleur: Wit. Öm aan een meeningsverschil van het volk over het graf v d. H. Bavo een einde te maken, opende Ereboldus, Abt van een klooster te Gent, de graftombe, waarin vol gens sommigen het stoffelijk overschot moest rusten. Hij vond ook werkelijk het lichaam v. d. heilige en stelde het ten toon aan het toegestroomde volk. Daarna werd het in een mooie kist gelegd en naar de St. Bavokerk overgebracht. Van deze verhef fing wordt vandaag in ons Bisdom de ge dachtenis gevierd. VRIJDAG 19 Aug. Mis v. d. H. Joannes Eudes, Belijder: Os Justi. 2e gebed van het octaaf. Kleur: Wit. In 1601 werd Joannes geboren in Nor- mandië. Nog jong werd hij Oratoriaan. In 1626 ontving hij de II. priesterwijding te Parijs en werd missieprqdiker. Bij dat Apostolisch werk werd het hem duidelijk, dat een parochiegeestelijkheid noodig was om den goeden geest onder het volk te be waren. Daarom stichtte hij in 1643 een Con gregatie (de Eudisten) onder den Naam van Jesus en Maria, welke Congregatie groote verdiensten verworven heeft voor de opleiding van geestelijken voor de missie- prediking. Joannes stichtte ook een Con gregatie, genoemd „de Zusters van O. L. Vrouw van Liefde", welke bijzonder zorgde voor de gevallen, maar goed willende meis jes en vrouwen. Algemeene bekendheid heeft de heilige zich verworven door zijne geschriften en predikaties, waardoor hij bevorderde de devotie tot de H.H. Harten van Jesus en Maria. De heilige stierf den 19en Augustus 1680. ZATERDAG 20 Aug. Mis v. d. H. Ber- nardus, Abt Kerkleeraar: In medio. 2e ge bed v. h. octaaf; 3e voor den Paus. Kleur: Wit. De H. Bernardus, schrijver en prediker, apostel en hervormer, meester van het geestelijk leven, is één der grotste sieraden v. d. H. Kerk. Hij wordt genoemd de „honig- vloeiende leeraar", omdat hij over Jesus en Maria (over wie zijne geschriften vol staan) in zulke liefderijke en ontroerende bewoordingen geschreven heeft. Bernar dus stierf onder Maria's bescherming den 20en Augustus 1153, als Abt van Clair- vaux. N.B. Tn deze week dagelijks Gloria en Credo. Vanaf Maandag Prefatie van Ma ria (invullenEn U om de ten Hemelopne ming). IN DE KERKEN DER E.E. P.P. FRANCISCANEN: Alles als in bovenstaande kaleivt' Bisdom, behalve: ZONDAG. 2e gebed v. d.Z.Z. Sanctes van Montc-Fabri en Franciscus van Pesa- ro, Belijders; 3e v. d. H. Eusebius. WOENSDAG. Mis v. d. H. Rochus, Belij der: Justus. 2e gebed v. h. octaaf van Ma ria's ten Hemelopneming; 3e v. cl. octaaf dag v. d. H. Laurentius. Kleur: Wit. DONDERDAG. Mis v. d. Z.Z. Beartix van Silva en Paula van Montaldi, Maag den: Virgines. 2e gebed v. h. octaaf; 3e v. d. H. Agapitus. VRIJDAG. Mis v. d. H. Lodewijk, Bis schop en Belader: Statuit. 2e gebed v. d. H. Joannes Eudes; 3e v. h. octaaf. Amsterdam. ALB. M. KOK, Pr.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1932 | | pagina 6