VRIJDAG 12 AUGUSTUS 1932 DE LEIDSCHE COURANT VIERDE BLAD PAG. 12 gend Junioren-elftal van het District Lei den tegen het dito van Den Haag. Als plaats der te spelen wedstrijden werd aangewezen het R. K. Sportpark „Haagweg" te Leiden. De afgevaardigde van D. O. S. vroeg daarna de meening der andere vereenigra- gen, spelende in de 3e klasse E van den D. H. V. B., hoe zij stonden tegenover het behoud dezer klasse. Het Districtobestnur zou, na ampele bespreking, daaraan zijn volle aandacht schenken. De geest, adv., kapelaan H. Bangert, kreeg daarna het woord om in het kort te memoreeren, wat Zondag 14 Aug. a.s. te Leiden gaat gebeuren. Spr. wees op het feit dat het R. K. Sportpark aan den Haagweg zou worden geopend met een pontificale inzegening door Z. H. Exc. Mgr. J. D. J. Aengenent, Bisschop van Haarlem. Dit is de eerste maal, dat zoo'n terrein-inzegening door den Bisschop ge schiedt. Hieruit spreekt voor hen, die meenen dat de Bisschop door sommige maatregelen de sport niet gunstig gezind zou zijn, het tegendeel.- Z. H. Exo. heeft voor de voetbalsport speciaal een open oog, doch meent dat er nog niet voldoend katholiek cachet ligt op de vereenigingen. Den besturen der resp. vereenigingen moet meer dan tot heden, bijgebracht worden bet doel, waarvoor zij werken. Deze heb ben immers de katholieke jeugd onder hun hoede waarvoor zij moeten waken. Hoog tijd wordt het daaraan meer de aandacht te schenken. Ha nog met eenige feiten te hebben aangetoond dat bij vereenigingen verkeer de club-idealen heerschen, welke funest werken, doet spr. een beroep op allen om de vereenigingen toch te stellen op een zuivere katholieke basis. (Applaus). De Voorz. dankt spr. hartelijk voor bet gesprokene en spoort allen aan op 14 Aug. op het Leid en-terrein aanwezig te zijn. Daarna deelt hij mede dat voor het vol gende seizoen als Jundoren-Oompetitielei- der zal fungeeren den heer H. van Haas teren. Voorts werd, naar aanleiding van een verzoek uit de vergadering, besloten een bijeenkomst te houden half September voor heeren scheidsrechters en belang stellenden, waar dan de spelregels zullen worden behandeld. Nadat de Voorz. nog een beroep had gedaan op allen, om mede te werken tot het aanwerven van scheidsrechters voor de Junioren-Competitie, sloot hij deze goed geslaagde vergadering met een woord van dank aan allen voor hun op komst, op de gebruikelijke wijze. DAMMEN DAMCLUB „GEZELLIG SAMENZIJN". Voortgezette borden-wedstrijdea Dingjan'Wegman 02 v. d. VeerVeelenturf 02 Geerlingsde Jeu 02 A. ter HaarBerenfinger 20 v. Dijkv. d. Veer 20 v. DaalenW. ter Haar 20 de JeuBerenfinger 20 v. Daalenv. d. Veer 20 W. ter Haarv. Bakkum 02 v. DaalenBerenfinger 20 2e Rtonde. v. BakkumVerver 02 BekkerWegman 20 de JeuVeelenturf 20 v. Ba-kelBerenfinger 20 GeerlingsKlein 02 v. Dijkv. d. Veer 11 de JeuA. ter Haar 20 Geerlingsv. Bakel 20 KleinV eelenturf 11 v. Dijkde Jeu 02 A. ter HaarKlein 20 v. BakkumBekker 02 Geerlingsv. Dijk 11 Veelenturfv. d. Veer 20 v. DaalenW. ter Haar 02 Stand der in le ronde gespeelde partijen. gesp. gew. verl. 1. p. Klein 20 11 6 3 25 A. ter Haar 17 11 4 2 24 de Jeu 12 10 2 22 Jansen 16 9 3 4 22 Dingjan 18 10 1 1 21 Verver 16 10 5 1 21 Geerlings 16 10 5 1 21 Veelenturf 17 10 6 1 21 v. Daalen 17 10 7 20 v. Bakel 18 8 7 3 19 v. d. Veer 15 7 7 1 15 W. ter Haar 14 5 5 1 14 Bekker 19 6 12 1 13 v. Bakkum 17 5 10 2 12 Rumpt 6 5 1 11 v. Dijk 18 4 11 3 11 Blijleven 9 3 4 2 8 Wegman 17 3 13 1 7 Berenfinger 10 3 7 6 v. Tongere'n 10 2 8 4 Goddijn 3 1 2 2 Brandt 15 15 1 1 Nog steeds bestaat gelegenheid voor E, K. damliefhebbers om lid te worden van G.S. Voor werkloozen is een uitzonderings contributie-regeling getroffen. Inlichtingen steeds bij C. v. Bakel, Lage Rijndijk 35 en 's Woensdags in zaal 2 E. K. Volksbond, Steenschuur. EEN ZAKENMAN zal vooral in dezen tijd de kooplust trekken door doel treffende reclame. Wat anderen er van zeggen DE LEIDSCHE LEENING VAN ZES TON Mijnheer de Redacteur. Het is inderdaad te betreuren, dat de Gemeente Leiden op minder voordeelige voorwaarden geld leende dan b.v. den Haag en Amsterdam. Meer te betreuren is het evenwel, dat dit feit den heer S. aanleiding gaf tot zijn critiek in uw blad van 9 Augustus. In deze tijden van malaise en ontevre denheid dient men met het schrijven van ingezonden stukken, welke daden van over heidspersonen hekelen, zeer voorzichtig te zijn. Het groote publiek en vooral de slacht offers van de crisis gelooven gaarne dege nen, die hun, onder den schijn van des kundigheid en op spontane manier, weten te vertellen, dat er toch maar met geld gesmeten wordt, terwijl op andere uitgaven voortdurend bezuinigd wordt. Door derge lijke lichtvaardige critiek helpt men het vertrouwen in de leiding van stad en staat ondermijnen. Teneinde de veel besproken leenings- affaire in het juiste licht te bezien dieue het volgende. Voor plaatsing op de open markt komt een leening van 600.000.slechts dan in aanmerking, indien rentevoet en aflossings condities den geldgevers voldoende com pensatie bieden voor de weinig verhandel baarheid der obligaties. Een vergelijking met de, nagenoeg ter zelfder tijd afgesloten grootere gemeente lijke leeningen gaat dus niet op. Geen grootbank of emissiekantoor zal een leening van 600.000.ten laste van een betrekkelijk kleine gemeente overne men of emiteeren op gelijke condities als leeningen ten laste van een der groote ste den. Spaarbanken of verzekeringsmaatschap pijen, welke in normalen tijd en dikwijls gadingmakend zijn voor dergelijke kleine leeningen, zijn in verband met de groote eischen, welke in dezen tijd aan hunne liqui diteit gesteld worden, niet aan de markt. Deze beleggen hunne vlottende middelen in sehatkistwissels met korten looptijd, wissels welke door de Nederlandsche bank in herdisoonto worden genomen e.d. en moeten zich da-n met een belangrijk lagere renteopbrengst tevreden stellen. Eest dus slechts de officieele en semie- offcieele instellingen welke optreden als geldgeefster. Bij deze instellingen komt het herhaal delijk voor, dat directe aanvragen van geldnemers worden afgewezen, terwijl de zelfde aanvraag nogmaals ingediend door tussebenkomst van een makelaar of bemid delaar, wordt ingewilligd. Hiervan den geldnemer een verwijt te maken, in dit ge val den betreffenden wethouder of de fi- nantieele commissie, is hoogst onbillijk. Ik kan den gea-chten inzender verzeke ren, dat in deze tijden de weinige geldge vers zeer terughoudend zijn en in verband met de groote vraag naar gelden, iedere offerte slechts gedurende zeer korten tijd bindend af geven. Het laten verloopen van den gestelden termijn had als gevolg kunnen hebben, dat de aangeboden gelden elders waren ge plaatst, vooral waar zoowel Eijk al>s Ge meenten voortdurend 'groote geldbehoeften hebben. Door het tijdig accepteeren der aange boden gelden hebben B. en W. dus niet „de algemeene credietwaardigheid der ge meente naar beneden getrapt" doch zeer waarschijnlijk een daad van goed koop manschap gesteld. Indien B. en W. deze aanbieding hadden laten voorbij gaan zou momenteel op vrij wat onvoordeeliger voorwaarden moeten worden geleend. De heer S. zou dan gelijk hebben met zijne uitlating: „Intusschen toch wel treu rig". Ik dank u, Mijnheer de Redacteur, voor de verleende plaatsruimte en verblijf Uw Dw. W. SCHRANDT. Leiden, 11 Augustus 1932. Lammenschans weg 7. R. K. Volkspartij. Leiden, 10 Aug. 1932. Geachte (Redactie. Naar aanleiding van Uwe opmerkingen onder de ingez. stukken van de heeren C. Hensing en G. P. zou ik onderstaand gaar ne geplaatst zien, bij voorbaat dank. Ik begin dan met te vragen, of U Uw sophisme voor U wilt houden. Want de stukken van bovengenoemde heeren klop pen precies en er is geen tegenspraak in te ontdekken. Ook de heer Hensing zegt, dat U het doet voorkomen, dat waar voor de andere Kath. Nederlanders de omstandigheden de- zelfde zijn, deze (al of niet ter goeder trouw) dwalen. En waar U dat doet voorko men, dai.r uit Ge Uw beschuldiging, ge noemd in het stuk van den heer G. P., on danks Ge in 't begin van Uw redeneering vertelde, dat er geen kerkelijk bezwaar was, lid te zijn van de R.K.V.P., waar de heer H. U dankbaar voor was. Daér is een leem te in Uw betoog dat Ge door wijsgeerig- heid poogt te verdoezelen. Dus door Uw tweeslachtig antwoord, kan het niet anders, of er moeten schijnbaar twee (en wel meerdere) elkaar tegenspre kende lezingen kunnen gegeven worden. Meer wil ik hier niet over zeggen. Alleen nog dit: Als het den heer Lombert ernst was, de debatvergadering uit te stellen, dan had hij daar behoorlijk kennis van kuh- nen geven. Beleefdheid vóór alles. Om ook in 't kort den heer Streefland te antwoorden, zou ik willen vragen, hoe durft de heer Str. het bestaan, met een stervend kind van den heer de Bruin reclame te ma ken voor de kiesvereeniging (wat zeker geen beleediging is voor den heer de Bruin), terwijl hij beweert in een brief van 26 Juli 1932 gericht aan het bestuur van „St. Eloy" dat zijn persoonlijke meening is, dat hij van de kie-svereeniging niet veel goeds verwacht ten opzichte van de arbeiders, of juister ge zegd, de invloed van de arbeiders in de kiesvereeniging is nou niet zoo erg. Dat is niet grof? Hoe ik dat vind, zal ik maar voor mij houden, daar moet de lezer zelf maar over oordeelen. Hoogachtend, H. M. S w a a k. „Beleefdkied vóór alles", schrijft inzen der. W ij zullen zoo beleefd zijn, om aan zijn verzoek „of U Uw sophisme voor U wilt houden'', te voldoen. En wat ons betreft, hern in het bovenstaande het laatste woord geven. Red. Geachte Redactie. Gaarne wilde ondergeteekende u ver zoeken het volgende te willen plaatsen; daarvoor bij voorbaat mijn dank. In uw blad van Maandag 8 Augustus komt een stukje voor, getiteld „Grof" van de hand van den heer Streefland, geciteerd uit de „Volkskrant" van Zaterdag 6 Augus tus. Op de le plaats moet ik mijne verwonde ring uitdrukken, dat de Redactie van de „Leidsche Courant" zoo partijdig is, om dit stukje van den heer Streefland Maan dag al een plaatsje te verleenen, terwijl al voor den heer Streefland de heer C. Hen sing, secretaris onzer afd., een ingezonden •stuk ten uwen bureele had gedeponeerd. Met andere woorden de pijn. 100 abon- né's, welke lid zijn mn de E. K. Volkspar tij, worden dan maar straal genegeerd en stukken, die alleen gericht zijn op afbreken van bovengenoemde partij, wordt direct een plaats gegeven in het dagblad, ook van de leden der Volkspartij. Prosit. En dat terwijl ik de leden van ons er vooral op wijs het abonnement van hun katholiek dagblad nooit op te zeggen, zoo lang ons eigen dagblad geen feit is. Tot zoover. En nu een antwoord aan den heer Streef land. „Onze Vaan" schreef: Bot gevangen. De heeren van het bestuur van het E. K. "W. V. zijn op visite geweest bij den Minister-President. Wij hopen, dat de heeren er een vroolijken dag op Scheve- ningen aan vastgeknoopt hebben, om hun teleurstelling te vergeten, want zij zijn even wijs weggegaan, ale zij geko men zijn. Jhr. Ruys heeft maar één methode bij zulke vervelende visites: Ik zeg maar zóó, ik zeg maar niksOch, wat 'n politieke stumperde zijn de Bruin en c.s. toch maar ook in de Partij, die deze regeering ondanks- alles blijft steunen. Tot zoover! Nogmaals dankend voor de opname, teeken ik mij J. v. STRALEN, le voorz. R. K. Volkspartij Afd. Leiden. Wat het verwijt van partijdigheid be treft wij laten dat onbesproken. Ieder een begrijpt, dat we voor een stukje van enkele regels wel eerder plaats in de cou rant kunnen maken, dan voor enkele ko lommen copie. 't Bedoelde stuk van den heer C. H. is, zooals men bemerkt zal heb ben, reeds geplaatst. Wij gevoelen ons gedrongen, om te wij zen op de beteekenis van een groot cultu reel goed, van een christelijk beginsel: waardeering van ander er bedoeling en an- derer daden, voorzoover mogelijk. En 't wil ons voorkomen, dat men in de R. K. Volkspartij vaak wel erg te kort schiet in waardeering van de bekwame en toe gewijde leiders en voormannen der stands- en vakorganisatie onzer katholieke arbei ders. 't Zijn „politieke stumperde" Verder willen wij opmerken, dat 't vol komen waar is, dat „Onze Vaan" niet kon weten, dat de heer De Bruin een kind ster vend had dat dus, in ddt verband, dat orgaan geen enkel verwijt kan treffen en dat daarom, in dit verband, de kwalifica tie „grof" zeker onverdiend was-! Maar tóch kunnen wij dien uitroep van de „Volkskrant" begrijpen! Als men weet, dat een voorzitter van het R. K. Werk liedenverbond zooveel toewijding heeft voor zijn taak, als zoodanig, dat hij, hoewel zijn kind stervend is, een bespreking inzake de belangen der arbeiders niet wil verzui men als men d&t weet en men leest dan de smalende opmerking in het blad der E. K. Volkspartij over „een vroolijken dag op Scheveningen", van die „politieke stum- perds" als de Bruin c.s., dan iedereen zal 't begrijpen voelt men een veront waardiging in zich kroppen, dde een uitweg zoekt Wat den verderen inhoud van het inge zonden stuk betreft, stellen wij de vraag: of critiek op regeering of vertegenwoordi gers van de R. K. Staatspartij leiden moét tot afscheiding van de R. K. Staatspartij in een partij daarnaast? Natuurlijk niet! En daarom mag men die critiek den so cialen leiders en voormannen niet voor houden als een bewijs, dat zij eigenlijk ook naar de R. K. Volkspartij moesten overloo- pen! Ten slotte willen wij hier ook nog wel verklaren, dat wij voor de activiteit en de toewijding van den heer Streefland als se cretaris van den R. K. Volksbond waardee ring en respect hebben. Eed. RECHTZAKEN kende het hem ten laste gelegde. Wel had hij voor de etalage gestaan doch niet op de ruit geslagen. Getuige M. verklaarde, dat, toen hij met zijn vrouw aan heb eta- leeren was, verdachte voor zijn winkelraam stond en toen plots op de ruit sloeg, zoodat deze rammelde, blijkbaar met de bedoeling een relletje te veroorzaken. Op een vraag van den kantonrechter of het druk op straat en in $le omgeving was, moest ge tuige echter ontkennend antwoorden. Even eens moest hij ontkennend beantwoorden of hij geschrokken was. Na den slag had hij, aldus zijn verklaring, terstond de politie gebeld. De vrouw van den juwelier -ver klaarde in denzelfden geest.. Zelfs gooide deze er nog een schepje op door.te verkla ren, dat verdachte zou hebben geroepen: „Kom er eens uit". Waar echter verdachte had geslagen, bleek even een moeilijkheid voor getuige te zijn, doch tenslotte ver klaarde zij: hij sloeg overal. Op een vraag van den kantonrechter of zij geschrokken was, antwoordde zij bevestigend. Als slot verklaarde getuige bovendien nog, dat ver dachte hun reeds meer lastig was geval len, zoodat de inspecteur van politie reeds eerder bij den vader van verdachte was geweest. Wat verdachte en diens vader ter zitting aanwezig positief ontkenden. Wel, deelde de vader mede, is de inspecteur bij hem geweest, waarbij hij mij voor een privé- zaak verzocht eens bij den burgemeester te komen. Ja, zei getuige voort, de buren zijn ons niet gezind, omdat onze zaak goed gaat en hun zaken niet. Hierna werden de getuigen a décharge gehoord. Allereerst zekere B. De Kantonrechter weer deze ge tuige op den ernst van den eed, waarvan deze verklaarde zich volkomen bewust te zijn. Get. verklaarde, dat het geenszins de bedoeling was geweest een relletje te ver oorzaken. Wel verklaarde hij, dat het druk op straat was geweest en er zich veel pu bliek in de omgeving van de etalage van M. bevond. Verdachte stond echter gewoon te kijken met zijn handen in zijn zak, zooals hij veelal staat, doch hij heeft niets gedaan. Ook verklaarde' getuige, dat hij niets had gehoord of gezien, dat op de ruit was ge slagen. De volgende getuige J. G., die, eveneens op verzoek van verdachte was verschenim, verklaarde zeer positief, dat verdachte niet op de ruit had geslagen. Getuige had met verdachte gewoon voor de etalage- staan praten, doch van slaan had hij niets gezien, bovendien was niet afgesproken een relletje te veroorzaken, terwijl het bo vendien niet druk in de omgeving was ge weest; alleen liepen een paar kinderen in de omgeving. De familie M. stond, aldus getuige, ons uit.te lachen, waarop wij hen uitlachten. Blots verscheen echter de poli tie die verdachte wegliep en van wien ik later hoorde, dat M. had gebeld aan de politie omdat verdachte op de ruit zou hebben geslagen, wat echter absoluut in strijd met de waarheid is. Getuige M., daarna nog gehoord, bleef verklaren, dat verdachte alleen voor de etalage stond, ter wijl getuige G. pertinent bleef verklaren, dat hij samen met verdachte gelijk was komen aanwandelen en zij samen voor de etalage hadden gestaan zonder dat er ver der iets was gebeurd. De ambtenaar," hierop zijn requisitoir nemende, overwoog dat z.i. de voorkeur moest worden gegeven aan de getuigenver klaringen van M. en zijn vrouw, daar deze, volgens den ambtenaar, als zakenmensehen niet in strijd met de waarheid zouden ver klaren, daar zij hiermede niet de sympa thie der bevolking zouden verwerven. Bo vendien waren de getuigen a décharge fei telijk vrienden van verdachte, hoewel hij de waarheid van him verklaringen niet in twijfel wilde trekken, had. getuige B. ver klaard, dat het druk was geweest in de omgeving en getuige G. had verklaard, dat het niet druk was op straat. Blijkbaar was B. volgens hem dan ook pas later ter plaat se gekomen. Op alle welke gronden de ambtenaar gelet op de getuigenverklarin gen van M. en zijn vrouw het ten laste ge legde wettig en overtuigend bewezen acht te en een geldboete vorderde van 5. subs. 2 dg. De kantonrechter, direct uit spraak doende veroordeelde verdachte tot 3.subs. 2 dg. De juwelier, die hierop direct met zijn vrouw de zitting verliet, gevolgd door een groote schare van het publiek, werd buiten direct weer begroet met de woorden van Water! Water! L. v. E. had zich te verantwoorden we gens overtreding van de visscherijwet. In welke zaak 4 getuigen werden gehoqrd, die een en ander beyestigden. Eisch en uit spraak 20.subs. 4 dg. Als laatste zaak kwam aan de orde een zaak tegen C. W., die als bestuurder van een vrachtauto nabij de Postbrug de vei ligheid van het verkeer in gevaar had gebracht, door zekere v. d. N. aldaar ter plaatse aan te rijden. In de dagvaarding stond, dat verdachte L. v. B. zou hebben aangereden. Verdachte verkala'rde, dat hij N. vrij was gepasseerd doch later hoorde, dat hij hem met het achterste gedeelte van zijn wagen had aangereden. Hij had er echter niets van gezien. Een tweetal getui gen verklaarden conform het verbaal, waar op de ambtenaar tegen verdachte een geld boete vorderde van 15.subs. 5 dg. Uit sprak conform. Waar geen woonplaats van verdachten is vermeld is deze Alphen a. d. Rijn. OVERVAL DER INCASSO-BANK TE ROTTERDAM. De straf met 1 jaar verzwaard. Het Haagsch Gerechtshof vernietigde gisteren het vonnis der rechtbank te Rot terdam, waarbij de 21-jarige beelhouwer J. H. M,, die op 16 October j.l. met zeke ren B., een overval pleegde in het kan toor der Incasso-bank op den Goudschen Singel te Rotterdam, werd veroordeeld tot 4 jaar gevangenisstraf met aftrek van het voorarrest. Verdachte werd thans veroordeeld tot 5 jaar gevangenisstraf met aftrek van 10 i maanden voorarrest. Dit is alles wat „Onze Vaan" hier over schreef, en wat de „Volkskrant" onder bo venstaand opschrift deed schrijven en door den heer Streefland werd herhaald. Of dit nu zoo grof was, laat ik over aan het oordeel van den lezer, maar ergerlijk noem ik dit, dat de „Volkskrant" uit een kindersterfbed zelfs politieke munt meent te moeten slaan. De schrijver toch van het stukje in „Onze Vaan" kon niet weten, dat de Bruin een kind stervend had en het hierbij in het geding brengen komt zeker niet te pas. De heer Streefland leest de „Volkskrant" en zeker niet „Onze Vaan". Was dit zoo, dan zou zeker de heer Streefland meer dan eens gelezen hebben, hoe of daarin de lei ders der sociale organisaties en vooral de heer de Bruin worden geprezen om het werk wat ze doen op gebied der organisa ties, maar hun politieke werkzaamheden worden gecritiseerd en daarbij wordt geen blad voor den mond genomen. Trouwens dat deed de heer Lombert ook niet in een stuk, wat deze meende te moe ten plaatsen in dat zelfde blad. Voor den heer Streefland zou naast het lezen van de „Volkskrant", het lezen van „Onze Vaan" zeer aanbevelenswaardig zijn. De heer Streefland meene nu niet, dat op zijn advies alle leden der R. K. Volks partij die in de R. K. vakbeweging zijn, direct voor het lidmaatschap van boven genoemde partij zullen bedankenInte gendeel, a-1 langer hoe meer zien dezen in, dat de Regeering, die nog steeds rekent op den steun van de R. K. Kamerfractie, niet zóó hun belangen behartigt als de lei ders van de vakvereeniging zulks verlan gen. Nog in het zelfde nummer van de (R. K.) Volkskrant, waarin over „Grof" geschre ven werd, heeft de heer Streefland kunnen lezen, hoe of A(ndriessen) schreef over de houding van de regeering tegenover den toestand in de bouwvakken; hoe de re geering de loonen wilde omlaag drukken, ten bate van de kapitaalrente. Letterlijk schrijft deze toch: Een dergelijke rentevoet maakt zelfs een zeer belangrijke loonsver laging ten eenenmale illusoir. Terwijl de regeering verder verweten wordt, dat'de aangelegenheid niet ernstig wordt behandeld, dat tal van werken, die op uitvoering heeten te liggen wachten, en waarvoor credieten zouden worden ver strekt reeds zijn uitgevoerd en andere drie maal als verschillende werken worden ge noemd, terwijl steeds hetzelfde werd be doeld. Ook ondanks het adres, mede door den heer Streefland aan de raad onzer ge meente verzonden, zijn de werkloozenkas- sen van den bouwvakorganisaties nog steeds lekker uitgesloten van orisissteun, zoodat deze kassen thans gedeeltelijk geen uitkeeringen kunnen doen. De heer Streefland moge nu a-1 mee nen met deze grofheid de organisatie-men sehen van de R. K. Volkspartij weg te hou den, maar dezen hebben grootendeels hun vertrouwen verloren in deze regeering, KANTONGERECHT TE ALPHEN AAN DEN RIJN. Gisteren werd door het kantongerecht alhier een extra-strafzitting gehouden. Ais waarnemend kantonrechter fungeerde den heer G. E. Crone. Allereerst werd door den wnd. deurwaarder, den heer A. Looijen, uit geroepen de zaak tegen G. v. R., die in den avond, van 16 Mei j.l. als bestuurder van een vrachtauto onder de gemeente Ha- zerswoude aan den H. Rijndijk de vei ligheid van. het verkeer in gevaar had ge bracht door de wielrijder G. G. uit Bos koop en diens verloofde aan te rijden, waardoor laatstgenoemde in een langs den weg gelegen sloot tereoht was gekomen. Na de aanrijding was verdachte doorgere den. Ook nu was verdachte niet versche nen, zoodat verstek tegen hem werd ver leend. Als getuigen werden gehoord de ge noemde wielrijder en zekere B. v. d. L. en Adr. v. d. M. uit Hazerswoude, die in hun verklaringen een en ander bevestigden. De ambtenaar O. M. achtte door de verklarin gen van getuigen het feit wettig en over tuigend bewezen en eischte een geldboete van ƒ25.subs. 5 dg., bovendien met toe wijzing van G. zijn civiele vordering tot een bedrag van 15.Uitspraak conform. Ook in de volgende zaak tegen van E. was verdachte niet verschenen. Deze was ten laste gelegd overtreding van de vis scherijwet, hij zou n.l. op 19 Juni onder de gemeente Benthuizen hebben gevischt zonder vergunning, terwijl hij later, aldus de verklaring van den verbalisant, den rijksveldwachter A. K., een valsche of ver- vals-chte vergunning zou hebben vertoond. Eisch en uitspraak 10.subs. 4 dg., met vebeurd verklaring van het inbeslag geno men vischtuig. J. v. L. had op 14 Juli '32 te A a r lan de r ve en de veiligheid van het verkeer in gevaar gebracht als*" bestuurder van een vrachtauto en hierbij een driewielde wagen van zeker W. hebben stukgereden. Deze als getuige gehoord, zoomede zekere J. v. St., bevestigden een en ander. Uitspraak over eenkomstig den eisch, 25.subs. 5 dg. met toewijzing van W. zijn civiele vordering van 20. Straatschenderij. Inmiddels was de belangstelling op de publieke tribune belangrijk toegenomen voor de behandeling van de volgende zaak tegen zekere L., wien ten laste was gelegd straatschenderij, door op een etalageruit va,n den juwelier M. te Alphen a. d. R ij n te hebben geslagen of gebonsd. Het betrof hier een zaak van zooals gezegd den juwelier M., die, zooals men zich zal herinneren, reeds geruimen tijd op minder goede voet met zijn buren leeft. Wij herin neren slechts aan ons uitvoerig bericht omtrent de waterdemonstratie van onlangs. Als getuigen in deze zaak werden ge hoord genoemde juwelier en diens vrouw, terwijl verdachte een tweetal getuigen a, décharge naar voren bracht. Verdachte ont

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1932 | | pagina 12