DE WINKELSLUITING OP ZONDAG
IN DE GEMEENTE LEIDEN
DINSDAG 9 AUGUSTUS 1932
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. 7
VERBOUWING H.B.S. VOOR MEISJES.
Kosten 78.000 gld.
Gelijk bekend is werd in 1930, ter voor
ziening in bet toen aan de H.B.S. voor
Meisjes bestaande gebrek aan plaatsruim
te, overgegaan tot inrichting van een bij
bet gymnastieklokaal van die school behoo-
rende kleedkamer tot leslokaal, terwijl in
het volgende jaar een leslokaal op de zol
derverdieping werd bijgebouwd.
Toen reeds bestond bij B. en W. het voor
nemen bij den Baad een voorstel in te die
nen tot algeheele verbouwing van die
H.B.S. Inmiddels bleek, dat ook aan het
Gymnasium te weinig ruimte was. Bij do
overweging van deze zaken kwam bij B. en
W. het denkbeeld op, om, indien de onder
handelingen inzake de overneming door de
gemeente van het H. G. Weeshuis mochten
slagen, in dat Weeshuis, na verbouwing,
het Gymnasium to vestig&n en het alsdan
vrij komende Gymnasiumgebouw te be
stemmen tot H.B.S. voor Meisjes. Met de
uitwerking van dat denkbeeld, waarbij nog
kwam het opmaken van plannen voor de
stichting van een nieuw Weeshuis, ter ver
vanging van het bestaande, en dat noodza
kelijkerwijs ten gevolge had, dat de plan
nen tot verbouwing van de Meisjes H.B.ü.
werden opgeschort, is geruimen tijd gemoeid
geweest, terwijl de onderhandelingen in
zake de overneming van het Weeshui9
thans nog niet tot een definitief resultaat
hebben geleid.
Nu echter door de zeer ongunstige tijds
omstandigheden voorloopig aan de uitvoe
ring van dit veel omvattende plan naar
onze meening niet kan worden gedacht en
de voorziening in de behoefte aan vergroo
ting van de H.B.S. voor Meisjes intusscken
zeer urgent is geworden, moet deze voor
ziening, aldus B. en W., worden los ge
maakt van de plannen in zake het Gymna
sium.
Het totaal aantal leerlingen van de Meis
jes H.B.S., dat in 1928 99 bedroeg, steeg in
1929 tot 116, in 1930 tot 138, in 1931 tot 182
en zal, naar het zich thans na gehoudeu
toelatingsexamen, waarvoor zich 86 candi-
daten aanmeldden, alsmede 9 voor hoogere
leerjaren laat aanzien, met ingang van
den nieuwen cursus, ruim 210 bedragen,
zoodat het totaal aantal leerlingen derhal
ve in drie jaren meer dan verdubbeld is.
Waar, gelijk boven gezegd, door B. en W.
in 1930 reeds algeheele verbouwing van de
school noodig werd geoordeeld, behoeft de
noodzakelijkheid van spoedige vergrooting
van die H.B.S., gezien de zeer belangrijke
toeneming van het aantal leerlingen sinds
dien tijd, nu geen nader betoog, aldus B.
en W.
Volledigheidshalve merken en W. nog
op, dat, afgescheiden van de vraag of het
gemotiveerd zou zijn maatregelen te bera
men tot beperking van den belangrijken
aanwas van de bevolking van deze school,
zulks op grond van de wettelijke voorschrif
ten niet mogelijk is.
Ter toelichting van het plan tot verbou
wing van de H.B.S. voor Meisjes deelen
B. en W. mede, dat bij dat plan, behalve
met de behoefte aan uitbreiding van
schoolruimte, rekening is gehouden met de
omstandigheid, dat een aantal lokalen en
andere ruimten thans niet aan het doel be
antwoorden of te gering in aantal zijn, dat
het gebouw niet aan bekoorlijke eischen
van brandveiligheid voldoet en dat de staat,
waarin het gebouw verkeert, noodzakelijk
verbetering behoeft. In het plan is opge
nomen het aanbrengen van centrale ver
warming en van een rijwielen bergplaats.
Aangezien de ruimte in het gebouw, thans
ingenomen voor woning van den concierge,
dienstbaar moet worden gemaakt aan de
vergrooting van de schoolruimte, bevat het
plan voorts de stichting van een nieuwe
conciërgewoning op het terrein van de
school aan de Raamsteeg.
Door de- verbouwing zal het aantal lo
kalen worden vermeerderd met twee gewo
ne leslokalen en een lokaal voor natuurlijke
historie. Ter verbetering van den opgang
naar de verdieping en mede met het oog
op brandgevaar is gerekend op het aan
brengen van een tweede trap en vak een
directe verbinding met de Raamsteeg. Ver
der zal de hoofdtrap worden doorgetrok
ken tot de zolderverdieping en zullen ver
schillende lokalen worden verschikt.
De kosten van het geheele plan worden
geraamd op 78.000.
Leeraren Gymnasium.
Met het oog op het aantal in den a.s.
cursus te geven lesuren is het noodig de
hierna onder I genoemde leerkrachten aan
het Gymnasium, welke verleden jaar voor
den cursus 19311932 zijn benoemd, ook
voor den cursus 19321933 als zoodanig te
benoemen.
Voorts ware over te gaan tot het geven
van een vaste aanstelling aan Ir. A. A. La-
gaay en Mej. G. H. Los, thans tijdelijk lee-
raar (leerares) onderscheidenlijk in de wis
kunde en in de lichamelijke oefening.
B. en W. geven in overweging:
I. te benoemen tot tijdelijk leeraar (lee
rares) aan het Gymnasium voor den cursus
19321933: in de oude talen W. Wiersma,
in het Fransch Mej. A. M. M. Smit, in de
geschiedenis Dr. R. E. Dinger Hatting, in
het Hebreeuwsch Mej. C. E. te Lintum;
II, te benoemen tot leeraar (leerares) aan
het Gymnasium: in de wiskunde Ir. A. A.
Lagaay, in de lichamelijke oefening Mej.
G. H. Los.
In verband met de uitbreiding van het
aantal klassen is voor den a.s. cursus noo
dig de benoeming van een nieuwen leeraar
in de oude talen. B. en W. bevelen aan:
1. J. A. G. van der Veer, te Hilversum, 2.
Mej. L. De Haas, tijdelijk leerares aan het
Vossius-Gymnasium, te Amsterdam.
Leerares H.B.S. met 5-jarigen cursus.
Met verwijzing naar de missives van den
Directeur der Hoogere Burgerschool met
vijfjarigen cursus, betreffende de aanstel
ling van tijdelijke leerkrachten aan die in
richting van onderwijs geven B. en W. in
overweging mevr. W. H. van DamNeder-
hoed, mej. L. O. J. Wery en den heer D. G.
Magé voor den duur van den cursus 1932
1933 opnieuw te benoemen aan de Hoogere
Burgerschool met vijfjarigen cursus tot
resp. tijdelijk leerares in Engelsch, tijdelijk
leerares in Duibsch en tijdelijk leeraar in
aardrijkskunde en geschiedenis.
Leeraar Lichamelijke Opvoeding.
In verband met het aan den heer A.
Sohwantjes verleend ontslag is het noodig
aan de Kweekschool voor Onderwijzers en
Onderwijzeressen eene voorziening te tref
fen voor het onderwijs in de lichamelijke
oefening, welke naar het B. en W. voor
komt ook thans weder voorloopig tijdelijk,
tot wederopzeggens dient te zijn.
Voor de benoeming ran een tijdelijk lee
raar in de lichamelijke oefening aan de Ge
meentelijke Kweekschool voor Onderwijzers
en Onderwijzeressen bieden zij de volgen
de voordracht aan: lo. H. Kühler te Am
sterdam, 2o. A. Verschoof te Rotterdam.
Onderwijrar Lichamelijke Opvoeding.
Tengevolge van het aan den heer A.
Schwantje verleend eervol ontslag, moet
worden voorzien in de betrekking van on
derwijzer in de lichamelijke oefening bij het
openbaar lager onderwijs alhier.
B. en W. bieden daartoe de volgende
voordracht aan: lo. H. Kühler te Amster
dam; 2o. A. Verschoof te Rotterdam; 3o
W. C. Kornmann te Haarlem.
Geneesheer Gestichten.
In de Raadsvergadering van 20 April 1931
werd do heer N. Ver we ij benoemd tot 2en
geneesheer aan de gestichten „Endegeest'',
„Voorgeest", en „Rhijngeest", onder bepa
ling dat de benoeming zou gelden voor één
jaar, ingaande 1 Juni 1931.
B. en W. stellen thans voor den heer N.
Verweij in vasten dienst te benoemen tot
Sen geneesheer aan de gestichten „Ende
geest", Voorgeest" en „Rhijngeest" en te
bepalen, dat deze benoeming geacht zal
worden te zijn ingegaan op 1 Juni 1932.
Wijziging verpleeggelden „Rhijngeest".
In het feit, dat 2 k 3 groote kamers van
de le klasse van het sanatorium „Rhijn-
geest"voortdurend onbezet zijn, heeft de
Geneesheer-Directeur aanleiding gevonden
voor te stellen die kamers voor de verple
ging van twee patiënten in te richten en
in verband daarmede een verlaagd tarief
in het leven te roepen. Met dit denkbeeld
heeft de Commissie voor de Gestichten zich
kunnen vereenigen; ook toch naar hare
meening moet het voortdurend onbezet zijn
van deze kamera toegeschreven worden
aan de hooge kosten daarvan, welke 10.
en 11.per dag bedragen. Verwacht mag
dus worden, dat een verlaagd tarief, het
welk door verpleging van 2 personen in
één kamer mogelijk wordt gemaakt, op de
bezetting van die kamers een gunstigen
invloed zal hebben. Dit tarief ware per pa
tiënt op 6.per dag te stellen.
Daarentegen kunnen de kosten van de
kleinere kamers der le klase, welke 7.
en 7.50 per dag bedragen en welke in ver
gelijking met de kosten van een afzonder
lijke kamer in de tweede klasse A te laag
zijn deze bedragen ook 7.per dag
zonder bezwaar bot 8.verhoogd worden.
Als gevolg van een en ander zullen de
prijzen van de kamers der le klasse, wel
ke thans 7.7.50, 9.10.en
11.per dag bedragen (de prijzen ge
durende de eerste veertien dagen der ver
pleging blijven buiten beschouwing), kun
nen worden vastgesteld op resp. 8.
9.en 10.bij gebruik van een afzon
derlijke kamer en op 6.per dag bij ver
pleging van twee patiënten in één kamer.
Nu de verordening zal behooren te wor
den gewijzigd, worden ook nog eenige an
dere punten voor herziening voorgedragen.
Overname grond en sloot.
In verband met be- en verbouwing ter
plaatse, dienen de hieronder genoemde ge
deelten grond en sloot aan de gemeente
te worden overgedragen.
B. en W. geven in overweging te beslui
ten kosteloos in eigendom en onderhoud
bij de gemeente over te nemen:
a. van de Naamlooze Vennootschap
„Leidsche Exploitatie-Maatschappij van
Onroerende Goederen", gevestigd te Lei
den, de strook grond, ter grootte van pl.m.
503 M2., deel uitmakende van de perceelen,
kadastraal bekend gemeente Leiden, sectie
P, Nis 1762 en 1755, gelegen aan de Tessel-
echadestraat en aan de Öpieghelstraat;
b. van Jac. Kukler Hzn., te Leiden, het
6trookje grond, ter grootte van pl.m. 0,7 M2.,
deel uitmakende van het perceel, kada
straal bekend gemeente Leiden, sectie H,
No. 3511, gelegen aan den Stillen Rijn, hoek
Vrouwensteeg;
c. van Th. G. Barthen Sr., te Leidon,
het strookje grond en sloot, ter grootte van
pl.m. 50 M2., deel uitmakende van het per
ceel, kadastraal bekend gemeente Leiden,
sectie M, No. 4836, gelegen aan de Rijn- en
Scbiekade.
Straat-namen.
Het is noodig aan enkele nieuwe straten
namen te geven.
B. en W. geven derhalve in overweging
aan elk der hieronder genoemde Btraten
den daarachter geplaatsten naam te ge
ven:
I. de straat tusschen den Hoogen Rijn
dijk en de Fruiustraat, ten Z. O. van den
Zoeterwoudschesingel P. J. Blokstraat;
II. de straat, uitkomende op den Zoeter-
woudscheweg, ten Z.W. van de Groentevei
ling Torna tenstraat;
III. de straat, uitkomende op de onder
II bedoelde straat en evenwijdig loopende
met den Zoeterwoudscheweg Meloen
straat;
IV. de straat, uitkomende op de Crone-
steinkade en loopende langs de Stadsmo-
lensloot Van den Brandelerlaan.
Voorstel, om de bestaande bepalingen betreffende
Zondagssluiting te handhaven. Banketbakkers
winkels Zondags open van 10 tot 2 uur. Open
op 3 October tot 12 uur. Een verplichte middag
sluiting voor de kappers?
leiding van het in art. 5 bepaalde, voor het
venten op 3 October een analoge regeling
getroffen.
Naar aapleiding van het praeadvies van
Burgemeester en Wethouders op verschil
lende adressen in zake de winkelsluiting
zijn nog enkele voorstellen on adressen in-
Zooals bekend, is op 1 Mei 1932 in wer
king getreden de Winkelsluitingswet, ten
gevolge waarvan kwam to vervallen de ver
ordening van 10 Juli 1931 op de winkel- en
bedrijfssluiting en de bezorging van waren,
laatstelijk gewijzigd bij verordening van 30
April 1928
De Commissie voor de strafveiordening
heeft overwogen, of en, zoo ja, op welken
voet van de bevoegdheid, door Je genoemde
wet aan de gemeenten toegekend tot het
maken van afwijkende regelingen, door do
gemeente Leiden zou moeten worden ge
bruik gemaakt. Daarbij doet zij opmerken,
dat zulks alleen dan mogelijk is, indien bij
zondere omstandigheden de afwijkende re
gelingen gewenscht maken.
Het komt de commissie voor, dat inder
daad voor de gemeente Leiden bijzondere
omstandigheden aanwezig zijn, welke tot
het maken van afwijkingen van de W:nkel-
sliytingswet aanleiding geven. Zij is van
gevoelen, dat in de eerste plaat .le bepa
lingen van de vervallen verordening op de
winkelsluiting, voor zoover deze naast de
wet nog van belang zijn, in een nieuwe ver
ordening dienen te worden gehandhaafd.
Deze bepalingen toch, welke voor een groot
deel op verzoek of met instemming van de
belanghebbenden zijn vastgesteld, hebben
geruimen tijd gegolden, zoodat men er ge
heel op ingesteld is en zij in het stadsleven
hebben wortel geschoten. Er schijnt de
Commissie dan ook alles voor te zeggen op
dit punt van de in de wet gegeven bevoegd
heid gebruik te maken. De bepalingen,
welke zij op het oog heeft, zijn die betref
fende den verkoop en de bezorging van
melk, bier, limonade en mineraalwater op
Zon- en feestdagen, alsmede die betreffen
de water- en vuurneringen en den verkoop
van geneesmiddelen en dergelijke en van
waren op geneeskundig voorschrift.
Daarnaast heeft de Commissie een rege
ling ontworpen nopens de winkelsluiting en
het venten op den dag van het 3-October-
feest, voor welken dag onder de vervallen
verordening Burgemeester en Wethouders
ontheffing plachten te geven van de bepa
lingen dier verordening.
Vervolgens heeft zij eenige bijzondere af
wijkingen voorgesteld naar aanleiding van
in ingekomen adressen van belanghebben
den of anderzins onder haar aandacht ge
brachte bijzondere omstandigheden.
Ter nadere toelichting van een en ander
het volgende.
Melkwinkels.
Art. 1. Dit artikel betreft de sluiting
op Zon- en feestdagen voor melkwinkels.
Ingevolge art. le der oude verordening
mochten deze winkels des Zondags, den
Nieuwjaarsdag, den Hemelvaartsdag en den
eersten Kerstdag slechts geopend zijn van
71/J10 uur v.m. en van 68 uur n.m., be
halve voor den verkoop uitsluitend voor ge
bruik ter plaatse van verkoop. De wet geeft
voor deze winkels alleen een bijzondere re
geling voor de sluiting op Zondagen, en wel
in dier voege dat zij tot 12 uur 's middags
geopend mogen zijn, doch uitsluitend voor
den verkoop van melk en room.
De Commissie heeft de bepaling der oude
verordening gehandhaafd, waarbij echter
•de redactie, in verband met de wet, eenigs-
zins moest worden gewijzigd.
In het ontworpen derde lid behouden
Burgemeester en Wethouders de bevoegd
heid tot ontheffing op grond van bij-zondere
omstandigheden, als hoedanig bijv. te noe
men zijn buitengewone warmte dés zomers
en het geval, dat 1 Januari of 25 December
op een Zaterdag of Maandag vallen waar
door er twee „Zondagen"' achter elkaar zou
den zijn.
Bier- en limonade-fabrieken.
Art. 2, betreffende de sluiting op Zon- en
feestdagen voor de zaken van bier- en li-
monadefabrieken en mineraalwaterfabri-
kanten. De regeling der oude verordening
was analoog aan die nopens melkwinkels,
behoudens dat de hier bedoelde zaken
slechts van 710 uur vxn. geopend mochten
zijn en dat de bepaling niet zou gelden voor
den verkoop van ijs en koolzuur. De wet
houdt geen speciale regeling voor deze za
ken in, zoodat de Zondagsluiting daarop in
vollen omvang van toepassing is, behalve
wat den verkoop van ijs aangaat, welke in
gevolge art. 3 lid 1 onder geheel buiten do
wet valt.
De Commissie heeft ook hier de bepaling
der oude verordening overgenomen, behou
dens dat zij den verkoop van ijs, evenals
de wetgever gedaan heeft, geheel buiten
beschouwing heeft gelaten.
Banketbakkerswinkels.
Art. 3, betreffende de Zondagsluiting
voor banketbakkerswinkels en dergelijke.
De wet staat toe, dat deze winkels op Zon
dag gedurende ten hoogste 4 achtereenvol
gende uren tusschen 9 uur v.m en 8 uur
n.m. geopend zijn; de belanghebbenden zijn
overigens vrij deze uren zelf te bepalen. In
gekomen is een verzoek van belanghebben
den om deze uren te fixeeren, en wel op 10
uur v.m. tot 2 uur n.m. Waar te dezer stede
de bijzondere omstandigheid bestaat, dat er
enkele zaken zijn met een of meer filialen,
die derhalve door die filialen beurtelings
open te laten practisch den geheelen dag
geopend kunnen zijn, acht de Commissie
wel termen aanwezig om aan dit verzoek te
voldoen.
Fruitwinkels,
Art. 4. Dit artikel betreft de sluiting op
Zondag van fruitwinkels. De wet treft voor
deze winkels dezelfde regeling als voor i
melkwinkels (open zijn op Zondag alleen tot
12 uur 's middags, voor den verkoop van
fruit).
Een aantal belanghebbenden heeft er op
gewezen, dat deze bepaling voor Loiden
niet overeenkomt met de behoeften. Des
Zondags toch wordt veel versch fruit ver
kocht aan personen, die dien dag de pa-
tiënten in de verschillende ziekeninrich-
tingen gaan bezoeken. Vooral aan het Aca- j
demisch Ziekenhuis, waar de Zondagmid-
dag de voornaamste bezoektijd is. is de toe-
loop groot. In verband hiermede acht de
Commissie het wenschelijk de uren, waarop
fruitwinkels voor den verkoop van fruit op i
Zondag geopend zijn, eenigszins te ver
schuiven en te stellen op II1/» uur v.m. tot
2l/j uur nun.
De 3de October.
Art. 5, de sluiting op 3 October. Zooals
gezegd, werd deze tot nog toe, ingevolge
art. 8 der oude verordening, door Burge
meester en Wethouders geregeld. De ge
woonte was het sluitingsuur dien dag te be
palen op 12 uur 's nachts. Aangezien do
aanwezigheid van bijzondere omstandig
heden voor Leiden op dien dag wel buiten
kijf is te achten, meent de Commissie, dat
de bestaande regeling dient te worden ge
handhaafd. Zij heeft daartoe de bepaling
ontworpen, dat de winkels op den dag,
waarop het 3-Octoberfeest wordt gevierd,
geopend zullen mogen zijn tot een door
Burgemeester en Wethouders vast te stel
len sluitingsuur; de tot dusverre gevolgde
gedragslijn in dezen zal aldus gehandhaafd
kunnen bl ij-ven.
Het bestuur <ler 3-Octobervereeniging
heeft in een schrijven verzocht het sluitings
uur op genoemden dag te bepalen op 1 uur
's nachts. Het komt de Commissie voor, dat
er geen aanleiding bestaat van de bestaan
de praktijk af te wijken, zoodat niet aan dit
verzoek moet worden gevolg gegeven.
Uitzonderingen.
Art. 6. Ingevolge de artt. 4. 5 en 6 dor
oude verordening waren de sluitingsuren
voor de winkels niet van toepassing op den
verkoop van waren op geneeskundig voor
schrift, op apotheken, voor zoover betrof
den verkoop van genees- en heelmiddelen,
heelkundige werktuigen en verplegingsar-
tikelen, op inrichtingen en localiteiten,
waarvoor bij andere verordening een slui
tingsuur is voorgeschreven, en op winkels
in de stations, terwijl water- en vuurnerin
gen voor den verkoop van water en vuur
twee uren vóór het vastgestelde uur, dus
om 3 uur v.m. mochten openen
Deze uitzonderingen zijn, voor zoover noo
dig, in art. 6 der ontwerp-verordening over
genomen.
Bezorgen van melk.
Art. 7. Dit artikel betreft de
van melk op Zon- en feestdagen. Deze was
volgens art. 7a der oude verordening ver
boden, behalve aan ziekenhuizen, gestich
ten en bakkerijen. Wordt thans geen spe
ciale regeling getroffen, dan zou ingevolge
art. 7 lid 3 der wet het bezorgen van melk
enz. op de bedoelde dagen geoorloofd zijn
van 71/»10 uur v.m en van 68 uur n.m.
De Commissie is van oordeel, dat ook hier
de vervallen regeling moet worden gehand
haafd.
Art. 8, betreffende bezorging van bier, li
monade en mineraalwater op Zon- en feest
dagen. Hiervan geldt m.m. hetzelfde als bij
art. 7 is opgemerkt.
Venten met bloemen.
Art. 9: venten met bloemen. Art. 8 van
de wet regelt het venten. Dit is in het alge
meen verboden gedurende den tijd, dat de
winkels gesloten moeten zijn, dus den ge
heelen Zondag, des Zaterdags vóór 5 uur
v.m. en na 10 uur n.m. en op de overige
werkdagen vóór 5 uur v.m. en na 8 uur n.m.,
terwijl als uitzondering het venten met ge
ringe eetwaren op Zon- en feestdagen na 5
uur v.m. onbeperkt geoorloofd is.
De Commissie is van oordeel, dat deze
regeling voor Leiden in elk geval op één
punt aanvulling behoeft, n.l. voorzoover
betreft het venten met bloemen. Leiden
toch ligt in een streek, waar bij uitstek veel
bloemen worden verkocht. Ook afgezien van
den tijd der bloeiende bollenvelden, kan
men onze gemeente een centrum van bloem-
kweekerijen noemen. Uit den aard der zaak
wordt hier ter stede dan ook voortdurend
ook op Zon- en feestdagen, een levendige
straathandel in bloemen gedreven, hetgeen
mede in de hand wordt gewerkt door het
drukke bezoek aan de ziekenhuizen. Gezien
haar ligging, bestaat voor de gemeente Lei
den, aldus de Commissie, dan ook alle
reden om de wettelijke regeling voor het
venten met geringe eetwaren van toepas
sing te verklaren op het venten met bloe
men
Art. 10. In dit artikel wordt, naar aan-
Vergunning- en Verlofhouders.
In een adres verzoeken een tweetal ver-
gunninghouders-vereenigingen te bepalen,
dat slijterijen op Zondag geopend zullen
mogen zijn van 10 uur v.m. tot 2 uur non.
voor het verkoopen van alcoholhoudende
en alcoholvrije dranken. Ter adstructie van
dit verzoek betoogen adressanten, dat de
nieuwe (met 1 April 1932 in werking gotre-
den) Drankwet de splitsing tusschen tap- en
slijtvergunningen handhaaft, zoodat alleen
de slijterijen onder de Winkelsluitingswet
komen te vallen en dus op Zondag gesloten
moeten zijn, terwijl de houders van volledi
ge vergunningen op dien dag, zoowel zou
den mogen tappen als slijten.
Daargelaten nu de vraag, of inderdaad
van opheffing van de bovenbedoelde onder
scheiding tusschen de versohi Hondo vergun
ningen het gevolg zou zijn geweest, dat de
tegenwoordige slijterijen niet onder de wer
king van de Winkelsluitingswet zouden zijn
gevallen (hetgeen immers, blijkens art. 3
lid 1 onder c dier wet, van feitelijke om
standigheden den verkoop uitsluitend of
in hoofdzaak voor verbruik ter plaatse van
verkoop afhangt), kan de Commissie in
de aangevoerde argumenten bezwaarlijk bij
zondere omstandigheden, als bedoeld in art.
9 lid 1 der wet, zien: de gevolgen, door
adressanten aangewezen, zijn h.i. algemeen
en zullen zich overal in den lande voordoen.
De gemeente is derhalve niet bevoegd een
regeling, als gewenscht, te treffen. Boven
dien zij opgemerkt, dat de volledige ver
gunningen, waarvan adressanten in het 'bij
zonder de concurrentie vreezen, geleidelijk
uitsterven.
Hetzelfde kan gezegd worden, aldus de
Commissie, van hot voorstel van het lid
der Gemeenteraad E. J. Coster, hetwelk
een zelfde strekking heeft als het vorenge
noemde adres. Dit voorstel beoogt voor
slijterijen de Zondagsluiting op te heffen en
het sluitingsuur voor de>ze zaken op 31 De
cember te beaplen op 10 uur. Ook hier zijn
naar haar meening geen bijzondere omstan
digheden aan te wijzen om een dergelijke
regeling te rechtvaardigen.
In de derde plaats heeft de Commissie
eveneens het hierna afgedrukte adres van
de Verlof houders vereeniging „Hocares"
overwogen, waarin verzocht wordt te bepa
len, dat wjnkels, waarvoor een verlof A (d.i.
een verlof voor den verkoop van zwak-alco-
holischen drank) geldt, des Zondags ge
opend mogen zijn van 10 uur vjn. tot 2 uur
n.m. Ook hier kan zij echter geen bijzondere
omstandigheden zien, waarop een derge
lijke bepaling in hot licht van art. 9 lid 1
der Winkelsluitingswet, zou kunnen worden
gegrond. Zij moet daarom ook to dezen
aanzien afwijzend advisceren.
Ten slotte heeft de Commissie, zulks naar
aanleiding van een nader tot Burgemeester
en Wethouders gericht adres, opnieuw de
sluiting, krachtens art. 6 der Winkelslui
tingswet, op één middag per week van do
kapperszaken onder het oog gezien.
Kapperszaken.
Zooals men zich zal herinneren, heeft de
Raad een desbetreffend voorstel van Mr.
D. A. van Eek op 11 April 1932 verworpen.
Nader is ons thans uit een schrijven van
de Kappersvereeniging „Ons Belang", al
hier, gebleken, dat een belangrijk percen
tage van de te Leiden gevestigde kappers
patroons tegen het voorschrijven van ver
plichte sluiting hunner zaken op één mid
dag per week ernstig bezwaar heeft. Onder
deze omstandigheden meent de meerder
heid van de Commissie, dat, mede gelet op
het standpunt van de Regeering in zake de
toepassing van art. 6 der Winkelsluitings
wet een voldoen..o stc, ..e. aandrang uit .le
kringen der belanghebbende werkgevers
niet bestaat, zoodat zij geen vrijheid kan
1 vinden een regeling als hier bedoeld te ont-
werpen.
De minderheid van de Commissie ziet in
1 het bovenstaande geen voldoende aanlei-
ding om van het voorschrijven van verplich
te sluiting der kapperszaken op één middag
per week, hetgeen zij een wenschelijken
maatregel acht, af te zien.
Een adres van de baan.
De Nederlandfirhe Bond van Perso
neel in Overheidsdienst, verzoent aan
den r.i-ad, om te Le-ederen. dat het
aan den werkman bij den Reinigings
dienst, F. J. Brocaar, met ingang van
1 Mej j.l. verleend eervol ontslag wordt
opgeschort, totdat de Pensioenraad een
beslieeing zal hebben genomen omtrent
het door belanghebbende ingediende be
zwaarschrift tegen de beslissing van dien
Raad d.d. 22 Maart 1932, waarbij hij in
verband met het door de geneeskundi
gen uitgebrachte rapport, uit hoofde
van ziekten of gebreken voor de ver
dere waarneming van zijn betrekking
ongeschikt werd verklaard.
Blijkens van den Pensioenraad ont
vangen mededeeling d.d. 6 Juli j.l.,
heeft Brocaar echter inmiddels het be
zwaarschrift ingetrokken. Hiermede is
het verzoek om opsohorting van het ont
slag derhalve automatisch komen to
vervallen.