,EEN NOODSCHREEUW ZOO NOODIG
EEN SMEEKBEDE"
DONDERDAG 26 MEI 1932
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. 5
DE AANBIEDING VAN HET PORTBET VAN Mr. HARM
SMEENGE had Woensdagavond te Amsterdam plaats.
LEI DSCHENDAM.
HET MOOIE STADHUIS TE VEERE ie momenteel in res
tauratie. Een groote stelling is om het gebouw aangebracht.
H. K. H. PRINSES JULIANA heelt Woensdag een bezoek
gebracht aan de Zuiderzeewerken en aan de Wieringermeer,
alwaar zij de waterleiding van de Wieringermeer in gebruik
heeft gesteld. Het opendraaien van de hoofdkraan, door de
Prinses terwijl zij lachend naar een 30 meter hoog spuitende
fontein kijkt. Rechts de heer v. d. Bel en ir. A. Roebroek,
lid van de Wieringermeerdirootie.
CRISISVERGADERING VAN DE BOEREN EN TUINDERS.
FELLE AANVAL OP DE REGEERING.
De tijden van het genoeglijk voortrollen
de leven „des gerusten Lantmans" zijn
voorbij. Het leven van den Lantman rolt
nog wel, maar met een vaart omlaag, de
diepte in van een bijna onherstelbare
ruïne. Zoo oppervlakkig bekeken ziet het
buitenleven er nog zeer genoeglijk uit,
vooral in de maand Mei, maar de zorgen,
die het leven van boer en tuinder vergallen
en verbitteren maken de lentepracht in de
natuur tot een bediiegelijke schijn.
De boeren en tuinders hebben het
schraal. Om op den onhoudbaren toestand
in den land- en tuinbouw een schril licüt
te werpen, om de Regeering tot ingrijpen
te nopen, was gisterenmorgen door den
Ned. R. K. Boeren- en Tuindersbond te
's-Hertogenbosch een „crisisvergadering"
uitgeschreven. Uit alle gewesten van het
land waren de boeren en tuinders in groot
getal opgekomen.
De Regeering is tijdig gewaar
schuwd.
Na een kort openingswoord van voor
zitter Verheggen en een woordje van rector
Kok, die de vergadering opwekte op God
te vertrouwen, hield de heer Ruyter, secre
taris van den A.B.T.B. uit Arnhem een uit
voerige inleiding, waarin hij op de eerste
plaats het onhoudbare van de positie van
land- en tuinbouw demonstreerde. Spr. ci
teerde het woord van mr. Van Haastert,
dat door het vrij-toelaten van buitenland-
sche producten binnen onze grenzen
ons land was geworden „de vuilnisbak
van Europa". De schuld hiervan ligt
niet bij de Centrale land- en tuinbouworga
nisaties. Deze hebben de Regeering tijdig
gewaarschuwd, maar de Regeering zag lan
gen tijd niet, dat ingrijpen van hooger hand
noodzakelijk was. Het eerste wat de Re
geering voor den Akkerbouw deed, was
het indienen van de Tarwewet van 21-2-1931,
welke wet een zegen is geweest voor de
boeren. Het is alleen aan het krachtig op
treden van Minister Ruys geweest, dat
deze wet in de Tweede Kamer is aange
nomen.
Oprecht wilde spr. erkennen, dat het tot
Juni van het vorig jaar voor de Regeering
onmogelijk was een eenigszins ingrijpende
wet door de Kamers te doen aannemen.
De geheele linkerzijde en verschillende
vroegere coalitie-vrienden waren afkeerig
van een wijziging in onze handelspolitiek.
Dr. Posthuma!
Geheel wijzigde zich de houding echter
einde Juni 1931, toen de heer Colijn in zijn
bekende radiorede op 12 Juni over handels
politiek mededeelde, geen enkel lichtpunt
voor den landbouw op internationaal ter
rein te zien en zei, dat wij moesten reke
nen op langdurigen en uitgebreiden steun
voor de nationale belangen van den land
en tuinbouw.
Van toen af kon men verwachten, dat
door den nood gedrongen, vele voorstan
ders van den vrijhandel zouden meegaan
met onzen eisch: Meer actieve handelspoli
tiek. Zulks gebeurde inderdaad en behal
ve dr. Posthuma, die in dien tijd mededeel
de op de vergadering van den F.N.Z. spo
ren van zenuwachtigheid te ontdekken en
de Centrale Organisaties verweet, dat zij
teveel adressen om hulp aan de Regeering
zonden, kwamen ook de leden der z.g. neu
trale maatschappijen van landbouw tot de
meening, dat alleen wijziging in de han
delspolitiek ons kon helpen.
PATER VAN BOHEEMEN O.E.S.A.
die Zondag in de parochiekerk te Leid-
schendam zijn Eerste Plechtige H. Mis
opdraagt.
Om te watertanden
Om het praatje, dat in Frankrijk en
Duitsohland de boeren het ook slecht, zoo
niet slechter hebben, zijn de landbouw
organisaties een onderzoek gaan instellen
in Frankrijk, in de gemengde bedrijven.
Voor onze boeren om te watertanden!
Slechts een paar cijfers:
Varkens 70 cent per K.G.
Tarwe 15.— k f 15.50 per 100 K.G.
Suikerbieten van 16.tot 20.per
1000 K.G.
Aardappelen 4.— per 100 K.G.
Oonsumptiemelk van 1012 cent per
K.G.
Zuivelmelk 6J47 3^ cent per K.G.
De pachten bedroegen in deze gebieden
van 100 K.G. tot 250 K.G. tarwe per H.A.
(Dus 15.tot 40.per H.A.)
De loonen zijn ongeveer gelijk met ons
land. De sociale verzekeringen bedragen
10 pet. van het loon, waarvan de helft
wordt betaald door den boer en de helft
door den arbeider, doch de regeering neemt
voor de landbouwpremie het vier vijfde ge
deelte voor rekening van den Staat.
Ook Duitschland en Engeland bracht op
drastische wijze verandering in hun han
delspolitiek.
Na uitvoering geciteerd te hebben de
debatten in de Kamer over onze regeerings-
maatregelen, constateerde spr., dat de re
geering veelal achter de feiten aanliep.
Door het lange wachten met het wetsont
werp tot steun aan de melkveehouderij zijn
reeds millioenen verloren gegaan. Wat is er
verder gebeurd 1 Hot wetsontwerp met
steunmaatregelen voor de eierprijs ligt
reeds geruimen tijd bij de Kamer. Voor de
varken? niets! Voor de rogge niets! Voor
de tuinbouw niets! Voor de hypotheekboe-
ren niets!
De' boer voelt, dat hij wegzinkt in ellen
de, dat hij zijn bedrijf, zijn bestaan verliest.
En dan vraagt hij met bitterheid zich
af, als hij de Kamerverslagen leest, of de
Kamer nu niets beters te doen heeft, dan
te praten over contingenteeringsbesluiten
en te beraadslagen of de damesjurken naar
het gewicht of naar de waarde belast moe
ten worden. En dan leest hij, dat er een
ernstig debat gevoerd is of de jurken nu ze
dit jaar geen mouwen meer hebben in ge
wicht hetzelfde zijn gebleven nu de jurken
langer geworden zijn, waarbij een Minister
in vollen ernst opmerkt, dat zij ook bree-
dere zoomen hebben dan het vorige jaar!
Dan vraagt de boer....
Dan vraagt de boer zich af, waarom wij
in Nederland een Warenwet, een Melkbe-
sluit, Keuringsdiensten en veeartsen heb
ben voor rekening van den boer aan de
Zuivelfabrieken, om het vee op t. b. c. te
onderzoeken en streptococcen te jagen,
terwijl anderzijds toch onbeperkt binnen
kan komen Argentijnsche en Russische bo
ter om onze goede boter te beconcurree-
ren. Boter van welker bereiding men niet®
afweet! Of gelden alleen voor de Holland-
6che producten de eischen voor onze groo-
tere Volksgezondheidkundige belangen!
Dan vraagt de boer zich af, waarom hij
direct door de sociale wetten voor zijn ar
beider en indirect door alles wat hij noo-
dig heeft, zijn bedrijfskosten beduidend
ziet verhoogd, waarin de Regeering hem
niet beschermt tegenover buitenlandscue
concurrentie die deze lasten niet hebben.
Dan vraagt de boer zich af, waarom hij
de lasten der sociale verzekeringen moet
betalen, terwijl hij economisch zwakker is
dan de arbeider. Bedragen die hij niet kan
betalen, ze moet betalen en ze betaalt van
het geld wat hij ander® aan zijn leveran
ciers zou betalen, of waarmee hij zijn gezin
moet onderhouden.
De boer vraagt zich af, hoe men kan pra
ten over duurder worden van de prijzen in
de steden als de varkens een stuiver per
pond meer opbrengen. En hij gaat wrok
kend naar huis als hij een varken in de
stad aan een oude klant aflevert en tot de
ontdekking komt dat de keurings- en abat-
toirkosten, bijna net zooveel bedragen als
het geheele varken opbrengt.
De boer vraagt zich af, als bij in de
vleeschkeuringswet leest, dat de keurings
veearts bij de keuring voor het slachten
moet opletten of een varken „opgewekt"
kijkt en daarvoor zijn kosten betaalt, of hij
soms ook nog opgewekt moet kijken, nu bij
en zijn stand wordt afgeslaoht.
De boer vraagt zioh af waarom de ge
hate uitzonderingsbelasting, de grondbelas
ting blijft bestaan en waarom de grond die
thans bijna geen gebruikswaarde heeft hem
wordt aangerekend tegen een verkoops-
woarde, die met de gebruikswaarde niet
het minste verband houdt.
Zoo zouden wij kunnen doorgaan, maar
het is genoeg. De boer voelt dat hem geen
recht wordt gedaan en dat is het ergste
van al.
Het ergste van al, omdat hier en daar
de boer moede wordt en zich afvraagt,
waartoe een machtige R. K. boerenorgani-
satie dient als ons deze zelfs niet kan hel
pen!
En gelukzoekers gaan rond en trachten
de boeren te vangen onder de leuze één
groen front.
Wij 6taan aan den rand van den af
grond. Velen der onzen zijn niot meer te
helpen. Laat ons één zijn in deze bange
ure en tezamen traohten zoo te werkeu,
dat wij de ineenstorting voorkomen. Van
daag ga vanuit deze vergadering een nood
schreeuw om hulp over het land. Een nood
schreeuw, zoo noodig een smeekbede. Eerst
en voor alles tot de regeering. Verzaak re
geering uw plicht niet en Laat het boeren
volk niet ten onder gaan. Tot onzo volks
vertegenwoordiging. Geef toch de regee
ring de noodige inacht om daden te stel
len. Tot ons volk. VoLk van Nederland leef
niet langer ten koste van het loon van den
boer en zijn arbeider.
Ik zie aan mijn geest voorbijgaan, de
tienduizenden boeren en tuinders, die met
hun vrouw en kinderen, werken van den
vroegen morgen tot den laten avond. Ik
zie ze zorgen en wroeten, ik zie hun lichaam
gebukt van het vele werken, doch meer
nog van zorgen. Zoo was het en zoo zal
het blijven. Het leven van den landman is
sober en hard.
Maar in mijn geest zie ik hen ook in do
oogen. De oogen die altijd van tevredeu-
heid spraken, maar waarin thans wanhoop
ligt, die dof staan van de slapelooze nach
ten. De blik onzer leden die tot ons, de
leiders, gericht is en waarin bij sommigen
de vraag te lezen staat:
Kunt ook gij niets meer voor ons doen!
En dan aarzel ik niet op die vraag te
antwoorden: Wij kunnen niets meer!
Wij hebben do regeering en de volksver
tegenwoordiging gewaarschuwd toen het
tijd was. Wij hebben gesproken op de juiste
plaats en juiste tijd. Wij deden onze plicht.
God geve, dat de Overheid, regeering
en volksvertegenwoordiging zoo spoedig
mogelijk de noodige hulp geven om den
stervenden land- en tuinbouw te helpen tot
behoud van heel ons volk.
Vooral het laatste gedeelte van de zeer
uitvoerige rede van den heer Ruyter
te kwart voor 1 maakte spr. „Schluz"
werd onder klemmende stilte aangehoord.
Een lang debat.
In het debat, dat nu volgde en eenige
uren aanhield," hebben velen hun hart ge
opend, waarbij sommige sprekers wel al te
„openhartig" waren. Een van de sprekers
werd deswege door den voorzitter het
woord ontnomen!
De eerste spreker was do heer Smits van
Oyen uit Eindhoven, wiens betoog in hoofd
zaak hierop neerkomt: Een regeering, die
goed vindt dat een deel der bevolking
goedkoop leeft ten koste van hot andere,
dat is geen regeering! De inkomens in de
gemengde bedrijven blijven beneden de on
dersteuning van de werkloozen in de ste
den.
In 't korte overzicht gisteren in de krant
is onjuist weergegeven het gesprokene
door den afgevaardigde van Friesland
DE OVERSPANNING TE BARENDREOHT, die de verbinding zal vormen
tussöhen de twee 70 meter hooge pijlers van de nieuwe hefibrug is Woensdag
middag op de boog geplaatst, waarna het door een hulpconstructie zal worden
verbonden en dan omhoog geheschen worden. De brug bestaat uit twee ge
deelten, elk wegende 70.000 K.G.
DE WERKZAAMHEDEN VOOR DE NIEUWE VERKEERSBRUG OVER DE
WAAL bij Zaltbommel. Links de spoorbrug en rechts de nieuwe brug in wording
gezien vanaf W aardenbrug.