23ste Jaargang
DONDERDAG 19 MEI 1932
No. 7204
DAGBLAD VOOR LEDEN EN OMSTREKEN
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
BINNENLAND
^e£cldielie0oii^omt
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling
Voor Leiden 19 cent per week f2.50 per kwartaal
Bij onze Agenten 20 cent per week f 2.60 per kwartaal
Franco per post f 2.95 per kwartaal
Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met
Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent.
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 I
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per regel.
Voor Ingezonden Mededeelingen wordt
het dubbele van het tarief berekend.
Kleine advertentiën, van ten hoogste 30 woorden, waarin
betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en
verhuur, koop en verkoop f 0.50.
Dit nummer bestaat uit drie bladen
Onredelijke critiek.
„Het is de beste methode, om onredelijk
te zijn, als men niet .eens de feiten nagaat",
voegde Minister Verschuur gisteren wre
velig den heer Kortenhorst toe, die in de
Contingenteeringspolitiek niets goeds had
kunnen ontdekken.
De Minister wees er op, dat in bedrijfs
takken, waarin gecontingenteerd is, de
werkgelegenheid met 20 30 pet. is toege
nomen.
Wij kunnen voor dit alles verwijzen naar
het overzicht van onzen parlementairen
medewerker.
Hier willen wij er alleen even de aan
dacht op richten, hoe gemakkelijk men,
vooral in dezen tijd, in zijn critiek tot een
zijdigheid komt.
Iemand als de heer Kortenhorst heeft
deze fout blijkbaar niet kunnen ontwijken.
Het is een verkeerde voorstelling van za
ken, om, de politiek der regeering bespre
kend, alleen te wijzen op veronderstelde
of werkelijke tekortkomingen, en niet in
het licht te stellen, wat er goed is, de be
reikte resultaten.
Een dergelijke voorstelling van* wat er
gebeurt, is een voorlichting, welke door
haar eenzijdigheid ongegronde ontevreden
heid en onredelijken wrevel wekt.
En toch kan men zulk een voorlichting
dagelijks constateeren, aan alle zijden.
Maar zij, die in deze consciëntieus wil
len en moeten zijn, dienen toch allereerst
de voorzichtigheid te betrachten en
voordat zij critiseeren de feiten, alle,
na te gaan!
V Eerbied voor het leven.
De A. N. W. B. schrijft ons: „In de dag
bladen stond dezer dagen het bericht, dat
in het Limburgsche grensgebied op een
wielrijder, die zonder licht reed en niet op
eerste sommatie stopte, werd geschoten,
met het noodlottig gevolg, dat de kogel
hem doodelijk in het hoofd trof.
Dit hoogst tragische ongeval vestigt er
nogmaals de aandacht op, hoe noodzakelijk
het is, vooral in de grensstreek, bij elke
sommatie door bevoegde ambtenaren on
middellijk halt te houden. Kort geleden
hebben soortgelijke berichten over het
Duitsche grensgebied ons bereikt, in de
pers werd daaraan zelfs de gevolgtrekking
verbonden, dat men het publiek, en vooral
automobilisten, zou moeten afraden om
naar Duitschland te gaan; althans om daar
bij avond te rijden.
Het eerstgenoemde bericht bewijst in al
zijn tragiek wel, dat zulk een gevolgtrek
king wel wat heel sterk is. Door een droe-
vigen samenloop van omstandigheden kun
nen ook in ons eigen land dergelijke tragi
sche voorvallen plaats hebben. In het al
gemeen herhalen wij dan ook onzen raad,
om zoowel in binnen- als buitenland aan
sommaties van de ambtenaren onmiddellijk
gevolg te geven".
Deze waarschuwing van den A. N. W. B.
is op haar plaats.
Maar wij willen er aan toevoegen, wat wij
reeds deze week bij het desbetreffende
'bericht schreven: Is zulk een optreden van
de marecha»ssée gerechtvaardigd en ge
billijkt door de eisch van het algemeen be
lang? M.a.w. eischt het algemeen belang,
in casu het optreden tegen de smokkelarij,
dat er bij elke veronderstelling van een ver
grijp tegen de desbetreffende voorschrif
ten geschoten wordt; het leven van
iemand, die misschien booze plannen heeft,
wordt in gevaar gebracht? Men weet niet,
of degene, op wie geschoten wordt, inder
daad smokkelt of iets anders beoogt, of hij
veel of weinig smokkelt, of hij 't de eerste
keer doet en toch schiet men maar raak.
Als er door de marechaussee minder
bruut zou worden opgetreden, zou er
waarschijnlijk wat meer gesmokkeld wor
den.
Wij geven 't toe.
Er zou b.v. ook minder gestoien worden,
TWEEDE KAMER
MINISTER VERSCHUUR WIJST OP DE GOEDE RESULTATEN
DER CONTINGENTEERINGSPOLITIEK.
DR. KORTENHORST STELT DE REGEERING IN GEBREKE;
ZIJ CONTINGENTEERT TE WEINIG EN KOMT TE LAAT.
DE DAMESMODE AANLEIDING TOT STRIJD.
Al wederom werd heden een nieuw li'd
beëedigd, t.w. de heer Peereboom, de ein
delijk gevonden plaatsvervanger van domi
nee Lingenbeek. Of deze heer het jongste
lid van de Kamer is, weten wij niet; maar
hij ziet er ongetwijfeld het jongste uit; hij
zou best een laatste-jaars student kunnen
zijn.
De Communisten hadden alweer een on
derwerp om te interpelleeren n.l. de
moeilijkheden met de voedselvoorziening
in Nederlandsch Indië.
De heer W ij n k o o p achtte deze zaak
van zoo groote beteekenis dat hij zich,
evenmin als zijn partijgenoot de Visser
kon neerleggen bij de suggestie van den
voorzitter om deze zaak te behandelen bij
de eerlang te bespreken suppletoire begroo
ting van Koloniën. De heer Cramer
(S.D.A.P.), die dit voorstel van den voor
zitter zeer redelijk vond, kreeg natuurlijk
den wind van voren; maar de Kamer ver-
eenigde zich met 70 tegen 2 stemmen met
het voorstel van den voorzitter.
Bij de daarna volgende voortzetting van
het eindelooze Contingenteeringsfestijn was
ongetwijfeld de rede van den heer Kor
tenhorst (R.K.) het feit van den dag
De heer Kortenhorst kwam aan het woord,
nadat mej. de Jong (S.D.AP.) een zake
lijk en niet onsympathiek speechje had uit
gesproken, waarin zij zich vrijwel op het
standpunt der Regeering stlede. Weliswaar
betreurde zij het dat bij de contingentee-
ring van bovenkleeding noch degenen wa
ren gehoord, die alleen winkelier zijn, noch
de werknemers; en dat ook bij de verhoo
ging van het percentage der contingentee-
ring van damesconfectie van 50 op 621/t
de werknemers niet gehoord werden. Ware
dit wel gebeurd, de fout op dit stuk om
contingenteering van 50% op te voeren,
zou niet gemaakt zijn. Spr. erkende overi
gens, dat de invoer overmatig was, onder
meerdere tengevolge van exportpremies
toegekend door de Poolsche Regeering.
Ook legde zij er de nadruk op, dat de con
tingenteering van damesconfectie een nood
zakelijke aanvulling is van de contingen
teering van wollen stoffen. Was deze im
mers niet geschied, dan zou daardoor een
groote invoer hebben plaats gehad van
wollen stoffen in den vorm van vervaardig
de costumes, tengevolge waarvan de bui-
tenlandsche confectiefabrieken boven de
Nederlandsche bevoordeeld zouden zijn ge
worden. Even kreeg ook Dr. Yos een onaan
gename tegenspraak te slikken op zijne be
wering, dat gummijassen niet in het bin
nenland zouden worden gemaakt. Mej. de
Jong toonde aan, dat voor korten tijd Ne
derlandsche regenjassen zelfs een export
artikel vormden. Haar eenige voorbehoud
gold de contingenteering van schoenen.
Dan volgde de rede van den heer Kor
te n h o r s t (R.K.), die een weerklank was
van het Congres der TV. K. werkgevers en
feitelijk een ongesluierde aanval op het
Regeering&beleid. De heer Kortenhorst cri-
tiseerde in de eerste plaats de wijze waar
op in de Kamer de contingenteeringswetten
worden behandeld. Deze deed hem denken
aan een scheepsramp, waarbij aanmerking
gemaakt werd op de bemanning der red
dingsbooten omdat zij vergeten hadden
hun schoenen te poetsen. Men verwijt aan
het Congres der R. K. werkgevers en al
dergelijke uitlatingen, dat daardoor een pa
niekstemming wordt bevorderd, maar spr.
constateert, dat die stemming niet bevor
derd behoeft te worden, want dat zij er is.
Het beste bewijs daarvoor levert het een
stemmige manifest van boeren en in-
dustrieelen. Wij hebben nu 41/, maand toe
passing van de crisisinvoerwet, en spr.
vraagt zich af of deze wet was uitgevoerd
volgens de bedoeling en den noodtoestand
als ieder, die zich aan diefstal had schul
dig gemaakt, de kogel kreeg!
Maar er is toch een zeer kostbaar be-
schavingsgoedde eerbied voor het
leven.
En, dat tegen dien eerbied door het op
treden van de marechaussée wordt misdre
ven, staat o.i. onomstootelijk vast.
Wordt dat door een Christelijke regee
ring en een Christelijk parlement geduld?
des lands. Hij antwoordde op deze vraag
met te verklaren, dat de wijze van uitvoe
ring een bijna volkomen miskenning was
van hetgeen had behooren to geschieden.
De bescherming der betalingsbalans is
hoofdzaak, en overmatige invoer is
er, wanneer deze in verband met den
verminderden export onze betalingsbalans
in gevaar brengt. Spr. stelde de Regeering
in gebreke. Hij kon in haar beleid geen lijn
ontdekken. Zijns inziens had eerst een al-
gemeene contingenteering tot 100% moe
ten plaats vinden en had daarna moeten
worden onderzocht t.a.v, welk artikel men
verder zou gaan. Een tweede eisch bij de
toepassing der wet was, dat moest worden
gestreefd naar een herstel van het percen
tage van invoer, dat door uitvoer wordt ge
dekt. Dit percentage gaat juist sterk ach
teruit en in dit opzicht is de toepassing
een volkomen echec, omdat de contin
genteering zich uitstrekt tot te weinig ar
tikelen en omdat te lang getalmd is. De
Regeering let te veel op de belangen van
het buitenland en tengevolge daarvan
heeft onze industrie geen compensatie voor
het verloren exportgebied.
Nadat de heer K r ij g e r (C.H.) zijner
zijds de wijze van behandeling der contin
genteeringswetten had afgekeurd, welke hij
bescheiden pogingen noemde, en waarbij
hij het betreurde, dat de Regeering aan
geen volmacht was verleend, sprak de heer
Snoeck Henkemans (C.H.) een kor
te, onbeduidende en nietszeggende tegen
spraak aan het adres van den heer Korten
horst. Hij meende dat door beperking van
den import niet kon worden teruggewon
nen wat aan export verloren ging; dit was
echter ook niet door den heer Kortenhorst
beweerd. Ook de consequentie, dat deze re
geering de geheele productie en distributie
zou moeten regelen, wilde aan het verlan
gen van den heer Kortenhorst worden vol
daan, zal wel niet voor veel leden duidelijk
zijn geweest. Zijnerzijds beperkte hij zich
tot de vraag aan den Minister om bij con
senten geen bankgarantie te eischen. Ook
de heer van der Waarden (S.D.A.P.)
verzette zich tegen de interpretatie der
Crisisinvoerwet, door den heer Korten
horst. Deze wet is alleen tegen overmati-
gen invoer gericht. Zij mag alleen die be
drijfstakken behoeden, welke met onder
gang worden bedreigd, maar nimmer mag
zij een handelspolitiek instrument worden.
Het gaat echter juist om de vraag, wat on
der overmatigen invoer moet worden ver
staan en of niet bijna alle bedrijfstakken
die voor den export werken met ondergang
worden bedreigd.
Omstreeks 4 uur kwam eindelijke de M i-
nister van Economische Zaken
en Arbeid aan het woord. Deze begon
met den rechtmatigen klacht, dat bijna alle
sprekers, die zich tegen de voorgestelde
contingenteeringswetten hadden verzet,
wel op de klachten daarover hadden gelet,
doch niet op de bereikte resultaten. Uit de
cijfers toonde de Minister aan, dat tenge
volge van de contingenteering in de be
trokken bedrijfstakken de werkloosheid was
verminderd. Aan dit nuttig effect dat ver
prevaleert op de bezwaren, werd echter
nauwelijks aandacht geschonken. Als de Re
geering zich naar den wensch van hen, die
de uiterste voorzichtigheid met contingen
teeren willen betrachten, coulant betoont,
zooals zij bijv. deed bij het toelaten van
schoenen, dan richt iemand als Dr. Vos de
vraag tot haar: wat bereikt gij nu eigen
lijk met Uw contingenteering? Men spoort
de Regeering aan tot matiging, maar deze
aansporing is totaal overbodig. Met mati
ging schijnt hier wel weinig succes te be
reiken, want, als de ïv'egeering uiterst ma
tig is, verwijt men haar eigenlijk nog, dat
zij de wet toepast. Eerst eischt men snel
handelen, en dan maakt men aanmerking
op onvoldoende voorbereiding, ofschoon
deze uiterst voorzichtig was, men mag wel
zeggen: hyper Nederlandsch. Als in 1 op
de 100 gevallen eens iemand, die niet al te
eerlijk is, wat al te lang op een beslissing
moet wachten, dan maakt men aanmerking
op de administratie, ofschoon deze voor
beeldig is. Als de Regeering, om aan een
bestaande praktijk tegemoet te komen,
postpakketten tot 40 gulden van de contin
genteering uitsluit, dan weten de heeren
Vos en Oud daar geen woord, van waar
deering voor te vinden, maar alleen afkeu
ring omdat er ook misbruiken zijn, welke
spr. reeds bezig is te bestrijden. Zelfs de
achteruitgang van de export is ook al aan
de contingenteering geweten.
Wat de rede van den heer Kortenhorst
betreft, meent spr., dat deze mank ging aan
schromelijke overschatting van de baat,
welke uit regeeringsmaatregelen is te ver
wachten. De levensbelangen van ons volk
worden in hoofdzaak door het buitenland
bepaald; het motief van de betalingsbalans
is wel in de wet opgenomen, doch is niet
het hoofdmotief voor de Contingenteering.
Van een algemeene contingenteering van
100% zou de gevolgen niet te overzien zijn.
Spr. acht deze gevaarlijk tegenover het bui
tenland.
De Minister legden er den nadruk op, dat
men rekening moet houden met do reacties
in het buitenland.
Wat de wijze van behandeling van den
Kamer aangaat, daarin kon zij zich natuur
lijk niet mengen; de debatten waren hem
zeer aangenaam (gelach), maar dan moest
de Kamer zich niet gaan mengen in kleinig
heden als het percentage der Contingen-
teeringen. De Regeering denkt er niet aan,
een andere handelspolitiek binnen te smok
kelen. Wil zij die, dan zal zij er mee ko
men, of misschien wel mee gaan (gelach).
Het doel der Regeering blijft het weren van
abnormalen invoer. Doch bij de bepaling
van hetgeen abnormaal is moet rekening
worden gehouden met den nood der tijden
en met name met deze drie factoren: le
den invoer; 2e den uitvoer en 3e de con
sumptie. De Minister deed enkele toezeg
gingen, n.l. ten aanzien van de raadpleging
van belanghebbenden en inzake de uiterste
beperking bij den eisch van bankgarantie.
De Minister was tot ongeveer zes uur aan
het woord, zonder zichtbare vermoeidheid.
Van de Kamer kon echter niet hetzelfde
worden gezegd. En nog zijn wij niet aan
het eind.
VOORNAAMSTE NIEUWS.
BUITENLAND.
Onrust in Spanje. (2de blad.).
Bedrog en leugens in de Lindbergh-af-
faire. (Buitenl. Berichten 2de blad).
Circa 70 opvarenden van de „Georges
Philippar" worden nog vermist. (Buitenl.
Berichten 2de blad).
BINNENLAND.
De contingenteeringswetten aangenomen
(Laatste Berichten).
Wetsontwerp tot steun aan de zee
scheepvaart; oprichting van een financie-
rings-maatschappij met een kapitaal van
f 5 millioen onder rijkstoezicht voorgesteld
(lste blad).
Ernstige trambotsing te Rotterdam.
(Gem. Berichten, 3de blad).
Zijn blinden vader met een mes gesto
ken; drama te Roosendaal. Het slachtoffer
ernstig gewond. (Gein. Ber., 3de bind).
HET GEWIJZIGDE WERKTIJ
DENBESLUIT Bladz. 7
BESCHOUWING VAN ONZEN
LONDENSCHEN CORRES
PONDENT Bladz. 5
BOSKOOP.
GOUDEN HUWELIJKSFEEST.
DE CRISIS EN DE HARING-
VISSCHERIJ.
Reeders op audiëntie bij de Koningin.
Woensdagmiddag heeft H. M. de Ko
ningin ten paleize Noordeinde te den
Haag oen deputatie ontvangen uit het
hoofdbestuur van de Reedersvereeniging
voor de Nederlandsche Haringvisscherij.
Deze deputatie bestond yit de heeren
W. Richter Uittenboogaardt, voorzitter,
J. J. de Niet, Scheveningen, Job. Katan,
Vlaardingen, 0. den Duik, Katwijk.
Do heeren hadden een audiëntie aan
H. M. de Koningin verzocht in verband
met den noodtoestand van het Noord-
zee-haringvisscherijbedrijf. De wenechen
van de betrokkenen, tot uitdrukking ge
bracht in een adres aan den Minister
van Economische Zaken en Arbeid en in
een telegram aan de Regeering, werden
door de heeren nog eens naar voren ge
bracht en voor H. M. toegelicht.
De audiëntie duurde ongeveer een half
Het echtpaar N. BOSMAN—'VERMEIJ,
dat op 23 Mei a.a. z'n gouden huwelijks
feest viert te Boskoop.
GOUDEN HUWELIJKSFEEST.
Heden was het 50 jaar geleden
dat W. Verkolf alhier in het huwe
lijk trad met M. Bader. Beiden ver-
keeren nog in een uitstekende gezondheids
toestand. Het heeft hun dezen dag aan be
langstelling niet ontbroken. Onder hen die
persoonlijk hunne gelukwenschen kwamen
aanbieden behoorde ook het College van
Burgemeester en Wethouders.
Hot feest zal Zondag kerkelijk en hui
selijk worden gevierd.