HflRTEVELT'S JENEVER KERKNIEUWS Draagt onze Kousen Prima laddervrije zijden Kousen, 5% KORTING RECHTZAKEN VRIJDAG 13 MEI 1932 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD PAG. 9 TWEEDE KAMER DE TOEPASSING DER ONGEVALLENWET. NIEUW CONTINGENTEERINGSDEBAT. Zijne redevoering ter beantwoording van de sprekers voortzettend, betoogde de Minister van Economische Za ken en Arbeid, de heer V erschuur, dat er eenige punten zijn, waaromtrent de Kamer met 1P<7 stemmen een motie zou aan nemen. Deze punten zijn op de eerste plaats, dat moet worden vastgesteld, in welke mate de getroffene door een onge val dientengevolge invalide is geworden; vervolgens, dat na afloop van tijd moet worden nagegaan in hoeverre hij nog inva lide is en ten slotte dat er een recht spraak moet zijn. Zoodra echter de prac- tische toepassing dezer algemeen als juist erkende beginselen het geding komt, ontstaat er verschil van gevoelen. Dit is volkomen begrijpelijk omdat de personen, die door een ongeval worden getroffen, niet zoo zelden ook lichamelijke afwijkingen hebben, welke, evenzeer als een ongeval, duurzame lichamelijke ongeschiktheid tot werken kunnen veroorzaken. Wanneer dit nu het gevolg is van die afwijking en niet van het ongeval, dan kan het voorkomen, dat een niet deskundige verstomd staat over de toekenning van rente in het eene geval en weigering in het andere. Bij na der onderzoek blijkt dan echter wel, hoe oppervlakkig zulk een indruk is. Juist we gens de moeilijkheid om hier een oordeel uit te spreken, is het noodzakelijk, dat hiervoor speciale geneesheeren, die in deze zaken ervaring opdoen, worden aan gewezen. Natuurlijk moet dan de Regee ring waken, dat zij sleohts sociaal-voelen- de menschen voor deze functie aanwijst. Om te voorkomen, dat de arbeiders, dae door een ongeval worden getroffen, in een voor hen gevaarlijke rust vervallen, is her- sohatting der invaliditeit na bepaalde pe riodes noodzakelijk. Wat echter niet betee- kent, dat zij met herschattingen worden opgejaagd. Integendeel, in de laatste jaren hebben sociale overwegingen steeds groo teren invloed uitgeoefend op het beper ken van de frequentie der herschattingen. Al even moeilijk te beoordeelen als de mate van invaliditeit zijn simulatie en ag gravatie. De laatste zou bij ieder van ons voorkomen, wanneer wij in dezelfde om standigheden verkeerden als" de door een ongeluk getroffen persoon, die zijn toe stand veel ernstiger inziet, dan deze in werkelijkheid is. Dit zijn zeer trieste ge vallen, waarin echter de geneesheer moet waken tegen het laten spreken van zijn goed hart. Tegen een te harde beoordee ling bestaat voor de betrokkenen een vol doende waarborg in de adviezen van den huisarts, van deskundigen en den steun hunner organisaties. Spr- erkent, dat het sociale bij de toepas sing der wet de voorrang moet hebben bo ven het juridische. Dat de Rijksverzeke ringsbank zelf ook hiernaar streeft, blijkt wel uit het feit, dat op haar initiatief over leg is ingesteld met de Vakcentrale. Spr. is bereid te bevorderen, dat dit overleg zal plaats hebben in een permanent Colle ge. Ook wil hij doen onderzoeken, of er bepaalde gegevens zijn die een grondig onderzoek door een commissie zouden rechtvaardigen. Thans bestaat er nog geen reden voor zoo'n grondig onderzoek, de on zekere inhoud der moties wijst er voldoen de op dat de voorstellers daarvan zelf ook niet weten, wat onderzocht moet worden. Hij geeft him daarom in overweging hunne moties in te trekken. Ten aanzien van deze moties was de heer Heemskerk (A.R.) niet zoo mild gezind als de Minister. Hij vond beide volstrekt onaannemelijk, omdat zij een oensuur -vra gen op de rechtspraak, en daarmede de on afhankelijkheid der rechterlijke macht van de Regeering in gevaar brengen. Bij de replieken beantwoordde de heer Drop (S.D.A.P.) op de eerste plaats den heer Snoeck Henkemans, die, zooals men weet, verwezen had naar de resultaten der commissie-Kooien. Spr. was overtuigd, dat, nadat de vakbonden zich in de twintig sindsdien verloopen jaren, veel meer met de toepassing der Ongevallenwet hadden bemoeid, de resultaten thans geheel an ders zouden zijn. Erkennende, dat de ge neesheeren voor groote moeilijkheden staan, hield spr. niettemin zijn bezwaar staan de, dat veel te gemakkelijk louter op me dische gronden tot rentevermindering wordt overgegaan, met als gevolg zeer vaak ernstige zenuwstoornissen bij den be trokken patiënt, die immers in uiterst moei lijke omstandigheden verkeert, en de toe komst met vrees en beven tegemoet ziet. Aantasting van de rechtspraak was door den heer Ter Laan en door spr. niet be doeld en lag ook niet in hunne motie op gesloten. Alleen reeds de geweldige veran dering in de groepeering van de onkosten der Rijksverzekeringsbank als gevolg on derscheidenlijk van tijdelijke uitkeeringen voorloöpige renten en definitieve renten, kon een onderzoek rechtvaardigen. Spr. zou wel bereid zijn de zaak aan de Regeering over te laten, ware het niet, dat hem juist heden ter oore was gekomen, dat de werk gevers niet willen meedoen aan het over leg met de Rijksverzekeringsbank. Thans meent hij, dat een uitspraak der Kamer gewenscht is, weshalve hij zijne motie handhaaft. Ook de heer Kuipers (R.K.) was van meening, dat de door den heer Snoeck Henkemans gereleveerde, mislukking der Commissie-Kooien, niet kon bewijzen, dat in den huldigen toestand zooiets weer zou voorkomen. Tengevolge toch van de sedert 1916 sterk gewijzigde, bedrijfstechnische en sociale toestanden, zijn de klachten thans veel talrijker. En spr. kon verzekeren, dat een Commissie van Onderzoek thans over vloedig materiaal te barer beschikking zou krijgen. Teneinde tegemoet te komen aan de be zwaren van den heer Heemskerk, brengt spr. in zijn motie een wijziging, om buiten twijfel te stellen, dat geen censuur van de rechtspraak bedoeld was. Ook spr. hand haaft echter zijnerzijds zijne motie, tenein de bevrediging te kunnen brengen in die kringen, waaruit de klachten komen, en dit vooral nu het overleg tusschen Rijks verzekeringsbank en Vakcentrale in een impasse dreigt te geraken. Nadat nog de heeren S m e e n k, D r. Vos en K. ter Laan, gerepliceerd en de Minister van Economische Zaken en Arbeid gedupliceerd had, trokken zoowel de heer Kuiper als de heer Ter Laan, welke laatste zeer voldaan was over de toezegging van den Minister, hunne moties in. Daarna werd begonnen met de behan deling van de Contingenteeringswetten De- treffende schoeisel, tricot-goederen, wollen en half-wollen stoffen en bovenkleeding. Het is te voorzien, dat opnieuw een waar Contingenteeringsfestijn zal ontstaan. Het ie reeds begonnen met een redevoering van meer dan een uur van den heer IJ z e r- man (S.D.A.P.), die echter geen enkel nieuw gezichtspunt opende. Morgen zui len wij al de gemaakte opmerkingen in het overzicht samenvatten. PATER ANGELUS JURRIUS O.P. t De Provinciaal der Dominicanen plotseling te Nijmegen overleden. Donderdagmiddag om drie uur is te Nij megen nadat het H. Oliesel nog kon worden toegediend plotseling overleden de hoogeerw. pater Angelus Jurrius O.P., provinciaal van de Nederlandsche pro vincie der paters Dominicanen. De thans ontslapene werd den len Ja nuari 1876 te Nijmegen geboren. Hij stu deerde aan het St. Dominicus-college te Nijmegen, trad in de orde der Dominica nen den 12en September 1893 en werd den 12en Augustus 1900 door Mgr. van Baars, apostolisch-vicaris van Curagao tot pries ter gewijd. Na enkele jaren hoogere stu die aan de universiteit van Amsterdam, werd pater Jurrius in 1907 benoemd tot professor in de chemie en later tot novice meester in het Dominicanenklooster te Zwolle. In 1909 werd hij door Mgr. van de We tering benoemd tot inspecteur van het aartsbisschoppelijk schooltoezicht in de dekenaten Deventer en Zwolle en in 1910 tot adviseur van den bond van katholieke openbare onderwijzers in het Aartsbisdom Utrecht. Na de vervulling van deze belangrijke posten werd pater Jurius in Mei 1928 aan het hoofd gesteld van de Nederlandsche provincie der Dominicanen, die hij tot nu toe bestuurde. KAMPIOENEN DES GELOOFS. De Italiaansche kamer huldigt de missionarissen. Men schrijft ons uit Rome: Tijdens de debatten over de begrooting van buitenlandsche zaken bracht de afge vaardigde Sardi in de kamer hulde aan de Italiaansche missionarissen, waarmede de geheele kamer door een krachtig applaus instemde. Sardi wees op de groote gevaren, waar aan de Italiaansche missionarissen op het oogenblik vooral in China blootstaan en op de ontzaglijke offers, welke zij dagelijks brengen. Aan alle Katholieke missionarissen, ging Sardi voort, brengt de Italiaansche kamer hulde en zij spreekt haar bewondering uit over al het grootsche dat zij op allerlei ge bied hebben gepresteerd en nog presteeren. Zij zijn allen geloofshelden, ieder uur be reid tot het martelaarschap. Het past Italië echter, bovenal hulde te brengen aan den persoon van den aposto- lisohen delegaat in China, mgr. Celso Costantim. die sinds jaren niet alleen een licht der Kerk, maar ook een licht des va derlands is. De geschiedenis der Katholieke missiën in China, zoo besloot Sardi zijn rede, is met bloed geschreven en zal nooit uit de herin nering der menschheid worden weggevaagd. U BEHOEFT THANS GEEN MINDERWAARDIGE KWALITEITEN MEER TE KOOPEN Wij leveren U al onze kousen met meest volledige garantie ONZE GROOTE OMZET stelt ons in staat U thans aan te bieden: in alle moderne kleuren, voor slechts j ct. p.p. ENORME KEUZE in meer dan DERTIG KWALITEITEN van 45 tot 2.95 p. p. Bij drie paar, maten, kleuren en kwaliteiten dooreen 3887 Laat Uwe kinderen ONZE Kousen dragen. U heeft nimmer klachten, ende prijzen zijn zóóveel lager Haarl.straat hoek Donkersteeg 2-4-1 Sproeten komen vroeg in het voorjaar, koop tijdig een pot Sprutoï. Bij alle Drogisten 3858 VERDACHT VAN 18 BRAND STICHTINGEN. 65 glazen bier per dag. Voor de rechtbank te 's-Hertogenboscli stonden terecht de 26-jarige bakker H. V. en de 22-jarige tuinman G. P. v. d. L., beiden te Eindhoven, verdacht van 18 brandstichtingen. Beide verdachten bekenden. V. d. L. als getuige gehoord in de zaak tegen V. wist geen reden voor de brandstichting aan te geven. Hij dronk de laatste jaren veel, soms wel 65 glazen bier per dag. Hij was er gek van geworden. Hij zou in een delirium gehandeld hebben. De boerderijen wer den zoo maar aangestoken als men er voorbij kwam. Verdachte H. V. zeide, dat v. d. L. gezegd had, dat de rijke boe ren er maar aan moesten. Een 17-tal ge tuigen werd gehoord, die hoofdzakelijk inlichtingen gaven over de branden. De heer v. Berckel, ambtenaar der R. K. Reclasreering meende, dat V. gehan deld had onder den invloed van v. d. L. en dat er aanleiding was voor voorwaar delijke veroordeeling. Het O. M. begreep van verdachten niets; er was geen enkele reden voor de misdrijven. Zij pleegden die in dronken schap en alleen uit zucht om kwaad te doen. Spr. eischte tegen ieder 6 jaar ge vangenisstraf. DOODSLAG OP DEN SCHIEDAMSCHEN DIJK. De Rotterdamsche rechtbank heeft uit spraak gedaan in de zaak tegen den varensgezel L. v. 't Z. ged., die terecht gestaan had terzake van doodslag. Verd. had op den avond van den 24en Decem ber in een café aan den Schiedamschen dijk woorden gehad met de vrouw M. H. v. d. Zande. Plotseling had hij een mes te voorschijn gehaald en daarmee had hij haar negen steken toegebracht. De vrouw was op slag gedood. De rechtbank heeft hem wegens doodslag veroordeeld tot 8 jaren gevangenisstraf met aftrek der preventieve hechtenis. De eisoh van het O. M. was geweest 5 jaren Gefingeerde roofoverval. Voor de rechtbank te Roermond werd het onderzoek hervat tegen den gedeti neerden 24-jarigen drukkersgezel H. G. S. te Weert, verdacht van verduistering van ruim 300, welk bedrag hij ten be hoeve van den Ned. R. K. Grafischen Bond van de leden had geïnd. Deze ver duistering liep over 1931 en 1932, in wel ke jaren S. telkens kleine bedragen van de geinde gelden voor zich zelf had be houden en verteerd. Teneinde schoon schip te kunnen maken ensceneerde hij een roofoverval, welke op hem zou zijn gepleegd op 't oogenblik, dat hij het geld aan den penningmeester van den bond ging afdragen, doch tenslotte viel S. door de mand en bekende. Het O. M. eischte wegens verduistering en het doen eener valsche aangifte een jaar gevan genisstraf. DE LEIDSCHE NAAIMACHINE- ZWENDEL. TWEE JAAR GEëlSCHT. De Haagsohe Rechtbank behandelde gis teren de zaak tegen den colporteur A. M. en den naaimachinehandelaar H. J. V. bei- d ente Leiden, die betrokken zijn bij den geruchtmakenden zwendel met naaimachi nes. Deze vervolging was ingesteld op ver zoek van de Zweedsche hoofddirectie der Maatschappij „Husqvarna" na een bespre king met de Oommissie ter bestrijding van de uitwassen in het Volkscredietwezen te Leiden, waarvan de secretaris, de heer Th. J. van der Heijden, ter terechtzitting aanwezig was. I Beide zaken werden gevoegd. M. was niet verschenen; tegen hem werd verstek verleend. Door het O.M. waren 13 getuigen gedag vaard. De eerste getuige juffrouw N. zeide dat zij in overleg met verdachte M., een aan tal naaimachines op afbetaling had ge kocht. Zij deed zulks met behulp van haar 6 kinderen. Door M. was gezegd, dat de huurcontracten telkens met een andere naam moesten worden onderteekend. Getuige werden de contracten getoond, die door haar en haar kinderen ondertee kend waren. Zij verklaarde meer dan tien machines op deze wijze verhandeld te heb ben en het geld in haar huishouden te heb ben gebruikt. Door werkloosheid was zij over de bezwaren heengestapt. Zij kon niet verklaren door wien de biljetten waren ingevuld. Meestal zag getuige de machines niet, doch werden deze dadelijk weer aan V. van de hand gedaan die er ongeveer vijf tig gulden per stuk voor betaalde. President: U wist toch wel dat dit oneer lijk is Getuige: Het werd mij zoo gemakkelijk gemaakt M. bood ze aan en V. kocht ze. De volgende getuige heeft eveneens op deze wijze 5 machines gekocht. Een en an der ging met goedvinden van den chef- controleur S., den chef M. en den colpor teur 8. Haar werd ongeveer eenzelfde be drag betaald. Op de vraag van den president waarom get. zich hiertoe leende, antwoordde zij, dat toen zij er eenmaal mee begonnen was, het eene gat met het andere gestopt moest worden. Do machines werden weer afgele- verd zooals zij door get. ontvangen waren, dus ongebruikt. Pres. tot verdachte V Is het zoo! Verdachte V.: Er is veel van waar, niet alles. Verdachte beweerde nooit geweten te hebben dat de machines van dezelfde persoon afkomstig waren. Ze werden aan verschillende adressen gehaald. Alle machi nes waren niet nieuw. Van eenige was het trapwerk beschadigd. Als reden voor den koop gaf V. op dat hij wel genoodzaakt was te koopen, omdat anders de concurrenten het deden, die de machines voor een appel en een ei weer verkochten. In een café waren hem zelf 6 machines te koop aangeboden. De chef-rechercheur Clemens gaf eenige inlichtingen omtrent het door hem inge steld onderzoek. Daarna werden nog eenige getuigen gehoord, wier verklaringen met de vorige overeenstemden. Het O.M. waargenomen door Jhr. Mr. van Asch van Wijck, requisitoir nemende, zeide dat het een ongehoord schandaal was, waarvan geheel Leiden op de been had ge staan. Spr. wees op den omvang van deze misdrijven en nog zelden is het voorgeko men dat zulk een reeks misdrijven in één vereenigd waren. En toch is dit nog maar een glimp van het geheel. Half Leiden had hier terecht kunnen staan, doch inplaats van een reeks verdachten die zich aan klei nere misdrijven schuldig maakten, heeft spr. de twee grootste belhamels voorgebracht. De officier ging de gedragingen van ver dachten na. V., die erkent in het vak door kneed te zijn, moet geweten hebben dat de machines van misdrijf afkomstig waren, subsidiair heeft spr. naast de opzettelijke, ook schuldheling te laste gelegd. Aan M, is primair valschheid in geschrif te ten laste gelegd, doch spr. zou dit niet handhaven doch wel hetgeen hem subs, ten laste is gelegd, n.l. gebruikmaking van do valsche stukken, daarnaast ook de uitlok king. De controle op zich zelf noemde spr. ©en schandaal. Het opdringen van derge lijke voorwerpen van waarde aan dit soort menschen. is op zich zelf ook een schan daal. De fout zit in het veel te lage garan- ti©bedrag, dat bovendien veelal door den agent zelf wordt betaald, omdat de provi sie van dezen soms buitengewoon hoog is. Beide verdachten zijn de booze geesten geweest van Leiden in 1929 en 1930. Gezien het ongehoorde van deze misdrijven vroeg spr. tegen ieder der verdachten twee jaar gevangenisstraf. Verd V., zich zelf verdedigend zeide, dat alle zaken, zelfs kasteleins, in machines handelden. Hij zeide door de omstandig heden tot deze handelwijze genoodzaakt te zijn geworden en zich niet bewust te zijn iets strafbaars te hebben gedaan. Officier: Behalve als ze 's nachts wor den afgehaald. V. las een advertentie voor uit een dag- blad waarin een machine voor een derde van de waarde werd aangeboden. Voorts beweerde V. dat in Amsterdam en elders dergelijke transacties voorkomen. Officier: Ik heb zoo'n schandaal nog j nooit medegemaakt. Verdachte beweerde verder dat hij reeds jaren terug bij andere maatschappijen op dezelfde wijze werkte. Bleek dan dat er ge- knoeid was en er geen verhaal te vinden was, dan schreef men de schade eenvoudig af, omd at een machine voor f 220 verkocht., slechts f 60 waarde had. Hierop werd de zitting gesloten en de (uitspraak bepaald op 26 Mei a.a. n Literflesschen f. 3.40 in Va Literfl. f. 1.75 exclusief glas 2543 ALOM VERKRIJGBAAR! BRANDSTICHTING TE DELFT. Een veertigjarige winkelier uit Delft had zich voor de rechtbank te 's-Gravenhago te verantwoorden, verdacht van brand stichting in Februari te Delft in een perceel, waarin gevestigd is 'n manufactu renzaak. De politie ontdekte in het brandende huis op verschillende plaatsen busjes, ge vuld met brandspiritus, waarvan de dek sels op den vloer lagen. Voorts stond er een spiritusfleseh op den schoorsteen. De echtgenoote van verdachte,, als ge tuige décharge gehoord, verklaarde, dat haar man dien Zondag steeds in haar ge zelschap was geweest. Men had zich reeds ter ruste begeven toen er bericht kwam, dat het perceel in de Brcestraat brandde. Verdachte verklaarde omtrent de aan wezigheid van spiritus, dat hij busjes lak- verf aanwezig had, en de spiritus bezigde om deze te verdunnen. Omtrent de oorzaak van den brand wist hij niets te verklaren, waarschijnlijk heeft men hem naar hij beweerde een poets willen 'eken. Do officier van justitie, jhr. mr. Van Asch van Wijck, eischte drie jaar gevange nisstraf. Mr. Van Hellemondt meende, dat het alibi van verdachte is aangetoond. Na ne gen uur in den ochtend heeft hij het per ceel Breestraat niet meer betreden. Vijf- tier uur nadien is de brand uitgebroken. Van een lont of kaars is niets ccvonden en er zijn vier vuurhaarden ontdekt. Vonnis 26 Mei. Wybert-tabletten. Het Gerechtshof te Arnhem heeft uit spraak gedaan in de zaak tusschon de N.V. Gaba, gevestigd te Bazel, en een winkelier, T. genaamd te Nijmegen. Genoemde N.V. stelde in Nederland gerechtigd te zijn bot het gebruik van het merk „Wybert" en dat T. op dat reoht inbreuk maakte door losse hoest- tabletten af te leveren als iemand in zijn winkel om Wybert-tabletten vroeg. T. verweerde zich o.m. door te stellen, dat hij slechts inbreuk kon maken op het merk van eischeresse als hij dat merk op zijn waar zou hebben aange bracht, daar de wet wel een woordmerk, maar geen klankmerk kent, en dat ver der het woord Wybert-tabletten een ge wone soortnaam is. T. ontkende derhalve te hebben gedaan wat hem werd ten laste gelegd. De Rechtbank nam aan, dat als T. gedaan had, wat hem ten laste was ge legd, hij zulks niet mocht doen, doch daar hij dat ontkende, liet zij de eisohen- de N.V. toe zulks door getuigen te be wijzen. Tegen deze beslissing kwam T. bij het Arnhemsche Gerechtshof in be roep, doch het Hof vereenigde zich met die beslissing en bevestigde dus het vonnir waarvan beroep. Do zaak komt nu weer ten volle voor de Arnhemsche Rechtbank om het bevo len getuigenverhoor alsnog te houden. De afgezette pink. Een 26-jarige tuinder uit 's-Gravcnzaride heeft voor de Haagsohe rechtbank terecht gestaan wegens valschheid in geschrifte. Verdachte had den pink van zijn rechter hand laten amputecren om 1500 van de ongevallenmaatschappij uitgekeerd te krij gen en had daartoe de hand'teekening van den dokter vervalscht op het aanvraagfor mulier. Tegen hem is zes maanden ge vangenisstraf geëisoht. De rechtbank ver oordeelde hem overeenkomstig dezen eisch. Misschien heb ik nog wel een oude zomerjurk voor u, als u dat hebben wilt. O, ja, heel graag, Daar kan ik mis schien een paar gordijnen van maken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1932 | | pagina 9