HOE VINDEN WIJ GELUK.
Om gelukkig te zijn is niet zooveel
noodig. Door materieelen welstand kun
nen wij het geluk zeker niet bereiken,
dat zien wij maar al te veel om ons
heen. Want wij hebben allemaal wel
kennissen die er warmpjes inzitten, die
in staat zijn alles te koopen en te doen,
wat hun hart ingeeft, maar toch. als
wij deze kennissen wat beter leeren
kennen en wij komen weer in ons eigen
huis of op onze eigen kamer en wij
kijken eens heel eerlijk en diep in ons
hart, ach, dan weten wij heel zeker,
dat wij niet met den rijkdom van die
kennissen zouden willen ruilen. En wat
is daarvan eigenlijk de oorzaak? De
menschen, die rijk zijn hebben veel tijd
noodig voor zichzelf, vinden zichzelf
vrijwel het allerbelangrijkste op de we
reld, hebben daarna nog meer tijd noo
dig om op hun financiën te letten,
daarna komt een massa tijd voor het
koopen en passen van kleeren, naar
den kapper gaan en andere boodschap
pen, doch zij hebben zoo heel weinig
tijd over om ook eens aan een ander
te denken; dat behoeft niet eens
iemand te zijn, die minder welgesteld
is, maar in het.algemeen, wie dan ook.
Want de tijd van deze soort menschen
is zoo overladen met bezigheden die zij
nuttig vinden, dat er met den besten
wil geen half uur per dag voor hun
evennaasten overblijft. Dat geeft op
den duur een zeer onbevredigd gevoel,
zich slechts met den uiterlijken kant
van het leven te kunnen bezighouden.
Het leven wordt zooveel belangrijker,
als wij ons zelf, al is het slechts een
maal per dag, eens volkomen wegcij
feren en ons verdiepen in een ander
mensch en probeeren wat voor een an
der te zijn. Als wij het eens probeeren,
dan zullen wij na een paar weken zien,
dat wij ons gelukkiger gaan voelen en
tenslotte zal al het overige, waarmee
wij vroeger onzen heelen dag vulden,
ons zoo leeg en nutteloos voorkomen,
dat wij ons meer en meer zullen gaan
toeleggen om anderen gelukkig te ma
ken. Nu is een heele groote fout van de
meeste menschen, dat zij alleen wat
voor andere menschen doen, als die er
minstens hun heele leven dankbaar
voor blijven. Dat soort hulp brengt
natuurlijk geen geluk. Wat doet het er
toe, of de menschen die wij geholpen
hebben, het waard zijn? Laten wij ons
desnoods tienmaal vergissen, wellicht
is het elfde mensch dat wij helpen, er
werkelijk door gered. Wij moeten niet
iemand helpen om er voldoening door
middel van den geholpene van te heb
ben, maar om zelf gelukkig te zijn door
het feit, iets voor een ander te hebben
kunnen doen. In het begin zal dat
moeilijk voor ons zijn om dit standpunt
in te nemen, maar na korten tijd zullen
wij bemerken, dat dit wegcijferen van
ons belangrijk ,,ik" een bron van geluk
voor onszelf is.
GEZELLIGHEID IN DEN WINTER.
Als wij in den zomer een of meer
dere weken met vacantie zijn geweest
en vol energie weer aan ons werk gaan,
dan zitten wij midden in den winter
voor wij het weten en voor onze ener
gie weer een klein beetje begint te
tanen.
Dit is meestal gelegen in het feit, dat
wij, als wij weer aan het werk gaan,
's avonds onmogelijk thuis kunnen zit
ten, want stel je voor, den heelen win
ter moeten wij nog thuis zitten, dus in
den na-zomer en herfst profiteeren wij
zooveel mogelijk nog van het weer.
Daardoor komt ons lichaam niet vol
doende tot rust en zijn wij weer ver
moeid voor eigenlijk de winter nog
goed is begonnen.... en de volgende
zomervacantie is nog zoo ver in het
verschiet!
Laten wij daarom verstandig zijn en
de winteravonden gebruiken om het
ons thuis gezellig te maken. Juist, de
werkende vrouw, die vaak op kamers
woont, gaat 's winters vaak door weer
en wind naar bijeenkomsten en verga
deringen, niet altijd omdat zij het zoo
nuttig of prettig vindt, maar vaak, om
dat zij het op haar kamer niet kan uit
houden. Het gevolg is van de warme
kamer de straat op, en als het laat is
weer van de warme zaal de straat op.
Deze temperatuursverschillen, al te
vaak herhaald, werken op den duur
fnuikend op het lichaam in. Daarbij
wordt er op de avonden vaak druk ge
praat en debatteerd en ligt zij er in bed
nog over na te denken, zoodat haar her
senen niet voldoende tot rust zijn ge
komen voordat zij gaat slapen. Het ver
dient daarom aanbeveling minstens
eenige avonden per week geheel voor
zichzelf te reserveeren, waarin wij het
onszelf behagelijk maken, een paar
kleine schemerlampjes aan, een geurig
kopje thee, een mooi boek, wat verstel
werk, v/aardoor wij tot rust komen,
r.iet slechts lichamelijk, want dat zou
door eens flink te slapen wel verkre
gen kunnen worden, maar geestelijk
vooral, door niet aan ons werk van
overdag te denken, maar zich te laten
gaan, zich te verdiepen in het verhaal
dat wij aan het lezen zijn, aan het ver
stelwerk of desnoods en dat is nog het
allerbeste, eens heerlijk in een luien
stoel te gaan zitten en niets te doen,
heelemaal niets. Werkzame vrouwen
zullen dat nietsdoen geen heelen avond
volhouden, maar dat hoeft ook heele
maal niet, een uurtje intens rusten
maakt den geest weer ontspannen.
Als wij op dezen manier onze winter
avonden thuis doorbrengen, zullen wij
ook veel meer ons thuis gaan voelen op
onze kamer, omdat die meer bewoond
wordt, wij zullen de kamer aardig op
sieren en met een paar bloemen of een
plant iets vriendelijks er in brengen,
zoodat wij verheugd, na volbrachte
dagtaak de reis naar huis ondernemen.
HET UITZET JE VAN DE BABY.
Als onze baby eenige weken oud is
en de moeder met haar kindje gaat
wandelen, is het eerste manteltje en
mutsje altijd van buitengewoon veel
gewicht om den nieuwen burger mee
te vertoonen. Onze afbeelding geeft u
het idee voor een wit wollen manteltje
met blauw of rose geborduurd, al naar
mate de baby een jongen of een meisje
is. Vooral moet er op gelet worden, dat
de voorpandjes ruim zijn, zoodat deze
een flink eind over elkaar geslagen
kunnen worden, terwijl het halsje niet
te groot mag zijn.
De verzorging van den kleine
brengt vooral verschillende hygiënische
eischen mee. U ziet hier een aardige
hengselmand met een grooten strik ge
garneerd. De bodem is voorzien van
een glasplaat en gemakkelijk afneem
baar. De mand bevat een toiletstelletje
voor het kindje, waarin geborgen zijn:
een stukje babyzeep, wat vaseline,
een bakje voor schoone watjes, een bus
strooipoeder, liefst bloemenstuifmee),
daar dit zeer goed voor de zachte huid
is, en een bus talkpoeder. De moeder
doet het verstandigst het kindje steeds
met een nieuw stukje watten te poede
ren en daar niet een speciale poeder
dons voor te gebruiken, daar het stukje
watten zonder groote kosten steeds
verwijderd kan worden.
DE KIMONO.
De kimono is voor de vrouw altijd
een geliefde dracht. Vaak ziet men de
kimono van zware gewatteerde zijde,
geborduurd met grof borduurwerk van
wol of zijde, soms ook doorgestikt met
zijde, in de kleur van 't materiaal zelf.
U ziet hier twee zeer fraaie modellen.
DE NIEUWSTE DESSOUS.
De lengte van de onderjurk heeft ge
lijken tred moeten houden met de
lange japonnen van het voorlaatste en
het laatste seizoen. Niet alleen de
lengte is veranderd, maar veelal ook
het bovenstuk. Langen tijd zagen we
het bovenstuk bestaan uit een ajour-
zoom of entredeux met twee schouder
bandjes van waschlint, maar de aller
laatste modellen laten de schouders
weer van dezelfde materie der jurk
doorloopen, terwijl het afwerken langs
de hals en armsgat met kant geschiedt.
ONZE SLOFJES.
Om zoo uit het bed te stappen op
het bedkleedje of soms op het koude
zeil verdient in ons klimaat geen aan
beveling, en de mees-te vrouwen zullen
dan ook wel voor haar bed een paar
slofjes hebben staan. Na met het toilet
maken gereed te zijn worden deze
slofjes dan verruild voor een paar
stevige pantoffels. Het is echter zeer
slecht voor onzen voet om, als wij een
heelen dag thuis blijven, eveneens den
Het eerste model heeft de echte kimo
no-mouw met de aanhangende zakken.
De stof bestaat uit een licht fond met
aangeweven donkeren rand. Het twee
de model bestaat uit wollen stof, ge
voerd met een donkere tint satinet of
zijde. De mou^v is hier wel wijd, doch
mist de zakken.
Beide modellen zijn zeer mooi en
practisch.
Borduurwerk in dezelfde of tegenge
stelde kleuren zien we bijna algemeen
toegepast. Onze teekening geeft een
drietal nieuwe onderjurken weer. Het
bovenstuk moet glad vallen omdat an
ders de japon niet mooi zit, doch de rok
wordt vanaf het middel naar beneden
toe klokkend gemaakt, ruim en lang,
als dè onderjurk onder een avondjurk
gedragen moet worden, iets minder
ruim en korter, als hij bij een ander
toilet gedragen moet worden. Als ma
teriaal ziet men veel zijden-tricot,
crêpe de chine, shantung of voor een
minder ruime beurs lingerie-katoen.
heelen dag met onze pantoffels aan te
blijven loopen. Onze voeten verwennen
daardoor te veel en het is het beste om
in huis op gemakkelijke schoenen te
loopen, vooral geldt dit voor de vrou
wen, die den heelen dag door op den
been zijn. De schoen geeft de noodige
steun aan den voet, zoodat deze
's avonds niet opgezwollen is van ver
moeienis.
U ziet hier eenige modellen van slof
jes en pantoffels, waarvan enkele ver
sierd zijn met een omgeslagen boord
van wol of bont.
VERFT UW OUDE SCHOENEN.
Het gebeurt dikwijls, dat men een
paar lichte schoenen heeft, welke er
vuil en onaantrekkelijk uitzien, al is
het leer ook nog niet versleten. Voor
al lichte schoenen verliezen hun
kleur, lang voordat zij zijn afgedra
gen. Deze schoenen kan men nu ge
makkelijk zelf verven, waarna zij er
als nieuw zullen uitzien. Vooreerst
moeten de schoenen met benzine of
ander vlekkenwater worden schoon
gewreven. Daarna laat men de schoe
nen drogen en vult ze op met wat
ten of vloeipapier, zoodat het boven
leer glad staat. Om de schoenen te
verven gebruikt men oplosbare spi-
ritusverf in de gewenschte kleur.
Deze verf bestaat uit koolteerkleu-
ren, welke in spiritus zijn opgelost.
Als men de gekochte verf te donker
vindt, kan men er wat brandspiritus
bijvoegen. Zwarte verf moet echter
zonder eenig ander mengsel worden
gebruikt. Niet alleen leeren, doch
ook suède schoenen worden geverfd.
Deze schoenen moeten echter vooraf
terdege met een stalen borsteltje
worden schoongemaakt. Daarna koopt
men een blokje verf in de gewensch
te kleur en lost dit in een weinig
water op. Met een schabloneer-
kwastje wordt de verf op de schoe
nen aangebracht; daarna de schoe
nen laten drogen en indien noodig
een tweede laag verf aanbrengen
Als de schoenen goed gedroogd zijn,
moeten zij weer met een stalen bor
steltje worden uitgeborsteld. Het ver
dient gewoonlijk aanbeveling suède
schoenen in de oorspronkelijke kleur
te verven, daar suède gemakkelijk
vuil wordt en spoedig verbleekt.
Oude schoenen verven is een ge
makkelijk en interessant werk en U
zult meer dan een paar nieuwe be
sparen.
OM DE KACHEL DES NACHTS
AAN TE HOUDEN.
Snipper krantenpapier en laat het
een nacht in water staan. Kneed de
massa tot groote ballen, en leg ze
ergens te drogen. Wanneer het zoo
koud is geworden, dat ge dag en
nacht moet stoken, leg dan des nachts
eenige van die ballen in pot- of vul
kachel. Ze smeulen als briketten en
ge hebt des morgens het vuurtje
maar aan te blazen.
ZIJ, DIE PRATEN
Er zijn van die menschen, die al
tijd over anderen praten... dat is
vervelend en niet goed te keuren;
te meer, daar dezulken de onhebbe
lijkheid hebben het verkeerde van
anderen te belichten en naar voren
te brengen.. Maar er zijn ook van
die menschen, die altijd over zich
zelve praten... en dat is evenzeer
af te keuren. Als wij bezoek krijgen
van een goede kennis, die na ons be
groet te hebben en de vraag te heb
ben gesteld, hoe het met onze ge
zondheid gaat, niet eens ons ant
woord afwacht, maar dadelijk begint
over zich zelve te vertellen, aan één
stuk door.dan is het nog maar de
vraag, of we energiek genoeg zijn,
dat alles ,,till the bitter end" aan te
hooren of door een dóód-nuchtere
mededeeling lust hebben die(n) pra-
ter(praatster zal het helaas wel zijn!)
den mond te snoeren. Want wij al
len, die zelf dikwijls zooveel emoties
te verwerken hebben, voelen ons
miskend en verongelijkt als onze be
langen in het geheel niet geteld wor
den. Wij voelen het als absurd, dat
met de mogelijkheid, dat wij iets
mede te deelen zouden hebben, geen
rekening wordt gehouden. Praat dus
eerst dan over u zelf, als ge belang
stelling hebt getoond in datgene wat
den ander raakt en wees niet al te
uitvoerig bij uw verhalen.