TRAGISCH ONGELUK OP DEN
BEWAAKTEN OVERWEG AAN DE VINK
MAANDAG 28 DECEMBER 1931
DE LE1DSCHE COURANT
DERDE BLAD PAG. 9
Vrachtauto door electrischen trein gegrepen en
verpletterd.
Bestuurder zwaar gewondmede-inzittende gedood.
Aan den vooravond van Kerstmis heeft,
zooals wij reeds per bulletin door de stad
hebben bekend gemaakt, op den spoorweg
overgang nabij de Vink een vreeselijk
auto-ongeluk plaats gehad, waarbij een
doode te betreuren valt, en een ander
zwaar gewond werd.
Te omstreeks kwart over vijven Donder
dagavond waren A. van der Ham en A.
J. van Brecht, beiden in dienst bij de
Graanmalerij „Welgelegen" van de firma
Wed. N. Schrama aan den Rijndijk te
Voorschoten, met him laatste vracht
graan en meel, geladen op de vrachtauto
op weg naar het dorp.
Op den overweg nabij de Vink werd de
wagen plotseling door een van Leiden ko
menden electrischen trein gegrepen en
terzijde van den spoorweg geslingerd. De
wagen kwam tegen 'n niet gesloten spoor
boom terecht; de lading, bestaande uit
een twintigtal zakken meel, schoof van den
wagen af en kwam gedeeltelijk op den
weg, gedeeltelijk terzijde van de spoorbaan
terecht.
De trein bleek den wagen bij den motor
gegrepen te hebben, zoodat deze geheel
verhield werd. De bestuurder van den
wagen, Van der Ham, die links in de cabine
zat, werd een achttal meters weggeslingerd
de naast hem zittende van Brecht nog
enkele meters verder.
Enkele minuten slechts na het ongeluk
kwamen wij op de plaats van het droevig
ongeluk aan.
Reed's hadden verschillende personen,
die op de plaats van het ongeluk voorbij
kwamen of in de nabijheid woonden, zich
van het gebeurde op de hoogte gesteld en
wijdde men vooral zijn aandacht aan de
getroffenen. De heer Deen was spoedig
met zijn verbandtrommel aanwezig en be
gon dadelijk den arm van Van der Ham,
die den linkerpols gebroken had te spal
ken.
Inmiddels arriveerde de Leidsohe poli
tie en de Eerste Hulpdienst uit Leiden.
Dr. Sohoo constateerde al spoedig, dat het
met Van Brecht ernstiger gesteld was dan
met zijn collega. Van Brecht was buiten
bewustzijn. Hij had een gapende wonde
opgeloopen aan het achterhoofd. Nadat
hem een spuitje was toegediend verbond
dr. Schoo hem het hoofd.
Dadelijk was ook de pastorie te Voor
schoten en het rectoraat der Paters Fran
ciscanen aan den Haagweg van het ge
beurde in kennis gesteld en toen de
slachtoffers in de auto's waren gedragen
werden hun de laatste H. Sacramenten
toegediend.
Beiden wei-den naar het Diaconessen-
buis aan de Witte Singel vervoerd. Daar
bleek inderdaad de toestand van Van
Brechit zeer ernstig, zoo zelfs, dat er geen
hoop op behoud was. Enkele uren na aan
komst is hij dan ook overleden.
De toestand van Van der Ham bleek,
hoewel ernstig, toch nog wel zoo te zijn,
dat er alle reden bestond op behoud. Om
trent den aard van zijn verwondingen kon
men ons 's avonds nog niet veel vertellen.
Eerst nadat den volgenden morgen foto's
waren genomen, kwam vast te staan, dat
hij behalve een gebroken linkerpols drie
ribben gebroken had en een schouderont-
wrichting had opgeloopen. Tevens was hij
in het gelaat vrij ernstig gewond, doordat
hij een eind over den grond was gescho
ven.
De oorzaak van het ongeluk. T
Zooals uit het bovenstaande reeds blijkt
is het vreeselijk ongeluk het gevolg van
het niet gesloten zijn der af sluitboom en
van den overweg.
De bedienende overwegwachter P. v. d.
B., had even voor het ongeluk kort achter
elkaar twee treinen doorgelaten en voor
den dadelijk daarop volgenden, trein,
waarvoor hij op de gebruikelijke wijze te
lefonisch was gewaarschuwd, eveneens
het sein op veilig gezet, doch om onbe
grijpelijke redenen had hij vergeten de
afsluit'boomen neer te laten, totdat hij
door het vreeselijk ongeluk op zijn nood
lottig verzuim opmerkzaam werd ge
maakt.
De man is gehuwd en vader van zes
kinderen.
Nadere bijzonderheden.
De familie van de verongelukte slacht
offers werd onmiddellijk van het gebeurde
in kennis gesteld. Beide slachtoffers
woonden in Voorschoten, doch de vrouw
van v. Brecht was reeds naar haar moeder
in Oegstgeest, alwaar het Kerstfeest zou
worden gevierd. Zij had de Zondagsohe
kleeren van haar man gereed gelegd, op
dat hij haar zoo spoedig mogelijk na thuis
komst zou kunnen volgen. De man laat
behalve zijn vrouw nog twee kinderen ach
ter.
Van der Ham is eveneens gehuwd en
vader van één kind.
De trein, die de aanrijding veroorzaakte
en een snelheid had van omstreeks 90 km.
stopte een paar honderd meter verder.
Door den schok wa-s een ruit vernield, de
Westinghouse-rem defect geraakt en de
wand van den motorwagen eenigszins be
schadigd.
Behalve de Leidsche politie arriveerde
later ook de politie van Voorschoten, be
nevens burgemeester Vernëde, onder wiens
leiding een onderzoek naar het gebeurde
werd ingesteld. Toen dit was afgeloopen
kon de electrische trein op eigen kracht,
doch met een snelheid van slechts 30 km.
naar Den Haag verder gaan.
Personeel van Weg en Werken der
Spoorwegen was spoedig na het ongeluk
aanwezig, om zoodra zulks werd toege
staan den weg weer vrij te maken.
Het treinverkeer ondervond door een en
ander geruimen tijd vertraging.
Nog geruimen tijd en eveneens op de
Kerstdagen kwamen velen naar de plaats
van het ongeluk kijken, dat onder de
naaste omwonenden en in het dorp Voor
schoten groote ontsteltenis en innig mee
leven" met de slachtoffers en hun betrek
kingen teweeg bracht.
We vernemen nog nader, dat de groen-
tenhandelaar L. W., wonend aan den Rijn
dijk te Voorschoten, op wel gelukkige wijze
aan een ongeluk ontkwam.
Hij stond met zijn paard en wagen ge
reed om den weg over te steken en naar
de stad te gaan, toen hij van verre de auto
zag naderen. Hij vond het veiliger deze
auto te laten passeeren, hetgeen ge
schiedde met het gevolg, dat de wagen op
den overweg werd versplinterd en de heer
W. op gelukkige wijze den dood ont
snapte.
GEMENGDE BERICHTEN
ONGELUKKEN.
SLACHTOFFERS VAN HET VERKEER.
ERNSTIGE AANRIJDING TE
DEN HAAG.
Eén doode.
In den nacht van Zaterdag op Zondag
omstreeks kwart voor een reed op het
Gevers Deynoordtplein te Den Haag, te
genover het politiebureau 'en personen-auto
op de daar ter plaatse stilstaande blauwe
tram (Den HaagLeiden). De auto, be
stuurd door den 30-jarigen Hagenaar P.
B. reed met volle vaart op den vluchtheu
vel, waarbij hij een der conducteurs van
de tram en een passagier aanreed. De con
ducteur werd licht gewond, maar mej. A.
H., een Oostenrijksche, als dienstbode te
Den Haag werkzaam, werd zwaar gewond
opgenomen en per auto van den Gen.
Dienst naar het ziekenhuis aan de Zuidwal
overgebracht, waar zij enkele uren na aan
komst aan de zware inwendige kneuzingen
is overleden.
Mej. A. H. was 22 jaar oud en uit Graz
afkomstig. De auto is na de aanrijding
doorgereden, doch de bestuurder heeft, na
dat hij zijn wagen gestald had zich bij de
politie gemeld met de mededeeling, dat hij
op het Geverfs Deynoodtplein een aanrij
ding had veroorzaakt.
Alhoewel P. B. niet in kennelijken staat
van dronkenschap verkeerde is vrijwel ze
ker, dat overmatig gebruik van alcohol oor
zaak is van dit ongeluk. De politie maakte
van een en ander proces-verbaal op en nam
den wagen in beslag.
Auto van den dijk geslagen.
Op den zeedijk bij Haamstede is op
Eersten Kerstdag de vrachtauto van den
heer P. ,W. Noordhoek uit Haamstede ge
slipt, woardoor het voertuig met grooto
vaart van den hoogen dijk afgleed. De.
auto sloeg eenige malen overzij, waarbij
de bestuurder en zijn knecht uit den wa
gen werden geslingerd.
De bestuurder P. W. Noordhoek kreeg
vrij ernstige verwondingen aan het hoofd;
zijn knecht J. Evertse kreeg een diepe
beenwond. Beiden zijn naar het zieken
huis te Noordgouwe vervoerd, vanwaar zij,
na verbonden te zijn, naar hun woningen
konden worden overgebracht.
Motorongeluk.
De ongeveer 20-jarige Hartog uit Scher-
penisse en de 27-jarige Hartog als duorij
der, zijn gisteren bij de Proostbrug te We-
meldinge met hun motorrijwiel geslipt en
tegen de brugleuning terecht gekomen.
Beiden werden ernstig gewond en in zorg-
wekkenden toestand naar het ziekenhuis to
Goes vervoerd.
Man overreden.
Donderdagavond is op den Rijksstraat
weg van Moerdijk naar Willemsdorp de
25-jarige H. Roetink uit Rotterdam door
een vrachtauto overreden. De man werd
ernstig gewond en in zorgwekkenden toe
stand naar het ziekenhuis te Dordrecht
overgebracht.
IJzel op den weg.
Ten gevolge van den Donderdag tot ijs
neerslaanden regen op de wegen zijn voor
al in Oostelijk Noord-Brabant vele auto's
aan het slippen geraakt. Op enkele we
gen, van Helmond uitgaande, kwamen
daarbij meer dan twintig auto's tegen de
boomen terecht. De gevolgen beperkten
zich meestal tot materieele schade aan de
wagens.
Uit Boxtel wordt nog aan de ..Msbd."
gemeld, dat daar ten gevolge van de glad
heid een zware Fiat-auto over den kop
sloeg, na eerst tegen een boom te zijn ge
slipt. Dc vier inzittendetn kregen nogal
ernstige kwetsuren.
Gasverstikking.
Te Delft is Woensdagavond de 25-jarige
J. van Zon, toen hij in zijn woning aaq
den Spoorsingel een bad nam, waarschijn
lijk door een lekkage in de leiding door
gas bedwelmd. De huisdokter kon sleohts
den dood constateeren.
Een patiënt verdronken.
Een patiënt uit het St. Gertrdisge-
sticht te Gorkum is Donderdagavond door
de duisternis misleid, in 't water geloopen
en verdronken.
Treinontsporing te Roosendaal.
Donderdagavond te omstreeks zes uur
zijn eenige wagens op het stationsemplace
ment te Roosendaal uit de rails geloopen.
Persoonlijke ongelukken hadden gelukkig
niet plaats, terwijl de. materieele schade
niet zeer ernstig is. Uiteraard heeft dit on
geval eenige stagnatie veroorzaakt in den
treinenloop, welke in verband met de
Kerstdrukte op dit drukke kruispunt van
spoorwegen toch reeds vertraging onder
vindt.
MOORD TE ROTTERDAM.
EEN VROUW DOODGESTOKEN.
In een café op den Schiedamschedijk.
In den nacht van Donderdag op Vrij
dag, omstreeks kwart over twaalf, heeft 'n
26-jarige zeeman, een 31-jarige werkster
in een café op den Schiedamschedijk zoo
danig met messteken verwond, dat de
vrouw, nadat zij naar het ziekenhuis aan
den Coolsingel was overgebracht, aan de
bekomen verwondingen is overleden.
De vrouw is Donderdagavond vrij vroeg
in het café op den Schiedamschedijk ge
komen en later op den avond kwam dc
zeeman, met wien zij wel uitging, binnen.
Eerst hebben zij beiden een praatje ge
maakt en de zeeman vroeg de vrouw met
hem mee te gaan, hetgeen zij weigerde. Toen
hij haar vroeg dan iets van hem te drin
ken weigerde zij dit ook, waarna eon twist
ontstond, welke tengevolge had, dat de
zeeman de vrouw een slag op het oog gaf.
De caféhouder heeft den man toen uit zijn
café verwijderd en de zeeman is daarop
eenigen tijd bij de pui van het café gaan
zitten. Daar ontmoette hij een man, die
blijkbaar met de vrouw had afgesproken.
De mannen hebben buiten het café met
elkaar gesproken, waarna zij hebben be
paald, dat de vrouw zelf moest zeggen met
wien zij mee wilde gaan. Kort na den zee
man is de ander het café binnen gegaan.
Toen niet lang daarna de zeeman het
café binnenging bestond er geen aanlei
ding hem te weigeren. Bij het binnenko
men stond de vrouw bij de toonbank. De
zeeman legde toen zoo hebben getuigen
verklaard zijn arm om de vrouw en hij
vroeg haar iets van hem te willen drin
ken. Toen de vrouw dit weigerde mengde
de andere man zich in het gesprek, en on
middellijk daarop trok de zeeman een
mes, waarmee hij de vrouw verscheidene
steken toebracht. De vrouw viel op den
grond en toen heeft de zeeman haar nog
eenige malen met zijn mes gestoken. De
kastelein, die ijlings was toegeschoten,
heeft den zeeman het mes ontnomen en ook
het publiek, dat in het café was heeft ge
holpen den man te overmeesteren. Onmid
dellijk na het gebeurde nam de dader een
onverschillige houding aan.
De gewonde is naar het ziekenhuis aan
den Coolsingel gebracht, waar bleek, dat
haar steekwonden aan rug, borst en buik,
in totaal acht stuks, ware toegebracht.
Kort na aankomst in het ziekenhuis is de
vrouw overleden.
De zeeman is overgebracht naar het' po
litiebureau aan de Groote Pauwensteeg. Hij
heeft bekend de vrouw te hebben gesto
ken. Een reden voor zijn daad wist hij niet
op te geven.
Het mes, dat de kastelein den zeeman
heeft ontrukt, is door de politie in beslag
geüomen.
UIT DE RADIO-WERELD
Prograjnma's voor Dinsdag 29 Dec.
Huizen, 1875 M.
8.009.15 en 10.00 K. R. O. Gramofoon-
platen.
11.30 Voor zieken en ouden van dagen.
12.15 K. R. O. Trio.
145 Gramofoonplaten.
2.00 Vrouwenuurtje.
3.00 Gramofoonplaten.
3.30 Concert (orgel) vanuit de showroom
der N.V. v.h. P. J. Beckx de la Fai te
Tegelen.
4.30 Sonatencyclus. L. Wijngaarden,
viool en J. Ligtelijn, piano.
5.30 K. R. O. Kunstensemble.
6.45 Gramofoonplaten.
7.10 Causerie over Kuituur- en Volks
kunst..
7.50 Uit het Sted. theater Aken: Opera
„Hansel und G re tel", Humperdinck. Na de
2de acte Vaz Dias.
9.3012.00 K. R. O.-salon-orkest o. 1. v.
M. van 't Woud. Oa. Morgen blatter-wals,
Strauss en lste Walsenpotpourri, Robrecht
Hilversum, 298 M.
10.0010.30 Morgenwijding en Gramo-
foonimuziek.
10.3011.00 „Oudejaarsavond-recepten".
11.0011.30 Viool-recital.
11.4512.00 Graanofoomuuziek.
12.002.00 Omroeporkest.
2.30—4.00 Middagmuziek, viool, pia-no en
cello.
4.004.30 W. Inden: „De taak van onze
Nationale Jongeren". Daarna gramofoon-
muziek.
4.305.30 Kinderuurtje.
5.306.30 Uitzending uit Café-restaurant
„La Bordelaise".
6.306.50 Gramofoonmuziek.
6.508.00 Causerieën en gramofoon.
8.009.00 Omroeporkest.
9.009.30 Aansluiting met het concert
gebouw te Amsterdam.
9.3010.00 Causerie en gramofoon.
10.00 Va<z Dias.
10.1510.30 Voortzetting Concertgebouw
10.3011.00 Gramofoon.
11.0012.00 Uitzending uit het Carl ton-
hotel te Amsterdam.
Daventry, 1554 M.
6.50 Grondslagen der muziek.
7.40 Orgelconcert door John Connell.
8.20 „Eric: of Little by Little" een ge
schiedenis van Roslyn School van Dean
Farrar.
9.55 Operette-concert (Old Favourites
5de serie).
10.5012.20 Dansmuziek door Ambrose's
Blue Lyres.
Brussel, 337 M.
5.20 Matinee Omroeporkest.
6.50 Gramofoon.
8.20 Concert.
Z e e se n, 1635 M.
6.50 Populair concert.
8.30 Uitzending uit Langenberg.
Kalundborg, 1153 M.
7.20 „Misantropen" van Molière.
8.50 Vocale duetten.
9.45 Kamermuziek.
10.20 Gramofoon.
10.50 Avonduitzending.
Langenberg, 473 M.
5.20 Causerieën.
7.20 Vroolijke avond ten bate der crisis-
slachtoffers.
„R a d i o-P a r i s", 1725 M.
8.20 „Aida", Verdi, Opera op gramofoon
platen.
Hamburg 372 M.
5.10 Vroolijk programma.
7.10 „Die lustigen Weiber von Windsor",
operette.
10.50 Populair concert.
FEUILLETON.
ACHTER EEN MASKER
Uit het Engelsch
HAEDON HILL.
39)
Neen, dat is het niet precies meneer
dat w-il zeggen, dat is het heele-
niaal niet. Ik woon er zoo geriefelijk, dat
ik de rest van mijn dagen in Beacon Aud-
ley hoop te slijten. Maar zijn lord
schap repareert op het oogenblik zooveel
aan het huis van mijn buurman, kapitein
Vaughan, dat. ik gedacht had dat hij mis
schien ook wel wat aan mijn huisje wil
de laten doen. Er is een gat in hét dak,
meneer
Ik begrijp het heel goed, Crowe, in-
terumpeerde de ander haastig. U hebt
last van lekkage. Ik geloof niet dat zijn
lordschap bezwaar zal maken er er in te
voorzien en nu uw dwalingen inziet, zal
ik bij gelegenheid uw verzoek bij zijn
lordschap bezwaar zal maken er in te
iets aan het huis gedaan worden? Dan
is het beter dat het meteen gebeurd.
Meer om tijd te winne dan om iets an
ders en in de hoop, dat er iets zou zijn
dat een onderhoud met Lord Monksilver
persoonlijk noodig zou maken, begon Elisha
verschillende gebreken van zijn kleine huis
op te sommen. Ravenscar, die blijkbaar
gerust gesteld was ten opzichte van de be-
'oelingen van den oude, noteerde wat de-
m allemaal opnoemde. Terwijl hij aan 't
schrijven was zag Elisha de deur achter
den secretaris geluidloos open gaan. Een
moment later stond Lord Monksilver in de
kamer, terwijl hij zijn secretaris en zijn
huurder verstolen gadesloeg.
Ravenscar, die met zijn rug naar de
deur zat, had het binnenkomen van zijn
meester blijkbaar niet gehoord en er was
iets in de houding van den edelman dat
Elisha direct deed begrijpen dat het ver
standig zou zijn om net te doen of hij zoo
zeer in gedachten verdiept was, dat hij
geen notitie van hem nam.
Een halve minuut misschien stond Lord
Monksilver met zijn hoofd opzij, toen
draaide hij zich plotseling om en keek
naar het kleine kastje vlak bij hem.
Elisha, die van onder zijn neergeslagen
oogleden aandachtig toekeek, zag dat aan
een van de lade bos sleutels hing.
Er lag een buitengewone sluwe uitdruk
king op het gezicht van den pair. Nog met
zijn hoofd schuin liep hij vlug en geluid
loos naar de lade, blijkbaar in de overtui
ging dat hij niet gezien werd, trok deze
zachtjes open en liet zijn dunne witte
hand naar binnen glijden. Het was onge
looflijk dat een burggraaf Monksilver zoo
iets deed en Elisha Crowe zou het idee als
bespottelijk van zich af hebben gezet, als
hij niet het verhaal van kapitein Vaug
han pas had gehoord. Het kastje diende
voor Ravenscar s persoonlijk gebruik en
lord Monksilver had de gelegenheid, dat de
sleutels in het slot staken, te baat geno
men om zich iets van den inhoud toe te
eigenen. Wat was het dat die magere
hand zoo begeerig te voorschijn haalde?
Elisha was te ver af om zeker te zijn,
maar het leek wel een rolletje zilverkleu
rig draad een weinig waardevol iets om
te stelen voor iemand, die niet aan een
manie leedHoe zou Lord Monksilver
zich nu verder gedragen? Hij beantwoord
de deze onuitgesproken vraag, door de lade
zachtjes toe te sohuiven en met zijn pas
verworven schat te verdwijnen even ge
luidloos als hij gekomen was, door de deur,
die naast het kastje was.
Elisha was te slim om dadelijk met de
opsomming van zijn wenschen op te hou
den, maar twee minuten later zei hij:
Ik denk dat dit alles is, meneer, 't
Spijt me dat ik u zoo veel moeite veroor
zaakt heb.
U hebt me minder moeite gegeven
dan ik verwacht had, antwoordde Ravens
car droog. U weet den weg. Maar wacht,
voegde bij er met een boosaardigen glim
lach bij, u bent een te gevaarlijk mensch
om zoo maar door het huis te laten loo-
pen. Er zijn heel wat gordijnen en wandta
pijten in dit huis en het kan zijn dat u de
verleiding weer eens niet zoudt kunnen
weerstaan, 't Is dunkt me beter dat ik u
tob de voordeur breng, mijn waarde be
moeial.
Zooals u wilt meneer, antwoordde
Elisha gedwee, toen de secretaris opstond
om met hem mee te gaan. Ik ben blij
dat zijn Lordschap er vanmorgen zoo goed
uitziet.
Wat, riep Ravenscar terwijl hij stil
bleef staan en hem verbaasd aankeek.
Hebt u Lord Monksilver dan ontmoet?
Ik heb hem niet gesproken maar hij
kwam de kamer binnen, terwijl wij aan het
praten waren en u zat te schrijven, ant-
woorde Elisha met het nuchterste gezicht
van de wereld. Ik denk niet dat u hem
gehoord hebt. Hij haalde iets uit de lade
van dat kleine kastje.
Ravenscar keek naar het aangeduide
meubelstuk. Toen hij de sleutels in het
slot zag steken, slaakte hij een diepen
zucht en met een paar groote passen liep
hij de kamer door en trok de lade open.
Elisha loerde als een tijger en zag dat hij
naar adem snakte en nadat hij eenige se
conden onbewegelijk was blijven staan,
de deur liep, die naar de andere kamer
voerde. Hij rukte dezen open en zijn stem,
waaruit woedend protest klonk, bereikte
Elisha duidelijk.
In zijn opwinding had de secretaris ver
geten dat hij een toehoorder had.
U bent in de lade van mijn particulier
kistje geweest, milord, barstte hij uit. U
hebt er iets uit genomen, wat mij toebe
hoort en ik sta er op dat u het mij dade
lijk terug geeft.
Iets uit je kastje genomen, Ravens
car klonk het verbaasde antwoord van
Lord Monksilver. Dat is een dwaze ver
gissing van je en je behandelt me wel heel
oneerbiedig. Wat voor reden heb je om te
veronderstellen, dat ik aan jouw eigen
dommen zou raken? Werkelijk je vergeet je
schandelijk.
Dus uw lordschap ontkent dat u mijn
lade geopend heeft? vroeg Ravenscar die
er plotseling aan dacht, dat hij een ge
tuige bij de hand had.
Dat doe ik zeker. Wat heb ik met je
rommel te maken? was het booze ant
woord.
Elisha draaide zich om en sloop weg
naar de hall en het huis uit. Hij vermoedde
dat Ravenscar hem tot getuige zou roepen
en daar voelde hij niets voor. Hij had ge
hoord wat hij noodig had en veel meer ge
zien dan hij ooit had kunnen droomen.
toen hij naar de Priory gestapt was.
Zijn plan dat tot nu toe nog vaag en
allerminst vast omlijnd waa geweest, nam
thans vasten vorm aan.
Toen hij over zijn schouder keek terwij!
hij door het park liep, zag hij dat er geen
poging werd gdaan om hem terug te halen
als getuige tegen den leugenachtigen edel
man. Maar hij haastte zich toch en bleef
niet meer stil staan tot hij het hek had be
reikt, dat hem naar de pastorie voerde.
Maar het was niet noodig dat hij tot aan
het huis liep, want Yvonne Wenslade kwam
hem langs de oprijlaan tegemoet. Het
meisje zag er overspannen uit en keek
den ouden man onderzoekend aan.
Ik geloof vast dat u wat gevonden
hebt. Ik zie het aan uw gezicht. meneer
Crowe, wat is het? zei het meisje.
Bevrijding van uw broer, miss, en de
ontdekking van den moordenaar, als u me
wilt helpen zonder iets te vragen, zei Elisha
in één adem.
Hebt u Phyllis gevonden heeft zij u
verder geholpen met wat u dacht in de stu
deerkamer gevonden te hebben
Een pijnlijke trek gleed over het ge
zicht van Elisha, toen hij bedacht dat.
wat voor hem persoonlijk het voornaamste
was, nog niet was ontdekt en dat als Phyl
lis Vaughan in gevaar verkeerde, dit groo-
ter zou worden als hij zijn naspeuringen
voortzette. Maar hij kon een onschuldig
man niet den dood tegemoet laten gaan
ter wille van een onbewezen vermoeden.
(Wordt vervolgd).