ENORM J/ERLAAGD WEDEROM SCHOENWERK PAANAKKER Co. DINSDAG 8 DECEMBER 1931 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD PAG. F gedaan, om de uitgaven te verlagen, n.l. om alle gemcentesalarissen boven 6000 met ingang van 1 Maart 1932 tot dit maxi mum terug te brengen. Laat de gemeente, voordat zij begint met de verlaging der loo- nen der arbeiders, eerst aanvangen met deze salaris-verlaging voor de beter ge situeerden. De reden om zulke hooge sala rissen te betalen, acht spr. thans verdwe nen. De gemeente behoeft n.l. niet meer te coneurreern met 't particulier bedrenf. On der gelach belooft spr. ten slotte dat hij bij de replieken, wanneer hij moet antwoor den op de uitlatingen der rechterzijde, minder kort zal zijn. Een spreker der Katholieke Partij. De heer Wilmer zal niet in den bree- de zijn standpunt uiteen zetten, doch slechts eenige opmerkingen maken. Men heeft in het wilde veel gesproken over „kapitalisme", maar wat verstaat men daaronder? Verstaat men daaronder de vele wantoestanden in het huidige produc tiestelsel, dan is ook spr. een tegenstan der van het kapitalisme. Spr. raadt den heer v. Eek aan, eens te lezen de jongste encycliek van den Paus „Quadragesimo Anno". In de rede van den heer v. Eek heeft spr. veel gemist en daarom verklaart spr. dat diens rede hier niet op haar plaats was. Men kon aldus over het ka pitalisme spreken b.v. in een vergadering van den Volkenbond. Maar als raadslid moet men spreken over de Gem. en de heer v. Eek had moeten aantoonen, dat hier in Leiden het verkeerde kapitalisme door de gemeente beter bestreden kan worden dan het bestreden wordt. De z.g. kapi talistische belangen worden niet ontzien door de sociale wetgeving die veel ver der moet gaan noch door verscheidene Leidsche veordeningen. Wanneer de S. D. A. P. wil meewerken om dat ook door spr. veroordeelde kapitalisme te bestrijden, dan moet zij deelnemen aan. het. werk van het college van B. en \V. Doeh de S. D. A. P. heeft te groote eischen gesteld. Wan neer echter hij een volgende verkiezing de verhouding nog is als nu, dan zal spr. overwegen of het niet beter is, aan de eischen van de S. D. A. P. maar gevolg te geven. Dan zal het blijken, dat de so cialistische wethouders geen betere maat regelen kunnen treffen in het belang der arbeiders dan u reeds geschied. Dat blijkt uit hun practijk in andere gemeenten. De heer v. Eek heeft zijn meening voor de werkloozen gehandhaafd, dat alle steun moet komen van de zijde der overheid. Doch dc heer v. Eek geeft zelf toe, dat de overheid niet alles kan doen wat wen- schelijk is. Dat is juist. De overheid kan niet alles en dan moet de particuliere lief dadigheid aanvullend optreden. Spr. spreekt zijn voldoening uit over het feit, dat de S. D. A. P. deel heeft willen uit maken van het Crisis-comité. De heer Knuttel: Dat heb ik nog ver geten (Gelach). De heer Wilmer spreekt ook zijn vol doening uit over het feit, dat spr.'s partij reeds lang gedaan heeft, wat nu de S. D. A. P. 'ook gaat doen; n.l. steunverleening van particuliere zijde. Over de straatdemonstraties zegt spr. dat deze geen doel hebben; hij wijst er op, dat op denzelfden dag dat de S. D. A. P. demonstreerde tientallen menschen bezig waren gaven op te halen ten bate van de werkloozen, en hij vraagt, waaraan deze meer hebben. Verschillende voorstellen inzake ver meerdering van steun zijn ingediend en de raad zal binnenkort voor de keuze komen te staan, of hij al of niet de subsidie van het Rijk zal moeten weigeren. Spr. wenscht omtrent deze kwestie een goed gedocumen teerd praeadvies en wil al deze voorstellen aanhouden tot na de beslissing omtrent de aanvaarding van de Rijkssubsidie. De heer Knuttel heeft voorstellen gedaan, welke verder gaan dan die der S. D. A. P. Willen de socialisten daaruit de conclusie getrok ken zien, dat de heer Knuttel meer ge voelt voor de werkloozen dan zij? Zoo niet, dan moge de S. D. A. P. dat ont houden en zich op hetzelfde standpunt plaatsen bij de beoordeeling van de voor stellen van B. en W. en de houding der Raadsmeerderheid. De heer v. Eek heeft weer voorgesteld, de optochten op Zondag toe te staan. In de feitelijke omstandigheden, waarin wij nu in Leiden verkeeren, is spr.'s fractie tegen deze motie. Omtrent het voorstel inzake oen levensmiddclenbedrijf zegt spr. dat de controle op de levensmiddelen reeds plaats vindt. Van den anderen kant zdet spr. niet in, dat een dergelijk bedrijf in Leiden iets zal uitrichten. Omtrent de kwestie van overheidsbe drijven heeft de heer v. Eek veel gespro ken maar er is hier geen enkel bedrijf, wat voor overheidsbedrijf in aanmerking komt. De motie van den heer v. Eek inzake de medezeggenschap is spr. te vaag, maar hij dringt bij B. en W. aan op spoedig indienen van voorstellen inzake reorganisatie van Georganiseerd Overleg en Dienstcommis sies. Het voorstel-v. Eek inzake de L. Duinwa ter Mij. acht spr. onmogelijk. Hoe kan prac- tisch deze N.V. worden omgezet in een overheidsbedrijf? In aanmerking komt nu alleen het voorstel van B. en W. tot rege ling van bet stemrechtdaarna worden de statuten gewijzigd en in de Raad ge bracht en dan pas kan wat bereikt wor den. De Leidsche Hout moet ook in handen van de gemeente komen, wil de heer v. Eek. Maar waarom moet gemeente-exploi tatie per beter zijn Over de vooretellen-Knutel zal spr. kort zijn Deae communist meent dat de com- manutiache beginselen zullen triomfeeren. He» eonununisme ia de dood van de per soonlijke frijKcM. ook en speciaal van de fodsdienst vrijheid S»je kan reraekeren, dat het communis me aooil den godsdienst aal overwinnen. De heer Knuttel wil alle seleriseep be perken tot 6000, maar spr. waarschuwt daartegen, omdat het dan moelijk zal worden om voor alle verantwoordelijke pos ten de geschikte menschen te vinden. Wan neer men beperken wil, moet men begin nen met af te schaffen de cumulatie van inkomsten, uit hoofde van pensioen of vroeger waargenomen betrekking. Inzake de ingediende belasting-voorstel len wil spr. verklaren, dat hij nu, in tegen stelling met vroeger, niet afkeerig is van een verhooging van de opcenten op de vermogensbelasting, gezien de moeilijke tijd voor de gemeente-financiën. Spr. uit ten slotte den wensch, dat de Raad in zoo groot mogelijke eendracht in dezen zorgvollen tijd zal samenwerken voor de belangen van de burgerij, speciaal van dc werkloozen en andere hulpbehoeven den. Te kwart voor twaalf wordt de verga dering gesloten tot Dinsdagmiddag 2 uur. DE SCHOOLARTSEN. Geen „beroeps-schoolartsen". Bij zijn sohrijven van 21 Maart 1927 deel de de Directeur van den Gemeentelijken Geneeskundigen- en Gezondheidsdienst aan B. en W. mede, dat het bij wijze van proef in 1926 ingestelde schoolspreekuur geëin digd was en z.i. als geslaagd kon worden beschouwd. Hij achtte nu den tijd geko men, om deunitieve voorstellen in te die nen. De verdere voorzetting van het school spreekuur aan de vier in functie zijnde schoolartsen op te dragen, leek hem niet wenschelijk, aangezien daaruit moeilijkhe den zouden kunnen ontstaan. De school artsen toch zijn tevens practizeerende ge- neesheeren en zouden op het schoolspreek uur kinderen moeten onderzoeken, die tot de practijk van hunne collega's behooren. Hij stelde daarom voor het instituut „Schoolartsen" in zijn tegenwoordigen vorm op te heffen en over te gaan tot de benoeming van één 'vol-ambtenaar-school- arts. Deze schoolarts zou dan moeten zijn een specialist in kindergeneeskunde, iemand die 3 jaren uitsluitend gewijd had aan de bestudeering van kinderziekten. En deze extra-studie achtte hij juist van bijzonder belang, omdat het onderzoek, naar de meening van den Directeur, be hoorde verplaatst te worden van de school naar het schoolspreekuur. Aan dezen specialist zou dan moeten worden opgedragen en wel op het spreek uur: lo. het onderzoek van alle nieuw ter school komende kinderen; 2o. het onderzoek van de leerlingen van het derde leerjaar; 3o. het onderzoek van de leerlingen bij het verlaten van de school. Voorts*zou hij moeten worden belast met het geregeld onderzoek van de leerlingen in de school, van de schoolgebouwen, ter reinen, schoolmoubelen, enz. Dit onderzoek zou moeten plaats hebben éénmaal per maand in iedere school. Ten slotte zou hij vraagstukken in stu die moeten nemen met betrekking tot de verwarming en ventilatie van de scholen, het voorkomen van krop, over schoolkinder voeding, enz., terwijl hij bij afwezigheid van den Directeur, dezen zou moeten ver vangen. De Commissie voor den Geneeskundigen en Gezondheidsdienst, in wier handen B. en W. dit zeer ingrijpend voorstel stelden, deelde B. en W. echter bij haar sohrijven van 11/23 Augustus 1927 mede, dat haar het noodige materiaal ontbrak, om een juist oordeel te kunnen uitspreken over een voorstel, dat een algeheele reorganisatie van het geneeskundig schooltoezicht be oogde en dat zij er prijs op stelde, ook nu weder de meening te mogen kennen van die lichamen en personen, die in 1915 hun advies hadden gegeven over het voorstel van het toenmalig lid van den Raad, mr. A. van der Eist, welk voorstel ongeveer ge lijke strekking had, als dat van den Direc teur. Uit den aard der zaak hebben B. en W. aanstonds voldaan aan het verzoek der Commissie, omdat ook zij van meening wa ren, dat in de verloopen 12 jaren wijziging zou kunnen zijn gekomen in het oordeel van de bedoelde Commissiën en personen over deze aangelegenheid. De ingewonnen adviezen deden B. en W. aan de Commissie voor den Geneeskundigen- en Gezondheids dienst toekomen. De Plaatselijke Schoolcommissie, in 1915 tegenstandster van het instituut „beroeps- lltllllllllllllll lllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll ZIJN DE PRIJZEN VAN AL ONS I 3 MAARSMANSSTEEG. I GEEN FILIALEN HIER TER STEDE jiiiiiiimHiiiiiinniiiiiiiiiiiiinHiiiiiiiiiiiiiiiniiiinnnniiiiuHuiiiuiiiuiiiiHiiiiiHiiiiiiiiuiJ sohoolarts", verklaarde zich ook thans te gen het voorstel van den Directeur. Zij meent, dat het tegenwoordig medisch schooltoezicht heeft voldaan aan de ver wachting, die men bij de instelling van het instituut heeft gekoesterd. De Gezondheids-Commissie, vroeger voorstandster van het instituut „beroeps- schoolarts", acht thans de aanstelling van een vol-ambtenaar-schoolarts noch noodig, noch ge wenscht. Ook de Inspecteur van het Lager onder wijs is tegen de aanstelling van een be- roepssahoolarts gekant, doch meent, dat de tegenwoordige sohoolartsendienst behoort te worden gereorganiseerd. De Commissie voor den Geneeskundigen Dienst aohtte, na inzage te hebben geno men van de ingekomen rapporten, in haar grootst mogelijke meerderheid de aanstel ling van een vol^ambtenaar-schoolarts niet gewenscht. Zij meent, dat het medisch toezicht in de school moet plaats hebben, dat de taak van den sohoolarts moet» zijn in de school toezien, dat de gezondheidstoestand van het eene kind geen gevaar oplevert voor dien van het andere en dat het zwaarte punt niet moet liggen in het schoolspreek uur, dat allicht ontaardt in een medisch bureau. Bovendien lijkt de taak van den beroeps- schoolarts, zooals de Directeur die heeft omschreven, veel te groot voor één arts, vooral als men bedenkt dat die taak omvat het toezicht op een schoolbevolking van pl.m. 12.000 leerlingen, verdeeld over 68 scholen. Zij wenscht echter verbetering in het te genwoordig medisch toezicht te brengen door een scherp omlijnd werkplan, een be hoorlijke instructie en toezicht op het werk van den schoolarts. Maar de minderheid, der Commissie blijft ondanks alle aangevoerde motieven de voorkeur geven aan een beroepsschoolarts, die zijn geheele werkkracht, zijn volle toe wijding aan zijn taak kan geven. Dit mi. kunnen de 4 halfambtenaar- schoolartsen h.i. niet. Hun betrekking is een nevenbetrekking; hun toezicht zal bij het ontstaan van een epidemie in het ge drang komen. B. en W. konden zich met het gevoelen van de meerderheid der Commissie volko men vereenigen. Nadien is echter ingekomen een sohrijven van den Inspecteur van het Buitengewoon Lager Onderwijs, waarbij hij B. en W. ver- zooht het opname-onderzoek van de leer lingen van de Buitengewone school en het geregeld medisch toezicht op die leerlin gen in het vervolg niet meer op te dragen aan twee verschillende geneesheeren, doch beide werkzaamheden te leggen in handen van den psychiater. Met dit voorstel kan zoowel de Com missie voor den Geneeskundigen Dienst als het College van B. en W. zich vereenigen. B. en W. geven ten slotte den Raad in overweging: a. het voorstel van den heer Koole, om te besluiten tot de aanstelling van een vol- ambtenaar-schoolarts naast de 4 infunctie zijnde schoolartsen, niet aan te nemen; b. het medisch toezicht op de leerlingen van de buitengewone school voor Lager Onderwijs, evenals heb vooronderzoek van die leerlingen, met ingang van een nader door ons te bepalen tijdstip, op te dra gen aan een psychiater-specialist, wiens taak en bezoldiging nader zullen worden geregeld c. vast te stellen een verordening, waar in eenige wijzigingen van de bestaande ver ordening worden voorgesteld. SPORT Leidsche Politie Sportvereeniging. De Leidsche Politie heeft de kans om den competitie-wedstrijd, welke zij gister middag tegen haar sterke tegenstanders te 's-Gravenhage speelde, verloren doen gaan. Dat deze kans groot was blijkt als de scheidsrechter te ruim 2 uur de elftal len in het veld fluit en Den Haag slechts over 10 spelers, waaronder een drietal in- vallers kan beschikken. Leiden daarente gen heeft vrijwel haar sterkste combina tie in het veld gebracht. Den Haag wint den toss en verkiest met den vrij sterken wind in den rug te spelen. Al spoedig wordt Vleerbos aan den tand gevoeld, doch hij geeft niet thuis. Het spel gaat vérder gelijk op en geen van beide elftal len weet te scoren, zoodat de rust met blanken stand ingaat, hetgeen tevens de krachtsverhouding goed weergeeft Na de thee blijkt een van de Haagsohe spelers te zijn uitgevallen, zoodat zij met 9 spelers in den wind den strijd moet aan binden tegen een volledige Leidsche ploeg Desondanks weten de gastheeren als het spel 15 minuten oud is te scoren bij een misverstand van Vleerbos met de backs en de bal verdwijnt tergend langzaam in het doel. Leiden onderneemt aanval öp aanval, maar door het volledig falen van haar voorhoede blijven doelpunten uit. Het moet gezegd, Den Haag heeft zich als een leeuw verdedigd, doch Leiden had deze twee puntjes onder deze omstandig heden, moeten en kunnen medenemen naar de Sleutelstad. Indien L. P. S. V. over een goed combir.eerer.de voorhoede beschikte, zou zij zeker op een der boven ste plaatsen eindigen, temeer daar haar verdediging in dezen wedstrijd wederom heeft getoond elke situatie volkomen te beheerschen. DE AVONTUREN VAN EEN VERKEERSAGENTJE. WANDELSPORT R. K. Athletiek- en Sportvereeniging „Rood-Wit." Het bestuur van bovengenoemde ver- eeniging heeft het plan opgevat ter gele genheid van het 1-jarig bestaan der wan- delsportafdeeling „De Antilopen" serie- wandelingen te organiseeren. Deze serie- wandelingen bestaan uit 4 wandelingen, waarvan de eerste van 15 km. op Zondag 13 Dec. a.s., de tweede 25 km. op een na der aan te wijzen Zondag in Januari, de derde 35 km. in Februari en de vierde in Maart, de de maand van het 1-jarig be staan, afstand 15 km., waaraan een klei ne feestbijeenkomst aan verbonden wordt. Aan deze marschen kunnen deelnemen alle leden der R. K. vereenigingen te Leiden, zoowel dames als heeren. Inschrijvingen te richten aan W. Stijli man, Burgsteeg 7, vergezeld van 25 cent inschrijfgeld per marsch. Na volbrenging van alle vier de mar schen zal een medaille worden beschik baar gesteld, na volbrenging van minder dan vier marschen het officieele Rood- Wit diploma. Zooals bovenvermeld Zondag a.s. 13' Dec. de eerste 15 km., vertrok 12.30 uur. Startplaats, route en nadere bijzonder heden worden Zaterdag bekend gemaakt. WATERPOLO De kabouter bleef intusschen niet bij de pakken neer zitten. Hij schreef oen brief, riep Jen witten vogel en zeide: „Breng zoo gauw mogelijk de .i brief naar d -n koning. We welen ons anders geen riad. De vogel, blij hulp te kunnen bieden tegen de heks nam den brief in den bek en vloog weg. „Goeie reis", riep de kabouter en laat ons niet in den steek. De koning, nog aitiid met zijn kroon op het hoofd, las met groote belangstelling den brief, welke hem door den vogel was gebracht. Hij dac'.it lang na, terwijl hij aan /.l i lan- n baard tm „Daar moet dadelijk hulp worden geboden", zeide hij. „Laat ik er eens over nadenken. Be zint eer ge begint". WINTERCOMPETITIE HAAGSCHE ZWEMB0ND. L. Z. C.—Maas 5—4. In de overdekte Bad- en Zweminrich ting De Regentes heeft voor de eerste afdeeling van de door de H. Z. B. vastge stelde wintercompetitie de ontmoeting plaats gehad tusschen de zeventallen van de L. Z. C. en Maas uit Rotterdam. De volgende ploegen gingen te water: Maas: P. Hoogland, doel; L. Pot en J. Buis, achter; S. Verkade, spil; R. C. van Senus, A. H. C. van Senus en A. J. van Senus, vóór. L. Z. C.: De la Cour, doel; C. Walen kamp en van Helvert, achter; Elzinga, midden; Buys, H. Walenkamp en de Reede, vóór. De Leidenaars moesten het eerst het diepe gedeelte verdedigen wat niet weg nam, dat zij direct sterk in den aanval waren. Door Elzinga namen de Leidenaars met een verren worp de leiding, 10. Weldra had De Reede succes en bracht met een hard schot den stand op 20. De Rotterdammers waren zeer gehan dicapt doordat zij hun doelverdediger mis ten, aangezien Hoogland zeer onvoldoende keepte. Na enkele mislukte aanvallen slaagde H. van Senus er in uit een corner het eer ste tegenpunt te scoren, 21. Hierna was de thuisclub weer sterker en na keurig opzwenunen stelde Elzinga. Buys in de gelegenheid den voorsprong te vergrooten, 31. In de tweede helft ging het spel weer vrijwel gelijk op. Alleen, de Leidenaars waren wat schieten betreft gevaarlijker, terwijl de Rotterdammers onfortuinlijk waren. Toen Pot op een gegeven moment een bal goed vrij had gemaakt, besloot hij den aanval met een sohot, dat de la Court te machtig bleek, 32. Door Van Reede werd het vrij spoedig hierna 42, terwijl Bus een long shot van Elzinga uit de handen van Hoogland in de goal sloeg, 52. Hierna waren de Rotterdammers in de meerderheid en dank zij goede schoten van A. II. C. van Senus was de stand toen het eindsignaal weerklonk 54. De stand in de eerste afdeeling luidt thans: gesp. gew. gel. verl. v.—t. pnt. H. Z. en P. C. 3 2 1 7—4 5 Z. I. A. N. 3 1 2 10—6 4 S. V. H. 4 12 1 8—9 4 L. Z. C. 3 111 12—13 3 Maas 3 3 6—9 „Vad." t SCHAKEN. De competitie van den Schaakbond voor Leiden en Omstreken. De competitiewedstrijd „Philidor"— Zceterwoude op 23 Nov. jl. alhier gespeeld was afgebroken in den stand 52 voor Zoeterwoude. Twee partijen moesten be slist worden, één partij zou men later spe len, Dit is thans gebeurd. De nog te spe len partij perd door P v. d. Hoeven voor Zceterwoude gewonnen De afgebroken partijen werden respectievelijk voor E. v. d. Valk (Zoeterwoude), 4e bord en voor C. J. Kooreman (Philidor) 8e bord gewon nen verklaard. De einduitslag is dus een 73-overwinning voor Zoeterwoude. Uit deze uitslag blijkt wel, dat de club te Zoeterwoude wel mede een kans zal hebben op één der hoogste plaatsen. Om het kampioencshap van Leiden. Voor den 4den wedstrijd om bovenge noemd kampioenschap hebben ziel nog aangemeld de heeren: P. L. J. Rassers, J. G. van Eijbergen, M. Bloem, S. P. Ouwerkerk en A. Zanen, allen leden van het Leidsch Schaakgenootschap. Er zijn derhalve in totaal 14 deelnemers, een veel geringer aantal dan vorige jaren. We ver moedden dat sommige spelers zich r-iet meer aangemeld hebben, omdat hun Jeans op het behalen van het kampioenschap al zeer gering was, andere mededingers van vorige jaren spelen niet mede, wegen* ge brek aan tijd. Speciaal missen we den heer Demmendal, die in de drie achtereen volgende jaren telkens den eindstrijd mee speelde, alsook Mr. Goudamit, die den eorsten keer het kampioenschap be haalde.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1931 | | pagina 8