STADSNIEUWS WOENSDAG 2 DECEMBER 1931 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD - PAG. 9 LETTEREN EN KUNST BIJ HET EEUWFEEST VAN SEMPRE CRESCENDO. (1831—1931). Het bekende Leidsch Studenten Muziek gezelschap Sempre Crescendo bestaat 8 December 100 jaar en de concerten naar aanleiding van dit eerbiedwaardig jubileum zullen een week later, op 14 en 15 Decem ber in de Stadsgehoorzaal van de Sleutel stad worden gegeven. In 1831 hebben eenige studenten zich vereenigd tot het oprichten van eén gezel schap, met het doel zich te oefenen in de uitvoering van orkestmuziek. Zij gaven dat gezelschap den naam van Sempre Cresceu- do, onder welke zinspreuk eénige der op richters, xn den tijd van hun gymnasiale loopbaan te s-Gravenhage, een vereeni- ging met gelijk doel, doch op veel geringer schaal hadden gevormd, die bij hun bevor dering tot de academische lessen opgehe- De eerste commissie werd den 8en De cember 1831 benoemd en bestond uit de heeren A. A. Deeuik (voorzitter), P. A. Schill (secretaris), U. Leemans (thesau rier) en J. M. Huyssen van Kattend ïjke (commissaris). De eerste opvoeringen hadden plaats in de groote zaal van het toenmalige hotel Do Gouden Leeuw op de Breestraat, geregeld om de 14 dagen dee Dinsdags van 710 uur 's avonds, terwijl op de tusechengelegen Dinsdagen gerepeteerd werd. Slechts eeu zeer beperKt aantal gasten werd tot die uitvoeringen toegelaten. Reeds in bet tweede jaar na de oprich ting besloot men tot toelating van zoo genaamde hoorende en buitengewone leden. Het aantal concerten bedroeg destijds 15 in de 9 maanden, benevens 2 invitatie-con certen en 1 armen-concert. Door het steeds aangroeiende ledental werd het lokaal van De Gouden Leeuw, de zoogenaamde leeuwenkooi, langzamerhand te klein en werden de uitvoeringen dien tengevolge verlegd, eerst in 1833 naar den Schouwburg en later naar de Stadsgehoor zaal. Gedurende de eerste jaren van zijn be staan had Sempre meestal een vast koor, enkel uit leden samengesteld, dat dikwijls uitvoeringen gaf. Zoo werd,, bij de inwij ding van het monument ter gedachtenis aan den in België gesneuvelden Beekman, een cantate uitgevoerd, met woorden van het lid J. P. Heye en muziek van het wer kend, lid J. Enschedé. In 1847 treffen wij 't eerst den naam van den verdienstelijken directeur N. J. Wetrens op het programma aan en wel bij een concert, waar hij tegelijk met Lubeck als solist optrad. In 1856 vertrok hij naar de Kaap en werd opgevolgd door zijn broe der, A. J. Wetrens die gedurende 24 jaren de concerten van Sempre gedirigeerd heeft. Onder de beroemde artisten, welke in die jaren op Sempre optraden, noemen wij Lu beck, Oberthür, Liszt, Thalberg, Vieux- temps, S er va-is, Dreyschock, Rubinstein, Joachim, Wilhelmj, Wieniawski en vele anderen. In de,n loop der jaren zijn de eischen hoogeir geworden; de gesalarieerde hulp troepen moesten steeds vermeerderd wor den, hetgeen een vermindering van bet aantal concerten na zich sleepte. Het gouden feest in 1881 werd luister rijk gevierd en legde getuigenis af van den bloei van het gezelschap. De feestelijk heden begonnen met een receptie van eere- leden en oud-leden in de Stadsgehoorzaal op Donderdag 19 Mei. 's Avonds concert, waarop o.a. onder leiding van den compo-, nist de Symphonie op. 46 van Joh. Ver hulst werd uitgevoerd. Ook den tweeden dag werd een concert gegeven door eere leden, oud-leden en werkende leden, waar op als solisten optraden de eereleden: mej. Anna Verhulst en de heeren J. A. van der Wens, prof. C. Asser, J. Giese en prof. H. van der Hoeven. De derde dag was meer gewijd aan andere vormen van FEUILLETON. ACHTER EEN MASKER Uk het Engelsch van HAEDON HILL. 19) „DE MOORD IN BEACON AUDLEY". Het onderzoek naar het pistool. was het opschrift in vette letters, dat haar naar de deur deed vliegen om een krant te koopen. Een oogenblik later ver slond ze hot bericht, waaruit haar bleek, dat ze zich schromelijk vergist had door te veronderstellen, dat het incident van dien morgen „haar zaak niet was''. Die stoffige pistool-cassette en de eigenaardige, terug houdendheid van den ouden Jenkins tegen den detective, kregen een vreemde betee- keuis in het licht van dit bericht, dat aldus luidde: „Er kan een opzienbarende onthulling worden tegemoet gezien in het tot nader uitgestelde inquest inzake den vermoor den predikant van Beacon Audley en er is een arrestatie op handen. Intusschen is de rechercheur Scott van Scotland Yard, die de plaatselijke autoriteiten bij het onder zoek ter zijde staat, naar Londen vertrok ken om te trachten den verkooper van het pistool, dat op de plaats van het misdrijf gevonden is, op te sporen. Het kan mis schien de taak van de politie vergemak- rhytkmus en blank: een reünie-diner in Hotel du Lion d'Or en een bal in de Stads gehoorzaal. Als bijzonderheid moge worden vermeld, dat Prins Alexander, die eerelid was van S. C., een zilveren krans aan het gezel schap ten geschenke gaf, die nog steeds het vaandel siert. Het tekort ten gevolge van dit grandioos gevierde gouden jubileum had als noodlot tig gevolg, dat de vereeniging van 1883 tot 1888 een periode van gedwongen rust heeft doorgemaakt, in welken tijd het toen nog jonge gezelschap C-dur den zin voor mu ziek bij enkele leden van Sempre heeft weten gaande te houden. In '88 waren de schulden gedelgd en onder leiding van Gottfried. Mann werden de concerten met groot succes weder op gevat. En ditmaal is het noodlot minder wreed geweest Want onder zijn leiding is van toen af Sempre gestadig in bloei toe genomen en heeft het zijn naam met eero doen klinken, „meer en verder in het bui tenland", zooals in 1909 de lieer Anton Hekking zeide ,„da.n gijzelf wellicht weet'. In den beginne werkte voor de blaas instrumenten de stafmuziek van het 4e Reg. Infanterie op de uitvoeringen mede. Daar deze evenwel de oude (hoogere) stemmiug behield, wat vooral voor de solisten on gerief medebracht, werd sinds 1895 de har monie van het Utrechtscb Stedelijk Orkest geëngageerd. Later, toen er zich moeilijk heden \uorueden in verband met het treinverkeer Leiden—Utrecht, zijn daar voor tot op den huldigen dag de blazers van het Residentie-Orkest .geëngageerd, waarbij zich in den regel enkele dilettant- blazers, leden van Sempre, voegen. In 1902 is Maan wegens ziekte tijdelijk vervangen door den boer F. E. A. Koeberg, die hem later definitief is opgevolgd en sedert dien brak een nieuwe periode als t ware aan met het optreden van den heer Koeberg als directeur, maar de overgang was nauwelijks merkbaar door het krach tige, bezielende vuur, waarmee hij terstond het orkest leidde; men kan zelfs zeggen, dat hij, zich in den loop der jaren meer en meer als dirigent en componist ontwikke lend, in verband daarmee Sempre's praesta- ties steeds tot een hooger peil heeft weten op te voeren. Onder Koeberg hebben als solisten o.a. hun gewaardeerde medewerking verleend kunstenaars als Soharwenka, Casals, Bauer, Flesch, Huberman, Percy Grainger, Lamond; ook verschillende werkende le den hebben als solist voortreffelijke eigen schappen getoond. Ter gelegenheid van het 75-jarig bestaan heeft Koeberg een aan Sempre opgedragen feestmarsch gecomponeerd, Vivat, floreat, crescat Sempre Crescendo, welke ook thans op het programma staat. Van zijn bijzondere da/den willen wij slechts nog m herinnering brengen de twee zoo uitnemend geslaagde uitvoeringen der Alianora-muziek, welke onder de bezielen de leiding van den oomponist en met mede werking van de Haagsche Onderwijzer» Zangvereeniging, in Leiden en Den Haag plaats voïiden. Het uitbundig succes bij het zeer talrijk publiek daarbij opge luisterd door de aanwezigheid der vors Le lijke personen heeft wel tot een glans punt in Sempre's bestaan geleid, tevens een onovertrefbare hulde aan den compo nist-dirigent Koeberg. Door bijzondere omstandigheden zullen de concerten van 14 en 15 December niet door hem worden gedirigeerd, maar heeft de heer Louis Walther Boer zich met de leiding belast. Doch bij het 100-jarig be staan past een woord van groote erkente lijkheid voor al hetgeen de heer Koeberg in een periode van bijna 30 jaar voor Sempre heeft gedaan. Hij is geen man van feesten, elke viering is hem vreemd, maar de muziek, waaraan zijn leven is gewijd, heeft hij in Leiden steeds hoog gehouden. En zoo past het, hem thans daarvoor dank te brengen, niet alleen uit naam van dui zenden toehoorders, maar zeker, en in de eerste plaats uit naam van de honderden oud-leden, die aan hem hun liefde voor de muziek en voor Sempre te danken hebben. kelijken, als wij vermelden, dat het wapen een éénloopsche voorlader is, van een ver ouderd type, dat vroeger alleen gebruikt, werd* bij duels. Verschillende experts, die het pistool hebben gezien, zijn van mee ning, dat het van een soort is die steeds paarsgewijze werd verkocht. Doodsbleek legde Phyllis de krant neer en keek door de glazen deur van het kan toor. De oude Jenkins bevond zich in het land der droomen. Uit de keuken hoorde ze geluiden, die haar vertelde, dat zijn echt- genoote bezig was met de vervulling van haar huishoudelijke plichten. Na een korte aarzeling sloop Phyllis de trap op, naai haar slaapkamertje en even later kwam ze met hoed en mantel aan naar beneden. Op haar weg naar de voordeur bleef ze even bij het bureau staan en schreef eenige regels op een stukje papier, dat ze op een in het oog vallende manier op haar half voltooide catalogus legde. Toen ze bij de- voordeur stond, scheen een geheimzinnige macht haar te dwingen even achter om te kijken. De antiquair was opgestaan en gluurde door het glas naar haareen boosaard'ge flikkering in zijn oogen deed haar even op den drempel stilstaan. En terwijl hij onsamenhangende klanken uit stootte, strompelde hij uit zijn kantoor, maar Phyllis draaide zifh om en vluchtte de straat op. Voor *hi^ bij de deur was. was 7ij reeds in het gewoel verdwenen H9OFDSTUK X. Het roode licht. Carter Ravenscar verheugde zich ge waardeerd als hij en zijn werk door zijn meester werden in de beschikking over LEIDSCH JAARBOEKJE. Zooals gisteren medegedeeld, is bij de firma P. J. Mulder en Zoon wederom ver schenen het telken jare redactioneel en ty- pographisch keurig verzorgde Leidsch Jaarboekje van de Ver. „Oud Leiden". Het bevat een reeks „In Memoriam", n.l. van wijlen den heer R. W. Spend el, door den heer J. H,Manders, wijlen den heer ds. J. Hoogenraad, door den heer ds. J. Rie- mens, wijlen den heer B. A. J. van Baaren, door N. N., wijlen den heer J. C. Spaarga ren, door den heer J. G, M. van Griethui zen, wijlen den heer J. A! Korteweg, door den heer J. H. Zaayer, wijlen den heer Thomas Haasnoot, door mevr. M. L. H. EerdbeekClaasen, wijlen den heer arts D. Stigter, door den hoer dr. J. A. Schreu- der, wijlen den heer G. L. van den Berg, door den heer E. Th. Witte, wijlen den heer H. Cohen Jzn. door den heer I. van Gel der, wijlen den heer L. den Ouden, door den heer Us. A. J. Ruys, wijlen den heer H. AL Basse, door den heer ds. AI. J. Pun- selie, wijlen den heer ds. G. J. Boekenoogen, door den heer prof. dr. L. Knappert, wijlen den heer dr. H. van Nes, door den heer J. Kioos, wijlen den heer O. Versluys, door den heer mr. P. E. Briët, wijlen den heer prof. dr. M. W. de Visser, door den heer prof. dr. Ph. S. van Ronkel wijlen den heer ds. R. Horst en wijlen den heer J. W. Nieuwenhuizeu Segaar, door den heer d». A. J. Ruys. Verder bevat het jaarboekje artikelen van den beer ir. GL. Driessen over Het leven en de geschriften van den stads architect S. v. d. Paauw, van den heer \V. J. J. C. Bijleveld getiteld Curuim; van den heer jhr. mr. D. P. M, Graswmckel over Santhorst; van den heer jhr. dr. W. A. Beelaerts vau Blokland over Wassenaar- in den Geuzentijd; van den heer H. J. Jesse over. Een oude Boerenwoning (n.l. Callao) terwijl wat klein-werk benevens het ver slag, de statuten etc. van Oud-Leiden het geheel oompleteeren. Wij ontleenen hier aan het Jaarboekje het „In memoriam" door den heer J. H. Mander» gewijd aan den heer H. W. Speu- del z.g.: Den 22en December 1866 werd te Delft geboren H. W. Spend el. Hij volgde aldaar het lager onderwijs om zich vervolgens aan de muziek te wijden. Na voltooiing zijner studiën was hij vele jaren als leeraar in de muziek aan het College te Katwijk verbon den. Later verwisselde hij van werkkring, doch zijn muzikale neigingen verlieten hem niet. Veel deed hij voor de huidige R. K. Ürafcoriumvereeniging te Leiden en de laatste jaren voor'de vereeniging „Leidsche Kunstkring voor Allen", terwijl menig ver slag en menige recensie op muzikaal gebied van zijne hand in de Leidsche Courant ver scheen. Bij de oprichting der Hanzebank in Lei den werd hij aldaar correspondent, latei- directeur en vervolgens propagandist der bank. Inmiddels werd hij collecteur der Staatsloterij, welke functie hij tot aan zijn dood heeft vervuld. Ook op sociaal en politiek terrein was de heer Spendel geen onbekende. Hij is voorzitter geweest van de Leidsche afdoe- ling der R. K. Middenstandsvereeniging „De Hanze", voorzitter van de Leidsche afdeeling van den R. K. Bond voor Groote Gezinnen, lid van de St. Vincentiusvereeni- ging, voorzitter van de vroegere Propa- ging, voorzitter va nde vroegere Propa- gandaclub „De Jonge' Garde". 4 September 1923 werd hij lid van den Gemeenteraad. Met warmte wijdde hij zich aan deze taak. In de belangrijke commissies van fabrica ge, van financiën en van de lichtfabrie ken en meerdere andere had hij zitting. Daar, in de vergadering van den gemeen teraad was het, dat hij bij de vurige verde diging van zijne beginselen het tijdelijke met het eeuwige verwisselde. Lijdende aan een hartkwaal was hij reeds het jaar te vo ren ernstig ongesteld geweest en had hij zich, zooals hij zelf verklaarde, voorbereid de eeuwigheid in te gaan. Voorbereid om te sterven was en bleef hij. Het was dan in een voortreffelijk ingerichte eigen zitka mer op de Priory. Hierin trok hij zich terug om zijn cor respondentie af te doen en zijn omvang rijke administratie bij te houden, hier ook bracht hij de schaarsche vrije uren door, die hij zichzelf veroorloofde. Maar vaak was dat niet, daar hij of uit plichtsgevoel óf uit eigen belang Lord Monksilver nooit langer alleen liet, dan strikt noodig was. Op den middag evenwel, van den dag, vooraf gaande aan het uitgesteld inquest inzake den moord op Dominee Wenslade, had de oude edelman een onderhoud met een hooggeplaatste bezoeker, die een groote afstand had afgelegd om onder voorwendsel van een condoleance-bezoek, alle bijzonderheden van de tragedie ge waar te worden. De markies van Esdailc zou zeker een paar uur blijven en onder- tusschen had Ravenscar de eenzaamheid van zijn kamer opgezocht. Terwijl hij in gedachten een sigaret rookte en de kamer op en neer liep met de handen op den rug, keek hij toevallig door een van de erkerramen, die uitzicht pa ven over het heele park, tot aan het tuin hek. Plotseling keek hij opmerkzaam naar een jongen, die het huis naderde en die hij herkende als de telegrambesteller van het postkantoor van Beacon Audley. Ra venscar greep zijn hoed, rende door de hall en ontmoette den jongen bij de voor deur. Voor mij? vroeg hij, terwijl hij op het telegram \yees. Ja, mijnheer, antwoordde de tele grambesteller. Ik moet wachten, om te 7,ien of er ook een antwoord is. Ik heb een formulier meegebracht. Ravenscar opende het telegram en las: UIT DE RADIO-WERELD Huizen, 1875 M. Programma's voor Donderdag 3 Dec. 8.00—9.15 en 10.00—10.15 Gramofoonpl. 10.15 Ziekendienst. 10.4511.30 Gramofoonplaten. 11.30 Godsd. Halfuuitje. 12.152.00 Concert K. R. O.-orkest o. 1. v. J. Gerritsen. 2.00 Hand werkcur sus. 3.003.45 Vrouwenuurtje. 4.00 Ziokenuurtje. 5.00 Cursus Handenarbeid voor de jeugd 5.456.45 Piano-recital door Mej. R. de Cocq. 6.45 Knipcursus. 7.00 Vragenhalfnurtje. 7.45 Ned. Ohr. Persbureau. 8.00 Concert Ciir. Politie Aluziekvereen. „Crescendo" o. 1. v. Chr. W. H. Ripken. 9.009.30 Causerie „Familie-contact". 9.3010.15 Vervolg Concert. 0.a. Ouvertu re Norma", Bellini, oa. 9.45 Vaz Dias. 10.1511.30 Gramofoonplaten. Hilversum, 298 M. Uitsluitend A. V. R. O.-uitzending. 8.00 Gramofoonplaten. 10.00 Morgenwijding. 10.15 Gramofoonplaten. 10.30 Voordracht door Julia de Gruyter. 11.00 Concert. Betsy van Praag (piano) en Elisabeth Vermeulen—Steffelaar (zang) 11.45 Gramofoonplaten. 12.00 Concert door het Lunch-Trio. I.45 Gramofoonplaten. 2.00 Halfuur voor de Vrouw. 3.00 Knipcursus. 3.45 Gramofoonplaten. 4.00 Ziekenuurtje. 5.006.30 Concert door het Omroepor kest. 6.30 Sportpraatje door H. Hollander. 7.00 Vervolg Omroeporkest. 0.a. Eine kleine Naohtmusik, Alozart. 7.30 Engelsche les. 8.00 Gramofoonplaten. 8.1510.15 Concert. Residentie-Orkest o. 1. v. A. van Raalte. M. m. v. Viola Mit chell (viool). 0.a. Vioolconcert b-moll, Saint Saëns. ca. 9.00 Causerie over den Volken bond. Vervolg Concert: o.a. 1ste Arlésien- ne-suite, Bizet, en Ouverture 1812, Tohai- kowsky. 10.15 Vaz Dias. 10,3012.00 Kovacs Lajos en zijn orkest. Daventry, 1554 M. 10.35 Alorgenwijding. II.05 Lezing. 12.20 Orgelconcert, door Reginald Foort 1.20 Gramofoonplaten. 1.352.20 Concert door het Sted. Orkest van Birmingham o. 1. v. Leslie Howard. 2.25 Voor de scholen. 3.20 Kerkdienst. 4.30 Dansmuziek door Jack Payne en zijn B. AI. C. Dansorkest. 4.50 Concert door het Grosvenor House Orkest 0. 1. v. J. Meeus. 5.35 Kinderuur. de vergadering van Donderdag 23 Januari 1930, bij de behandeling der begrooting, dat de heer Spendel, zijne beginselen te genover de socialistische stellende, met warmte verdedigde, dat er ook nog voor iets anders te zorgen is dan alleen het ver- schaffWi van de middelen tot lichamelijke opvoeding en verheffing van de menschcn. „Reeds Horatius zeide: non omnis moriar (niet alles in mij zal sterven)", zoo sprak hij onder meer. En zijn rede voortzettende, brak hij eenige oogenblikken later plotse ling af, werd onwel en gaf spoedig,daarop den geest. Een algemeene verslagenheid heerschte er in den Raad. Nog grooter verslagenheid in de familie van den overledene, waarvan twee zoons vanaf de publieke tribune de rede van hun liefdevolle vader gevolgd hadden en waarvan de een, toen hij zijn va der onwel mg worden, ijlings toesnelde, de ander zich naar huis spoedde om spoe dig met zijn moeder en zusters terug te keeren, doch slecht-s om de ontstellende Dood licht voorop. Onze gast verliet ons vanmiddag om drie uur met onbeken de besteraming. Ravenscar zei den jongen, dat er geen antwoord was en stond 'als aan den grond genageld, terwijl hij op het telegram staar de, zijn gezicht als oen ondoorgrondelijk masker, voor wat er in zijn binnenste ora- ging. Eindelijk slenterde hij, nadat hij op zijn horloge had gekeken en in zijn zak ge voeld had, of hij een spoorboekje bij zich had, naar 't tuinhek. Voor zich uit zag hij den telegrambesteller loopon, die bij het hek op zijn fiets stapte en wegreed. Nu kon Ravenscar zijn pas versnellen, zonder door den jongen to worden gezien. Hij wenschle niet, dat de wandeling, die hij zich voorgenomen had, zou worden toege schreven aan de ontvangst van het tele gram. In de verlaten hoofdstraat bleef hij even staan en verbrandde het telegram met behulp van een lucifer en liep toen de straat verder door naar het strand, 't Was een drukkende middag en hij ontmoette bijna niemand. Hij zette er een flinken pas in en toen hij de straat afgeloopen was. sloeg hij links af en volgde de krom- mingen van de baai, naar de geïsoleerde groep visschershutten. die bij de kaap van Deadman's Oastle stonden. De meeste hut ten waren opgebouwd van drijfhout en met geloerd zeildoek overdekt, terwijl de be woners heel wat verschilden van de orde lijke bewoners van het dorp. De mannen met hun donkere gelaatskleur en forsch gebouwde gestalten, woonden hier met hun vrouwen, die ravenzwarten haren hadden, vlak bij de zee En het praatje ging, dat zij hun snel-opbruisend bloed te danken had den aan de vreemde scheepsbemanning, 6.50 Beethoven's Piano-sonates door Do rothy Aloggridge. 7.10 Duitaehe causerie. 7.40 en 7s50 Lezing. 8.20 „The Didgeway Parade", Zang- en dansrevue. 9.20 Berichten. 9.40 Lezing „What I would do with the world". 10.10 SolistcnconcerL Bariton en Piano Oa. Maaurka en Scherzo in b-moll, Clio- pin. 10.50 Kerkdienst. 11.05—12.20 Dansmuziek door Jack Payne en zijn H. B. C. Dansorkest. „R a d i o-P a r i s", 1725 M. 8.05, 12.50, 1.25 Gramofoonplaten 8.20 Vroolijk halfuurtje. 9.05 Esope, van Th. de Banville. 9.50 Operafragmenten (Gramofoonplaten) O.a. uit Carmen, Bizet. Langenberg, 473 M. 6.257.20 Gramofoonplaten. 12.251.50 Concert o. 1. v. Wolf. 4.205.50 Liederonconcert. G. Baum (Bariton). Begl. Grape. 7.20 ,,Wir durchtanzen ein Jahrhundert". Omroeporkest en solisten. HiernaBij de Zesdaagsche te Keulen. 10.3011.50 Avondconcert o. 1. v. Eysoldt Kalundborg, 1153 AL 11.201.20 Concert uit het Palace-Hotel. 2.0Ö4.00 Mogens Hansens Orkest. 7.30—8.20 Orkestconcert. O.a. Turksche Marsoh uit „Ruinen von Athcn", Beetho ven. 8.209.05 Radio-tooneel. 9.05 Moderne Pianomuziek. 9.209.30 Radioschets. 9.4510.20 A[oderne Muziek. O.a. „Der Jager aus Kurpfalz", P. Hindcmith. 10.2011.50 Dansmuziek. Brussel, 508 en 338 M. 508 meter: 5.20 Orkestconcert. 6.50 Gramofoonplaten. 8.20 Volksliederen en Potpourri's. Om roeporkest en solisten. 9.2010.20 Gramofoonplaten. 338 meter 5.20 Orkestconcert. 6.20 en 6.50 Gramofoonplaten. 8.20 Concert Omroeporkest. O.a. Ouver ture Tooverfluit, Alozart. 9.2010.20 Vervolg Concert. 0.a. Wals „Der Rosenkavalier." Rome, 441 M. 8.20 Feestavond ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van de Zeevaartkundige Academie o. 1. v. Pietro Mascagni. Z e e s e n, 1635 M. 6.50 Oud-Weensolie Dansavond. M. m. v. Orkest en Otto Fasv.el. (Tenor). 8.15 Lezing. 8.45 Hoorspel „Advent" van R. Mirbt. 9.35 Berichten. Hierna Uitzending van het Slot der Zesdaagsche Wielerwedstrij den te Keulen. Verxolgens tot 11.50 Dans muziek door de kapel van Eysoldt 0. 1. v. Pensis. mededeeling te ontvangen, dat vader reeds gestorven was. Moge ik besluiten met de aanhaling van een gedeelte uit de gevoelvolle rede, welke de Voorzitter van den Gemeenteraad bij de heropening der zitting den volgenden dag hield: „Zóó in het harnas te sterven, zóó in den „Raad van uitverkorénen van het volk, „zóó heen te gaan te midden van een warm „gevoerd pleidooi voor het hoogero in ons „leven, zóó te sterven met die erkentenis „op de lippen, dat wij onderworpen zijn „aan hoogere machten en ons daarnaar „richten mogen, ontneemt aan den dood het „afschrikwekkende, dht teekent zoo duide lijk, dat en waarom wij in den dood be rusten mogen. „Onze Raad, ja onze gemeente is hem „veel dank verschuldigd voor vóel toegc- „wijden arbeid. Hij blijft bij ons in goe- „de en dankbare herinnering. „Aloge hij in vrede rusten". die twee eouwen geloden schipbreuk had den geleden op het rif, waar nu de ruïne van den ouden vuurtoren stond. Hoe dit ook was, de visschers werden door de an dere bewoners met schuine oogen aange keken en men had een sterk vermoeden, dat zij, behalve visschen, er ook minder oorbare methoden op na hielden 0111 aan de kost te komen. Alaar hierover sprak men nooit openlijk in Beacon Audley, want do mannen van de kust waren kort aangebon den en hun wrok duurde lang Ravenscar volgde zijn weg naar de kust. Het primitieve verblijf, waarheen hij zijn schreden richtte, stond apart van de an dere hutten. Het leek ook wat beter on derhouden. Voor de kleine ramen aan weerskanten van de deur, die niet grooter waren dan die van een woonwagen, hin gen kanten gordijnen, versleten, maar hel der. De klop van den bezoeker op dn stevige houten deur werd met opmerkelijke le vendigheid door een knap meisje van on geveer twintig jaar, beantwoord. Ze droeg een korten rok van ruige stof en een hel roode blouse met laag uitgesneden hals. Dit costuum, haar donkere gelaatskleur en vrijpostige, donkere oogen, gaven haar het uiterlijk van een zigeunerin. Alooi was 7.0 ongetwijfeld, met haar frissche roode lip pen en haar scherp gesneden trekken, maar haar schoonheid was die van een onzetemd dier, dat geen wetten kent. maar leeft naar zijn instinct, onstuimig in zijn liefde en in zijn haat. (Wordt vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1931 | | pagina 9