23ste Jaargang VRIJDAG 16 OCTOBER 1931 No. 7028 DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN BINNENLAND ZONDAGSBLAD S)e2cidóeli^0oii/^aTit DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling Voor Leiden 19 cent per week f2J>0 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week f 2.60 per kwartaal Franco per poet f2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling vaD 50 cent per kwartaal, bij ▼ooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 oenfc. TEL INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 II GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per regeL Voor ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. Kleine advertentiën, van ten hoogste 30 woorden, waarin betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, buur en verbuur, koop en verkoop f 0.50. Dit nummer bestaat uit vier bladen V Een inaugurale rede, die teleurstelt. Aan de Leidsche Universiteit heeft mr. B. M. Telders het hoogleeraarschap in het Volkenrecht aanvaard met een rede over de juridieke waarde van den oorlog. 't Ts wetenschappelijk van groot belang, t.e onderzoeken, wanneer een oorlog naar den huidigen stand van het internationale recht verboden of geoorloofd is. Deze we tenschap kan direct-practisch nut hebben. Maar wie deze wetenschap bestudeert en doceert mag zich niet opsluiten in zijn studeerkamer, mag zich niet beperken tot koel-zakelijke beschouwingen, maar ook zijn gevoel, beheerscht en gecontroleerd door het verstand, móet uitgaan naar dat verschrikkelijke gebeuren, dat oorlog heet, en dat met zich sleept een onafzienbare reeks rampenen in zijn beschouwingen over het recht en den oorlog moet dat gevoel doorlichten, opdat zóó de ware, de v o 11 e d i g-r e e 1 e beteekenis van den oorlog worden gezien en erkend. En dat gevoel hebben we gemist- in de rede van prof. Telders. Wij ontleenen hier aan zijn rede: De vraag, welke de juridieke betee kenis is, die aan den oorlog naar hui dig volkenrecht toekomt, heeft niets gemeen met de vraag, hoever wij van het „ideaal" van den eeuwigen vrede nog zijn verwijderd. Ja, ik ga zelfs verder: Juist de erkenning van den oorlog als instelling des rechts doet ons beseffen, dat de z.g. „schoonen ons beseffen, dat de z.g. „wereldvrede de kwalificatie voor een z.g. „schoonen droom" niet eens verdient, in zooverre immers afschaffing van wapengeweld bij een zondige menschheid noodzake lijk dulding van onrecht beteekent, en „schoon" die droom dus eerst zou mo gen heeten, wanneer de vrede zich aan een onverstoorde gerechtigheid paar de, een paradijs-achtige toestand, die in strijd is met het begrip van den menschlijken geest en in redelijkheid „hier op aarde" niet is te verwachten. Wij missen hier en ook verder in de inaugurale rede élk pleidooi voor vrede door recht zonder macht van wapenen.... Zeker, ook wij kunnen ons niet voor stellen, dat, als de vredes-idealen van de meest-optimistisch gezinden verwerkelijkt zullen zijn, alle gewapende macht zal kunnen verdwijnen. Er zal moeten zijn een internationaal politieleger; er zullen ook moeten blijven nationale politielegers. Maar het streven der menschheid moet er op gericht zijn, doelbewust en kracht dadig, om den oorlog, zooals wij dien ken nen den feitelijken oorlog, waaraan een afschuwelijke geperfectioneerde bar- baarschheid inhaerent is uit te bannen en onmogelijk te maken. En dat een hoogleeraar in het Volken recht in een rede over den oorlog dat stre ven, hetwelk gelukkig feitelijk onder de menschheid groeiende is wij herinneren aan het petitionnement van de Ned. Dag bladpers kwalificeert als een streven, dat niet eens den naam van een „schoonen droom" verdient, is wij aarzelen niet, het aldus te zeggen teleurstel lend, in hoogen mate. FEUILLETON. Wij zijn gisteren begonnen met een feuilleton, die zooals ons nu is ge bleken de bewerker ook reeds el ders had geplaatst. Wij waren daarvan niet in kennis gesteld, en hebben nu de plaatsing onmiddellijk gestaakt. In ons volgend nummer plaatsen wij een voor ons blad bewerkt nieuw feuilleton. Wat gebeurt er op het oogenblik te Konnersreuth? door Dr. HANS HOCHT. (Wiesbaden). Den laatsten tijd verscheen in de Duit- sche pers een aantal artikelen, waarin ge sproken werd over een wending in het „ge val Konnersreuth". Men wilde den schijn wekken, alsof de gebeurtenissen aldaar geëindigd waren. Op 1 Junli j.l. zou de ker kelijk overheid volgens deze artikelen, door een speciaal gebod om het aantal be zoeken to beperken, stelling genomen heb ben tegenover Konnersreuth, waardoor verschillende gebeurtenisen in een ander daglicht zouden komen zijn te staan. Daarom wil de schrijver van dit artikel op grond der waarheid enkele punten in het juiste licht plaatsen en dit wel te meer, omdat hij verschillende brochuren over Konenrtsreuth geschreven brochuren omdat hij in de gelegenheid is geweest van 15 tot 18 Juli j.l. de gebeurtenissen ter plaatse mede te maken en te controleeren. Valsch en onjuist is in ieder geval, dat de Bisschop van Regensburg sinds 1 Juli niemand meer heeft toegelaten. Wel zijn geen nieuwe toegangsbewijzen meer uitge geven. Inderdaad hebben op 16, 17 en 18 Juli telkens 50 bezoekers (waaronder ikzelf 3 maa-1) Therèse Neumann bezocht en op Vrijdag 17 Juli haar lijdensextasen gezien. Valsch en onjuist is, dat Therèse zich tegen bezoek verzet. Valsch en onjuist is het vermoeden, dat de gebeurtenissen te Konnerreuth opge houden zouden hebben. Schrijver van dit artikel had de gelegenheid Vrijdag 17 Juli tweemaal de lijdens-extase bij te wonen en wel 's morgens omstreeks tien uur geduren de tien minuten en 's middags van 12 tot 12.30. De lijdensextase vinndt nu ook nog eiken Vrijdag plaats en pastoor Naber kon vaststellen, dat Therèse nog meer lijdt dan op andere Vrijdagen van het. afgelou- pen jaar. Het was een ontroerende aan blik de gestigmatiseerde bloedend in haar bed te zien liggenmet haar van smart vertrokken gezicht, haar oogen vol pijn, die schenen te blikken in een andere we reld en waaruit twee bloedige strepen zich op haar wangen afteekenden, haar al bast-witte handen, die zich in onuitspre kelijke pijnen wrongen. Op den rug en in den palm der handen waren duidelijk de stigmata zichtbaar. Zij bloedde uit de wonden van haar hoofd, zooals goed aan den hoofdoek was te zien. Het was als een krans bloedroode rozen. De sterk bloe dende hartwonde was duidelijk merkbaar door een groote bloedvlek op het witte kleed. Ontroerend is het hoogtepunt der tragedie op Golgotha tusschen 12 uur en 12.30. Zij hoort de laatste woorden van Christus aan het kruis, zij wendt zich tot den moordenaar aan de rechterzijde van het kruis, die met den dood worstelt, de Heiland lacht haar vanaf het kruishout toe. Bij het laatste woord „het is volbracht", wringt Therèse nog eenmaal met Christus in afschuwelijke pijnen de handen. Dan zinkt zij in de kussens terug om Zaterdags weer gezond en frisch op te staan. En bij dat alles gebruikt zij nog steeds geen voed sel. Nu reeds gedurende v ij f Ik was in de gelegenheid een uurtje te praten met vader Neumann en pastoor Na ber en zij bevestigden, dat de gebeurte- sen onafgebroken voortduren en dat het aantal bezoekers ook dit jaar zeer groot was. Op scommige Vrijdagen vaak honder den personen. Het is dan ook een ernstige openlijke dwaling te zeggen, dat de gebeur tenissen geëindigd zijn. Juist het tegen deel is waar. Therèse heeft in een harer extasen verklaard, dat zij pas in het be ginstadium verkeeren. Eveneens is het valsch en onjuist te meenen, dat er in de kerkelijke beoordee ling van het geval een wending geko men is. De bekendmaking van den Bis schop van Regensburg van 1 Juli wijst er uitdrukkelijk op, dat met de beperking van het toelaten van bezoekers geen be oordeeling, pro of contra, van het geval uitgesproken is. Tijdelijke beperking der bezoeken had herhaaldelijk plaats om de familie Neumann vooral in den oogsttijd niet te zwaar te belasten. Slechts dit is ge beurd. Een als tegenstander van Konners reuth bekende hoogleeraar heeft zich met een geschrift: „de strijd om Konners reuth", waarvoor hij den vorm van een rechtspraak-behandeling koos, tot den Bis schop van Regensburg gericht. Om de felle discussies in rechte banen te leiden, beperkte het ordinariaat tijdelijk de bezoeken. Dat is het geheele intermez zo. Ondertusschen is de beperking weer opgeheven. Er heerseht derhalve allesbe halve de stilte van het graf rond Konners reuth. De discusies waren nog zelden zou hevig als thans. Verder wordt door het jongste bezoek van Therèse Neumann aan den Bisschop van Speyer op 13 September 1931 de meening in genoemd artikel weerl.yegd, als zou de Kerk een absoluut afwijzende hou ding tegenover het geval aannemen. Ook Paus Pius XI heeft den vroegeren arts en tegenwoordigen Franciscaner-pater, den rector der. katholieke universiteit te Mi laan dr. Gemelli herhaaldelijk opdracht gegeven het geval Konnersreuth te onder zoeken en na diens rapport den apostoli- schen zegen gegeven aan Therèse Neu mann en pastoor Naber. Het grondige oor deel van den protestantschen geneesheer dr. Gerlich is nog van geen enkele zijde afdoende bestreden. In een tweedeelig werk komt deze arts tot de conclusie, dat hij 't geval Konnersreuth langs wetenschap- peLenken weg niet kan verklaren. Zoo juist is bij het „Verlag Angerer, -Waldfassen" van de hand van Sanitiitrats dr. Kleïn- schrod verschenen het werk: „Konners reuth, Natüriiches oder Uebernatiirliches Gesohehen Hysterie of een hoogere macht1?' De schrijver komt na diepgaande onderzoekingen te Konnersreuth aan de hand der biologische levenswetten tot de conclusie, dat de verschijnselen, de waar genomen feiten vallen buiten de natuur lijke levensfuncties, buiten de wetten der pathologie. Dit is trouwens het oordeel van dozijnen bekende artsen, die Therèse ter plaatse hebben onderzocht. De Kerk heeft op het gebied van stigma- tisatie veel ervaring en met haar groote voorzichtigheid zal zij eerst na grondig en pijnlijk nauwkeurig onderzoek haar oordeel uitspreken. Kanonieke processen duren meestal heel lang, ook om zoodoende alle invloeden van voorbijgaande meeningen van tijdgenooten uit te schakelen. TWEEDE KAMER. Mobilisatie-slachtoffers. De interpellatie. Het eerste deel van den dag was nog gewijd aan het nieuwe wetje nopens de mobilisatie-slachtoffers, dat er ten slotte zonder hoofdelijke stemming is doorgegaan. Een paar concessies heeft minister Deckers gedaan; zoo zullen b.v. in bij zondere gevallen de belanghebbenden ook nog ondersteuning kunnen bekomen, als zij niet reeds vóór 1 Januari 1925, doch pas een dezer dagen op steun hebben aangedron gen. Daarna heeft dè heer v. d. Tempel een aantal vragen gesteld inzake de be strijding der werkloosheid door de regee ring. Deze vragen zullen alle beantwoord worden door minister Ruys de Bee- renbrouck, die gisteren een begin daaraan heeft gemaakt. De minister spreekt uit een woord van medeleven met de duizenden die slachtoffer van de crisis zijn geworden. Allereerst denkt spreker aan het jonge geslacht, dat volkomen geschikt tot arbeid-, dien arbeid niet kan vinden. De regeering beschouwt den geesel der werkloosheid als een der ergste kwalen va.n dezen tijd. Ook gaat het medeleven uit naar ondernemers, die dui zenden verloren hebben na hun zaken met groote inspanning opgebouwd te hebben. Zeer vele zaken worden ondermijnd en ver dwijnen. Het is de dure plicht der regee ring, alles te doen' wat zij kan om ver betering te brengen. De toestand in Neder land wordt helaas slechter en slechter. Ndcli ons volk, noch de regeering kunnen verbetering brengen, dat kan alleen duur zaam door internationaal overleg. Natio naal behoeft men echter niet werkloos te blijven, maar de financieele toestand van land en volk blijft een rem. Steeds meer hulp wordt gevraagd, steeds minder mid delen voor hulp zijn beschikbaar. De minister breekt hiei* zijn rede af. De vergadering wordt verdaagd. KATHOLIEKEN, VEREENIGT U. Duizenden Katholieken studeerden en studeeren nóg Esperanto. Maar waarom komen zij onze gelederen niet verster ken? Ziet rondom U: al wat niet ka tholiek is vereenigt zich wèl, en dat in groote getale. De invloed van Esperanto neemt dagelijks toe: In Spanje zijn drie vooraanstaande socialistische esperan tisten in het Parlement gekozen, die na tuurlijk, en met recht, hun invloed ten gunste van Esperanto zullen gebruiken. In Lyon heeft de gemeenteraad, onder presidium van Herriot, ex-minister van Frankrijk, een motie aangenomen, den wensoh uitsprekende, dat Esperanto ver plichtend worde' gesteld in de staats- zoowel als in de particuliere onderwijs inrichtingen van de geheele wereld. Laat ons toch actief zijn vóór het te laat is. Nog eens: komt ook gij ons helpen. Zoo vele niet-Esperantisten hebben ons AMBTSAANVAARDING PROF. MR. B. N. TELDERS. De juridieke waardeering van den oorlog In het Groot Auditorium der Leid sche Universiteit heett hedenmiddag te 4 uur prof. mr. B. M. Telders, benoemd tot buitengewoon hoogleeraar in het Volkenrecht als opvolger van prof. van Eysinga zijn ambt aanvaard met het houden van een rede over: „De juridie ke waardeering van den oorlog". Van alle vraagstukken, die de weten schap van het internationale reoht aan haar beoefenaren voorlegt, aldus prof. Telders, is er onbestreden één van oen- trale beteekenis, dat is: de juridieke waardeering van den oorlog. De plaats, die de oorlog in het systeem van het volkenrecht inneemt, is kenmerkend voor de ontwikkelingsphase, die dat reoht in een zeker tijdvak heeft bereikt, en de rechtskundige zin, die in een gegeven periode aan den oorlog wordt gehecht, is als het ware de toetssteen, waarmede de ontwikkeling van dat reoht kan wor den gekeurd. Zoo kon niemand minder dan Van Vollenhoven die „treden" in de ontwikkeling van het volkenrecht on derscheiden, al naarmate het vijandelijk wapengeweld tusschen staten als rechts instituut was erkend en geregeld, en zoo kondigde hij met de door hem zoo vurig bepleite uitbanning van den „vechterij oorlog" een nieuw phase van het jus gentium a-an. Het scheen mij een be langwekkende taak, het ambt van hoog leeraar in het volkenrecht aan deze uni versiteit te aanvaarden met een beschou wing van den aanblik, die het door Van Vollenhoven dusgenaamde „derde" vol kenrecht va-n na 1918 op dit stuk te zien geeft, of, anders gezegd, met een onder zoek, in hoeverre de prophetie, die Van Vollenhoven in 1918 gedaan heeft, thans in vervulling is gegaan. De vraag, welke de juridieke beteeke nis is, die aan den oorlog naar huidig volkenrecht toekomt, heeft niets gemeen met de vraag, hoever wij van het „ide aal" van den eeuwigen vrede nog zijn verwijderd. Ja, ik ga zelfs verder: Juist de erkenning van den oorlog als instel ling des rechts doet ons beseffen, dat de z.g. „wereldvrede" de kwalificatie van een „eohoonen droom" niet eens ver dient, in zooverre immers afschaffing van wapengeweld bij een zondige mensch heid noodzakelijk dulding van onrecht beteekent, en „schoon" die droom dus eerst zou mogen heeten, wanneer de vrede zich aan een onverstoorde ge rechtigheid paarde, een paradijs-achtige toestand, die in strijd is met het begrip van den menschelijken geest en in rede lijkheid „hier op aarde" niet is te ver wachten. Weekabonné's, die geabonneerd zijn op het Zondagsblad, worden er aan herin nerd, dat dit vanaf heden ad 50 cent betaald moet worden. DE ADMINISTRATIE. VOORNAAMSTE NIEUWS BUITENLAND. Amerika wordt tegen den zin van Japan uitgenoodigd deel te nemen aan de bespre kingen van den Volkenbondsraad over het ChineeschJapansche conflict. (Buitenl. 2o blad). Vandaag wordt het lot van Brünings ka binet beslist. (Buitenl. Ie blad). De tractementen der Spaansche bisschop, pen met 50 pCt. verlaagd, (Buitenl. 2e 'blad.) BINNENLAND. Het regeeringsonderzoek naar den toe stand in de industrie. (1ste blad). Een spoorwegongeluk bij het station Steenwijk. Een doode. (Laatste Berich ten). De electrificatie van de tram Leiden Haarlem, (lste blad). Geheel iets anders dan het ideaal van de afschaffing van alle geweld tusschen staten is echter de vraag, in hoeverre het optreden gewapenderhand naar. de huidige stand van het internationale reoht eenerzijds als willekeur is verbo den en anderzijds als handhaving des rechts is geoorloofd, ja zelfs door de staten als plicht is aanvaard, en ten slotte in hoeverre tusschen dc cate gorieën van rechtmatig en verboden ge weld het neutrale, slechts-feitelijke, oor logsbegrip, dat aan juridieke waardeering ontsnapt, zijn geldigheid heeft behou den. De hoogleeraar beantwoordde deze vraag uitvoerig. Resumeerende vond spr. vier oorlogs categorieën. Allereerst: den verboden oorlog of den oorlog als onrechtmatige daad en de oorlog als geoorloofd middel tot vervolging van eigen recht, beide sedert 1918 wèl gevestigde categorieën. Daarnaast een categorie, die bezig is te verdwijnen: het „oude" oorlogsbegrip, dat aan juridieke waardeering ontsnapt en op zijn best oorlog al<? parate executie van werkelijke of vermeende aanspraken kan worden genoemd. De voortschrijden de ontwikkeling van het Volkenrecht zal deze categorie, naar wij mogen verwach ten, binnen niet al te langen tijd in dc beide vorigen oplossen. Tenslotte: do oorlog als gemeenschappelijk in werking gesteld middel van executie. Deze cate gorie voert tot heden slechts een nood lijdend bestaan en wegens de gevaren van misbruik is het de vraag of verdere ontwikkeling zelfs wel wenschelijk is. Anderzijds krijgt echter juist door de sanctie de onderscheiding van verboden en geoorloofd geweld juridip-ke beteeke nis. Zonder deze blijft zij een.... „aca demisch betoog!" Als dus de „vierde" oorlogscategorie voorïoopig niet tot ont wikkeling mag komen, zal men de re geling der niet-militaire sancties ter degc moeten stevigen, wil niet de geheele rechtsontwikkeling als een zeepbel uit eenspatten. Bovenal ligt dus daar do taak, die de internationale wetgevers dat zijn: de verdragsluitende staten in de eerstkomende jaren zullen hebben te vervullen. Prof. Telders eindigde zijn rede met de gebruikelijke toespraken t-ot curato ren, leden der juridische faculteit, jhr. mr. dr. van Eysinga en studenten. door hun milde giften in staat gesteld ons internationaal blad„K a t o 1 i k a Vivo" te kunnen blijven uitgeven. Hier voor zij hun openlijk dank gebracht! Katholieke Esperantisten brengt, ook gij nu een offertje en wordt lid van onze vereeniging! Sluit u bij ons aan, al kunt gij ook niet daadwerkelijk aan de bewe ging deelnemen, al kent gij nog maar weinig, ja in 't geheel niets van Espe ranto; steunt ons ten minste door uw lidmaatschap: het Vost slechts 2.50 en u ontvangt elke maand nog 'n boekje. Zendt dus spoedig aan ondergeteekende 'n postwisseltje van 2.50 met uw vol ledig adres en U wordt lid van de N e- derlandsc'ho en van de Internatio nale Kath. Esp. Vereeniging en u deelt in haar goede werken. Wï: verwachten honderden nieuwe leden, dat geeft moed en animo aan de werkers en.... dan blijven wij bij anderen niet achter. Vooruit! Komt spoedig! Namens de Kath. Esperantisten der geheele wereld roepen wij u allen nu reeds' een „hartelijk welkom" toe. Talmt niet. 'n Goede Katholieke zaak staat op het spel Frater WIGBERTUvS v. ZON. Pers-Commissaris van Nederlanda Katolika, Reusel. October 1931.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1931 | | pagina 1