23ste Jaargang
DONDERDAG 8 OCTOBER 1931
No. 7021
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
BINNENLAND
S)eÊcicbclie0ou^cmt
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling
7ooi LeideD 19 cent pei week 12-50 per kwartaal
Bij onze Agenten 20 cent per week f 2.60 per kwartaal
Franco per poe-t f 2.95 per kwartaal
Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met
Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent.
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 II
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per regeL
Voot Ingezonden Mededeelingen wordt
het dubbele van het tarief berekend-
Kleine advertentiën, van ten hoogste 30 woorden, waarin
betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en
verhuur, koop en verkoop f 0.50.
Dit nummer bestaat uit drie bladen
V De rede van mgr. Aengenent
Het „Volk" wijdt een beschouwing aan
de rede, door Mgr. Aengenent Zaterdag
te Haarlem ge-houden bij de oprichting
van een afd. van de Katholieke Jonge
Werkgeversvereeniging. Het socialistisch
orgaan is teleurgesteld door „de episco
pale vermaning tot de arbeiders, die
oneer dan vijf maal zoo lang als de ver
maning tot de ondernemers uitviel".
Deze bewering, schijnbaar na heel con
sciëntieus meten gedaan, is onwaar.
Wij zo-uden kunnen aantoonen, dat het
gedeelte van de rede, waarin Migr. Aen
genent zioh tot de ondernemers richt,
nog iets langer is, dan de vermaning tot
de arbeiders maar wij willen niet gaan
meten en passen!
Het „Volk" baseert zijn bewering
klaarblijkelijk hierop, dat aan het ver
maan tot de arbeiders zioh aansluit een
betoog over de oorzaken van de wereld
crisis en over de beteekenis van het ka
pitalistisch productiestelsel. Maar dat ge
deelte van de rede is van algemeenen
aard en men kan er toch werkelijk niet
van zeggen, dat hier speciaal tot de ar
beiders wordt gesproken!
Verder meent het „Volk" te moeten
constateeren, dat de rede van Mgr. Aen
genent bij de Katholieke arbeiders „ge
brek aan instemming" zal vinden. Wat
men wensoht, gelooft men graag! Dat de
rede geen instemming vindt bij de socia
listen; het kan niet anders. Maar er is
geen enkel motief aan te voeren, waarom
bij de Kath. arbeiders en juist bij de
Katholieke arbeiders, als zooda
nig, van de rede van Mgr. Aengenent
„met weinig voldoening" zal worden
kennis genomen.
Mgr. Aengenent toch heeft in het ge
deelte van zijn rede, hetwelk handelde
over de oorzaken van de wereldcrisis- en
het kapitalistisch productiestelsel, geen
part ij gekozen inzake een meenings-
versohil onder Katholieken wat be
treft eenig punt van prac
tised sociaal en politiek be
leid. M-gr. Aengenent heeft 'hier alléén
niets minder en niets meer p a r t ij
gekozen wat betreft de defi
nitie, de begripsbepaling van
kapitalisme, of m. a. w. betreffen
de de terminologie, die zijns inziens moet
worden gebruikt onder de Katholieken
in den strijd tegen het economisch libe
ralisme, opdat er geen verkeerde mee
ningen worden gevestigd en geen onder
ling wantrouwen worde gewekt.
Herziening der Lager Onder
wijswet 1920.
De regeering heeft aan de Tweede Ka
mer aangeboden een ontwerp tot herzie
ning van de Lager Onderwijswet 1920,
waarbij zij in hoofd-zaak heeft gevolgd het
destijds uitgebracht rapport van de Staats
oommissie-Rutgers. In dit wetsontwerp
wordt gestreefd naar beperking van
de kosten van het gewoon
en uitgebreid lager onder-
w ij s. Dat hierbij in de eerste plaats als
object van bezuiniging het aantal on
derwijzers in aanmerking komt, ten ein
de zoodoende den op het Rijk steeds meer
dnikken-den salarislast eenigermate te
verminderen, acht de Regeering vanzelf
sprekend.
De vraag welke hierbij in de eerste
plaats is te beantwoorden, is deze of het
aanbal verplichte onderwijzers, wier wed
den het Rijk vergoedt, zal worden bere
kend naar een 1 eerlin-genschoal met ge
lijke opklimming, dan wel, zooals het ge
val is met de thans geldende schaal, ten
gunste van kleine scholen van die gelijke
opklimming zal worden afgeweken.
De Regeering deelt de meening, dat een
schol met gelijke opklimming de voorkeur
verdient, met dien veustande echter, dat
in het ontwerp een overgangsbepaling i6
opgenomen, waardoor voor de bestaande
school met gelijke opklimming de voorkeur
yam kleine scholen, in stand blijft. Het
zou intusschen kwalijk aangaan duurzaam
in de wet een verschillend stelsel te heb
ben voor scholen die vóór en die na een
bepaalden datum zijn opgerioht. Op den
duur zal de behandeling gelijk moeten
worden. Daarom wordt de werking der
overgangsbepaling tot een duur van 11
jaar beperkt. Gedurende dien tijd zal een
aantal kleine scholen haar leerlingengetal
zien toenemen; voor andere zal zioh wel
licht een geschikt oogen-blik voordoen om
ze met andere scholen te vereenigen, of
zal opheffing kunnen worden overwogen.
Zal eenerzijds de uniforme schaal niet
te zwaar drukken en anderzijds besparing
kunnen worden verkregen, dan dient vol
gens de Regeering een schaal te worden
aangenomen, welke ongeveer het midden
houdt tusschen de 48-schaal van 1924 en de
met de schaal van 1923 overeenkomende
42-schaal. Om deze reden is in het ont
werp de 45-schaal opgenomen.
Aan elke school voor gewoon lager on
derwijs wordt het hoofd bijgestaan door
ten minste één onderwijzer, zoodra het
aantal leerlingen van het voorafgaand ka
lenderjaar 46 bedraagt; voor elk 45-tal
leerlingen boven de 46 wordt een onder
wijzer meer vereischt.
Wat het uitgebreid lager onderwijs be
treft wordt voorgesteld een schaal met
opklimming van 26.
Aan elke school voor uitgebreid lager
onderwijs wordt het hoofd bijgestaan door
'ten minste één onderwijzer, zoodra het
aantal leerlingen van het voorafgaande
kalenderjaar 27 bedraagt; voor elk 26-tal
leerlingen boven de 27 wordt een onder
wijzer meer vereischt.
Het invoeren van deze leerlingensohool
zal, naar verwacht mag worden, een be
langrijke besparing geyen.
Ten aanzien van de exploitatie
kosten der openbare bijzondere school,
worden enkele wijzigingen voorgesteld,
waardoor voorkomen wordt, dat dezelfde
soort van uitgaven der bijzondere school,
hetzij als exploitatiekosten, hetzij als ka
pitaalsuitgaven zal kunnen worden ver
goed. Den termijn, gedurende welken bij
zondere scholen voor gemeenterekening
een boventalligen onderwijzer in dienst
kunnen houden, nadat de gemeente zelve
opgehouden heeft boventallige onderwij
zers te hebben, zal van twee op één jaar
teruggebracht worden; waar tegenover
staat, dat de schoolbesturen tijdig zullen
weten, wanneer zij tot aanstelling van een
boventalligen onderwijzer voor gemeente
rekening kunnen overgaan; evenals zij ook
tijdig het bedrag zullen kennen, dat zij
voor exploitatiekosten kunnen besteden.
Volgens het ontwerp kunnen naburige
gemeenten gemeenschappelijke
scholen of gymnastiekloka
len oprichten en in stand houden, ge
meenschappelijke terreinen voor het onder
wijs in lichamelijke oefening inrichten, of
regelingen vaststellen of overeenkomsten
sluiten omtrent de toelating van kinderen
uit de eene gemeente op de scholen der
andere.
Voorts kon de Minister in bijzondere
gevallen bepalen, dat in een gemeente of
in een door hem aangewezen gedeelte
eener gemeente het onderwijs in lichame
lijke oefening niet behoeft te worden gege
ven onder voorwaarde, dat althans onder
wijs wordt gegeven in vrije- en ordeoefe
ningen der gymnastiek.
Ten slotte bepaalt het ontwerp dat on
der vaderlandsche en algemeene geschie
denis ook eenige kennis van de inrichting
en werkwijze van den Volkenbond is be
grepen. Ook zal de mogelijkheid bestaan
om in het vijfde en zesde leerjaar eener
school voor gewoon lager onderwijs en in
de daarmede overeenkomende leerjaren
van het nieuw ontworpen type u. L o.
school, een vreemde taal te onderwijzen
en wel in elk dier leerjaren tot een maxi
mum van drie uren per week.
De Minister heeft bezwaar tegen het
opnemen onder de vakken van lager on
derwijs van het vak huishoudkunde voor
meisjes.
Ook aöht hij het niet wen-schelijk het
bestaande verbod van ambulantisane van
het hoofd der school te handhaven- Ten
opziohte van de vraag, of aan dat hoofd
het onderwijs in een klasse moet worden
opgedragen, behoort z. i. de wetgever zich
geen partij te stellen; 'het betreft hier een
zaak, die aan het bestuur der school of aan
het gemeentebestuur moet worden over
gelaten.
De bezuinigingsmaatregelen bovenge
noemd, waaraan nog kan worden toege
voegd de verkorting van den duur van
de aanspraak van d-e schoolbesturen- op
gemeentelijke vergoeding voor bovental
lige onderwijzers, zullen zeker een belang
rijke beperking van kosten voor ons onder
wijs tot gevolg hebben.
OE PRESIDENT DER NED. BANK.
Met leedwezen za-1 gisteren zijn verno
men, dat mr. G. Vissering, wiens gezond
heidstoestand reeds een tijd te wenschen
overliet, ontslag heeft gevraagd als presi
dent van de Nederlandsche Bank
Mir. Gerard Vissering, de thans afgetre
den president van de Nederlandsche Bank,
werd geboren op 1 Maart 1865 én is dus op
het oogenblik 66 jaar oud.
Hij studeerde aan de universiteit te -Lea
den in de rechtswetenschappen en promo
veerde in 1890 aan dezelfde universiteit tot
doctor in de rechtswetenschappen.
In 1891 vestigde de heer Vissering zich
als advocaat-procureur te Amsterdam. Vier
jaar later werd hij secretaris van de Ver-
eeniging voor den Effectenhandel. In 1897
werd hij directeur van de Kasvereeniging
te Amsterdam en drie jaar later directeur
van de Amsterdamache Bank. In 1906 werd
de heer Vissering brroemd tot president
van de Javasche Bank te Batavia. Dezelfde
functie aanvaardde hij in 1912 bij de Neder
landsche Bank, zoodat hij bijna twintig
jaar het president-schap van onze centrale
bankinstelling heeft waargenomen.
De heer Vissering was verder in 1911
adviseur van de Chineesche regeering m-
zake munt- en bankaangelegenheden.
In 1917 werd hij benoemd tot lid van de
Koninklijke Akadeïnie vaai Wetenschappen.
Ook internationaal weds mr. Visssering
een bekende figuur. In 1920 was hij vice-
president van de groote economische en
financieele conferentie te Genua en twee
jaar la/ter maakte hij deel uit van de Neder
landsche delegatie ter conferentie aldaar.
Mr. Vissering was verder lid van het In
ternationale Bankierscomité te Parijs. In
1924 en 1925 was hij adviseur van d-e regee
ring van de Unie van Zuid-Afrika en heeft
hij een reis naar Zuid-Afrika gemaakt.
Als president van de Nederlandsche
Bank werd hij in het begin van dit jaar lid
van den Raad van Beheer van de Bank
voor Internationale Betalingen te Bazel.
Van zijn hand zijn verschillende beken
de publicaties versohenen. De bekendste
zijn: On Chinese Currency 19131914;
Muntwezen en circulatiebanken in Ned.-
ladië 1920; Problèmes internationaux
économiques et financiers (ook in het Em-
gelsch en in het Duitsch) 1920.
Ook de jaarverslagen van zijn hand van
de Nederlandsche Bank zijn
publicaties te beschouwen,
Mr. Leonardus Anthonius Trip, de nieuw
benoemde President van de Nederlandsche
Bank ais opvolger van mr. G. Vissering, is
55 jaar oud. Hij werd geboren op 20 Sep
tember 1876.
Na zijn juridische studiën te hebben vol
tooid aan de Universiteit te Utrecht, werd
hij geplaatst aan het Ministerie van Finan
ciën. In 1916 volgde zijn benoeming tot the
saurier-generaal en als zoodanig had hij in
de moeilijkste oorlogsjaren en in den daar
op volgenden crisistijd de leiding op finan
cieel gebied aan het Ministerie van Finan
ciën. Hem komt de verdienste toe tot het
geringe aantal menschen te behooren, die
zich niet hebben laten verblinden door de
•hoogconjunctuur. Steeds waarschuwde hij
voor de komende depressie. Als leider en
organisator van de bezuinigingsaotie heeft
hij de basis gelegd, waarop Minister Co-
lijn bij het sluitend maken van de begroo
ting heeft kunnen voortbouwen.
In 1923 werd hij benoemd tot -directeur
van de Javasche Bank, kort daarop gevolgd
door zijn benoeming tot president hiervan.
Mr. Trip maakte in 1930 deel uit van de
sub-commissie van het financieele comité
van den Volkenbond ter bestudeering van
het goudvraagstuk. In het najaar 1930 ver
trok de heer Trip naar Britsch-Indië als
deskundige om mede rapport uit te brengen
over de toestanden op bankgebied aldaar.
Toen hij in Bribsch-Indië vertoefde, werd
hij als opvolger van mr. Treub benoemd tot
voorzitter van den Ondernemersraad voor
Nederlandsch-Indië.
Met ingang van 12 October 1931 zal bij
de functie van mr. Vissering als president
van de Nederlandsche Bank overnemen.
Mr. Trip en de Ondernemersraad.
In verband met zijn benoeming tot pre
sident van de Nederlandsche Bank zal mr.
L. J. A. Trip aftreden als voorzitter van
den Ondernemersraad voor Ned.-Indië.
zoolang nog geen opvolger is benoemd, zal
het presidium waargenomen worden door
mr. Philips, vice-president.
HAARLEMSCHE DIOC. VOLKSBOND.
Socale studiedagen te Bergen (N.H.)
De laatste der sociale studiedagen te
Bergen, werd ingezet met een generale H.
Communie der aanwezigen, terwijl rector
Bots, geestelijk adviseur, de H. Mis op
droeg.
Om half negen heropende de voorzitter
de vergadering. Medegedeeld werd, dat
door het Centraal Bes-tuu-r in o-verweging
was genomen om bij voldoende afname het
verslag der sociale studiedagen in druk te
doen uitgeven. Daarna was het woord aan
rector Bots, voor het uitspreken van zijn
rede.
Onder de Oude Wet aldus spr., golden
de armen meestal als zondaars, omdat die
menschen onder den last van het dage-
lij-ksch werk geen tijd en gelegenheid had
den om de wet tot in de puntjes te verzor
gen.
Maar Christus kwaim aan de armen het
evangelie verkondigen, een levensregel die
ook voor de arbeiders bestemd was. Toch
zij-n millioenen arbeiders in deze eeuw af
vallig geworden, dat is evenwel niet de
schuld van het evangelie en zelfs maar voor
een klein deel de schuld van de arbeiders,
maar schuld daaraan heeft vooral de geest
die ons maatschappelijk leven beheersoht
en die het zoo moeilijk maakt christelijk
te leven. Dat is dan ook het grootste gods-
djiienstig-zedelijk element in onze sociale
actie, dat zij tracht in on-ze samenleving
zulke verhoudingen terug te brengen, die
het godsdienstig leven weer mogelijk ma
ken en bevorderen. Maar ook aan ons, die
trouw bleven, is de geest van dezen tijd
niet zonder invloed voorbij gegaan.
Ons godsdienstig leven is te vormelijk,
te uiterlijk geworden.
Ons godsdienstig leven mist al te zeer
het persoonlijke element, daarom mist het
die 'blijheid, die Christus aan de kinderen
Gods heeft toegezegd. Daarom mist het
vooral de geestdrift, waardoor zich de eer
ste christenen onderscheidden en welke
zoo dringend noodig is om de duizenden
terug te winnen die van Christus zijn ver
vreemd. Welnu, met den Christus kan elk
arbeider omgaan, voor dien omgang zijn
geen bijzondere vormen voorgeschreven.
Wij moeten Ohristus terug halen in ons
hart, zoo openen wij Hem den weg naar
onze samenleving.
Vervolgens hield de heer J. And-nessen
een inleiding over „Internationale organi
satie". Spr. gaf een -beschouwing over wat
er in Genève aan internationale organisa
tie is, en stond langen tijd stil 'bij de vraag,
hoe wij als katholieken tegenover deze or
ganisatie en deszelfs werkzaamheden, ont
wikkeling en strevingen staan.
Na een kort woord van Pa-ter Philipona,
directeur van het Retraitenihuis, werd ge
pauzeerd tot drie uur. In de hierop voLgen-
de slotvergadering hield pater Jacobs
M.S.F. uit Heerlen, een inleiding over:
„Apostolaat".
Met een geweldig enthousiasme, herhaal
delijk door applaus onderbroken, draagt
spr. zijn rede voor. Hij wijst er op, dat in
dezen tijd apostolaat meer da-n ooit. noodig
is.
Hierna werden de Studiedagen door 'Elec
tor Bots gesloten.
VOORNAAMSTE NIEUWS
BUITENLAND.
De verhouding tusschen China en Japan
wordt met den dag meer gespannen. (Bui
tenland, 2de blad).
Het lijk van den vermisten vlieger van
de „Bremen" gevonden. (Luchtv., 2de
blad).
BINNENLAND.
In verband met zijn benoeming
tot president van de Nederlandsche
Bank zal mr. L. J. A. Trip aftreden als
voorzitter van den Ondernemersraad voor
Ned. Indië'. (1ste blad).
Maandag zal de beperking van den
invoer van kolen in België in werking
treden. (1ste blad).
De regeering en het bedrijfsleven. (1ste
'blad).
Autobus contra tram in Haarlem. (lst«
blad).
In de rubriek „Uit de Landbouwwe-
reld" geeft onze deskundige medewerker
een beschouwing over den bijenteelt.
(2de blad).
Wij geven een samenvatting van de
voorgestelde herziening der Lager On
derwijswet. (1ste blad).
TRAM EN AUTOBUS.
Haarlem is In principe be
sloten vier der vijf lijnen door
de autobus te vervangen.
Het heeft er allen schijn van zoo meent
de Haarlemsche Corr. van de „Tel." dat de
tram binnen eanigen tijd uit Haarlem ver
dwijnen zal. In principe althans heeft
de gemeenteraad- besloten vier der vijf
lijnen door de autobus te vervangen.
Mr. Van Dam (v. d.) hield voor het be
houd der traan een gedocumenteerd betoog.
Spr. zeide overtuign te zijn dat het publiek
in groote meerderheid- de voorkeur aan de
tram geeft. Met cijfers, en zich beroepend
op de meening van deskundigen, toonde mr.
Van Dam aan dat deze voorliefde wel op
degelijke motieven berust. Voor Haarlem
zijn er nog eenige argumenten extra, zoo
o.a. de omstandigheid-, dat het vervoer op
spituren (vertrek en aankomst van forensen)
vlotter geschiedt met de tram dan met de
autobus.
Mevr. ScheReraaConrad-i wilde van
autobussen (althans van die, volgens het
bekende model) weinig weten. Onmiddelijk
met geld klaar staan is een groot bezwaar.
Het geld uit de portemonnaie, de porte-
monnaie uit het ta-schje, -het taschje vaak
nog uit een koffertje.... neen voor vrou
wen is de autobus niet geschikt, aldus spr.
Bovendien achtte mevr. Scheltema het in
stappen moeilijk. Een hooge opstap en dan
een „haaksche" bocht. Overigens regende
het critiek op de tram. Ze belemmert het
verkeer, is op een bepaald traject aange
wezen, ze is ouderwetsch, en volgen® den
wethouder piept, fluit en stoot dit vervoer
middel.
De stemming wees uit, aldus genoemde
corr. dat de meerderheid- van den raad de
Haarlemsche tram ten doode heeft opge-
sohreven.
AUTO-ONGEVALLEN EN
ALCOHOL.
Scherper toezicht in voorbereiding op bin
nenkomende aanvragen voor een
rijbewijs.
De sterke stijging van het aantal auto-
ongelukken in ons land en waarvan dik
wijls -blijkt, dat drankgebruik en drankmis
bruik als oorzaak of mede-oorzaak m-oet
worden beschouwd, is aanleiding geweest,
dat tihans de regeering in overleg met de
provinciale besturen maatregelen over
weegt, die daarin een gunstige wijziging
kunnen brengen. De Motor- en Rijwielwet
bevat een 'bepaling, die den commissaris der
Koningin de -bevoegdheid geeft de afgifte
va-n een rijbewijs te weigeren, indien de
Eianvrager binnen de daaraan voorafgaan
de twee jaren een veroordeeling heeft on
dergaan wegens drankmisbruik. Van deze
bevoegdheid wordt in het algemeen geen
gebruik gemaakt. Het blijkt te omslachtig
en te tijdroovend te zijn om" alle aanvragen,
die in sommige provincies enkele honder
den per dag bedragen, over te leggen aan
het O.M. der rechtbanken en den ambte
naar van het kantongerecht.
De minister van Waterstaat heeft een
ci-rrulaire aan den oommisaris der Koningin
in alle provincies gezonden, waarin hun
advies gevraagd wordt over deze aange
legenheid. Overwogen wordt de invoering
van een regeling, waarbij alle ongevallen
wegens drankmisbruik automatisch ter
kennis zullen koonen van de afdeelingen op
onze provinciehuizen, waar de rijbewijzen
worden verstrekt. _Tal"