VOOR NIETS
WOENSDAG 30 SEPTEMBER 1931
DERDE BLAD PAG. 9
DE FINANC1EELE
MOEILIJKHEDEN.
Het Nederlandscho Correspondentiebu-
reau voor Dagbladen meldt:
Wij hebben ons tot den Minister van
Financiën gewend met de vraag, of naar
de meering van Zijne Excellentie op dit
oogenblik hier te lande gevaar voor infla
tie van het ruilmiddel bestaat."
De gulden staat zeer stevig.
De Minister antwoordde volstrekt ont
kennend. De gulden zeide hij staat
zeer stevig. En volkomen ongemotiveerd
is het wantrouwen, dat zich thans onder
een deel van het publiek schijnt te open
baren. Dit wantrouwen heeft o.a geleid
tot een daling van de. 6 pet. leening van
1922 beneden den parikoers, hoewel van
deze leering bekend is, dat zij op 1 Maart
a.s. tegen 100 pet. zal worden afgelost.
Slechts angst voor den gulden kan hierbij
in het spel zijn. Gelukkig bestaat voor al
deze zenuwachtigheid verklaarde Zijne
Excellentie niet de minste reden. En de
regeering zal er krachtig voor waken, dat
die reden er ook niet komt, al behoeft zij
hierbij natuurlijk de medewerking van an
deren.
Denkt Uwe Exc. bij dit laatste aan de
voorgenomen maatregelen van besparing
en van versterking der middelen op de
Rijks begrooting voor het a.s. jaar.
Niet uitsluitend, maar zeker óók daar
aan. Die medewerking is trouwens te ver
wachten uit alle partijen. Wanneer men
waarneemt wat in het buitenland ge
schiedt, dan mag men vertrouwen, dat
ook hier velen de kracht zullen vinden over
partijmuren heen te zien en zelfs een tijde
lijk partijvoordeel te offeren aan het duur
zaam nationaal belang.
Van de besparinsmaatregelen
kan geen enkele worden ge
mist.
Moet hieruit worden opgemaakt-, dat de
voorqgenomen maatregelen zullen worden
gehandhaafd
Ongetwijfeld. Er wordt hier en daar
aandrang geoefend, de besparingsmaatre
gelen ten deele te vervangen door een
verdere versterking der middelen. Ook de
Regeering neemt aan. dat deze laatste
noodig zal kunnen blijken en houdt zich
daarop voorbereid. Maar dan in de ^eer
ste plaats tot dekking van de crisisuitga
ven. Deze worden thans voor -een zeer
groot deel gefinancierd uit leeninggelden,
wat in den nieuw geschapen toestand niet
zonder bedenking is. Van de besparings
maatregelen zal dan ook geen enkele kun
nen worden gemist.
Onder deze laatste, merkten wij op,
schijnen wel het meest bestrijding te vin
den de onderwijsherziening en de salaris
korting.
De onderwijsbezu.n>g;ng.
Inderdaad, antwoordde de Minister.
Geen van beiden zijn natuurlijk aange
naam, maar te betreuren is, dat misver
stand ze nog pijnlijker doet treffen dan nou
dig is. Omtrent het onderwijs heeft men
in 1924 bezuinigingsmaatregelen genomen,
waarvan in de bezuinigingswet-zelve werd
vastgesteld, dat ze na eenige jaren weer
zouden vervallen. Men meende blijkbaai,
dat de opgaande lijn dan weer ongebroken
zou kunnen worden gevolgd. Men reett zich
daarin vergist. Het is thans erger dan in
1924. En nu wordt één dier maatregelen
van 1924 en dan nog in verzachten vorm
hersteld. Dit kan toch bezwaarlijk een
reden vormeü tot overmatig beklag.
De salariskorting.
Nog erger ging Zijne Excellentie voort
zijn de misvattingen ten aanzien van
de salariskorting. De voorstelling wordt
gewekt, alsof dit een extra-inkomstenbe
lasting zou zijn. opgelegd aan een deel der
bevolking. In die lijn zou men tot de con
clusie moeten komen, dat ook een salaris-
verhooging, zooals wij die gekend hebben
in 1920 en later, een belasting privilege
zou zijn voor een deel der bevolking, eu
ook tot deze conclusie, dat op dit oogen
blik tal van landen tegelijkertijd tot een
allereenziidigste bclastingpolitek gekomen
zouden zijn. De figuur, zeide de Minister,
is natuurlijk een geheel andere. De in
komsten van tal van burgers zijn terugge
gaan. Het indexcijfer der kleinhandels
prijzen is sinds de laatste vaststelling van
de wedderegeling in 1928 met minstens 8
pet. gedaald, nadat tusschen 1920 cn 192S
het indexcijfer sterker gedaald was dan de
wedden per saldo waren teruggeloopen,
ook inbegrepen het verhaal der pensioen
premie. Onder die omstandigheden heeft
de Regeering het redelijk geacht, dat in
het complex van besparingen ook de wed
deregeling een bescheiden aandeel kreeg.
Men kan dit goed- of afkeuren, maar met
belastingheffing heeft dit niets te maken.
De staal handelt hier als werkgever, Diet
als belastingheffer.
Verzwaring van de inkom
stenbelasting uitgesloten.
De salariskorting wordt dus niet vervan
gen vroegen wij door een crisishef
fing van de eerste 9000 van alle inko
mens, zooals ergens is voorgesteld
Dit zou zoo onbillijk mogelijk zijn, ant
woordde Zijne Excellentie. Tal van men-
schen, wier inkomen tengevolge van de
tijdsomstandigheden reeds is achteruit
gegaan, zouden door die heffing worden
getroffen. Niet alleen zefstandig-werken-
den, maar ook menschen in dienst van an
deren. Denk u eens om één der vele
staaltjes te noemn een verlofganger uit
Indië, die hier te lande bericht ontvangt,
dat hij niet behoeft terug te keeren en nu
voortaan van een gedecimeerd inkomen
moet leven, en wien men vertelt, dat hij m
een crisisheffing wordt aangeslagen van-
re ge de billijkheid, om hem niet te „bc-
oorrechten" boven anderen die hun oude
inkomsten onder verlaagd indexcijfer, on
getemperd genieten.
En waarom ging de Minister voort
die grens 9.000? Vooreerst gaan de Rijks-
ssalarissen daarboven uit. Ook de ambte
naren van 16 000 zullen onder de korting
val'en. En juist op de hoogste salarissen zal,
wegens de degressiebepaling, het hoogste
percentage worden gekort. Maar bovendien,
al verlegde men de grens tot 16.000, dan
ware het toch immers de omgekeerde we
reld, een inkomstenbelasting te gaan hef
fen met vrijstelling van de hoogste „toene
mingen", n.l. die boven 16 000. Dit is nog
in geen land ter wereld vertoond. Neen,
zeide de minister, «indien men de weddekor-
ting door een directebelasting wilde ver
vangen, zouden er eenvoudig opcenten op
de bestaande inkomstenbelasting moeten
worden geheven en wel tot een getal van
tien. Intussehen zou zulk een maatregel op
dit oogenblik zee>r onrechtvaardig en beden
kelijk zijn. Er zijn in dezen tijd vele perso
nen, die 50 en meer procent van hun inko
men betalen, omdat zij aanges'agen zijn
naar hun inkomen van een vorig jaar, het
welk zijn in het jaar van betaling niet meer
genieten Ook in 1932 zal dit het geval zijn.
Verzwaring aan dë inkomstenbelasting is
thans dan ook uitgesloten.
Zijn er ook niet vele personen, wier in
komsten nog niet zijn achteruitgegaan
vroegen wij.
Die zijn er zeker antwoordde Zijn Excel
lentie, al meen ik, dat hun aantal eerlang
aanzienlijk zal afnemen. Zooals de toestand
zich in de wereld steedb mee: cntwi>1-dt,
zal aan daling - ook van vele vaste inko
mens niet zijn te ontkomen. Dit kan gaan
op verschil'ende manieren. Het kan open
lijk geschieden. Maar het kan ook geca
moufleerd gaan, b.v. door inflatie of be
scherming. In het laatste geval kan het
loon dan in schijn op peil gehouden wor
den. terwijl het feitelijk door een scherpe
stijging van de prijzen der levensmiddelen is
achteruitgaan. In Engeland is men nu zóó
ver, dat de salarisverm ndering èn de infla
tie naast elkander werken, terwijl boven
dien velen a'.s derde daaraan nog willen
toevoegen een zwaar beschermend tarief
van invoerrechten.
„Een beetje inflatie."
De Minister herinerde er aan, dat in een
vorige moeilijke periode door sommigen
hier te lande is gezegdbeter dan een
openlijke loonsverlaging is .,een beetje 'In
flatie", welke immers geruimen tijd, n.l.
zoolang de loonen nog niet aan de vermin
derde waarde van het geld zijn aangepast,
als eene loonsverlaging werkt maar als een
die minder duidelijk naar voren treedt en
daardoor een minder onbehagelijke stem
ming wekt. Men zou daarvoor misschien
nog iets kunnen gevoelen, zeide de Minister,
indien men de mate van inflatie in de hand
had. Maar zóó is het niet. „Een beetje in
flatie" is niet als een beetje vergif in de
apotheek, maar veeleer als een beetje dé
raillement van een sneltrein op een spoor
dijk. Niemand heeft de gevolgen in de
hand.
Daardoor verklaart de Minister het, dat
men in sommige landen over inflatie thans
zeer gemakkelijk spreekt. Zijne Excellen
tie schrijft dit toe aan de steeds wanho
piger stemming, waarin sommigen gera
ken en waarin ieder radicaal middel, hoe
funest ook, uitkomst schijnt te bieden. Ter
wille van een kortstondig vertier in de be
drijven willen sommigen thans onafzien
baar onheil over zich inroepen. Wij zullen
daar niet aan meedoen. Indien de industrie
slechts geholpen kan worden door verla
ging der productiekosten, dan bedenke
men, dat inflatie deze verlaging slechts
brengt tijdelijk, kunstmatig, en ten kosfe
van onmetelijke rampen. De rechte weg is
opk hier de beste. De Minister onder
schrijft nog wat hij in 1923 opmerkte: „In
flatie is loonsverlaging met een blinddoek.
Een dergelijk soulaas bij tegenspoed kan
nuttig zijn, maar niet wanneer het den te
genspoed zelfvertiendubbelt."
Mag nog even worden teruggekomen,
vragen wij, op de misvattingen, die gere
zen zijn omtrent de salariskorting?
De salarissen zijn geen „sluit
post" op de begrooting.
Uwe Excellentie noemde er ééne.
Er is nog een andere, niet mindere ern
stige misvatting, zeide de Minister, die
ook noodeloos leed veroorzaakt. Het is
deze, dat de salarissen tot „sluitpost" van
de begrooting worden gemaakt. Daarvan
is geen sprake. Nu over de geheele linie
moest worden nagegaan, op welke wijze
op de uitgaven bespaard kon worden, is
de Regeering tot het besluit gekomen, dat,
gezien de loop van het indexcijfer en de
teruggang van veler inkomen, ook een
matige korting op de wedden hierbij be
hoorde in aanmerking te komen. Nadat
deze korting tot een laag percentage en
onder de noodige verzachtingen was aan
gebracht, bleef nog een groot tekort be
staan. Ter dekking hiervan zijn belasting
voorstellen ingediend en zal feitelijk zelfs
leeninggeld worden opgenomen. Daar heeft
men de sluitpost. De weddekorting vormt
evenmin een sluitpost als bijv. de verla
ging der defensie-begrooting of de reduc
tie der invaliditeitsbijdrage.
Uwe Excellentie acht het dus niet waar
schijnlijk, dat op de voorgenomen salaris-
korting wordt teruggekomen? vragen wij.
Dit schijnt uitgesloten, antwoordde de
Minister. Natuurlijk is een besluit als dit
I niet genomen dan na zeer ernstig beraad.
Er thans op terug te komen zou uog erger
zijn dan het niet genomen te hebben,
j Afgezien van al 't andere, bedenke men
eens, welken indruk dit in Indië zou ma
ken, waar de bekende beweging nieuw
j voedsel zou krijgen, en welke hinderpalen
1 door zulk een antecedent in den weg zou
NIET
zoo schreven we, kunnen wij U het pracht-missaal geven. EEN
KLEINE MOEITE, het aanbrengen van slechts drie nieuwe abonrié'S
(voor minstens drie maanden) brengt U in het bezit er van.
Wij ontvingen dezer dagen van een onzer abonné's de mededeeling, waarin ons
werd kenbaar gemaakt, dat niettegenstaande deze reeds in het bezit is van een
missaal, hij er toch gaarne toe zal meewerken om het abonnementental van
„De Leidsche Courant" met minstens drie abonné's te verhoogen. Hij verklaarde:
,Uw blad mag er zijn".
Zoo'n verklaring De Leidsche Courant mocht een soortgelijke ook reeds van
Hoog Kerkelijk gezag ontvangen stemt ons natuurlijk dankbaar. Wij hebben op
de allereerste plaats te zorgen, dat de courant kwalitatief aan haar doel beant
woordt en dan terstond volgt daarop, dat wij zorgen voor een zoo groot moge
lijke algemeene verspreiding in Leiden en Omgeving. Wij moeten in abonnementen
aantal vlug vooruit.
Binnen den kortst mogelijken tijd willen wij het 2de tienduizendtal volmaken. Een
ieder moet daaraan meewerken.
Daar moet een aanmoediging, een aansporing voor zijn. Dat is het missaal. De
missaalbezitters(sters) zouden wij evenwel missen in ons aanwervingsleger. Daarom
laten wij de keuze tusschen een MISSAAL of een VULPENHOUDER.
Deze vulpen werkt volgens het Amerikaansch drukvulprincipe en wordt door een druk op den vulknop uit den
een of anderen inktpot automatisch gevuld. Gij hebt voor het vullen geen glazen spuitje noodig en men behoeft
ook den gouden pen niet op en neer te draaien.
En om ons ten slotte tegenover hen, die bij de aanwerving van één abonné bleven
steken, door welke omstandigheid dan ook, niet oobetuigd te laten, zullen wij dezen
e:n aardig VULPOTLOOD doen toekomen.
Nogmaals, wij zenden U op aanvraag gaarne proefnummers. DE DIRECTIE.
den worden gelegd aan maatregelen van
soortgelijken aard, die in de naaste toe
komst elders noodig zullen blijken. De
Minister houdt zich overtuigd, dat ook de
betrokkenen spoedig zullen inzien, dat het
mede in hun belang is dat de regeering tij
dig tot dezen maatregel is overgegaan.
Ware langer gewacht en waren dientenge
volge ook andere besparingen die steeds
belangen kwetsen minder gemakkelijk
aannemelijk te maken en door te voeren,
dan zou binnenkort het te brengen offer
grooter zijn geweest. Het is niet onmoge
lijk, dat daarvan in andere openbare
lichamen eerlang de ervaring wordt opge
daan.
De Minister eindigde met het vertrou
wen uit te spreken, dat de nuchtere zin
en het saamhoorigheidsgevoel van ons
volk belangrijke factoren zullen zijn om
ons door de moeilijkheden van dezen tijd
heen te helpen.
CRISIS EN BEZUINIGING.
Verergering dient tot eiken
Prijs voorkomen.
De Centrale Commissie voor Bezuinigiig,
ingesteld door de Nederlandsche Maat
schappij voor Nijverheid en Handel te
Haarlem, heeft zich in een adres tot den
Raad van Ministers gewend, waarin gezegd
wordt, dat dit jaar met bijzondere belang
stelling kennis is genomen van het ont
werp voor de rijksbegrooting voor dienst
jaar 1932 en van de nota betreffende den
toestand van 's Rijks financiën. De crisis
zal naar de meening der Commissie nog
dieper doorwerken ook in het economische
leven van Nederland dan thans reeds ge
bleken is.
Sedert de indiening der begrooting is de
toestand reeds weer gewijzigd door de cri-
cis in Engeland. Dit heeft den toestand
ook voor Nederland weer veel ernstiger ge
maakt. Noodzakelijk zal zijn ook hier te
lande met spoed die maatregelen te treffen,
die een verergering van den toestand bij
tijds zullen kunnen voorkomen. Niet ver
geten mag woren, dat hoewel de commissie
vertrouwen heeft in de gezonde basis van
het ecomische leven van ons land, de nood
zaak dwingend is om tijdig de financieele
politiek van het land te richten naar de
wereldverhoudiugen, die de economie in
Nederland beheerschen.
De Commissie betreurt, dat in de afgc-
loopen jaren niet krachtiger en sneller werk
is gemaakt van een reoiganisatie van de
Staatshuishouding. Het evenwicht zal moe
ten worden gevonden door aanzienelijke
bezuiniging op «alle hoofdstukken der be
grooting. De geheele ontwikkeling doet een
blijvende sterke verlaging van alle inkom
sten verwachten en een algemeene daling
van het welvaartspeil.
De Salarisverlaging.
De Commissie merkt ten aanzien van
de in de begrooting vervatte maatregelen
tot dekking van het geraamde tekort het
volgende op:
De verlaging van de salarissen der Rijks
ambtenaren acht de Commissie een onbil
lijkheid tegenover hen die intellectueel
werk hebben te doen, dat groote verant
woordelijkheid meebrengt en een bijzon
dere opleiding noodzakelijk maakt. Er is
geen grond om alleen de Rijksambtenaren
te treffen met een speciale crisisbelaa-
ting, immers een dergelijke verlaging zou
slechts te verdedigen zijn wanneer tege
lijkertijd ook andere overeenkomstige vaste
inkomens zouden worden getroffen, bijv.
door een speciale crisis»heffing.
De voorgestelde
Verhocging van het Tarief van
Invoerrechten
heeft de Commissie zeer teleurgesteld. Al
les client te worden vermeden, dat de ver-
hooging der kostprijzen hier te lande be-
vordeien kan. Den weg om financieele
moeilijkheden, die als tijuelijk beschouwd
woruen, te bestrijden met een blijvende
verhooging van lasten op den invoer, acht
de Commissie zeer bedenkelijk.
Met de
Benzinebelasting
kan de Commissie zich vcreenigen, daar
deze desnoods zeifs eerder voor verdeie
verhooging in aanmerking zou komen dan
de inkomende rechten.
Controle van Gemeente be
grootingen.
Behalve de rijksfinanciën baart ook het
beieid van verschillende gemeenten op ii-
uaiicieel gebied groote zorg. De commissie
acht het van groot belang, dat <le
regeering de colleges van Gedeputeerde
Btaten nog eens herinnert aan de groote
verantwoordelijkheid die inzake de ver
plichting van controle op de Geineenfo-
begrootingen op hen rust, en overigen ook
hunnerzijds in voorkomende gevallen deze
controle eifectief doet zijn.
De Commissie is doordrongen van de zeer
moeilijke taak, welke de regeering te ver
vullen heeft. Dat door do noodzakelijke
maatregelen vele bijzondere belangen ge
troffen zullen worden, zal onvermijdelijk
zijn, doch door uitstel van krachtig ingrij
pen kan de schade echter alleen ernsvigcr
worden. Het is de taak der regeering ue
productieve krachten van onze volksge
meenschap, aldus de Commissie, waar moge
lijk voor verzwakking te behoeden en te
streven naar een billijke verdeeling «Ier
offers. Zoo zal door krachtig beleid het ver
trouwen in den financieelen toestand van
1 ons land behouden kunnen blijven.
Nieuwe Bezuinigingsmaatre
gelen.
In een bijlage wijst de commissie op en
kele punten, alhoewel het niet op den weg
der Commissie ligt om uitgewerkte plannen
aan te geven, voor do noodige bezuiniging
op liet geheele gebied dor staatsuitgaven.
De reorganisatie zal zeker ook moeten om-
vattten een doelmatige indeeling, werk
wijze cn bezetting van de departementen
van algemeen bestuur. In het algemeen
dient het aantal ambtenaren niet te worden
uitgebreid. Ten aanzien van eenige hoofd
stukkeu der begrooting wordt inzake net
hoofdstuk justitie nog opgemerkt, dat thans
spoedig de bezuinigingsvoorstellen van de
regeering tot vermindering van een aantal
kantongerechten en arrondissefnentsrecht-
banken dienen te worden doorgevoerd. Ook
op net gebied van de rijkspolitie is een
zeer belangrijke bezuiniging mogelijk, o.m.
door een regeling van de verhouding tus
schen rijks- en gemeentepolitie. Wat be-
trext het onderwijs hoopt de Commissie een
beschouwing van deskundige zijde over de
onnerwijsorgamsatie binnenkort te pubii-
cecren. Met do stijging der uitgaven op on
derwijsgebied kan onmogelijk worden
voortgegaan. Wat betreft de defensie heeft
de militaire medewerker reeds herhaalde
lijk beschouwingen over de verlaging van
de kosten en doelmatiger organisatie van
de weermacht gepubliceerd, in bijzonder
wat betreft de inkrimping van het beroeps-
personeel, eventueel vermindering van de
legerstorkte. De Commissie heeft met ïn-
stemming kennis genomen van het voor
nemen tot samenvoeging van de overheids
bemoeiing met landbouw, nijverheid en
handel in een departement van Economi
sche Zaken en Arbeid. Alleen stelt het haar
teleur, dat aanzienlijke nieuwe posten op
de begrooting zijn gebracht voor uitbrei
ding van het personeel, dat uit de bestaan
de departementen, die door de reorganisa
tie ontlast worden, dient te worden gere-
cpiiieerd. Voorts zal door vereenvoudiging
van de uitvoering der sociale verzekering,
zouals die is voorgesteld door de Commi.s-
sie-van Usselstein, kunnen worden bezui
nigd.
„Wij staan er over verstomd, dat er men
schen zijn, die Katholiek willen heeten, en
zooveel kranten hebben en steunen, weike
onze maatschappij en de menschelijke maat
schappij in het algemeen vijandig zijn.
Wien het welzijn en de handhaving der
orde en der menschelijke samenleving ter
harte gaat, moet de goede kranten steunen
en meehelpen, om die te vervolmaken."
De Aartsbisschop van Coimbra
(Portugal.)