DE AFGELOOPEN WEEK IN HET BUITENLAND SPORT De zeven Raadsels ZATERDAG 19 SEPTEMBER 1931 DE LE1DSCHE COURANT VIERDE BLAD PAG. Massa-moord. Terwijl Zondag nacht de D-trein van Boedapest naar Weenen door den donkeren nacht daver de, brachten onverlaten een lading spring stof to texplosie en de zware internatio nale trein smakee van het spoorwegvia duct en tuimelde in een ravijn. Een 25-tal dooden en ongeveer 50 gewonden vielen te betreuren. Hoewel verschillende arrestaties plaats hadden, is het tot nog toe niet gelukt de hand te leggen op de daders. Wat zijn de motieven geweest van deze beestmensohen, die in koelen bloede met voorbedachte raad zulk een gruwelijken massamoord pleegden? Waarschijnlijk is het niets anders dan wraak; wraak niet jegens een bepaalde persoon, doch wraak en woede tegen de maatschappij, tegen „het" kapitalisme en hebben onevenwichtige geesten, op hol gebracht door oommunistisohe ophitserij, gemeend het kapitalistische stelsel te moe ten bestrijden door een „kapitalistisch" vervoersmiddel zitten in een D-trein niet de meeste kapitalisten! te vernie tigen. Alsof de loop van de wereldgeschiede nis gewijzigd kan worden door een ont spoorde en vernielde sneltrein. De misdadigers hebben een briefje ach tergelaten, waarin geschreven staat: „Arbeiders, wij bevrijden u van uw zor gen. De kapitalisten zullen niet ontko»- men. Onze voorraad bommen en benzine is nog niet uitgeput". Wij beleven een eigenaardigen tijd. O p e r e 11 e-p utsch Geldelijke en eoon. nood, veroorzaakt door den druk van onzen abnormalen tijd, doen den mensch soms rare sprongen .maken. Niet alleen de spoorwegaanslag in Hongarije is een symptoom van onzen moreel en econo misch totaal geruineerden tijd, maar ook de komische staatsgreep, welke nagenoeg op hetzelfde tijdstip in het naburige Oos tenrijk, in Stiermarken, plaats had. Het*- was een komische staatsgreep door den ernst en de zelfbewustheid, welke "sprak uit de snorkende proclamaties van den aanvoerder der Oostenrijksche Heimweh- ren (een soort burgerwacht-beweging) dr. Pfriemer en den geluidloozen plof, waar mede 't geheele opgeblazen opstandje in elkander zakte. Op een enkel treffen na, waarbij één doode en een paar gewonden vielen, verliep deze „greep naar de macht" geheel onbloedig. De Heimwehr- mannen marcheerden inparade-pas aan, grepen naar de macht, kregen een tik op hun vingers en marcheerden met afgezakte moed weer naar huis. De Oostenrijksche regeering deed ook een greep en pakte een paar leiders bij hun kraag; de aanvoerder dr. Pfriemer bewees echter, dat hij beter op de hoogte was met vluchten en wist de wijk te ne men naar Joego-Slavië en vervolgens naar Italië. Een Putsch voor Fritz Hirsch om er een operette van te maken! Gandhi. Een feit van meer betee- kenis is de bijeenkomst van de z. g. Ronde Tafel conferentie te Londen. Eigenlijk was deze reeds de vorige week begonnen, maar omwille van Gand'hi, die een weekje later kwam, werd alvast begonnen met een sub commissie en werd het voornaamste uitge steld tot Gandhi's komst. Gandhi is gekomen en heeft in Londen heel wat sensatie verwekt.' De mahatma wenschte nl. zijn eigenaardig levenswijze geheel te behouden en loopt derhalve ook in de vochtige straten van de mistige we reldstad met bloote beenen en een lenden doek, met een wollen sjaal als eenige mid del tegen de koude. In de commissie ver gaderingen zit hij met gekruiste beenen op een bank in plaats van op een gemak kelijke met leer bekleede zeteL Hij heeft een eigen geit meegebracht, want zijn maaltijden bestaan uit geitenmelk met da dels, en hij verricht trouw op tijd zijn gebeden, waar hij zich ook bevindt. 's Maandags heeft Gand'hi zijn „stille dag" en dan zwijgt hij; een schitterend voorbeeld, dat wij alle. heeren politici ten zeerste kunnen aanbevelen. Overdag rijdt Gandhi van de eene ver gadering naar de andere -in een limousine, doch hij zit voorop bij den chauffeur, en 's nachts slaapt hij in een zolderkamertje op den cementen vloer, gedraaid in een wollen deken. Aldus demonstreert deze Hindoe, dat hij spreekt uit naam van de millioenen in Britsch-Indië, die honger lijden en beschaamt hij vele behaaglijk genietende voormannen, die omhoog zijn geklommen over de ruggen der proleta riërs. Over 't algemeen maakt Gandhi bij zijn redevoeringen een. vrij gematigder, in druk, zoodat men alle hoop heeft, dat de Ronde Tafel conferentie een bevredigend resultaat zal opleveren. T u quoque. Wat niemand ooit had durven droomen, is eenige weken ge leden werkelijkheid geb'eken. Het rijke en machtige Engeland is warempel in een fi- nincieLe crisis geraakt. Al® gevolg van deze crisis moest er ernstig bezuinigd worden net als bij ons Eén van deze bezuinigingen was o.a. een verlaging van de gages der matrozen op de Engelsche vloot. Iedereen kent de Engel- sche vloot, het toppunt van degelijkheid. Britannië immers beheerscht de baren, en de Britsche vloot is stevig en oer-degelijk als John Buil zelf. Maar.... een salaris- korting konden de Jantjes niet veen en derhalve gingen zij in staking. Men wrijft z'n oogen uit. Is er dan niets meer te ver trouwen in deze zonderlinge wereld? Sir Austen Ohamberlain, die momenteel minister voor de marine is, heeft blijkbaar het mes te diep in de salarissen gezet en naar verluidt zouden zelfs kortingen van pLm. 25 pCt. voorkomen. Dat was ze'fs den Engelschen matroos te machtig. De mini ster heeft als gevolg van deze muiterij de vlootmanoeuvres moeten af lasten en de schepen ieder naar hun eigen haven moeten diriigeeren, met de belofte, dat hij de zaak nader zal onderzoeken. In verband met dit verzet op de Britsche vloot moet er tevens op worden gewezen, dat het ook onder het Pruisische ambtena renkorps gist. Naar aanleiding toch van de dezer dagen afgekondigde Pruisische noodverordening, waarbij ook de salarieering van de ambte naren en beambten het moet ontgelden ten emde te trachten het staatstekort te dek ken, heeft het hoofdbestuur van den lands bond van de hoofdambtenaren in Pruisen een motie aangenomen, waarbij erop wordt gewezen, dat door de noodverordening wil lekeurig en met duurzame werking inbreuk wordt gemaakt op de rechten van de amb tenaren. De bond besloot daarom het oor deel vam den rechter in te roepen over de rechtsgeldigheid van de in de verordening voorziene ma-atrege'en. Dit optreden is weliswaar minder ernstig dan dat van de verzetplegers op de Brit sche vloot, maar het feit, dat „zelfs" Prui sische ambtenaren tot zulk een maatregel besluiten, verdient toch ook zeker de aan dacht. EEN GROOTSCH OPGEZET WOLGA-PLAN. Er is wel haast geen rivier, welke zoo zeer het typeerende van een volk bij ons wakker roept als de Wolga. Op tallooze wijzen wordt de Russische volksziel uit gebeeld, maar altijd zal heb meest tot ons spreken de Wolga met zijn have- looze, lijdzame sleepers, langs den oever voortsjouwend. Het is daarom dan ook, dat de Wolga zulk een bijzondere klank heeft gekregen en de belangstelling voor deze rivier ook in dit opzicht begrijpelijk is. Door de Sovjet-overheid is een grootsch plan ontworpen betreffende de irrigatie van de Wolga. Dit plan streeft een tweeledig doel na. Het geweldige stelsel van de Wolga zal n.l. niet alleen voor transportdoeleinden worden ge bruikt, maar zal tevens dienen als irri gatiemiddel en om electrische kracht in te winnen. De Sovjet-regeering heeft ver schillende wetenschappelijke instituten opdracht gegeven dit plan tot in alle onderdeelen uit te werken. Vooral pro fessor Tsjaplygin besteedt bijzonder veel werk aan de bestudeering van dit vraag stuk. Genoemde professor is van mee ning, dat de Wolga een geweldige hoe veelheid electrische kracht en irrigatie water kan leveren welke niet alleen vol doende zal zijn voor het Wolga-gebied, maar ook voor het geheele ctrale ge deelte van de Sovjet-Republiek. De groo- te Russische rivier de Wolga, eertijds Rha of Oaros genaamd, heeft een stroom- lengte van niet minder dan 3689 kilome ter en is dan ook de langste rivier van Europa. De Wolga ontspringt op onge veer 335 K.M. afstand van de Finsche meeren op 57 gr. N.B. in de nabijheid van de Duna, in een moeras van het Waldaiplateau. Oorspronkelijk een klein beekje, passeert de Wolga op haar loop de meeren Kleine en Groote Werchit, Stersh, in welk laatste meer de Runa uitmondt, welke meermalen als oorsprong van de Wolga wordt aangezien. Vervol gens stroomt de Woliga door de meeren Wesselug, Peno en Wolgo. In de nabij heid van het laatste meer bevinden zich de bekende sluis werken van de boven- Wolga waardoor een watermassa van 400 millioen c.M.3 wordt verzameld. Vervol gens zet de Wolga haar loop in Zuid- Oostelijke richting voort en stroomt langs Rshew en Subzow, waar de rivier het laagland bereikt, waardoor zij stroomt tot bij Sarepta. In het laagland buigt de Wolga zich meer 'oostwaarts en stroomt langs Twer, Rybinks, Jaroslawl, Kostro ma en Nishni-Nowgorod, bij ivelke plaats de Oka in de Wolga uitmondt. Tot hier toe heeft de Wolga een rustige loop. Als de rivier echter door het Kazan-dal stroomt treden regelmatig sterke ver snellingen op. Dan wendt zij zich plotse ling naar het Zuiden en gaat, door de Karna versterkt naar Simbrisk. Beneden deze stad maakt de Wolga onder invloed van de Shegulewbergen een scherpe bocht naar het Oosten. Spoedig echter wordt haar loop gestuit door de Sokolji- bergen, waardoor de stroom naar het Westen gaat. Deze bocht is bekend, als de bocht van Samara, in het Russisch Samarskaja luka. Dan volgen de steden Samara en Saratow. De rechter-oever van de Wolga is voortdurend heuvelach tig. Vanaf Kamyschin monden geen zij rivieren meer in de Wolga uit. De rivier betreedt hier oostelijk het steppengebied, waardoör zij blijft stroomen, totdat zij in de Kaspische zee uitmondt. De rech ter-oever van de rivier blijft tot bij Sa repta nog steeds heuvelachtig; de lin keroever daarentegen is vlak en hier vindt men uitgestrekte weidevelden. Bij Sarepta volgt de Wolga plotseling een zuidoostelijke richting en stuwt haar enorme watermassa in vele zijarmen. De voornaamste van deze armen is wel de Ach tuba, welke een lengte bezit van 524 K.M. en in het voorjaar en het begin van den zomer zeer goed is te bevaren. Deze armen vormen een labyrinth van zand- en moeraseilanden, en vormen on-" geveer 53 K.M. ten zuiden van Astrakan een 110 K.M'. breede delta om dan door twee hoofdrivieren, de groote en de kleine Tschulpan, in de Kaspisdhe zee uit te monden. Van de stroomen, welke in de Wolga uitmonden, zijn vooral te noemen de Busan en de Baohtemir. Een merkwaardigheid van de rivier is het slechts zeer geringe verval, dat in het geheel "slechts 229.5 meter bedraagt. In de Wolga monden uit 38 bevaarbare en 157 onbevaarbare zijrivieren, terwijl het stroomgebied 1.458.922 vierkante kilome ter bedraagt. Bij Twer heeft de Wolga een breedte van 200 meter, en nadat de Karna zich met de Wolga heeft vreeenigd, verbreedt zij zich geleidelijk van 700 tot 2700 meter. Voorbij Saratow bedraagt de breedte reeds 4200 meter en bij Zarizvn 8000 meter. Bij hoogwater stroomt de Wolga hier uit tot 200 K.M. De tijd, dat de Wolga geheel vrij van ijs is, is zeer verschillend. Dit bedraagt bij Twer 222 dagen en bij Astrakan 254 dagen. De jaarlijksche ijsgang is bijzonder sterk en meermalen richt het ijs de grootste ver woestingen aan. Eigenlijke stroomversnel lingen, heeft de Wolga niet. Een groote menigte zandbanken zorgen er voor, dat de rivier voortdurend van aanzien ver andert.. De Wolga is bevaarbaar over een lengte van ruim 3500 K.M., en is door kanalen verbonden met Leningrad en de Duna. Deze kanalen zullen door het plan, hetwelk de Sovjet-regeering heeft ont worpen, worden verbeterd, terwiil tevens nieuwe waterwegen zullen worden ge graven, waardoor de Wolga met alle Rus sische zeeën zal worden verbonden. De verbetering van het Mariinsky-waterwe- gensysteem beoogt de verbinding van de Woltra met de Oostzee, terwijl de ver binding met de Witte Zee zal worden verkregen door den Kama-Petsjora-wa- terweg; de Wolga-Don-waterweg zal de rivier met de Zwerte Zee verbinden. Op deze wiize zal de Wolga vier uitmondin gen verkrijgen. DE WOLGA-TREKKERS. R. K. SPORTWEEK. DE NATIONALE ATHLETIEK- WEDSTRIJDEN. Voor a.s. Zondag staan de nat. ath.-wed- strijden op het programma. De wedstrijden mogen zich verheugen in de belangstelling van geheel Leiden, ja zelfs van geheel het Bisdom. De nationale ath.-wedstrijden vormen het hoogtepunt van de R. K. Sport week. De R. K. Athletiekvereeniging „De Bata ven", die de wedstrijden georganiseerd heeft, heeft eer van haar werk. Die nat. wedstrijden moeten slagen en zullen slagen. Want met een deelname van niet minder dan 121 athleten, waaronder alle erkende cracks van den D. H. A. K. tegenwoordig zijn. Alles op alles zal gezet worden om re cords te verbeteren! Daarvoor moet belangstelling bestaan. Een ieder wil deze wedstrijden zien, te meer daar dit wel de laatste nat. ath.-wed strijden zullen zijn in dit seizoen. Daar z a 1 ook belangstelling voor zijn. Een ieder wil getuige zijn van de presta ties die geleverd zullen worden, vooral op de loopnummers. Daarom allen op naar Oegstgeest, naar het A.S.C.-terrein aan de Kempenaer- straat-, waar deze wedstrijden worden ge houden. Aanvang dezer wedstrijden half een. Na deze wedstrijden zal door de R. K. S. worden. Alzoo is er voor ieder wat wils. V. „Leiden" een voetbalmatch gespeeld Niet een sportman behoeft Zondag thuis te blijven. Een ieder is het naar den zin gemaakt; wie niets voelt voor athletiek, komt de voetbalmatch zien. Zijn niet de Leiden-spelers altijd goed op dreef op het A.S.C.-veld? Denkt even aan de resultaten van vorig jaar! Daarom zullen de voetbalenthousiasten allen aanwezig zijn om Leiden I aan te moedigen, dat het aangedurfd heeft om te spelen tegen het sterke S.J.C.-elftal uit Noordwijk. Aanvang van den wedstrijd om 5 uur. Entrée voor beide wedstrijden: tri bune 60 cent, terrein 30 oent, jongens 15 cent. De leden van de R. K. S. V. „Leiden'' worden natuurlijk allen verwacht op het A.S.C.-terrein. Ieder zal getuigen willen zijn van dit spotgebeuren. De wedstrijd Leiden IS.J.C. I zal een sportgebeuren worden. Leiden-spelers, een ernstig woord vooraf. Geef je a.s. Zondag. Zet alles op alles, er moet met de nieuwe competitie nieuw enthousiasme komen. Jullie kunnen een goede partij geven, ieder speler is indivi dueel best. Je kunt het dus te samen ook. Jullie moeten minstens als nummer 2 uit de serie nederlaag-wedstrijden komen, dab kan. En dit is er ook een uit deze serie; dus opgepast. De leden van Leiden, allen, zonder uit zondering, senioren zoowel als junioren, allen moeten aanwezig zijn, in ieder geval om half zeven. Daar wacht ons dan de fo tograaf, die ons zal fotografeeren bij gele genheid van ons 10-jarig bestaan, wat op luisterrijke wijze op Zondag 18 October zal gevierd worden. R. K. Athletiek- en Sportvereeniging Rood-Wit. Zondag a.s. moeten de leden, die inge schreven hebben op de nationale athletiek- wedstrijden om 12.15 uur op het A.S.C.- terrein aanwezig zijn. De deelnemers moe ten verschijnen in clubcostuum met roode ster. Alle Rood-Witters, die niet ingeschreven hebben, worden verzocht hun Leidscho athletiek-vrienden aan te moedigen, daar deze dag tevens moet zijn een propaganda- dag voor de R. K. Leidsche Aathletiek in het bizonder. Dus Rood-Wdtters, alen present. Het secretariaat is thans gevestigd bij den heer G. Molkenboer Jr., Morschweg 6, Leiden. FEUILLETON. door CHRISTIAN HAUGEN. 4) III KENTON DENKT NA. De bijzonderheden omtrent de inbraak, welke de bediende wist te vertellen, na dat hij van de schrik en den doorstanen angst, wat was bekomen, maakte Kenton niet veel wijzer. Burke had de dieven niet gezien, wist zelfs niet of er een of meer personen geweest waren. Hij was in de slaapkamer bezig meneer's garderobe wat op orde te brengen, toen hem plots een groote, zware doek over het hoofd werd gegooid en hij tegelijkertijd tegen den grond werd geslingerd. Direct daarop werd hij gekneveld en in de badkamer ge dragen alles in verloop van slechts en kele seconden. Hier werd hij op een stoel gebonden, en kreeg een doek voor den mond. Toen hij zich later trachtte te be vrijden", was hij gevallen. „Heb je niet gezien, wie je vastbond?" vroeg Kenton. „Neen, sir, zij lieten de doek over mijn hoofd hangenik kon dan ook niets hoo- ren. In ieder geval heb ik geen woord hooren spreken." „Wanneer gebeurde dat?" „Ongeveer 'n minuut of tien nadat u uit gegaan waart." Dit was alles wat Henr-y Burke kon meedeelen. Kenton trak zijn studeerka mer binnen. Hij wilde zich in verbinding stellen met Scotland Yard doch alvo rens hij kon telefoneeren, diende hij toch eerst vast te stellen, wat de dieven bij hem gestolen hadden. En nu kwam hij weer voor nieuwe verrassingen te staan. Een der laden van zijn bureau, waarin hij baar geld bewaarde, tot een bedrag van onge veer vijfhonderd Pond, was A-el openge broken, doch al het geld was nog aanwe zig. Toen hij verder onderzocht, bleek hem, tot zijn niet geringe verbazing, dat er niets gestolen was, hoewel de dieven toch wel kostbare voorwerpen in handen hadden gehad. Kenton hield van weelde rondom zich en sinds hij rijk geworden was had hij aan deze neiging steeds meer en meer toegegeven maar zijn geheele verzameling was nog volledig. Hij had nu geen aanleiding meer om zich nog met de politie in verbinding te stellen, doch hij begaf zich nu naar de Shortesbury Avenue, om er eens met zijn vriend Perring over te praten. Kenton werd in de rookkamer gela ten. De bediende deelde hem mee, dat de majoor juist een bad nam en hem ver zocht even te willen wachten. Enkele mi nuten later trad Perring binnen, nog niet geheel gekleed, maar zooals altijd in een beste stemming. „Je excuseert me wel", begon hij. „Maar wat, bliksemsche kerel, voért je zoo vroeg hierheen? Ik had je toch uitdrukkelijk verboden mij vóór twaalf uur te sto ren." „Ik heb je iets gewichtigs te vertel len". „AhaWeer van de schoone paardrijd- ster? Is 't je gelukt, om kennis met haar te maken?" Kenton beantwoordde de vraag niet, doch zeide: „Gelooft u, dat er menschen zijn, die op klaarlichten dag een inbraak durven ple gen. enkel en alleen om alles eens ten on derstboven te zetten en door elkaar te smijten V' „Wat is dat nu voor dwaze praat?" „Het is heelemaal geen dwaze praat. Het is me ernst. Terwijl ik uit- was, heeft iemand bij me ingebroken, alles openge broken en doorsnuffeld, zonder ook maat het geringste te stelen". De majoor staarde zijn vriend aan, als of hij twijfelde aan diens geestelijke ver> mogen s. „Vertel op", zei hij slechts. Kenton vertelde hem met enkele woon den wat er gebeurd was. Als hij eindigde vroeg hij: „Wat denk je er van?" Perring antwoordde niet. Ook hem kwam dat alles al zeer raadselachtig voor. „Het is moeilijk, omtrent zulk een merkwaardig geval een oordeel uit te spreken", zeide hij ten slotte. „Maar is 't niet mogelijk, dat iemand bij je gezocht heeft naar een document of een waarde papier?" „Neen ik bezit geen documenten of an der papieren die vonr iemand waarde kun nen hebben. Bovendien, er lag baar geld in mijn bureau, dat onaangeroerd bleef. Had den we bier met gewone dieven te doen, dan hadden ze dat toch zeker meegeno men. En ze hebben niet alleen mijn papie ren doorzocht. M'n geheele garderobe heb ben ze op den grond gesleurd, costuums, overhemden, sokken, ondergoed, hoeden, alles lag in een hoek gesmeten. Het heeft er waarachtig veel van, alsof een meer energiek dan practisch man overal in mijn huis naar een boordeknoopje gezocht heeft terwijl 't in zijn overhemd zat." De majoor lachte. „Ja", zei hij, „misschien loopt hier in Londen een gek rond, die naar boorde knoopjes zoekt. En bij zoekt overal, behal ve in zijn eigen huis. Heb je de politie al ingelicht?" „Neen, waarom zou ik dat doen? Er is niets ontvreemd en schade hebben ze niet aangericht. En ik voel er niets om telkens door de politie lastig gevallen te worden met alle mogelijke formaliteiten en infor maties. Bovendien heb ik ook medelijden met den man. Het zou kunnen gebeuren, dat hij ingerekend wordt, nog vóór hij zijn knoopje gevonden heeft". Hoe onverklaarbaar deze geheimzinnige daad de beide heeren ook voorkwam, toch konden zij niet besluiten haar ernstig op te nemen. Schertsend praatten zij over het onderwerp door. en construeerden de meest onmogelijke avonturen en situaties die de vertwijfelde man met zijn hardnek kig zoeken zou kunnen beleven. En langzamerhand kwam 't gesprek als vanzelf op grappige herinneringen uit In- dië, en wat zij daar beleefd hadden, zoo dat zij ten slotte de inbraak geheel verge ten waren. En ook Kenton's aard was ver re van zwaartillend, zoomin als die van den majoor. Hij was zoo verrukt over de ontmoeting met lady Evelyn, dat de heele wereld hem als het ware toelichte. Was hij niet zoo vol geweest van de onbekende schoone, dan zou hij zeker een nader on derzoek ingesteld hebben. Maar nu ver gat hij alles om haar. De beide vrienden brachten den na/mid dag door in Piccadilly. Tegen zeven uur, toen Kenton naar een verontschuldiging zocht om zijn vriend kwijt te raken, herin nerde deze zich plotseling, dat hij heele maal niets meer omtrent het jonge meis je gehoord had. „Hoe is 'i van morgen gegaan, Dick?" vroeg hij. „Heb je haar nog ontmoet?" Kenton moest nu wel wat verzinnen en hij deed zijn best om er zoo argeloos mo gelijk uit te zien. „Neen, helaas niet. Zij was cr vandaag niet, antwoordde hij, misschien heb ik morgen meer geluk". „Ik heb anders zoo den indruk, dat het je wel gelukt is en dat je nu een afspraak je met haar hebt."' „Hoezoo „Och, je kunt je gedachten bij geen enkel onderwerp houden en je hebt 't laatste half uur toch zeker al wel vijftig keer op je horloge gekeken. Heb je een rendez-vous V' Kenton overlegde, wat hij ?ou antwoor den. De majoor en hij waren beste vrien den. Als hij zei, dat hij met een van hun vrienden een afspraak had, dan zou Per ring zeker voorstellen om gezamenlijk te gaan. Doch eindelijk vond hij een aanne melijke uitvlucht. „Neen", zei hij. „ik ben van plan om nu naar huis te gaan en een paar uurtjes rust te nemen. We zien elkaar dan wel weer in de club. Wat ben jij van plan?" „Ik wilde voorstellen om samen eens naar haw's „Candida" te gaan in Haymar- ket-theater". (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1931 | | pagina 13