3)e ZeidóohatSou/ta 22ste Jaargang DONDERDAG 3 SEPTEMBER 1931 No. 6991 DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling Voor Leaden 19 cent per week 12.50 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week f 2.60 per kwartaal Franco per post f2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonnó'a ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 oent. Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 II GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per regeL Voor Ingezonden Mededeelingen wordt bet dubbele van het tarief berekend. Kleine advertentiën, van ten hoogste 30 woorden, waarin betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en verhuur, koop en verkoop f 0.50. Dit nummer bestaat uit vier bladen V Kevelaer in het „Volk". Een redacteur van het „Volk" beeft sen bezoek gebracht aan Kevelaer, en geeft zijn indrukken itn zijn blad. Het valt ons niet tegen; het relaas stemt ons niet onsympathiek tegenover den schrijver. Hij heeft critiek. 't Is niet uitgeslo ten, dat er ook Katholieken zijn, die in de Kevelaersohe entourage wel eenige verandering zouden wenschen. En overi gens is critiek bij iemand, die zoo in eens midden in die omgeving wordt ge en alles* beziet als „buiten- vel verklaarbaar. Iets anders is, of die critiek ook alles zins gemotiveerd, alleszins redelijk is. En hierover willen wij een en ander Herhaaldelijk, merkt de schrijver op, dat hij in Kevelaer dat bidden en zingen, van de bedevaartgangers zoo koud en koel vindt, zonder spontaneïteit en geest-, drift. En dkt heeft hij verkeerd gezien! Zeker niet alle bedevaartgangers zijn altijd in de stemming, die men bij hen mag en moet veronderstellen. Maar de schrijver geloove ons: er is heel vaak devotie, innigheid bij het vervullen van de godsdienstige handelingen, terwijl de uiterlijke schijn laten we zeggen: heel nuchter, misschien zelfs eenigszins on-, verschillig is. Zoo is nu eenmaal de aard van ons Hollandsch ras, welke ve len onzer niet gauw verloochenenEn dat psychologisch feit heeft de socialis tische Kevelaer-foezoeker blijkbaar gene geerd en voorbij gezien! En dan zit hem dwars die stemming daar van „een devote kermis"! Maar tóch schijnt hij zich daaraan al reeds een beetje gewend te hebben, gedurende den tijd, dat hij in Kevelaer vertoefde •blijkens eenige uitlatingen in zijn ver slag. Zoo schrijft hij, in vergoelijkenden en verklarenden zin: „Het heele stadje is ingericht, om het nuttige met het aangename te vereenigen, hetgeen, in tegenstel ling met het Calvinisme, een ty pisch katholieke trek is". Blijde gemoedelijkheid is niet een 'ka raktertrek van ctlle oprechte en deugd zame Katholieken. Maar wel mag wor den gezegd, dat de Katholieke beginse len en practijken daarvoor vatbaar ka rakters gemakkelijk brengen in die stem ming, de stemming van blijde gemoede lijkheid die heel wat anders is, dan oppervlakkige zorgeloosheid, of gebrek aan ernst En, als wij verder zijn verslag lezen, blijkt de „Vo>lk"-redacteux die stemming zelfs te waardeeren! Hij schrijft n.l.: „Het is verre van mij om den bede vaartgangers1 en hun leiders gebrek aan ernst te verwijten. Ik juich het juist toe, dat vroolijkheid zich bij hen aan devotie paait en ook die zekere huiselijkheid, waarmee men met het heilige omspringt, doet mij sympathiek aan. Dit alles is mij lie ver dan de somberheid, die van Dordt uitgaat". Maar die „huiselijkheid" schijnt hem te ver te gaan, want op een andere plaats in zijn vrij uitgebreid reis-verhaal schrijft hij weer: En je kijkten verbaast je over de banale leelijklieid van de beelden en platen. Je verbaast je ook over de „gemeenzaamheid met het hei lige", over de oogensohijnlijk naieve, doch in werkelijkheid weloverwogen combinatie tusschen gebruiksvoor werp en Maria-vereering. Ik zag koeken met een moeder gods-beeld, Maria-afbeeldingen op kalken pijpen, aschbakjes, e.d. Laten we nu voorop zeggen, dat ook w ij ad dien rommel, welken hier wordt bedoeld, heelemaal niet mooi vinden en dat alles graag zouden zien opgeruimd. Maar: in deze overdrijve men ook weer niet. Iemand, die vroeger (en ook nu nog) Leiden bezocht, zal wel eens als het souvenir een aschbakje hebben gekocht met een afbeelding van het oude Stad huis over 'n jaar of tien zijn er mis schien ook al reeds laten we hopen aschbakjes met het nieuwe Stadhuis er op verkrijgbaar Welnu: onder de Kevelaer-bezoekers zijn er ook, die een souvenir willen mee brengen. Én Kevelaer en Maria zijn als 't ware' synoniem: een afbeelding van het Kevedaersche Maria-beeldje is het souvenir van Kevelaer Hiermede willen we geenszins al dien banalen rommel mooi praten; wij geven een verklaring van het ontstaan en het gebruik er va-n. De verdieping van het godsdienstig leven, van de vereering van de Moeder Gods deze wezenlijke vrucht van de Kevelaersche processies ligt buiten het waarnemings-vermogen van den schrijver in het „Volk"; en dat kan ook haast niet anders. BINNENLAND NA DEN DOOD VAN MGR. NOLENS. Koninklijke deelneming. Prof. mr. Aalberse ontving het volgende telegram van H. M. de Koningin: „Nam met oprecht leedwezen kennis van het overlijden Minister van Staat No- lens. Zal vele diensten door Z.Ëxc. aan den Lande bewezen steeds in dankbare berin- nering honden." Z.K.H. Prins Hendrik zond een tele gram van den volgenden inhoud: „Met diep leedwezen ontving ik het be richt van overlijden van Mgr. prof. dr. Nolens. Beseffende, welk een groot verlies het heengaan van dezen uitstekenden Neder lander voor ons Vaderland beteekent, be tuig ik U mijn oprechte deelneming en verzoek die ook aan de familie te willen overbrengen." WETHOUDERS-VERKIEZINGEN. Wij melden hier nog eenige uitslagen van wethoudersverkiezingen. Schipluiden. In de vacature A. Bon tebal (C.-H.) werd de heer A. Poot be noemd tot. wethouderde heer M. J. van Oosten (R.-K.) werd herbenoemd. Pijnacker. De heeren G. Sonneveld (C.-H.) en A. R. van den Burg (R.-K.) wer den herbenoemd tot wethouder. Waddinxveen. Herkozen is de heer J. G. Herfst (C-H.) en inplaats van den heer Johs. Visser (C.-H.), die zijne benoeming tot lid van den raad niet heeft aangeno men, gekozen de heer Jac. van Tol (A.-R.) Voor deze twee. benoemingen is zesmaal IR. H. HESSELINK. Buitengewoon Hoogleeraar te Delft. Ir. H. Hesselink, in dienst bij de N.V. Philips Gloeilampenfabrieken, is benoemd tot buitengewoon hoogleeraar in de afdee- ling der werktuig- en scheepsbouwkunde van de Technische Hoogeschool te Delft om onderwijs te geven in de mechanische technologie. De nieuwe Delftsche professor is gebo ren te Varsseveld (gem. Wisch) in 1894. Hij bezocht de vijfjarge H.B.S. te Zutfen en volgde daarna een tweejarigen cursus op de Hoogere Textielschool te Enschede. Vervolgens studeerde hij aan de Techni sche Hoogeschool te Delft, waar hij in 1922 het diploma van scheikundig ingenieur be haalde. Ir. Hesselink was aanvankelijk werkzaam bij de N.V. Wollen Dekensfabrieken J. Zuurdeeg en Zonen te Leiden, was daarna verbonden bij de N.V. Wit's Deken indus trie te Helmond en maakte sinds 1926 deel uit van de directie der N.V. Wollen Stof- fenfabrieken L. F. van der Bergh, te Til burg. Na twee jaren verliet hij echter dit gedrijf om als ingenieur bij Philips in dienst te treden. Opheffing van tollen. De gemeenteraad van Muntendam heeft besloten tot opheffing van de tollen, die de gemeente een jaarlijksch bedrag op brachten van 4000 k f 5000. HET AVONTUUR DER TWEE GEESTELIJKEN. Omtrent den tocht van pastoor Loo- mans en kapelaan de Jong van Hoek van Holland vernemen wij nader, dat beiden Dinsdagmorgen naar de Scheurpolders ver trokken om daar een inspectietocht te ma-ken door dit afgelegen deel van de pa rochie. Bij het overzetveer van de „Oude Export" wapen zij den Waterweg overge stoken en men had hen op de fiets de Riet polders zien ingaan. Aan de dienstbode van de pastorie hadden zij bericht achter gelaten, dat zij weer des avonds op den gewonen tijd van het avondmaal zouden teruggekeerd zijn. Op dezen tijd versche nen zij echter niet. Het werd steeds later en toen het tegen middernacht liep maak te zich reeds een groote onrust van het dienstpersoneel meester. Men wachtte tot ongeveer twee uur, doch achtte het toen niet meer verantwoord van het wegblijven geen kennis te geven aan de katholieke ingezetenen. Door middel van de Zusters werden de kerkmeesters gewaarschuwd en deze namen aanstonds maatregelen om een onderzoek in te stel len. Hoewel men niet aanstonds aan het ergste durfde denken, achtte men de mo gelijkheid toch niet uitgesloten, dat bei den een ongeval was overkomen, vooral toen men vernam, dat zij de Rietpolders waren ingegaan, wat voor degenen, die niet geheel met de plaatselijke omstan digheden bekend zijn, altijd een zeer ge vaarlijke wandeling is. Men informeerde bij de overzetveren zoowel aan deze als aan de overzijde van den Waterweg om te verneriien, waar men iets naders omtrent hen had vernomen. Al le nasporingen, ook van de zijde der poli tie, die aanstonds alel medewerking ver leende, bleven echter den geheelen nacht vruchteloos. Tegen het aanbreieb van den dag be sloot men een algemeènen onderzoekings tocht door het eiland Rozenburg te hou den, omdat men vreesde, dat zij ergens in een moeilijke posite zouden gekomen zijn tengevolge van het opkomende water en niet meer konden terugkeeren. De mo gelijkheid, dat zij daarbij zouden zijn ver dronken, werd niet uitgesloten geacht. Aan deze onrust kwam eerst tegen den middag een einde, toen de beide vermis ten te ongeveer half één te Hoek van Hol land terugkeerden na een moeilijken en •zeer gevaarlijken tocht, waarbij zij in de modder van de Rietlanden waren ge raakt en alleen aan de omstandigheid van een gunstigen wind het leven hadden te danken want bij den opkomenden vloed waren zij tot aan het midel in de onderge- loopen landen geraakt. Een onderhoud met den Pastoor. Even na den behouden terugkeer van de beide geestelijken, nadat ze door een verfrisschend bad en een versterkend maal eenigszins van de physieke en geestelijke vermoeienissen waren bekomen, had een verslaggever van de „Msibd." een kort on derhoud met pastoor Loomans, waarin deze een en ander omtrent het verloop van den avontuurlijken tocht meedeelde. Men was naar den overkant getrokken om Rosenburg, dat voor een deel tot de parochie van den Hoek behoort, maar door slechts enkele gezinnen wordt be woond, eens te gaan verkennen. Langs het Zuiderstrand wkaren zij met den wind in den rug een heel eind gefietst, tot ze na eenige uren door het opkomende water vast raakten. Van het gevaar, dat ons daarbij bedreigde, was ik mij zoo vertelde de pastoor eerst niet bewust, doch toen het water al hooger en hooger kwam, begrepen wij, dat wij, hier, geheel van de bewoonde wereld afgesloten, in een hachelijke positie waren geraakt. We hebben in de verte nog teekenen ge geven om hulp, maar deze zijn waarschijn lijk niet begrepen of opgemerkt. Door den vloed gedwongen gingen wij de eindelooze rietvelden in om daardoor heen een uitweg te zoeken, maar dit pogen bleek ijdel. De avond overviel ons in deze absolute eenzaamheid en bet werd ons duidelijk, dat er op dezen dag zeker aan geen terugko men meer viel te denken. Over dezen nacht in deze moeilijke po sitie daorgebracht, wilde de pastoor zich niet uitlaten, maar ieder kan zich leven dig indenken, welke een „noche obscure" die voor beiden is geweest. Ze waren ver dwaald en de vrees overviel hen, of zij in dit land nog wel ooit weer zouden worden teruggevonden. Toen de dag aanbrak hebben zij getracht een uitweg te vinden. Gelukkig zijn ze daarin geslaagd. Toen ze tot aller verbazing aan den overkant terugkwamen begrepen ze eerst goed aan welk groot levensgevaar zij wa ren ontsnapt. Deken G. Maat van Poeldijk en Rector Dankelman van Monster, die beiden des morgens overhaast naar Hoek van Hol land waren overgekomen, en zelf aan den onderzoekingstocht van de reddingsbriga de hebben deelgenomen, konden hen hier met hun behouden terugkeer gelukwen- schen. En op de pastorie was de groote droef heid spoedig in groote vreugde ver keerd. WIJ LEVEN IN EEN „GR00TEN TIJD" De Haagsche „Avondpost" merkt het volgende op: Blijkens de zoo juist gepubliceerde gege vens is het met de opbrengst der belasting op de publieke vermakelijkheden ovej: het jaar 1930 in 's-Gravenhage merkwaardig gegaan. Immers: de bioscopen hebben ƒ55.000 meer opgebracht; de tooneelvoorstellingen 35.000 minder. Deze cijfers spreken boekdoelen, spre ken heele bibliotheken. De belasting op de publieke vermakelijkheden bedraagt 20 pet. zoodat een eenvoudige berekening leert, dat over 1930 de bioscopen in onze stad 275.000 meer hebben ontvangen dan het vorig jaar en het tooneel 175.000 min der. Tweeërlei ziet men hieruit. Dat de „bios" nog niets van zijn aantrekkelijkheid verliest, integendeel, en dat het tooneel een steeds harder bestaans-strijd te voe ren krijgt. Men zou nog een derde con clusie kunnen hebben, dat „de malaise" ook nog al schikt, wanneer het bioscoop-be zoek zoo toeneemt. Maar dit laten wij rusten. Het is, meer dan ooit, een moeilijke tijd voor het tooneel. Wordt eigenlijk ook niet meer dan ooit de mentaliteit, de geest van den doorsnee-mensch oppervlakkiger, vluchtiger? Het gemakkelijke, directe, sen- sationeele vermaakt trekt; de diepere, meer bezonnen, inhoud-rijkere ontspanning wordt verlaten. Het goede boek wordt slecht verkocht; het goede tooneel ver waarloosd. Stampvolle bioscoopzalen, des middags en 's avonds, van dag tot dag; leege zalen van het tooneel, enkele uit zonderingen daargelaten. Maar: we leven immers, zegt men, in „een grooten tijd?'. DE NEDERLANDSCHE TAAL. Naar aanleidng van een klacht over het slordig schrijven van de Nederlandsche taal, geuit in het „Handelsblad" schrijft de heer Kleerekooper in het „Volk" o.m.: Hoe het verschijnsel dan wél ver klaard moet worden, weet ik even min. Mij komt het voor, dat het een uitingsvorm is van do jachtigheid van onzen tijd. Natuurlijk zondigen wij allen, elk op zijn tijd. Maar het jongere ge slacht is er toch wel zorgeloos mede. Jammer is het wèl, want ook de bes te stijl wordt door taalfouten gron dig bedorven. Het is, meen ik, een zaak van streng toezicht bij de lei ders, zoowel van de school als van dagbladen, en van zelfbeheersching bij de schrijvenden, om er verbetering in te brengen. Wie in slordigheid met de taalregels eenig soort van „democratie", een „demo cratische" nonchalance wil zien of zijn gebrek aan accuratesse aldus tracht goed te praten, handelt wel heel erg dwaas RUSSISCH GRAAN NAAR NEDERLAND. Voor één millioeri mark. De Sovjet-regeering heeft aldus weet de „Tel." te melden de onderhandelin gen over de levering van een groote hoe veelheid Russisch graan naar Nederland afgesloten. De betreffende leveringen moe ten een waarde van Mk. 1 millioen verte genwoordigen, voor welk bedrag de Sov jet-regeering in Nederland gpederen koopt. Bovendien onderhandelen de Russen over den verkoop van darmen. Deze on derhandelingen zijn echter nog niet be ëindigd. Te Delft is gisteren onder groote belangstelling de nieuwe hooge brug over de Provinciale Vaart opengesteld. Gisteren is plechtig ingezegend bet nieuwe gebouw van het St. Francis- cus Liefdewerk Kring I te 's-Gra venhage, in het fraaie groote pand aan den Zuid-Oost-Binnensingel No. 71. VOORNAAMSTE NIEUWS BUITENLAND. Het Duitsch-Oostenrijksche tolunie-plan van de baan. Komt er een Europeesche tol-unie? (Buitenilaaid, 2de blad). Het accoord tusschen Italië en het Va- ticaan. (Buitenland, 2de blad). Het proces-Moulin te Rome. (Buiten land, 2de blad). De dictatuur in Joego-Slavië geëindigd (Buitenland, 2de blad). BINNENLAND. Benoemingen bij de paters Franciscanen (Kerkn., 1ste blad). KERKNIEUWS BENOEMINGEN. Paters Franciscanen. Z.H. Exc. de Aartsbisschop van Utrecht heeft benoemd met ingang van 9 Sept. a.s. tot Pastoor te Franeker Pater E. Stule- meijer; tot kapelaan te Gorinchem pater Tb. P. Knots. Z.H. Exc. de Bisschop van 's-Hertogen- bosch beeft benoemd met ingang van 9 Sept. a.s. tot pastoor te Nijmegen (St. Franciscus) pater J. J. C. Hentzen. Z.H. Exc. de Bisschop van Haarlem beeft benoemd met ingang van 9 Sept. a.s. tot pastoor te Amsterdam (H. Antonius) pater W. H. A. Hazebroek (den pas afgetrden Provinciaal); tot kapelaan te Haarlem (H. Antonius) pater J. W. M. Hunsche en pater PI. Kok; tot kapelaan te Delft (H.H. M.M.) pater G. Schimmel; tot kapelaan te Woerden, pater A. J. M. Engels; tot Assis tent te Amsterdam (H. Antonius) pater H. Z.H. Exc. de Bisschop van Roermond beeft benoemd met ingang van 9 Sept. a.s. tot Rector van de St. Franciscus-kerk te Heerlen, pater P. C. Nielen, tot Rector van het Pensionaat Jerusalem te Venray pater Wdro Spruit. Pastoor A. J. Melkert. Naar wij vernemen is in den toestand van Pastoor A. J. Melkert van de kerk van het II. Hart aan den Vondelstraat, te Amsterdam, die verleden week door een fiets werd aangereden, tegen (ien grond werd geslagen en bewusteloos verd opge nomen, een lichte verbetering ingetreden. Wetenschappelijke Berichten DR. BENDIEN'S METHODE. Resultaten van het onderzoek te Londen. Op een bestuursvergadering van het Lon don Hospital heeft de commissie van doc toren, belast met het onderzoek van de proefnemingen van dr. Bendien, een rap port uitgebracht over haar bevindingen met proeven met dr. Bendien's methode voor de vaststelling van de kankerdiagno se, welke zij in genoemd ziekenhuis heeft genomen. De commissie is tot de conclu sie gekomen, dat de waarde, die dr. Ben dien aan zijn proefnemingen hecht, niet door de verkregen resultaten gerechtvaar digd wordt, hoewel dr. Bendien's goede trouw geen oogenblik in twijfel wordt ge trokken. Het Londensche ziekenhuis is waarschijnlijk de inrichting die zich het beste leent tot het toetsen van dr. Ben dien's methode, daar het een der weinige ziekenhuizen is, die over de spectrometri- sche instrumenten beschikken, die er voor worden vereischt. »Tel." UIT DE OMGEVING NOORDWIJK Het Oranjefeest. Liet het weder zich eenigszins triestig aan zien, het heeft zich gedurende de kinderoptocht en volksfeesten goed gehouden. Vooral ten opzichte van den kindei tocht vonden wij dit gelukkig, daar toch dit kinderfeest wel de leukste attractie van het geheele Oranjefeest. Het was een lust de fleurige optocht van ruim 1500 kinderen gade te slaan. Glunderend en zingend trok deze groote stoet door ons dorp, vergezeld door het fanfarecorps Excels-or en 4 tamboers van de N. Z. H. T. M. uit Leiden. Heel leuke groepjes waren door de verschillen de scholen saamgesteld, wat naast het vele oranje en de vaderlandsche kleuren een aardig effect opleverde en veel bewondering trok.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1931 | | pagina 1