22ste Jaargang
DONDERDAG 23 JULI 1931
No. 6955
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
GUNSTIGE WENDING TE LONDEN
S)eÊcid^clve6oiLïGmt
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling
Voor LeideD 19 cent per week 12J50 per kwartaal
Bij onze Agenten 20 cent per week f 2.60 per kwartaal
Franco per poet 12.95 per kwartaal
Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné'» ver
krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met
Geïllustreerd Zondagsblad 9 oent.
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 II
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per regel»
Voor Ingezonden Mededeelingen wordt
bet dubbele van het tarief berekend.
Kleine advertentiën, van ten hoogste 30 woorden, waarin
betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en
verhuur, koop en verkoop f 0.50.
V Vroeger en nu.
In het „Handelsblad" lezen we onder
het opschrift: Hij kreeg nooit vacantie, het
volgende „verhaal"
De Parijsche boekhandel Fe mand
Nathan heeft vijftig jaar bestaan en
te dier gelegenheid publiceerde de
heer Nathan in het „Bulletin de la
Maison du Livre", waarvan hij een
der stichters is, herinneringen uit het
begin vap zijn loopbaan, die een merk
waardig licht werpen op de positie
van een boekhandelaarsbediende in
de vorige eeuw.
In 1875 kreeg hij, door bemiddeling
van een bevriend uitgever, een plaats
als bediende in een grooten voorna
men boekhandel te Parijs. Hij moest
er 's morgens om acht uur present
zijn, om twaalf uur werd er gedejeu
neerd tot kwart over één en om zes
uur werd de zaak gesloten. Maar in
den drukken tijd, na de schoolvacan-
ties, ging de winkel weer van acht tot
elf uur open. Hij was dan niet voor
twaalven weg en vaak werd het nog
later, zoodat hij de laatste bus naar
huis niet meer kon halen. Van October
tot Januari konden de klanten 's Zon
dagsmorgens tot twaalf uur terecht.
Vacantie bestond niet; nooit kreeg hij
een vrijen dag om weer eens wat op
adem te komen.
Toch verklaart de heer Nathan,
mopperden we niet. We wisten niet
beter of het hoorde zoo. De tijden zijn
veranderd en de bedienden van tegen
woordig hebben het vrij wat beier dan
ik in mijn jongen tijd.
Deze herinnering uit den goeden ouden
tijd heeft de niet naar voren gedrongen
strekking, om er het besluit uit te trek
ken, dat het toen toch nog zoo slecht niet
was; terwijl nuToen „mopperden we
niet"
Te veel het verledene te prijzen is ver
keerd, maar even verkeerd is het, alles
van het heden mooi te vinden. Wij er
kennen, dat de verkorte arbeidstijd, met
vrije halve dagen en vacanties, niet alles
goeds heeft gebracht.
Tengevolge van de in de gegeven
omstandigheid: vrijwel noodzakelijke uni
formiteit van de Arbeidswet zijn er voor wie
de werkweek misschien te lang is, voor wie
deze voldoende, en voor wie ze te kort
moet worden geacht.
En er zijn ook te veel, die van den vrijen
tijd geen goed gebruik weten te maken;
die deze „verlummelen". Voor verreweg de
meesten, die onder de 45-urige arbeidsweek
vallen, kan worden gezegd, dat zij er geen
recht op hebben, om al hun vrijen tijd door
te brengen met niets doen; dat zij moeten
trachten, dezen vruchtbaar te maken voor
zichzelf, door eigen ontwikkeling en ver
volmaking, en voor anderen, op eenigerlei
wijze
Maar wélke misstanden er ook mogen
voortvloeien uit den vrijen tijd, die de
werknemers hebben men generaliseere
niet én men achte d air om den toestand
van vroeger niet beter dan die van nu.
Wij spreken niet van vijftig jaar terug,
maar wij herinneren ons heel goed
veel korter geleden dat een te
lange arbeidstijd de betrokkenen óók wel
niet deed mopperen, maar hen door over
vermoeidheid apathisch, lusteloos maakte
voor het huiselijk en maatschappelijk leven.
Al is dan in bepaalde gevallen de reac
tie op den te langen arbeidstijd vrijwel
noodzakelijk in de overdrijving van het
tege-novergestelde gevallen: de beperking
van den arbeidstijd is een weldaad i n
zich en gelukkig ook feitelijk
een weldaad voor zeer velen!
V Een te-veel schaadt!
Men kan te veel werken.
Een waarschuwing daartegen is in onzen
éijd nu wel niet zoo héél noodzakelijk.
Het aantal menscben, dat „overspannen"
is, is niet gering, maar in de meeste ge
vallen is niet het te-veel-werken de oor
zaak van deze ziekte!
Mien kan echter te veel werken. En ie
het „Handelsblad" wijst ds. W. A. Hoek te
(Amsterdam zijn collega's op dat gevaar.
Er was n.L in genoemd blad gemeld, dat
ds. Ferguson van Den Haag op een Zon
dag vier maal had gepreekt. Naar aanlei
ding daarvaai schrijft ds. Hoek o.m.:
Eerlijk gezegd, viermaal preeken op
één dag, al is het ook niet telkens een
nieuwe preek, is een dwaasheid en bijna
een misdaad. Laten wij het een fatsoen
lijken vorm van zelfmoord noemen. Om
er geen schadelijke gevolgen van te on
dervinden, moet men een lichaam als
een paard bezitten of apathisch preeken,
als een gramofoon.
Slechts in omstandigheden van de bit
terste noodzakelijkheid is men geëxcu
seerd. Ondertusschen is hij, die zich zelfs
tegen deze omstandigheden excuseert,
een verstandig man. Wij bewijzen niets
en niemand een dienst door den tempel
van ons lichaam praematuur te sloopen.
Een te veel preeken maakt den predi
kant zooals ds. Hoek zegt „apathisch"
of „als een gramofoon".
Men kan ook door een fce-veel aan an
dere inspanning voor zichzelf deze schade
lijke gevolgen veroorzaken! Men kan b.v.
te veel vergaderen....
Doch niet alleen door te-veel aan in
spanning in arbeid, óók en dit zij niet
vergeten door te veel aan inspanning
in „ontspanning". Men kan b.v. te veel voet
ballen of tennissen..-..
Een te-veel schaadt altijd.
V Voor dierenbescherming.
Wij zijn voorstanders van dierenbescher
ming.
Deze zoo besliste verklaring houdt niet
in, dat wij het in alles eens zijn met wat
de laten wij zeggen: officieele Dieren
bescherming beoogt!
Wij staan op het standpunt, dat het dier
wezenlijk onderscheiden is van den mensch
de koning der schepping; dat het dier
„onderworpen" is aan den mensch.
Maar die „onderworpenheid" van het
dier aan den mensch wil natuurlijk
niet zeggen, dat het dier mag worden mis
handeld door den mensch! 't Is een onder
worpenheid, welke wordt omgrensd door
de rede, die ons zegt, dat wij het dier
kunnen en mogen gebruiken tot ons eigen
redelijk voordeel en nut. Alle gebruik
dus, hetwelk niet strekt tot ons redelijk
voordeel en nut, is misbruik en van
christelijk standpunt bezien ontoelaat
baar.
Dat misbruik van de dieren is verkeerd
in.zich, maar ook om de gevolgen een
mensch, die het dier mishandelt of niet met
gepaste zorg behandelt, verruwt en ver
slechtert daardoor zichzelf. Ook dit kwaad
wreekt zich op dengene, die het bedrijft.
En dat kwaad komt veelvuldig voor.
We knippen het volgende uit:
Hoe Ln versohillende landen van het
Duitsche Rijk de „roofdierscherpte" van
jachthonden beproefd wordt, heeft men
dezer dagen kunnen lezen in de dagblad
pers, welke gruwelijke bijzonderheden
ga-f van een te Hamburg gehouden
slachtpartij onder dertig katten. Deze
dieren waren door een gezelschap dames
en heeren op een heide, welke zij afzet
ten door er in een kring omheen te gaan
staan, uit kisten en zakken losgelaten,
waarna een aantal jachthonden ieder
lid van het gezelschap had een hond
bij zich tegen de" katten werd opge
hitst. Het resultaat was, dat negen kat
ten binnen enkele minuten door de
honden verscheurd waren, van de overi
gen vonden er twintig na langeren tijd
een vreeselijken dood. Eén kat wist door
een kring van omstanders te ontsnap
pen; onmiddellijk werden daarop drie
honden op het spoor van het van angst
krankzinnig geworden dier gebracht, dat
tenslotte eveneen® ingehaald en ver
scheurd werd. Deze „demonstratie" ging
uit van de „Norddeutsche Jagd- und Ge-
brauchshüde-Verein". Van een op zich
zelf staand geval is hier geen sprake,
reeds paren lang worden in geheel
Duitschland dergelijke „Prüfungen des
Jagdhiindejahr gangs auf Raubzeugschar-
fe" op touw gezet, met het gevolg, dat
jaarlijks tweeduizend katten op deze el
lendige wijze ter wille van „hoogere
sportbelangen" worden opgeofferd.
Met het „Volk", waaraan wij het boven
staande ontleenen, en met de Dierenbe
scherming keuren ook' wij dergelijke „ver
maken" of hoe men het noemen wil ten
sterkste af!
PRINCIPIEEL ACCOORD BEREIKT.
Vandaag vindt de slotzitting plaats.
Een officieel communiqué deelt mede,
dat het comité van ministers van finan
ciën, dat gisteren van vier uur tot kwart
voor acht in het Foreign Office heeft verga
derd, tot overeenstemming is gekomen over
de bewoordingen van het rapport, dat van
daag aan de plenaire zitting der conferen
tie ter goedkeuring is voorgelegd.
Het rapport bespreekt de middelen, wel
ke ten doel hebben het crediet van Duitsch
land te steunen. Deze middelen houden o.a.
in het verhinderen van het terugtrekken
van de credieten op korten termijn en an
dere maatregelen, welke beoogen Duitsch-
lands financieele positie te verstevigen, en
aan de Rijksbank bijstand te verleenen.
In hoeverre hierbij ook op een nieuw
crediet van 100 millioen dollar moet worden
gerekend, over welk crediet heden zoovele
geruchten de ronde deden, valt niet te zeg
gen. Het is lang niet zeker, dat het rap
port iets over deze kwestie zeggen zal.
Daarentegen moet als vaststaand worden
aangenomen, dat er in gesproken wordt
over een verlenging van het reeds bestaan
de crediet. Men gelooft evenwel, dat het
denkbeeld van nieuwe credieten zoo al niet
te Londen dan toch later te Berlijn, als
daar de besprekingen worden voortgezet,
nader zal worden uitgewerkt.
Wat de besluiten der conferentie betreft,
deze zullen waarschijnlijk den vorm aan
nemen van aanbevelingen der onderschei
dene regeeringen aan de centrale banken,
niet alleen in de landen, welke aan de con
ferentie hebben deelgenomen, doch ook in
andere landen, zooals- Nederland en
Zwitserland.
Uiteenzetting van Stimson.
In een gisteren gehouden persconferen
tie, waarin hij door de talrijk verschenen
journalisten met vragen werd bestormd,
vergeleek de Amerikaansche minister van
Buitenlandsche Zaken, Stimson, het bereik
te resultaat met het sluiten van de afvoer
kraan van een badkuip.
Het door mij ter conferentie ontwikkelde
plan is, aldus betoogde Stimson, identiek
met dat, hetwelk reeds te Parijs werd be
sproken en het is in zooverre van groote
beteekenis, dat het in hoofdzaak in de sta
bilisatie der in Duitschland uitstaande cre
dieten op korten termijn voorziet. Als het
water uit een badkuip wegloopt, verdient
het de voorkeur eerst de afvoerkraan te
sluiten, alvorens nieuw water in de kuip ie
laten loopen en dat is, wat we op het
oogenblik bezig zijn te doen. Dit sluiten
van de afvoerkraan vormt de basis van het
Amerikaansche plan. Het is juist gezien,
dat de conferentie zich niet uitsluitend
met de kwestie van het sluiten van de af
voerkraan heeft beziggehouden, maar dat
zij ook het voor Duitschland belangrijke
probleem va-n het bad zelf heeft bestudeerd.
Persoonlijk heeft Stimson, naar bij ver
klaarde, er sterk op gesteld, dat het slui
ten van de afvoerkraan op doeltreffende
wijze zou geschieden, al ware het slechts
om hetgeen er nog aan water in het bad is
overgebleven, op spaarzame wijze te ge
bruiken.
De minister ontkende voorts, dat het be
doelde plan uitsluitend van Amerikaan-
schen oorsprong zou zijn geweest, in ver
band waarmede hij er op wees, dat de aan
vaarding er van door Groot-Brittannië even
krachtig wordt bepleit als door de Ver-
eenigde Staten. Engeland en Amerika wa
ren het van den beginne af in de kwestie
der credieten op korten termijn volkomen
eens.
De kern van het probleem is na te gaan,
of de credieten op korten termijn voldoen
de zijn, om aan de crisis in Duitschland
een einde te maken. Moch dit niet het ge
val blijken te zijn ,dan zal men pas tot het
overwegen van eventueel verder te nemen
maatregelen overgaan. Voorloopig echter
zijn de Vereenigde Staten niet geneigd, het
verleenen van een leening op langen ter
mijn in overweging te nemen.
De uitvoering der door de zeven-mogend-
heden-conferentie te nemen definitieve be
sluiten is naar de opvatting van den Ameri
kaansche minister van Buitenlandsche Za
ken voor alles een probleem, waarmee de
bankiers zich zullen hebben bezig te hou
den.
Nieuw crediet aan de Rijks
bank?
Naar de „Tel." in dit verband nog ver
neemt, heeft men ter conferentie o.m. ook
de vraag opgeworpen, om aan de Duitsche
Rijksbank een crediet van 100 millioen dol
lar ten behoeve van de stabilisatie van
haar goudreserve te verschaffen. Dit laat
ste crediet moet niet worden verward met
het reeds vroeger aan de Duitsche cen
trale bank verleende crediet van eveneens
100 millioen dollar, welks verlenging tel
kens voor den duur van drie maanden
reeds verzekerd is. Het gaat hierbij om
een nieuw crediet, waarvoor Duitschland
als onderpand de binnenlandsche wissels
ter beschikking zou moeten stellen.
Hierbij doet zich evenwel de moeilijkheid
voor, dat de Amerikaansche banken zich
maar weinig geneigd toonen, om deze
Duitsche binnenlandsche wissels over ce
nemen. Mocht Amerika weigeren dit voor
stel to aanvaarden, dan zal ook Engeland
er niet op ingaan. Hieromtrent werden
door de financieele commissie uit de con
ferentie gisteravond de besprekingen nog
voortgezet.
Garantie tegen crediet-
onttrekking.
Van Duitsche zijde wordt erop
dat de noodzakelijkheid van het scheppen
eener garantie, dat de in Duitschland nog
uitstaande credieten op korten termijn niet
verder zouden worden opgezegd, als van
zelf sprekend werd beschouwd. De moei
lijkheden, die met een regeling van deze
aangelegenheid gepaard zouden gaan,
vormden tot dusver zóó weinig onderwerp
der debatten, dat de openbare meemng
Dit nummer bestaat uit twee
laden.
DE LONDENSCHE CONFERENTIE der zeven mogendheden heeft overeen
stemming bereikt. De deelnemende ministers op het bordes van het minis
terie van Buitenlandsche Zaken te Londen na de eerste ochtendconferentie
VOORNAAMSTE NIEUWS
BUITENLAND.
Principieel accoord bereikt op de Lon-
densche conferentie. Heden sluiting.
De verstoorde reisplannen der Duitschers
BINNENLAND.
Verminderde steenkolen-invoer in Frank
rijk. (2de blad).
Een spoor van den moord op het Rokin
te Amsterdam (Gem. Ber. 2de blad).
Bij stakingsrelletjes van huurders te Rot
terdam is een persoon doodgeschoten.
(Gem. Ber. 2de blad).
eigenlijk niet goed begreep, waarom te
dien aanzien nog besprekingen noodig wa
ren. Wanneer men echter dieper op de gis
teren door de minister van Financiën ge
voerde gedachten wisselingen ingaat, blijkt
spoedig, hoe enorm moeilijk het is, een or
ganisatie te scheppen, die ervoor zorgt,
dat geen verdere credieten op korten ter
mijn uit Duitschland worden teruggetrok
ken.
De Amerikanen hebben in dit verband
het voorstel gedaan, spoedig een commis
sie uit de centrale en andere banken te
doen bijeenkomen, opdat de door de re
geeringen gegeven aanbevelingen verwe
zenlijkt worden. Men heeft hierbij immers
uitsluitend met aanbevelingen der regeo-
ringen te doen, die hierop neerkomen, dat
de kabinetten de centrale circulatiebanken
en de overige bankinstellingen zullen trach
ten te bewegen, die maatregelen te tref
fen, die van Duitschen kant als beslissend
worden beschouwd.
De Duitsche delegatie moet dan ook het
voornemen koesteren, een aantal vooraan
staande en onbevooroordeelde bankiers uit
te noodigen naar Berlijn te komen, ten ein
de ter plaatse zelf een oordeel te vellen
over de vraag, of datgene wat te Londen
wordt besloten voldoende is, om de cre-
dietsituatie in Duitschland op een behoor
lijk peil te houden, evenals over de vraag,
of wellicht een nieuwe conferentie noodza
kelijk zal zijn. Van de instelling van een
controle-commissie in eenigerlei vorm is
hierbij evenwel geen sprake.
Resultaten der conferentie.
Aannemende dat de zitting van heden,
waarop de door de ministers van Finan
ciën uitgewerkte voorstellen zullen moeten
worden bekrachtigd, geen verdere verras
singen zal brengen, wat is dan de oogst
dezer conferentie? Het Fransche plan van
een honderd-millioen-dollarleening is van
de baan, doch ook het vraagstuk van de
door Frankrijk verlangde politieke en eco
nomische waarborgen. Duitschland heeft
aan de eliminatie dezer voorstellen mede
gewerkt door zijn verklaring, zulke leenin
gen niet van noode te hebben. Wat wel
noodig is, is de zekerheid, dat paal en perk
gesteld zal worden aan het opvragen en
terugtrekken van de credieten op korten
termijn. Op dit punt werd overeenstemming
bereikt en de wensch tot doeltreffende sa
menwerking werd door allen gedeeld.
Voorts wenschte Duitschland steun voor
de Rijksbank, zoodat deze haar goudreser
ves zal kunnen handhaven. Hiervoor dient
in de eerste plaats de verlenging van het
reeds bestaande crediet van 100 millioen
dollar, terwijl voorts hooge prijs wordt ge
steld op verdere credieten waarvan de
grootte nog niet vaststaat.
Ongetwijfeld beteekent dit een directe
verlichting van de crisissituatie. Zal hier
mede echter een definitief „herstel van ver
trouwen in Duitschland® financieele positie
door een internationale actie" kunnen wor
den bereikt? Zulks dient nog verder te wor
den afgewacht, doch het gevoel van opluch
ting, dat in Duitsche kringen viel te con-
sbateeren, was onmiskenbaar. De conferen
tie te Londen moge dan al niet de hoogge
spannen verwachtingen ten aanzien van
een volkomen stabiliseering der Duitsche
financieele positie, ook voor de toekomst,
hebben verwezenlijkt door de doel
einden, die men hier nastreefde, te beper
ken, heeft men toch op bescheidener ge
bied een overeenstemming bereikt, welke
nog vruchtbare gevolgen kan hebben, en
die het directe gevaar, dat de vorige week
nog boven Europa's economisch leven hing,
zal bezweren. Een periode van lange ge-
dachtenwisseling en overleg zal nu onge
twijfeld moeten volgen.