f|
HET HUIS DER
BETEfl,E SCHOENEN
PAANAKKER Co.
I
i
UIT DE PERS
UIT DE RADIO-WERELD
Lichtzinnige Jeugd
WOENSUAli 15 JULI 1931
utL LEIU5CHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. 5
M
iiiiiiiiiiiiininiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiüiisiii
Alléén gevestigd; MAARSMANSSTEEG 3
11
1
1
in
69°2 iy
jaar deze zaak heeftgeen filiaal -?sf
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIM
HET TOEKOMSTIGE
LEIDSCHE STADHUIS.
Niet weinigen in den lande zien met be
langstelling, zoo niet in spanning, het eind
besluit van den Leidschen Gemeenteraad
betreffende het nieuwe Stadhuis te gemoetl
Want het oude was hun dierbaar en zij
zouden het schoone Leiden, en daarmede
tevens ons land, gaarne begiftigd zien met
een waardigen, in het typische stadsbeeld
passenden plaatsvervanger.
Tot dezulken behoor ik en met velen
hunner acht ik verwezenlijking van het
plan-Dudok een weinig begeerenswaardige
oplossing.
Mijne waardeering voor dezen bouw
meester is niet gering. Voor velen zijner
werken koester ik bewondering. Te Hilver
sum heeft hij veel, dat waarlijk schoon is
in het leven geroepen. Dóch hij is met zijn
blijkbaar streven naar verbinding van het
zuiver utilitaire met het monumentale naar
mijne meening op den verkeerden weg ge
raakt en gekomen tot een vormgeving, die
voor de ontwikkeling van onze bouwkunst
als weinig minder dan noodlottig zou kun
nen worden.
Waar gaan wij heen met deze stapelin
gen van groote en kleine kubussen, tus-
schen welke eenige spleten als vensters
en ingangen dienst doen?
Waarheen zullen ons deze rechthoekige,
onevenwichtige, daklooze constructies voe
ren? Waarheen de kille samenstellingen
van beton, metaal en glas de uit hun kracht
gegroeide vogelkooien, met hun dwaze uit
steeksels
Waarheen de aanbidding van ziellooze
zakelijkheid en Russo-Americanisme?
Men zou beducht kunnen zijn naar het
antwoord op deze vragen te zoeken.
Doch ik geloof, dat men zich niet al te
ongerust behoeft te maken, omdat waar
schijnlijk deze excentriciteiten even snel
zullen verdwijnen als zij gekomen zijn.
Daarom juist is het noodig, is het zelfs
dringend geboden bouwwerken van dezen
aard buiten onze steden, d.i. buiten hare
oude kernen te houden. Wat mij betreft,
mag elke richting haar kans gegeven wor
den al zou ik het niet betreuren als
deze er geene kreeg mits haar deze
geschonken wordt in nieuwe stadwijken.
Haar gelegenheid te geven zich uit te le
ven te midden onzer oude wijken, aan onze
onvolprezen grachten, te midden van het
grillige beloop der straten van onze oude
vestingsteden, is het plegen van een on
vergeeflijke misdaad jegens de schoonheid,
die vroegere geslachten ons hebben nage
laten.
In sommige gevallen heeft, men in oude
steden reeds zoodanig huisgehouden, dat
het er weinig meer op aan komt, wat er
verder geschiedt. Zoo kan het nog wel lust
tot lachen, doch geen ergernis meer wek
ken, als men, wat eenmaal de Rotterdam-
sche Coolsingel was, afgesloten vindt door
een steen- en glasmassa waarboven een to
ren uitsteekt, die er uitziet als een balk,
waartegen aan één kant een plank beves
tigd is, gezegde balk bekroond door een
glazen voorwerp, dat op een gestyleerde
vijgenpeer gelijkt. Doch iets van zulken
aard op de Leidsche Visehmarkt, als plaats
vervanger van het oude stadhuistorentje,
men durft er ternauwernood aan denken,
evenmin als aan de omgeving zelf, zooals
zij zich zou vertoonen, beheerscht, of lie
ver: misvormd, en doodgeslagen door een
strakke, starre, blokkendoos.
De Leidsche Raad moge bij het nemen
van zijn onherroepelijk besluit bedenken,
dat aan zijne zorgen is toevertrouwd een
van onze schoone oude steden en dat het
zijne plicht is, deze niet te laten schen
den, zeker er niet zelf de sehennende hand
aan te slaan. Hij moge bedenken, dat een
Stadhuis een eigen, bijzonder karakter
moet bezitten en niet behoort van gelijke
architectuur te zijn, als een „warenhuis",
een fabriek of een bioscoop. Hij moge be
denken, dat de bewering, als zou kubussen-
stapeling de moderne bouwkunst zijn, de
eenig mogelijke is, de eenig passende bij
den tegenwoordigen tijd onzin is.
Hij moge bedenken, dat het mogelijk ib
een in het oude stadsbeeld passend Raad
huis te maken, zonder dat vervallen wordt
in nabootsing van 'oude stijlvormen.
Hij moge een besluit nemen, dat Leiden
en Nederland zal verrijken met een schoon,
het te gronde gegane waardiglijk vervan
gend tehuis voor het Bestuur zijner histo
rische stad.
HENRI POLAK.
DE LIJKVERBRANDING.
„Het Huisgezin" driestart: In zijn
jongste encycliek gewaagt de Paus van
een wereld, „die bijna voor het grootste
gedeelte in het heidendom is teruggeval
len."
Een der aanwijzingen daarvoor is de
lijkverbranding, een andere de opzettelijke
geboortebeperking.
Pas heeft nu weer de Belgische Kamer,
zij het met kleine meerderheid, de lijk
verbranding toegestaan, waarbij katho
lieke afgevaardigden zich van stemming
hebben onthouden.
In de Belgische Kamer bestaat het ge
bruik, dat, wanneer leden van de ee-ne
partij laten we zeggen voorstanders
van een wetsontwerp verhinderd zijn
aan een stemming deel te nemen, evenveel
leden van een andere partij in dit ge
val tegenstanders niet meestemmen, ten
einde zoo een tegenwicht te vormen:
men noemt dit in België paireeren.
Twee liberalen en drie socialisten kon
den niet aan de stemming over een initia
tief-voorstel tot toelating der lijkverbran
ding deelnemen, en voor hen hebben vijf
katholieken vóór de stemming de zaal ver
laten.
Gebruik is gebruik, en afspraak is af
spraak, maar toch ligt er iets onbevredi
gends in, dat bij een principieele beslis
sing afgevaardigden tengevolge van een
zeker ruil-systeem in gebreke blijven hun
stem uit te brengen.
Middelerwijl blijft in ons land een be
slissing omtrent de lijkverbranding rus
ten, maar gaan de crematies ongestoord
haar gang.
Zoo ongestoord, dat onlangs de presi
dent van den Hoogen Raad der Neder
landen, ons hoogste rechtscollege, bij zulk
een verbranding nog altoos in strijd
met de wet tegenwoordig was.
Waarom laat reohtsche na rechtsche re
geering, parlementair of extra-parlemen
tair, den, zacht uitgedrukt onregelmatigen
toestand bestaan?
Het ontwijken van een beslissing, die
toch eenmaal moet vallen, lijkt ons een
bewijs van gebrek aan moed.
Men had onmiddelijk moeten ingrijpen
nadat de eerste overtreding der Begrafe
niswet was geconstateerd'men heeft ge
aarzeld, men is later met een eerste ont
werp gekomen, dat men zelf heeft laten
liggen en beschimmelen; thans doet men
niets en houdt zich of men de dagelijksche
wetsovertredingen niet zag.
Het is struisvogelpolitiek, die straks
gestraft zal worden met den officieelen
triomf der lijkverbranding.
Een tweede aanwijzing, schreven we,
voor het terugvallen in het heidendom is
de opzettelijke geboortebeperking.
Liberale bladen en liberale economen
prijzen ze openlijk aan, en het scheelt wei
nig of het kleine gezin wordt als het
„normale", het standaard-gezin beschouwd
In de Indische pers trekken den laat-
sten tijd, in verband met de verlaging van
het salarispeil, de hooge huishuren in ver
schillende steden op Java de aandacht,
huishuren, die op 25 en meer percent van
het inkomen beslag leggen.
Een Indisch blad, dat aan dit vraag
stuk aandacht wijdt, heeft het daarbij
uitsluitend over woningen voor gezinnen
met twee kinderen, alsof de huizen daarop
berekend moeten zijn en van een talrijker
gezin practisch geen sprake is.
Een gezin met twee kinderen norm en
regel, hoe ver zijn wij van de christe
lijke leer verwijderd en hoe dicht staan we
bij het heidendom, indien we er al niet
midden in zijn.
Het Petitionnement
Waar men aan denken moet!
Men plaatse zijn handteekening
slechts één keer. Wanneer men
bijvoorbeeld meer dan één dag
blad leest, zette men zijn hand
teekening onder het inteekenibiljet
van één dezer bladen. Wanneer
een gezin uit meer dan 4 leden
bestaat kan men de 'handteekenin-
gen natuurlijk over 2 formulieren
en 2 dagen verdeelen, of over imeer
formulieren en dagen.
Wanneer men een formulier heeft
onderteekend en ingezonden of in
geleverd, heeft men zijn plicht nog
niet gedaan! Men moet dan zijn
huisgenooten en kennissen nog op
wekken het petitionnement even
eens te onderteekenen! Stel ook
Uw dienstpersoneel in de gelegen
heid te teekenen.
Programma's voor Donderdag 16 Juli.
Huizen, 298 M.
8.009.15 Gramofoonpl.
10.00—10.15 Zang NCRV Dameskoor.
10.1510.45 Ziebendienst (NCRV)
10.4511.00 Vervolg Zang NCRV Dames
koor.
11.00 Gramofoonpl.
11.30 Go-dts. Halfuurtje door Pastoor
Perqudn.
12.001.30 Concert KRO-Trio oJ.v. P.
Lusitenhouwer.
1.302.15 Gramofoonpl.
2.153.15 Handwerkcursus.
3.153.45 Vrouwenhalfunrtje.
4.005.00 Ziekenuuirtje (NCRV).
5.005.45 Cursus Haaidena.rbeid voor de
jeugd.
5.45 Cursius Handenarbeid voor de jeugd.
5.456.00 Gramofoonpl.
6.00 Piano-recital door Mej. Agatha Tolk.
6.356.45 Gramofoonpl.
6.457.00 Knipcursus.
7.00 Vragenhalfuurtje.
7.30 Koorooncert door de Gem. Zangver-
een. „Kuinst veredelt", versterkt met leden
van „Toonkunst", Zutfen. M.m_v. Arahem-
sche OTk. Vereen., mevr. J. Vincent (so
praan), Mevr. M. Readel (alt), L. van Tulder
(tenor), Thom Denijs (bariton), A. Wage
naar (orgel). Dirigent: C. v. Beimum. Na
afloop Persberichten Vaz Dias en Gramo-
foonplaten tot 11.30.
Hilversum, 1875 M.
Uits'l. AVRO-Uitzending.
8.0010.00 Gramofoonpl.
10.00 Morgenwijding.
10.1510.30 Gramofoonpl.
10.3012.00 Concert AVlRC-kwartet oJLv.
D. Groeneveid.
12.152.00 Het Omroeporkest od.v. W.
Knikker en Gramofoonpl.
2.002.30 Vacantiegaogersattentie
Rob. Geraerds spreekt over „Een reisje
langs den Rijn".
3.004.00 Orgelconcert Frans Hasselaar.
M.m.v. Sophie HaasePierueman (sopraan),
Joh. Lammen (bas).
4.004.30 Gramofoonpl.
4.305.30 Ziekenuurtje.
5.306.00 Kovacs Lajos en zijn orkesit.
6.006.30 Spoihpraahje door H. Hollan
der.
6.307.00 Kovacs Lajos (vervolg).
7.007.30 Jihr. Dr. C. de Mareos van
Swinderen: „Oud Berlijn".
7.45 J. Lessing: „Steun aan T.B.C. Pa-
tienten".
8.008.15 Gramofoonpl.
8.1510.20 Aansluiting Concertgebouw
Amsterdam. Orkest oJ.v. N. Treep. Mm-v.
T. v. d. Pas (piano).
10.20 Vaz Dias.
10.3012.00 GramofoonpL
Daventry, 1554,4 M.
10.35 Morgenwijding.
12.20 Orgelspel.
1.20 Concert.
2.20 Gramofoonpl.
3.20 Kerkdienst.
4.05 Dansmuziek.
4.50 Orkestconcert.
5.35 Kindenuurtje.
6.20 Verslag van Cricketmatch.
6.35 Berichten.
7.00 Verslag van Oricketmatch.
7.05 Pianospel door Eilsa Karen.
7.50 Concert. lustrum. Kwintet.
8.35 „Jim Mantlanidf. Hoorspel.
9.20 Berichten en Lezing.
9.55 Intermezzo.
10.00 Ballet „David" met Ida Rubin
stein.
„Radio P a ri s", 1725 M.
8.05 Gramofoonpl.
12A0 Gramofoonpl.
1.25 Gramofoonpl.
3.05 Kinderunrtje.
4.50 Concert.
6.50 Gnamofoonp].
8.20 Radio-Tooneel.
9.05 Concert. Koor, strijkkwartet en so
listen.
Langenberg, 473 M.
7.258.20 Gramofoonpl.
10.3512.15 Gramofoonpl.
12.30 Gramofoonpl.
1.252.50 Orkest concert.
5.206.20 Solistenconcert.
8.209.20 Concert. Orkesit, koor en so
listen.
9.40 „Strassenmann". Hoorspel van H.
Kesser. Daarna: Berichten.
Kalundborg, 1153 M.
12.202.20 Orkestconcert.
3.505.50 Orkestconcert en viool-soli.
8.209.50 Uötz. van een zangspel.
9.5010.05 Hobo-sold.
10.2011.05 Orkestooncert.
Brussel. 338.2 en 508.5 M.
508,5 M 5.20 Orkestconcert.
6.05 Kinderuurtje.
6.50 GramofoonpL
8.20 Gramofoonpl.
9.20 Orkestooncert en zang.
338,2 M.5.20 Orkestooncert.
6.05 Kinderuurtje.
6.50 GramofoonpL
8.20 Orkestooncert en zang.
Z e e s e n, 1635 M.
O-a. 7.007.50 Gramofoonpl.
10.5512.20 Berichten.
12.20 Gramofoonpl.
2.203.10 Gramofoonpl.
4.20—5.20 Concert.
9.20 Concert op vier vleugels.
9.50 Bandonion-concert.
10.35 Berichten en daarna tot 12-50 Dans
muziek.
FEUILLETON
door
ARTHUR APPLIN.
60)
De gedachte flitste plotseling door zijn
geest, dat, als Marjorie niet kwam opda
gen, Ruby Strode opgetwijfeld een zeer
bijzondere reisgezellin zou zijn voor een
gedwongen vacantie.
5t Is lang geleden, dat we elkaar heb
ben gezien en gesproken, zei hij op ge-
makkelijken toon. Intusschen hebben je
vrienden hard gewerkt voor jou, of, beter
gezegd, ten behoeve van dien veroordeel
de, die eens je verloofde was.
Hij zag hoe haar gelaat plotseling rood
werd; haar oogen flikkerden; doch ze hield
zich in bedwang. Ze haalde even haar
schouders op en lachte.
't Is juist voor dien zoogenaamden
verloofde, dat ik hier gekomen ben. Want
ik moet je spreken.
Despard maakte een ongeduldige bewe
ging. Hij nam een versche sigaar en stak
ze op. Wat jammerIk dacht, dat je me
had willen spreken over mezelf, Ruby; ik
vind je mooier dan ooit!
Zij dronk in één teug het glas leeg, dat
hij haar had ingeschonken en schoof haar
stoel wat dichter bij.
Bobzoo mag ik je wel noemen,
niet? je bent nu rijk en machtig. Je hebt
nu alles wat ie kunt verlangen.
Dat is te zeggenantwoordde hij.
Dan toch bijna alles, vervolgde ze. Je
hebt nu geld, en met geld kun je veel koo-
pen.
Natuurlijk. Despard grinnikte. Er
was 'n oogenblik stilte. Hij keek haar strak
aan. Zeg me eerlijk, waarom kom je hier?
Heb je me iets te zeggen?
Ja, ik heb er alles voor overbe
grijp je, allesmits Rupert Dale in zijn
eer hersteld worde.
Despard leunde achterover in zijn ge-
makkelijken stoel. Hij tipte even de asch
van zijn Havanna. Altijd datzelfde oude
thema. Men zou op het laatste nog gaan
denken, dat ik de cheque vervalscht heb,
dat ik de groote schuldige ben. Ik heb je
al gezegd, en ik heb 't ook aan je goe
den kennis, Jim Crichton, gezegd, dat ik
niets doen kan. Want ik weet niets, abso
luut niets.
Ruby kwam naderbij. Zij stond naast
hem en legde haar hand op z'n schoder.
Hij keek haar aan. Wat was ze mooi
Zóó mooi had hij haar nog nooit gezien.
Ze had hem in haar macht.... Waarom
had ze zoo lang gewacht
Luister, fluisterde ze. Ik weet, dat, als
je had willen spreken tijdens de rechtszit
ting, Rupert vrijgesproken zou zijn.
Gesteld dan, dat het zoo waswat
dan?
HOOFDSTUK XXVII
Ruby's-moed.
Robert Despard wist, waarvoor Ruby
Strode gekomen was. Hij glimlachte even,
terwijl hij haar daar zag zitten, zenuwach
tig met haar handschoenen, die ze had
uitgetrokken, spelend. Het leek wel, of ze
haar verhaal moeilijk kon voortzetten.
'n Werkelijk hartelijk mensch zou heb
ben getracht haar te helpen. Doch Des
pard behoorde tot dat soort menschen niet.
Hij maakte reeds zijn berekeningen: wat
kon hij haar vragen als tegenprestatie
voor zijn inlichtingen? Hij scheen alle
troeven in handen te hebben.
Hij was alleen thuis alleeo met die
vrouw, die hem voorstellen deed, die hem
een gunst kwam vragentegen welken
prijs Hij keek naar de klok. Het was even
over tienen. Over enkele oogenblikken zou
de concierge in de hal vertrokken zijn. Hij
stond op, liep naar de tafel en schonk zich
een stevig glas whiskey in. Hij zette het
glas terug op tafel; dit ge'uid brak de
stilte.
Wil je er nog een hebben, Ruby?
vroeg hij, op zoetsaopigeri toon.
Ruby schrokhet b'oed steeg haar naar
het hoofd. Zou ze haar moed verliezen
Ze dacht echter aan haar groote doel, Ru
pert's bevrijding, waartoe ze dezen stap
had gedaanze móest slagenZe
moest hem het hoofd op hol maken, ze
moest hem bedriegen ze moest, uiterlijk
althans laten blijken, dat ze hem zou
willen volgenzij moest het toestaan, dat
hij haar het hof maakte alles had ze er
voor over, om haar doel te bereikeneen
getuigenis zou ze in handen weten te krij
gen, waardoor een eerlijk man, een on
schuldige in zijn eer zou worden hersteld.
Ze kon niet langer dulden, dat Rupert's
leven vernietigd was, terwijl Despard
daarenboven Marjorie's toekomst in een-
I zelfde lot wilde laten deelen.
Ja, graag. Doch 'n klein beetje maar.
Despard keerde zich om, deed haar glas
halfvol met whiskey en vulde het daarna
tot den rand toe met spuitwater.
Vooruit, steek maar van wal, zei hij
lachend.
Ik ben hierheen gekomen, om een be
roep te doert op uw eer, op uw edelmoe
digheid om u te smeeken, desnoods op
m'n knieën, mij te helpen het groote on
recht te herstellen, dat ik een onschuldige
heb aangedaan. Mr. Despard, ik weet,
dat u die persoon niet graag vrij zoudt
zienik vraag echter geen gunst voor hem.
Ik vraag die gunst voor mezelf. U hebt
vroeger eens beweerd, dat u veel van me
hield. Bedenk dan, wat het voor mij moet
zijn, want ik houd van Rupert Dale meer
dan van m'n leven ik heb alles voor hem
overalles. Kunt u zich indenken, wat
ik al dien tijd heb doorgemaakt, wat ik
dag en nacht moet gevoeld hebben, we
tende, dat bij onschuldig is veroordeeld
Wetende, dat ik, ik, de vrouw, die hij zoo
innig lief had, dat ik hem heb laten ver-
ooraeelen? Dat ik oorzaak ben, dat zijn
naam onteerd werd Dat ik ook oorzaal-
er van ben, dat Marjorie, zijn zuster zoo
veel moet lijden. Ik kan het niet langer
aanzien. U weet, dat m'n getuigenis niet
geloofd werd. Uw verklaringen spraken de
mijne tegen; in ieder geval, men twijfeldo
aan de waarheid van m'n getuigenis. De
jury wilde mij niet gelooven, met het ge
volg, dat een onschuldige tot dwangarbeid
werd veroordeeld voor een misdrijf, dat i k
had gepleegd. Ik weet, dat u de chëque in
m'n handen zag, want u stelde me een
vraag, die me een doodelijken schrik op
het lijf joeg. U herinnert zich nog wel,
dat u vroeg, of die cheque m'n winst was.
Toen ik op het punt stond de deur achter
me te sluiten, keerde ik me even om en
zag toen, dat u naar het vloeipapier keek.
U keek op, onze blikken ontmoetten el
kander. Ik wist, dat u de afdrukken van
m'n geschrift had gezien dit stond voor
mij onherroepelijk vast. U had een bepaal
de reden, waarom u dit alles tijdens de
rechtszitting verzweeg. Ik meende toen,
dat u me wild© beschermen, doch nu weet
ik, dat u andere motieven had. Ik heb ad
vies ingewonnen bij buitengewoon kundige
raadslieden, ik heb ook gesproken met sir
Reginald Crichton hij heeft mij de ver
zekering gegeven, dat het nutteloos zou
zijn in dit geval cassatie aan te vragen,
zelfs niet eens een nieuw getuigenverhoor
komt in aanmerking; tenzij een nieuwe ge
tuige opdaagt, die dusdanige verklaringen
aflegt, dat mijn schuld onomstooteüjk komt
vast te staan. U is bij machte een derge
lijk getuigenis af te leggen u kunt den
man, die ik lief heb, redden van iets, wat
nog erger is dan de dood. Om Gods wil,
help me, want je kunt het, je kunt het.
Ze hield op. Despard stak z'n sigaar, die
inmiddels was utgegaan, weer aan en
blies dikke wolken rook de lucht in. De
stilteEuby kon het niet langer uithou
den en greep Despard's gla-s, dat zij met
bevende hand naar haar mond bracht en
in één teug ledigde. Haar keel brandde
ze scheen het echter nauwelijks te gevoe
len. Ze ging achterover in haar stoel lig
gen en sloot even de ocgen. Als van \erre
klonk haar Despard's r.tem in de ooven.
(Wordt vervolgd).