22ste Jaargang
WOENSDAG 23 AFRÏL 1231
- No. 6884
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
Het zilveren Presidentsteest van den
Doorluchtigen en Hoogeerwaarden
Heer Mgr. TASKIN.
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling
Voor Leiden 19 cent per week f2.50 per kwartaal
Bij onze Agenten 20 cent per week f2.60 per kwartaal
Franoo per port f 2.95 per kwartaal
Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 oent per kwartaal, bij
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 oent, met
Geïllustreerd Zondagsblad 9 oent.
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 II
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per regel.
Voor Ingezonden Mededeelingen wordt
het dubbele van het tarief berekend.
Kleine advertentiën, van ten hoogste 30 woorden, waarin
betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en
verhuur, koop en verkoop f 0.50.
De Praeses van Warmond... In de of-
ficieele schrijftaal de Doorluchtige en Hoog
waardige Heer Mgr. H. J. M. Ta skin, Pro-
tonotarius Apostolicus, Proost van het
Kathedraal Kapittel, President van het
Groot-Seminarie, maar in de wandeling
bekend als: dè Praeses de Praeses
jubileert en viert zijn zilveren feest als
rector-magnificus onzer priester-hooge-
school.
Dit jubileum wordt heden met grooten
luister gevierd, zoowel door de geestelijk
heid als door de burgerij van Warmond,
die in den Praeses zijn meest geëerden
mede-burger bezit.
De Bisschop, die noch het Seminarie
noch het geliefde Warmond vergeten
kan, heeft van zijn groote hoogachting
voor mgr. Taskin getuigd, niet alleen door
de feesten bij te wonen, doch door den ju
bilaris op te wachten aan de grens der
gemeente, het Warmonderhek.
De plechtige intocht.
Met deze plechtige intocht werd de fees
telijkheid ingezet. Heel Warmond was op
de been; vlaggen wapperden uit bijna
ieder huis. Het weer, dat zich den gehee-
len dag zoo humeurig en grimmig gedra
gen had, alsof wij plotseling van het voor
jaar met overslaan van den zomer in
het najaar waren terecht gekomen, trok
tegen den avond bij en zorgde voor een
mooien, helderen avond.
Te kwart na zes arriveerde de Praeses,
vergezeld van zijn neef, pastoor v. d. Berg
uit Den Haag en van den heer C. J. v. d.
Zijden, eveneens uit Den Haag, aan het
Wa rmond e r h e k.
Daar nam de jubilaris plaats naast den
Bisschop in een koets, getrokken door vier
paars-be'pluimde paarden.
De burgemeester van Warmond, de heer
Ketelaar, verwelkomde hier de hooge
gasten, als woordvoerder van het feest
comité, dat bestond uit Pastoor Oudejans,
den Burgemeester, dr. Walenkamp, oud-
burgemeester Schölvinok en kapelaan
Lampe.
Toespraak burgemeester.
Monseigneur.
Nu het heden 25 jaar geleden is dat gij
tob uw hoog ambt geroepen werd en gij u
in Warmond hebt gevestigd, roep ik u aan
de grens der gemeente een hartelijk wel
kom namens geheel Warmond toe nu gij
op het punt staat opnieuw en meer feeste
lijk uw intocht in deze gemeente te hou
den in het bijzijn van Z. H. Exc. Mgr.
J. D. J. Aengenent die deze intocht door
zijn hooge tegenwoordigheid heeft willen
opluisteren. Monseigneur, 25 jaar leidt gij
thans het Groot Seminarie en 25 jaar lang
hebt gij onze toekomstige priesters on
derwezen en voorbereid op de grootsche
taak die hen wacht en daarmede uw
stempel gedrukt op geheel het Katholiek
leven in het bisdom Haarlem. Mogen wij
u dan gelukwenschen, zijn we niet zelf
de bevoorrechten en mogen wij niet van
geluk spreken dat het u gegeven is ge
weest 25 jaar voor ons heil te werken.
Dankbaar moeten wij dit erkennen maar
zelfzuchtig als wij menschen zijn, bidden
wij dat gij nog lang voor ons behouden
moogt blijven. Wat wij u toewenschen is,
dat dit ons gebed verhoord mag worden
en dat gij nog lang sterk naar "ziel en
lichaam voor ons zult kunnen blijven wer
ken. Mag ik u ook nog met een kort
woord danken voor uwe belangstelling
en medewerking waar het betreft de gees
telijke en stoffelijke ontwikkeling van ons
dorp en dan denk ik vooral aan de on
derwijscommissie, die onder uw voorzitter
schap vergadert en waarvan de advie
zen door het gansche bestuur op hoogen
prijs gesteld worden. Monseigneur wij zijn
trofcsch op u als inwonor. Mogen wij u nog
lang in ons midden hebben.
Na een „Lang zal hij leven", zette de
stoet zich in beweging: voorop de Harmo
nie „St. Matthias", met het hoofdbestuur
dier vereenigiug, vervolgens rijtuigen,
waarin achtereenvolgens gezeten waren de
feestcommissie der theologanten Pas
toor A. J. Oudejans, prof. P. Groenen,
burgemeester Ketelaars en kapelaan Lam
pe de professoren J. Visser, J. P. Ver
haar, Z. De Korte en de weleerw. heer
Pichot, secretaris van den Bisschop de
zeereerw. hooggeleerde heer N. J. Nickel,
directeur van het Philosophicum, prof.
Henneman en de weleerw. heer C. v. d.
Tuijn, secretaris van den Bisschop.
In het zesde rijtuig waren de Bisschop
en de Jubilaris gezeten.
Enkele ruiters sloten de stoet-
Overal werden de beide paarse prela
ten hartelijk begroet.
Aan. de Katholieke .Schooi zongen de
schoolkinderen een heilwrnsch:
„Welkom klinkt het blij
Uit der kinderen rei,
Op dit heerlijk sohoone jubelfeest.
Aan de beide hoogwaardigheden werden
door bruidjes bloemen aangeboden.
Langs de* Burg. Scholvinckstraat, Dorp
straat Warmunda, Heerenweg trok de
stoet naar het Seminarie, voorafgegaan
door een zwart leger van seminaristen en
een kleurig leger van schoolkinderen, de
iaatsten allen met een ruikertje narcis
sen.
Door de Warmondsche burgerij was
voor het hek van het Seminarie een mooie
eereboog opgericht, versierd met gele
narcissen en blauwe cineraria's. In het
midden boven den doorgang prijkte het
wapen van Mgr. Taskin.
De beide prelaten werden door de stu
denten met gejuich begroet, waarna met
begeleiding 'van de Harmonie door allen
een welkomslied werd gezongen.
Toen de Bisschop en de Praeses in de
portiek van het Seminarie hadden plaats
genomen, sprak de zeereerw. heer prof.
Groenen het welkomstwoord.
Welkomswoord Pro|. Groenen.
Het is wel een merkwaardig plek gronds
welke gij heden betreedt; een plek gronds
u buitengewoon dierbaar, en welke gij met
recht de uwe moogt noemen. Gij staat op
het punt het huis te betreden waar gij
vijf-en-twintig jaar lang de hoogste func
tie hebt bekleed, waarin ge het mooiste
werk hebt verricht, wat maar denkbaar is;
priesters gevormd voor Haarlem's diocees.
Ja, uw inkoms' voor vijf-en-twintig jaar
was een andere, een eenvoudigere, maar
toch was zij een blijde. Ten volle bewust
van de zware laak, welke u wachtte, be-
tradt gij dit huis met een stoeie werk
kracht en een hart vol van liefde voor uw
werk. Krachtig door God mocht er vreug
de in U wezen, omdat de Almachtige tot
zulk een verheven werk u had uitgekozen.
En nu vijf-en-twintig jaar later staat gij
hier weer! Daar zijn andere gevoelens,
welke u bezielen, maar de hoofdtoon daar
van is toch meer de vreugde, de dankbare
vreugde, welke ook deze inkomst maakt
tot een bij uitstek blijde. Wij. medebewo
ners met u van dit huis, studenten en
professoren, wij, die zoo in den waren
geest des woords de uwen zijn, wij staan
hier geschaard met een niet minder groo
te dankbare vreugde, en wij roepen LI, Ju-
bileerende Praeses, van harte het welkom
toe, „wel gelukkig het volk dat te jubelen
weet". Warmond s bewoners hebben geju
beld en u gehuldigd en zij hadden er het
recht toe en den plicht. Maar niet meer
recht en uit grooter plicht willen wij u,
onzen Praeses huldigen en bejubelen.
Dezer dagen zal het huis, wat gij betreden
gaat, zijn een domus laetitiae, een do
mus convivii, maar voor en boven alles zal
het voor ons wezen een domus orationis.
Wij willen u huldigen en danken, maar
wij willen ook met LI Gode dank zeggen
voor het ontzaggelijk vele dat gij als
Praeses hier in dit huis hebt gedaan.
Voor ons, studenten en professoren, voor
Haarlem's priesterschaar, ja voor alle Ka
tholieken van ons bisdom.
Onder begeleiding der harmonie hieven
de studenten het „Io Vivat" aan, dat door
alle aanwezigen uit volle borst werd mee
gezongen.
Dankwoord van den Praeses.
Mgr. Taskin "nam nu het woord, om met
een enkel woord te danken voor de hulde
hem door de clerus en de burgerlijke over
heid gebracht. Het was spr. onmogelijk
woorden te vinden om de gevoelens uit te
drukken, die hem op dit oogenblik be
zielden. Maar spr. wilde niet nalaten allen
te danken, nogmaals te danken en Gods
zegen af te roepen. Want wat hier ge
schiedt, getuigt niet alleen van goeden
burgerzin, maar ook van een krachtdadig
geloof, waarom met een gerust hart de
toekomst tegemoet kan worden gezien.
De ontvangst binnenshuis.
Na nog een marsch van „St. Matthias"
trok de Jubilaris zich in het Seminarie te
rug en begaven zich de seminaristen en
de genodigden waaronder de bloedver
wanten van den Praeses, het eere-comité,
De huldiging van MGR. TASKIN. De ontvangst en Zanghulde door de kinderen.
Dit nummer bestaat uit drie bladen
VOORNAAMSTE NIEUWS
BUITENLAND.
De nieuwe grondwet van Spanje.
De strijd op Madeira.
De huldiging van MGR. TASKIN te Warmond. De welkomstrede van Prof. Groenen voor het Seminarie.
het hoofdbestuur van „St. Matthias"
naar de feestzaal. Van het eere-comité wa
ren oud-burgemeester Schölvinck, wegens
ziekte, en dr. Walenkamp, wegens ambts
bezigheden, verhinderd aanwezig te zijn.
De studenten hebben een week lang ge
werkt, ontworpen, gepast en gemeten om
van de nuchtere recreatie-zaal een feest
hal te maken, den hoogen jubilaris waar
dig. De wanden waren bekleed in grijs
met blauwe beranding en versierd met de
wapens van den Paus, van den Bisschop,
van den Praeses, van de stad Haarlem,
Overveen en Warmond. In het midden van
de zaal achter en tegenover de zetels van
de beide prelaten was het devies van mgr.
Taskin: „sobrie, juste, pie" aangebracht.
Door een orkestje van studenten werd
eerst de Carmen-marsch van Fetras en
vervolgens het Cantate Domino van E.
Paap uitgevoerd, waarna Z. H. Exc. de
Bisschop den Jubilaris toesprak.
Rede van den Bisschop.
Hoogvereerde president!
Welkom, hartelijk welkom in deze fees
telijk versierde zaal!
Dat is het woord, dat vanzelf opwelt
uit mijn jubelend hart, nu ik h'et voorrecht
heb op uw zilveren feest allereerst het
woord tot u te mogen richten.
Welkom in dit huis, u w huis! Want nie
mand van ons allen, kan dit huis met
meer recht noemen het zijne dan u, niet
alleen, omdat, gij hier met vijf-en-twintig
jaren langer dan wie ook hebt gewoond,
ma ar vooral omdat gij liet stempel, het
rijke stempel uwer geheele persoonlijk
heid op dit huis en zijn omgeving hebt ge
drukt.
Welkom in dit huis, waar gij vijf-en-
twintig jaar gewerkt hebt met volle ziel,
met volle krachten en vol hart, aan de
opvoeding der geestelijkheid van dit bis
dom.
U moest eens weten met welk een vreug
de ik vandaag naar Warmond ben gegaan
om uw zilveren feest mee te vieren. Ik
zou u kunnen huldigen onder verschillen
de opzichten. ïk zou u kunnen danken als
hoofd van het diocees, want als president
hebt gij u eminente verdiensten verwor
ven voor de opleiding der priesters. Doch
op 't oogenblik wil ik niet als bisschop uw
verdiensten voor het diocees huldigen;
daar hoop ik morgen de gelegenheid voor
te hebben.
Maar ik wil u op 't oogenblik huldigen
namens al uw studenten, namens al uw
leerlingen van heden en alle oud-leerlingen,
die reeds als priester werkzaam zijn. Want
al ben ik niet in den strikten zin des
woords een oud-leerling, toch gedenk ik
altijd met vreugde en groote dankbaar
heid, dat ik van de 24 jaar, die ik hier als
professor heb doorgebracht, er 22 1/2 jaar
heb mogen werken onder uw opperleiding.
En al ben ik dan niet uw leerling in den
strikten zin des woords, ik ben toch on
der uw leiding geweest en heb veel van u
geleerd en daarom kom ik, namens alle
leerlingen in strikten en minder strik
ten zin! u vandaag gelukwenschen.
Al uw leerlingen zijn u van ganscher
harte dankbaar voor wat gij doet, gedaan
hebt en zult doen voor dit huis. Uw werk
zaamheid laat zich zoo schoon samenvat
ten in de drie woorden, die gij zelf geko
zen hebt, als uw lijfspreuk: sobrie, juste,
pie.
't Is waar, eerst sedert enkele jaren
voert ge die lijfspreuk in 't openbaar
maar in de afgeloopen 25 jaar hadt gij
die woorden ten opzichte van uw leerlingen
reeds ten volle in practijk gebracht.
Als president hadt gij een drievoudige
taak:
De studenten op te kweeken tot heilige
priesters. Dat hebt gij gedaan p i e.
De studenten te verzorgen in hun mate-
rieele behoeften, voor hun gezondheid en
welstand. Dat hebt gij gedaan: juste.
Gij hebt ook de opperleiding in het do-
ceeren der wetenschap en zijfc ons allen
voorgegaan in de wijze waarop de weten
schap door de menschen moet worden
aanvaardsobrie.
De pietas, de godsvrucht hebt gij bij al
uw leerlingen aangekweekt in de hoogste
mate. Daarbij denk ik allereerst wat gij
gedaan hebt voor het Huis van God, voor
de verfraaiingen daar bewerkt, voor de
luister die gij hebt aangebracht bij de vie
ring der kerkelijke feesten. De luister hebt
gij ingevoerd om de studenten, door het
vieren der kerkelijke plechtigheden, dichter
te brengen tot God. Dan denk ik ook aan