KERKNIEUWS UIT DE OMGEVING UIT DE PERS DINSDAG 21 APRIL 1931 DE LE1DSCHE COURANT TWEEDE BLAD PAG. 6 worden, en had de directie der Lichtfabrie ken maatregelen kunnen treffen teneinde de verbruikers niet te dupeeren. Spr. ver wacht van den wethouder een nadere uit eenzetting na een hernieuwd onderzoek. Het publiek stelt een te groot vertrouwen in dit gemeentebedrijf, dan dat dit be schaamd mag v orden door allerlei uitvluch ten. De heer Schüller heeft beweerd, dat hij van dezen stand van zaken reeds lang op de hoogte was. Waarom heeft hij dan niet reeds eerder werk daarvan gemaakt. Spr. stelt daarom aan B. en W. de vol gende vragen: 1. Moet het College van B. en W. niet erkennen, dat de stroomspanning van het electrisoh lichtnet te dezer stede, althans in* verschillende wijken, gedurende gerui- men tijd hooger is geweest, dan de normale spanning van 125 volt? 2. Indien de vorenbedoelde vraag be vestigend moet worden beantwoord, waar aan moet dan dit verschijnsel worden toe geschreven? 3. Indien dit verschijnsel moet worden toegeschreven aan een fout bij de techni sche verichting aan de Electrisehe Cen trale van de Stedelijke fabrieken van gas en electriciteit, is dan het College niet van oordeel, dat deze fout. ten spoedigste moet worden hersteld? 4. Acht het College het niet raadzaam, mede gezien hetgeen omtrent de onderwer- pelijke aangelegenheid in de plaatselijke pers is versohenen, dat omtrent deze aan gelegenheid oen onderzoek wordt ingesteld, door een onpartijdige commissie, althans door de raadscommissie voor de Stedelijke fabrieken van gas en electriciteit? Wethouder G o s 1 i n g a zegt, dat deze zaak in de vergadering van commissarissen der Lichtfabrieken aanhangig is gemaakt. Rapport moet nog worden uitgebracht, zoodat het antwoord van B. en W. in de eerstvolgende vergadering zal volgen. De heer Schüller vraagt het woord wegens een persoonlijk feit. Hij is beschul digd door den heer Coster. De v o o r z. ziet daarin geen persoonlijk feit. De heer Schüller wil met alle ge weld het woord hebben, doch de voorz. geeft hem het woord niet. De heer Kooistra meent, dat ieder raadslid over een aangekondigde interpel latie het woord mag voeren. De voorz. is het daarmede niet eens. Heb lid dat interpelleeren wil, krijgt daai-- toe verlof en B. en W. antwoorden of ant woorden niet. Het punt is daarmede uit. De heer Schüller stelt vast, dat de voorz. tegenover anderen een andere hou ding aanneemt dan tegenover de leden der S. D. A. P. Verbetering Morschweg. Voorstel a. to<t aankoop van verschillende aan den Morschweg gelegen voortuinen en gedeelten voortuin b. tot overneming om niet. van verschil lende gedeelten openbaren weg en een afge sloten stoep, gelegen aan den Morschweg; c. tot. beschikbaarstelling van gelden ten behoeve van de verbreeding en verbetering van den Morschweg. Aangenomen. De radio^distributie. i. Verordening, betreffende de aanslui ting van particulieren aan het gemeente lijk radio-distributie-net. De heer v. E c k heeft de stukken over dit punt te laat ontvangen om ze goed te bestudeer en. Spr. stelt derhalve namens de fractie voor, het pimt uit te stellen. Wethouder Gosling a merkt op, dat er alle reden was om deze zaak alsnog op de agenda te plaatsen. De zaak loopt reeds sinds 1 April en een verordening moet thans zoo spoedig mogelijk worden vast gesteld. De heer v. Eek gelooft, dat een week uitstel de zaak niet in het ongeluk zal storten. We zijn toch al drie weken te laat. De voorz. merkt op, dat het onmoge lijk is, om de volgende week te vergade ren. Wethouder Gosling a zegt, dat de verordening ook nog de goedkeuring van den minister behoeft. Het wordt toch al laat genoeg. De heer v. Eek heeft als com missielid van de Lichtfabrieken kennis kunnen nemen van deze verordening. De heer R o m ij n verklaart nogmaals geen voorstander te zijn van een gemeen telijke radio-distributie. Bij art. 6 vraagt de heer K o o 1 e wat de gemeente denkt te doen met die luidspre kers welke kleiner zijn dan 1500 Ohm. Wethouder G o s 1 i n g a zegt, dat het doel van dit artikel is, te beletten, dat alle geluid door groote of slechte luidsprekers wordt weggezogen. Als het eenigszins kan, zullen zooveel mogelijk luidsprekers wor den toegelaten, als zij maar niet hinderen. De heer Schüller vraagt, waarom extra tarief wordt geheven van electro-dy- nami8che luidsprekers. Zij betalen toch al- meer stroom. Wethouder G o s 1 i n g a zegt, dat daar voor extra maatregelen noodig zijn, derhal ve moet extra betaald worden. Bij art. 13 (tarieven) merkt de heer Koole op, dat de kosten van aansluiting belangrijk hooger zijn geworden dan in dertijd in uitzicht is gesteld. Verscheidene personen achten de aansluitprijs veel te. hoog. Spreker dient een voorstel in om in art. 13 de getallen 17.50 (e wijzigen in 12.50, 20.in 13.en 8.— in 5.— terwijl de afbetalingstermijn van 12 maanden ge bracht worden op 8 maanden. De heer Zitman dient een ander voor stel in, ob art. 13, sub. b te lezen als volgt: „f 18.indien de bijdrage wordt voldaan door betaling nieuw van 6.enz. De heer Kooistra meent, dat de ge meente de prijs zeer hoog heeft gesteld, zelfs zóó hoog, dat spr. meent te moeten spreken van woeker. De heer v. E c k vraagt zich af, of het een daad van goede koopmanschap is, de prijs zóó hoog te stellen. De menschen wor den afgeschrikt door de hooge bedra.gen. De heer Groene veld ondersteunt het voorstel-Koole. Wil dit bedrijf bloeien, dan moet het een massa-bedrijf worden. Men moet dan ook de toetreding zoo ge makkelijk mogelijk maken en een prijs van 17.50 is voor de menschen, die voor distributie in aanmerking komen, veel te hoog. Bij aansluiting van een derde station wordt de abonnementsprijs met 0.50 per maand verhoogd. Is dat noodzakelijk? De heer Parmentier gelooft niet, dat de wethouder woekerwinst wil maken, maar hij meent, dat de hooge kosten him oorzaak vinden yi het feit, dat gemeente bedrijven altijd duurder zijn. Wethouder G o s 1 i n g a erkent, dat hij indertijd de aansluitkosten geraamd had op circa 10.doch sindsdien heeft spr. zich nader in de systemen van aansluiting ingewerkt. Spr. is daarbij tot de conclusie gekomen, dat een ondergrondseh net te verkiezen was. Dat maakt de kosten duur der. maar de aansluiting is dan ook veel en veel betef. Bovendien moet men piet ver geten, dat dit geld maar eenmaal behoeft te worden betaald. Spr. is het met den heer Groeneveld eens, dat dit bedrijf een massabedrijf moet zijn. Maar spr. wijst op Dordrecht, waar een groote toeloop is van gegadigden, terwijl de aansluitprijs dezelf de is. Dat de kosten bij afbetaling hooger zijn, spreekt vanzelf. Het risico is zooveel grooter. Het amendement-Zitman kan spr. overnemen. De lieer Parmentier heeft het gemeentebedrijf ook grooter duurte verwe ten,. doch ten onrechte. De gemeente moet met iets beters voor den dag komen dan de particuliere radio-distribuant het ge daan heeft. Spr. zet uiteen, waarom de aansluiting zoo duur moet kosten. Het spreekt vanzelf dat de aHer-armsten het niet kunnen betalen, doch het aanschaffen van een radio veronderstelt toch altijd eenigen welstand. De 0.50 verhooging bij een derde aansluiting zijn noodzakelijk, omdat deze bepaling voorwaarde is van de machtiging door den minister van Water staat. De heer Kooistra kan het nog niet billijk vinden dat een prijs van 17.50 wordt geheven, ook al gaat dat goed in andore gemeenten. Wethouder Go sl in ga verzekert nog maals, dat dit aansluit-systeem technisch volmaakt is en dat dit- betaald moet wor den. De heer M a n d e r s zou het billijker vinden, wanneer de aansluitprijs werd ver laagd en bij verhuizing een zeker bedrag werd geheven voor een nieuwe aansluiting. Het voorstel-Koole wordt verworpen met 15 tegen 14 stemmen. Voor stemde de S. D. A. P. en de heeren Manders, v. Tol, Rosmalen en Parmentier. Bij art. 21 (overgangsbepaling) acht de heer Kooistra de som van 2.50 voor een aansluiting van degenen, die reeds bij de voormalige Leidsch Radio-Centrale wa ren aangesloten, onbillijk. De gemeente heeft dat bedrijf nu eenmaal overgenomen en raoet de verbruikers niet een extra be lasting opleggen. Wethouder G o s 1 i n g a Wij hebben dat bedrijf niet overgenomen. De gemeen te heeft het net gekocht in het belang van de abonné's. Deze krijgen nu van een slech te particuliere een prima gemeentelijke aansluiting. Is een bedrag van 2.50 daar voor te hoog? De heer Kooistra zou zich daarmee kunnen vereenigen, als dat geld geheven zou worden wanneer de nieuwe aansluitin gen tot stand komen. Wethouder Goslinga merkt op, dat direct reeds de ontvangst enorm verbete ren zal. Waarmee de heer Kooistra genoe gen neemt. De verordening wordt daarna z. h. st. goedgekeurd. j. Voorstel tot onderhandsche verpach ting van de tolgelden aan het Zijlhek, als mede het gebruik van het woonhuis c. a. aan den Zijldijk onder Leiderdorp en van de bruggelden aan de Zijl- of Spanjaards- brug, aan J. C. Hey. Aangenomen. Voorstel in zake de verpachting van de exploitatie van den Burcht en de Graan- beurs, alsmede van het voormalige z.g. No tarishuis, aan A. Backer. De heer Zitman is het met B. en W. niet eens. Spr. vraagt zich af of er behoef te is aan hotel-ruimte hier ter stede en of de voorgestelde verbouwing wel zoo spoe dig plaats zal vinden. Spr. ziet dan ook geen reden tot verlaging van den huur prijs. Wethouder Splinter zegt, dat de teekening en de begrooting der verbouwing al klaar zijn. In tegenstelling met den heer Zitman meent spr. dat er wel degelijk be hoefte betaat aan meer hotelgelegenheid. De pachtvermindering vindt z'n oorzaak hierin, dat de Graanbeurs minder ver huurd wordt dan vroeger. Het voorstel wordt z. h. st. aangenomen. De punten 12 en 13 en de interpellatie- Elkerbout worden aangehouden. Rondvraag. De heer Wilbrink maakt eenige aan- nïerking omtrent de te lage salarieering van de assistent-brugwachters. Waarom is de werkregeling van deze menschen niet eerst besproken in de commissie voor den markt- en havendienst? Wethouder Reimeringer zet deze aangelegenheid nader uiteen. De heer Manders vestigt de aan dacht op de invoering van de nieuwe spel ling op de lagere scholen. Wordt deze hier ook ingevoerd? Wethouder Tepe antwoordt, dat deze zaak zijn volle aandacht heeft. Daarna sluiting. Het is half zeven. BENOEMINGEN. In het Bisdom Haarlem. Z. H. Exc. de Bisschop van Haarlem heeft benoemd de volgende W.W. E.E. Heeren tot Pastoor: te Wester-Blolcker G. Blankenouw; te Schermerhoorn A. v. d. Oord, die ka- pelaan was te Amsterdam (H. Bonifatius) te Bleiswijk M. v. Willige, die Rector was te Wassenaar (St. Jacobus>-Stichting). PATER DR. G. VRIJM0ED. Viering van zijn zilveren priesterfeest. Pater dr. Germ. Vrijmoed O.F.M. te Delft heeft Zondag op bijzonder plechtige wijze zijn zilveren Priesterfeest gevierd. In het priesterkoor prijkten de vaan dels en banieren van de R.-K. Studenten vereniging „Sanctus Virgilius", de Pro- pagndaclubs „Dr. Sohaepman" en „St. Jeanne d'Arc", de plaatselijke afdeeling van den R.-K. Bouwvakarbeidersband, de „A. R. K. A." en de Sportvereniging ,De Hollandsche Leeuw". In het priesterkoor hadden o.a. plaats genomen de leden van het Eere-comité: Deken P. J. A. van de Cammen, de oud- Ministers prof. mr. P. J. M. Aalberse, prof. ir. G. J. van Swaay, prof. ir. M. J. Granpré Molière, prof. dr. A. M. A. A. Steger, prof. dr. J. A. Veraart, prof. dr. Mekel, dr. E. H. M. Beekman, de weth. H. L. M. van de Seyp, de zeereerw. pastoor Paul Hase O. F. M., de zeereerw. rector Ivraayvanger. Bij de plechtige H. Mis, die werd opge dragen door den jubilaris, fungeerde de Z.E. pater L. G. Le Roux, pastoor der pa rochie, als presbyter-assistens, pater dr. Clementinus Vrijmoed O.F.M. uit Heerlen, als diaken, terwijl de weleerw. heer L. v. Helvoirt sub-diaken was. De functies van oantores en cermoniarius werden vervuld door de Z.E. paters H. Brandsina, A. Ver geer en Clementinus van den Berg. Pater Caminada, directeur van het Mis siehuis te Sittard, oud-kapelaan der paro chie hield een predicatie naar aanleiding van den tekst uit het Evangelie van den Zondag: Ego sum Pastor bonus. In de zaal van de pastorie werd de ju bilaris toegesproken door pater v. d. Berg, als voorzitter van het feestcomité. Na er op gewezen te hebben, dat met de H. Mis dank is gebracht aan God voor alle gena den en gunsten, bracht spr. den jubilaris ook dank en hulde voor den reuzen arbeid, welken hij heeft verricht. Het arbeidsveld van Pater Vrijmoed is zoo breed en zoo diep, dat het niet te overri»n is. 16 jaar is hij Moderator van de studenten geweest, adviseur van onderscheiden vereenigin- gen talrijke spreekbeurten heeft hij ver vuld, verhandelingen geschreven en hon derden personen met raad en daad bijge staan. Met Gods genade zijn Vele door den Pater tot de Moederkerk terugge keerd. Hij is leider van de Propaganda- clubs en met het redigeeren van „De Boui- don" heeft hij onnoemlijk veel goeds ge daan. Voor dien reuzenarbeid bracht hij den jubilaris dank namens allen. We we ten, aldus spr., dat ge zulks niet gedaan hebt om eigen glorie of den lof der men schen, maar alleen ter eere Gods en het heil der medemenschen. Dat verklaart ook, waarom ge zoo algemeen geacht en be mind wordt, en waarom alom medewer king wordt verleend. En ondanks al dien arbeid en het drukke werk, behoudt ge altijd uw goeden zin. 't Gaat bij u steeds om de glorie van God en het heil der zie len dat hebt ge zeker afgekeken van onzen H. Vader Franciscus. Waar ge morgen door geheel Delft wordt gehuldigd, heeft het Comité toch gemeend nog een daadwerkelijk bewijs van hoogach ting en dankbaarheid te moeten geven. En zoo kan hij den jubilaris een kussen, door mevr. Koeners in de Franciscaansche kleu ren vervaardigd, aanbieden, met het motto „Hulde", vervat in 51 goudentientjes, bij eengebracht ook door de vereerders buiten Delft. Bovendien bood hij Pater Vrijmoed voor zijn velerlei tochten door Delft een nieuwe fiets aan. De cadeaux gingen verge zeld van een album, door een der zusters van de St. Rosaschool gecalligrafeerd. Pater v. d. Berg eindigde met den wensch dat de jubilaris nog heel veel jaren voor de goede zaak, vooral voor Delft, gespaard zou mogen blijven. Den voorzitter van het eere-comité, de ken van der Cammen, was het een bijzon der genoegen en een groote eer Pater Vrijmoed te mogen feliciteeren met vijf en twintig zoo vruchtbare jaren. De eer daar van komt wel aan God toe, doch de jubila ris deed toch zijn grootschen arbeid met veel toewijding. De man van wetenschap en studie is bij den jubilaris in den Pries ter schuil gegaandoch de wetenschap heeft aan het Priesterschap grooteren glans gegeven; dat blijkt uit de groote vruchten. Weinig priesters zullen als gij op zoo'n rijken oogst terug zien. En daarbij zijt ge de nederige dienaar Gods gebleven, die nooit zich zeiven zocht. En dat is dan ook de sleutel van uw populariteit en de sympathie, die men U allerwege toedraagt. De Deken feliciteerde den jubilaris met dezen dag, en hoopte,- dat God zijn werk zal blijven zegenen en hem,eenmaal loonen als den trovlwen knecht, die zulks zoo ruimschoots heeft verdiend. Namens enkele leden van 't eere-comité anderen hadden voor het algemeen hul deblijk reeds bijgedragen bood hij een geschenk aan onder couvert. In zijn dankwoord wees Pater Vrijmoed er op, dat hij als adviseur geenszins de stuwkracht is van de organiasties; die hebben gewoonlijk uitstekende besturen. Als hij in het katholiek studentenleven in Delft iets heeft kunnen bereiken, dan heeft hij daarbij vooral den krachtigen steun gehad van de Kath. professoren en van dr. Beekman. De receptie was daarna zeer druk be zocht. Des avonds deed de jubilaris een lof van dankzegging. In de stampvolle Doelezaal te Delft, die feestelijk met groen, vlaggen en vaandels was versierd, is de Zeereerw. Pater dr. Germanus Vrijmoed O.F.M. gisteravond opnieuw gehuldigd bij gelegenheid van zijn 25-jarig priesterfeest. De Zeereerw. Pater Clemens van den Berg, O.F.M., voorzitter van het uitvoe rend comité, opende den avond met een woord van welkom aan de velen, die blijk gegeven hadden, het werk van den gevier- den jubilaris te waardeeren, door hun mas sale opkomst naar den huldigingsavond. Hierna zong de heer Bram van der Stap eenige toepasselijke liederen, waarmede hij een groot en verdiend succes oogstte. Voor al zijn „Paschen" van Hullebroeck, dat hij met temperament voordroeg, vond grooten bijval. De heer Max Zomerdijk declameerde verzen van Vondel en Guido Gezelle. Hierna wa« het word aan prof. dr. Al- phons Steger, die den Jubilaris huldigde voor den velen arbeid, door hem verricht. Prof. Steger's rede werd meermalen door een spontaan applaus onderbroken en het slot werd een ovatie voor den jubila ris maar niet minder voor den spreker. Na de pauze werd een revue opgevoerd. „De spil, waar alles om draait", waarin 't veelzijdige werk van den jubilaris op gees tige wijze werd gekarakteriseerd. LISSE. Huldiging van burgemeester v. Wijnbergen. Zondagavond had alhier in de groote zaal van het patronaatsgebouw de plechti ge ontvangst plaats van den edelacht baren heer Burgemeester dr. S. F. A. C. M. Baron v. Wijnbergen, door de R. K. Mannelijke Jeugd vereenigingen te Lisse. Onder de tal rijke aanwezigen zagen we de geheele plaatselijke geestelijkheid, de vertegen woordigers van verschillende organisaties, benevens een stampvolle zaal met leden der jeugdvereenigingen als Patronaten, Jo- sephsgezellen, K. J. M. V., Gymnastiekclub, Mandolineclub en Harmonie. Te 6 uur arri veerde Z.Edelachtb. aan de zaal en werd door de plaatselijke geestelijkheid, als jeugdleiders, door een dubbele haag van gymnasten, als 't ware een triomphhoog vormend, naar zijn plaats geleid onder de opgewekte tonen van „Adolf Kolping" en het daverend welkom der aanwezigen. Na dat de Burgemeester aan de vertegenwoor digers der organisaties was voorgesteld, gaf de leider van dezen avond, de weleerw. heer Kapelaan J. A. v. Zon, het woord aan Pastoor Thomann, als voorzitter der R. K. Jeugdbeweging te Lisse. Deze heette den Burgemeester namens de geheele georga niseerde jeugd van Lisse van harte welkom en hij feliciteerde hem met zijn herstel en korte ongesteldheid, waardoor deze avond dreigde te zullen moeten worden uitgesteld. Z.eerw. zeide, dat de geheele georganiseer de jeugd dezen avond wil toonen haar eer bied voor 't gezag. Namens deze jeugd bood hij den Burgemeester een gedenkalbum aan, waarin de namen der jeugdleden wa ren vervat. De Harmonie zette hierop het Wilhelmus in en gaf vervolgens nog een Ouverture. Hierna werd het woord gegeven aan den weleerw. heer H. W. Agterof, als leider der rijpere mannelijke jeugd. Deze begon met te zeggen, dat het een vreugde voor hem was aan den nieuwen Burgemeester na mens de rijpere mannelijke jeugd van Lisse het welkom toe te roepen. In dit van har te gemeende welkom moge voor u, Burge meester, het bewijs gelegen zijn, dat de jeugd eerbied heeft voor het Burgerlijk ge zag en dat gij steeds op haar aanhankelijk heid kunt rekenen. Wij hebben ons ver- eenigd in twee jeugd vereenigingen, n.l. de K. J. M. V. en Josephgezellen. Ziehier dan de strijdbare jonge mannen van Lisse, die bereid zijn het werk hunner voorvaderen voort te zetten en gehoorzaamheid en ont zag te toonen voor het Kerkelijk en Bur gerlijk gezag. Aanvaardt dan, Burgemees ter, onze bewjjzen van aanhankelijkheid en trouw. Een donderend applaus brak hierop los. Alsnu was het woord aan het lid van de K. J. M. V., den heer J-. Wensveen, die een declamatie ten gehoore bracht, getiteld: „O! 't ruischen van 't ranke riet", gevolgd door een declamatie door het patronaats lid B. v. d. Berg, van een lied getiteld: „Wildzang"; beide voldeden best. Hierna bracht de Mandolineclub „Sancta Lucia" een drietal nummers ten gehoore? waarna de weleerw. kapelaan J. A. v. Zon namens de jongere mannelijke jeugd het woord tot den Burgemeester richte. Hierbij werd Z.edelachtb. ingeleid door wethouder P. Warmerdam. Z.edelachtb. zeide, dat ook de jongere jeugd niet wil achterblijven in het verwelkomen van den nieuwen Burge meester. Om u heen ziet ge ze, de jongens met een guitige lach op 't gelaat; dat is het patronaat. Spreker zette in 't kort het doel en werken van 't patronaat uiteen, hetgeen ook mede bestaat in het vormen en helpen opvoeden der jongens als goede Staatsburgers, zoowel als ze te vormen als goede Katholieken. Spreker vroeg in 't ver volg, waar ze mocht noodig blijken, de hulp en steun van de Burgerlijke Overheid, waarvan we onder uw bestuur reeds een voorproefje hebben gehad door 't verstrek ken van een stukje land om de jongens ook vakkundig te bekwamen. Ook namens de Gymnastiekclub „Sparta" riep Z.edelachtb. den Burgemeester het welkom toe en hij hoopte, zoo noodig, ook voor deze club op de medewerking van de Burgerlijke Overheid te kunnen rekenen. Vervolgens voerde de Gymnastiekclub een paar nummers uit, welke getuigden, dat oak deze onder de deskundige leiding van den heer Bouwmeester te Oegstgeest al iets degelijks weet te presteeren. Alsnu kregen we een korte filmvertooning, getiteld: „Een mooi stel", een komische twee-acter. Onnoo- dig te zeggen, dat de jongere jeugd hier uit- SCHANDELIJKE VOORLICHTING. Onder deze titel schrijft De Volks- k.r a n t: Het „Volk" geeft ook voorlichting om trent de gebeurtenissen en toestanden in Spanje. Dit geschiedt aldus „Welnu, de katholieke kerk is in Span je almachtig. De vrijdenkerij werd er in levenden lijve verbrand. Eeuw in eeuw uit was de Kerk almachtig in Spanje, in het land van Fili-ps II." Al deze beweringen zijn onwaar. Om ons tot de laatst eeuw te bepalende liberalen, verdeeld in Moderados en Éxaltad'os, ge matigden en radicalen, hebben in Spanje altijd den baas ges;peeild. Tot de Moderados behoorden ook vele katholieken. Zij sloten ziich hierbij aan uit zelfbehoud, en eigen partij hadden zij niet en eene overwinning der Exaltados beteekende vervolging van hunne Kerk. Herhaaldelijk braken er revo luties uit, waardoor de radioalen aan het roer trachtten te komen. Herhaaldelijk had den er ook kerkvervolgingen plaats. Klooa- ter® wei-den gesloten en zelfs het preeken en biechthooren kon niet. geschieden zonder toestemming der regeering. Zoo was het in 1836. Na 1840 werd het, vooial door het sto ken der vrijmetselarij, nog veel erger. Paus Gregoiriu® XVI schreef toen openbare ge beden uit voor de Kerk in Spanje. Eindelijk kwara er een concordaat tot stand in 1851. In 1854 kwam echter de ker kop volger Es- partero weer aan het bestuur. In 1S68 weer revolutie en woedende geloofsvervolging. Daarna kwam er weer rust onder Aliphon- sus XII. Maar ook onder diens regeering waren de ministeries meestal anti-katho liek. Dat is. met korte tusschenipoozen, zoo voortgegaan, ook onder de regeermg vau Alfonso. Van een katholieke regeerimig is in e'lk .geval in de laatste eeuw geen sprake geweest. De waarheid is dus precies bet tegendeel van hetgeen door het Volk wordt beweerd. Waarom dit blad dan zoo ee- schiedvervalsobing pleegt? Waa.rom? Wel, laten wij zien, wat het verder schrijft: „Wat heeft dan liet politieke, het cul- tureele werk van de katholieke kerk in al die eeuwen voor het „Spaansche" volk be teekend Heeft zij het niet kunnen brengen tot een bescheiden welvaart? Heeft zij het volk niet kunne.ii onderwij zen »oo, dat het een parel is geworden aan de kroon van Europa? De kerkeisclit immers overal het volksonderwijs voor zich op? De helft, van de Spanjaarden, zegsren de aardriikskundebocken, zijn analfabeet. Van die helft, zal wel bet grootste deel vrouwen zijn; maar is liet daarom minder erg?" Ziezoo, nu weten de „bewuste" lezers weer, waar de schoen wringt. Het is de Kerk. die alle schuld draagt van de verkeer de toestanden in Snamje. Zij had immers het geheele volksonderwijs in handen 1 De waarheid i® echter weer anders. De school was in Spanje gemeentezaak onder toezicht van den staat. Zoo was al thans de toestand, twintig jaren ge'eden, toen de groote meerderheid van het thans lovend geslacht werd opgeleid. Toen moes ten er volgens wet 34246 volksscholen zijn. Daar waren er echter maar 24S61. Het te kort kwam op rekening van de steden, die door radicalen en'republikeinen werden be stuurd. Meer dan het wettelijk aantal scholen beza ten Ala va Ternel, Burgos en Soria. provinciën van Castilië en Ba.sldë, waar het. katholicisme nog het diepst wor telde Bovendien hadden de gezamenlijke Gastiliaansehe provinciën het normale aan tal scholen. Ziedaar weer een bewijis hoe schandelijk het Volk voorlicht, wanneer het de ka tholieken en de katholieke Kerk betreft. In Spanje bestaan inderdaad wantoestan den en ook de katholieken dragen schuld. Maar het is al te oneerlijk, om hen aan te klagen voor alle grove fouten, welke onder niet-katholieke en anti-katholieke regeerin gen zijn begaan. Koning Alfonso was ka tholiek en de katholieke godsdienst werd onder zijn regeering beschouwd als de gods dienst ran den sitaat. Maar de politiek ran Spanje was het tegendeel van katholiek. Dat. is de waarheid. stekend genoot, daarna „Adolf Kolping" wederom een paar nummers ten gehoore bracht. Vervolgens declameerde de gezel L. Halfsche het „Schrijverke" van Guido Ge zelle. Ook dit viel goed in den smaak. De voorzitter der jeugdleiders, de heer Chr. v, d. Eist, declameerde hierna „Kerstnacht" van Vondel. Ook dit werd op mooie roeren de wijze vertolkt. Alsnu was het woord aan den Burge meester. Deze dankte allereerst den Z.eerw. heer Pastoor voor de hartelijke woorden tot hem gesproken en hij zeide bet prettig te hebben gevonden op dezen avond onder de jeugd van Lisse te mogen vertoeven. Spreker noemde dit voor hem een wel- dadigen avond. Spreker dankte voor het gedenkalbum, hem namens de jeugd aange boden. Dank bracht hij aan de beide eerw. heeren Kapelaans voor de hartelijke woor den tot hem gesproken; spreker beloofde zijn medewerking voor het roomsche jeugd werk voorzoover als hij dit zal kunnen doen. Ik aanvaard, zoo ging hij verder, de erkenning van het wereldlijk gezag, niet voor me zelf, doch omdat alle gezag van God komt. Het is reusachtig, zei spreker, hetgeen hier in Lisse door en voor de jeugd wordt gedaan. Als spreker nagaat wat er alhier voor de jeugd wordt gedaan, dan komt hij tot de conclusie, dat er aan de vorming der jeugd ontzaggelijk veel gele gen is. Hoe komt dat? Omdat de vorming der jeugd geschiedt tot heil van Kerk en Maatschappij. Gij zijt de hoop van het Ne- derlandsche volk, maar ook van het katho lieke volk. Wat ge doet, zei spreker tot de

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1931 | | pagina 6