22ste Jaargang MAANDAG 30 MAART 1931 No. 6859 DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN BUITENLAND DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling Voor Leiden 19 cent per week f2.50 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week f2.60 per kwartaal Franco per post f2.95 per kwartaal Het Ge-llustreerd Zondagsblad is voor de Abonné'a ver krijgbaar tegeD betaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 oent. TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 II GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 regel. DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per Voor Lngezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. Kleine advertentiën, van ten hoogste 30 woorden, waarin betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en verhuur, koop en verkoop f 0.50. Dit nummer bestaat uit vier bladen V Een hart hebben. In een hoofdartikel teekent de „Neder lander" de omstandigheden, waaronder mr. Aalberse optrad als minister van Arbeid. Daarna vervolgt het blad: Toen was het, dat Aalberse aange zocht werd. Hij had alles vóór. De theorie kende hijzijn jarenlang werk aan het „Katholiek Sociaal Weekblad" had hem geschooldzijn professoraat had hem gelegenheid ge boden tot bezinning. Do practijk kende hijnoem maar zijn leidende plaats in de „Katholieke Sociale Actie"; noem zijn relaties met de arbeidersbeweging. Het parlement kende hij door ja renlang lidmaatschap van de Kamer. En.... hij had een hart. Onze sociale wetgeving is door meer deren vrij fel bestreden geworden en is nóg wel 'ns een voorwerp van min of meer bit tere critiek. En die sociale wetgeving isinder daad niet zonder feilen en fouten. Eerstens, natuurlijk, omdat zij het stem pel draagt van alle menschenwèrk. Zij, die buitengemeen gemakkelijk becritiseeren, mogen toch wel "ns bedenken dat is een opmerking van algemeenen aard dat óók wat zij zelf tot stand brengen, waar schijnlijk, niet altijd op volmaaktheid kan bogen Doch de sociale wetgeving heeft als haar eigen fout, in verschillende deelen in meer dere of mindere mate, de fout van een te groote uniformiteit. En dit is een gebrek, hetwelk iedereen zal erkennen; óók de wetgever zelf. Dit is een gebrek, onafschei delijk vastzittend aan de omstandigheid, dat de bedrijven niet zoodanig zijn geor ganiseerd, dat zij, onder hoogere controle, zelf, in overleg tusschen wetgevers en werknemers, de bedrijfsregeling kunnen vaststellen. Een fout, die naarmate de sociale bedrijfsorganisatie verbetert ook zal verdwijnen. Om meer of minder groote feiten mag echter van de sociale wetgeving met na me ook van de Arbeidswet niet worden verklaard, dat zij niet zou zijn: een groot volksgoed Van degenen, die zoo oordeelen, zou kunnen worden gezegd, dat zijgee'n hart hebben Een hart, dat voelt, wat beteekent de bescherming, geschonken aan dui zenden oeconomisch-zwakken, die aan wil lekeur blootstonden en ook feitelijk zoo dikwijls willekeurig werden behandeld; wat beteekent de rechtszekerheid voor duizenden oeconomisch-zwakken, die vrijwel rechteloos aan het arbeidsproces deelnamen. 't Is, zooals de „Nederlander" wil zeg gen: men moet een hart hebben, om demo craat te kunnen zijn, d.w.z. in politieken zin, om de rechtmatige vrijheid van de massa te willen waarborgen in de wetom uit de samenleving zoo ver mogelijk te ver bannen de practische toepassing van de, niet openlijk meer beleden, theorie, dat macht recht is V Alles bereikt? Voor den Katholieken Radio-Omroep sprak Zaterdagavond mr. A. baron van Wijnbergen over oud minister prof. mr. P. J. M. Aalberse naar aanleiding van diens zestigsten verjaardag op Vrijdag 1.1. De keuze van den spreker was een ge lukkige. In een sympathieke rede heeft de heer Van Wijnbergen in vogelvlucht laten pas- seeren het werk „van dezen trouwen zoon der Kerk", die „zoo dubbel en dwars heeft verdiend" de eer, hem dezer dagen gege ven. Maar wij gevoelen ons toch gedrongen enkele opmerkingen bij die radio-rede te maken. Nu terugblikkend op Aalberse's zestig sten verjaardag meende de heer van Wijn bergen te moeien constateeren, dat wat Aalberse wilde bereiken ook werkelijk thans is tot stand gekomen. Wij zouden hierbij willen opmerken dat met het „wilde bereiken" bedoeld moet zijn „kon bereiken". Aalberse heeft, ongetwijfeld, meer en beter willen bereiken, dan wat is tot stand gekomenmaar wij erkennen grif, dat hij bereikt heeft, wat hij kon berei ken, onder de omstandigheden, waarin de verliberaliseerde maatschappij nu eenmaal verkeert. En even verder zeide de heer Van Wijn bergen weer, dat „de wenschen van des tijds in vervulling zijn gegaan". Wederom: als men voor „wenschen" leest „de moge lijkheden", dan willen wij deze bewering gaarne ten volle beamen. Maar men zou uit zoo'n verklaring óók kunnen concludee- ren, dat er in Nederland op sociaal terrein niets meer te wenschen is overgebleven voor den middenstand, voor den boeren- en voor den arbeidersstand. En dat is toch niet zooDe „Rerum Novarum" is ook in Nederland hoe ver uitstekend ook ni^t in werkelijkheid omgezet De spreker kan dat ook niet zoo hebben bedoeld. Maar zijn woorden kunnen, naar onze bescheiden meening, tot een derge lijk misverstand aanleiding geven een misverstand, dat onder ons, die willen en moeten streven naar een sociale orde ning volgens christelijke beginselen, een verkeerden remmenden invloed zou kun nen hebben. DUITSCHLAND GESTOLEN RIJKSGRONDWET TERUG- GEVONDEN. In geheime bergplaats bij een schilder. In October j.l. bleken uit de archieven van den Rijksdag een aantal waardevolle documenten en boeken te zijn verdwenen, w.o. een aantal platenboeken, politieke ca- ricaturen uit de jaren 1848 49 en als voor naamste stuk de orginee! e oorkonde der Duitsche rijksgrondwet van 28 Maart 1849. Een nauwkeurig onderzoek werd onmiddel lijk ingesteld, doch aanvankelijk was geen spoor van de verdwenen documenten en boeken te ontdekken. Thans is echter, nadat de politie weken lang zijn gangen had gadegeslagen, een 39- jarig schilder, Walther Wohlgemuth gehee- ten, gearresteerd. In een geheime sohuil- plaats vonden de beambten de oorkonde der rijksigrondwet, die Wohlgemuth voornemens was, over enkele dagen aan een buitenlan der te verknopen. Bij zijn verhoor ontkende hij, bij den dief stal der documenten betrokken te zijn ge weest. Hij vertelde een ongeloofwaardig verhaal vol tegenstrijdigheden en onwaar- schijplijkhed-en. Toen men hem hierop op merkzaam maakte, verklaarde hij, dat hij zijn eerewoord had gegeven, niets en nie mand te zullen verraden FRANKRIJK HET DUITSCH—0 OSTENRIJKSCH TOLVERDRAG. Een'rede van Briand. In den Franschen senaat is Zaterdag een debat over de Duitsch-Oostenrij'bsehe ta rief overeenkomst gevoerd, waarbij Briand, zooals trouwens verwacht werd, het woord heeft gevoerd. Zoo iemand onaangenaam verrast moet zijn door het jonciste diploma tieke incident, da-n was hij het wel. Men moet de gebeurtenissen echter kalm bestu- deeren. Reeds jaren geleden had hij, Bri and op het- gevaar gewezen, dat hierin la.g, dat Oostenrijk een land met een bevolking van 60 millioen tot buurman had. Dit ge schiedde op de conferentie van Parijs, waarna men overeenkomsten heeft getrof fen, die in 1922 tot de leening aan Oosten rijk hebben geleid. Destijds hebben wij Oostenrijk de midde len gegeven, om verder te leven, aangezien wij daarbij belang hadden. Men kan dus niet zeggen dat er iets is gebeurd, dat men nooit had kunnen voorzien. Het ernstigste in deze zaak is de wijze, waarop men gehandeld heeft. Deze is ver ontrustend. Ze is in strijd met wat is over eengekomen en in strijd met de voorwaar den voor een Europeesche samenwerking. Frankrijk heeft reeds 48 uur voor andere landen kennis gekregen van het Duitsch- Oostenrijiksch plan en terstond stappen ge daan. Briand erkende dat hij van Duitsche zij de teleurstelling heeft ondervonden, doch achtte het geraden koelbloedig te blijven en verder te gaan op den tot nu gevolgden weg, hoewel op het oogenblik in de betrek kingen met Duitschland een stilstand is in getreden. Men heeft gezegd, dat Engeland niet energiek genoeg is opgetreden. De Engel- sohe regeeiing heeft ons echter verklaard: „Verder dan men thans gegaan is, kan men niet gaan. Eerst moet de meening van den volkenbondsraad gevraagd worden." Zij zal er aan toevoegen, dat men, wan neer men de handelwijze van Duitschland en Oostenrijk niet billijkt, zijn toevlucht moet nemen tot het permanente hof van in ternationale justitie. Wanneer het incident zóó zou eindigen, dat de Fransche thesis de overhand krijgt, dan zal Frankrijk daarbij nieis verloien hebben. Wil men zich echter op andere we gen begeven en het daarheen sturen, dat Frankrijk afbreekt, wat het sinds tien .ja ren met moeite heeft opgebouwd, dat men er dan rond voor uitkomt. Voor zulk een wensoh zal Frankrijk een aandachtig oor hebben. Het zal dan geen minuut langer aan het andere standpunt vasthouden. Den dag, zoo ging Briand voort, waarop men niet meer op de loyale vervulling der verplichtingen kan rekenen, houdt alles op, veiligheid en voorzorgsmaatregelen. Enkelen staan wantrouwend tegenover de maatregelen, die wij eenige jaren gele den genomen hebben. Ik ben echter van meaning, dat hierdoor meer dan eens het oorlogsgevaar bezworen is. Waartoe zou thans een oorlog leiden in een tijd, dat Europa de schade van den laatsten oorlog nog niet hersteld heeft? Briand wees in dit verband nog op de actie voor politieken Anschluss ran eenige jaren terug. Toen had hij te Genève, waar ook de Duitsche rijkskanselier aanwezig was, ern stig gewaarschuwd„.ils het zóó vet komt, beteekent dat oorlog". Men had hem toen gerustgesteld. De pro paganda nam af. Er kwam ontspanning. Briand besloot zij rede met een verdedi ging van zijn beleid tegen zekere aanvallen op zijn politiek. Kleine Entente. De correspondent van de „Petit Pari- sien" te Belgrado bericht, dat de conferen tie van de ministers van buitenlandsche zaken van de landen der kleine entente, welke begin- Mei te Herkulesbad zou plaats hebben en waarop het Duitsch-Oos- tenrijksch tolverbond zal worden behan deld^ vervroegd is. De conferentie zal reeds begin April te Boekarest bijeenkomen. Kalmte in Volkenbondskringen. Volgens bericht uit Genève wordt in toonaangevende kringen van den volken bond het afsluiten van een Duitsch-Oosten- rijksche tolunie, in tegenstelling met de verwachting der Fransche en Engelsche openl|hrc meening, met groote kalmte be oordeeld. Algemeen if men van opinie, dat na het blijkbare mislukken van de jarenlange po gingen van den volkenbond om tot een al- gemeene economische verzoening van de Europeesche staten en een verlaging van de Europeesche tarieven te komen, het Duitsch-Oostenrijksch accoord een veel be- teekenende stap in de richting van de door de Europ. commissie en in het bizon der door haar voorzitter, Briand, met grooten nadruk aanbevolen rechtstreek- sche overeenstemming en regionale verdra gen tuschen de afzonderlijke staten. Na onderzoek der situatie, is men tot de opvatting gekomen, dat gesn juridische gronden aanwezig zijn voor een politieke behandeling van het Duitsch-Oostenrijk- sche accoord voor den volkenbondsraad. Hierbij wordt er op gewezen, dat de vol kenbondsraad zich reeds herhaalde malen ondubbelzinnig op het standpunt heeft ge steld, dat een inmenging van den volken bondsraad in die aangelegenheden, die on derworpen zijn aan de onmiddellijke souve- reiniteit der staten, niet toelaatbaar is, en slechts daar kan geschieden, waar het volkenbondspact uitdrukkelijk de souve- reiniteit der staten beperkt. Dit laatste is echter buit-en eenigen twijfel niet het geval bij oveuesnkomsten van zuiver economischen aard, gelijk het Duitsch-Oostenrijksch accoord. Men verwacht dan ook niet, dat de vol kenbondsraad er toe zal kunnen overgaan, de Duitsch Oostenrijksche overeenkomst van algemeen politiek standpunt te behan-. delen. Immers om de kwestie op de agenda te kunnen plaatsen van de Mei-zitting van den volkenbondsraad, moet een gemoti veerd voorste] van een regeering aanwezig zijn, gebaseerd op bepalingen van het vol kenbondspact, of een internationale over eenkomst, waarin uitdrukkelijk de bevoegd heid van den volkenbondsraad wordt vast gesteld. DE „GAZETTE DU FRANC"- AFFAIRE. Mevrouw Hanau veroordeeld. De elfde kamer van strafzaken te Parijs heeft Zaterdag vonnis gewezen in de zaak van de „Gazette dü Franc". Mevrouw Ha nau is tot twee jaar gevangenisstraf en een boete van 3000 francs veroordeeld, haar medewerker en vroegere echtgenoot Laza- re Bloch tot 18 maanden gevangenisstraf en 3000 francs boete en haar adviseur Hersant tot 3000 francs boete. Pierre Audibert, de redacteur van de door mevrouw Hanau gestichte „Gazette des Nations" is vrijgesproken, evenzoo het lid van den raad van beheer de G'ourville. SPANJE „IK ZAL IEDEREN DICTATOR DOEN ARRESTEEREN". Hij ging zelf den bak in! Luitenant-generaal Burguete, de oudste generaal van het Spaansche leger, heeft Vrijdag een manifest gepubliceerd, waarin hij de huidige troebelen in Spanje toe schrijft aan het feit, „dat er geen stappen zijn gedaan, om een einde te maken aan het onrecht, begaan onder de dictatuur van wijlen Primo de Rivera". Hij verklaart dat in Spanje nooit weer een dergelijke dictatuur zou kunnen wor den ingesteld. Wanneer ooit een generaal een poging tot het instellen van een dicta tuur zou wagen, zou hij, luitenant-generaal Buiguete, orders geven om dien generaal te arresteeren. Het manifest van Burguete werd be schouwd als een ernstig vergrijp tegen de discipline. Nader wordt uit Madrid gemeld, dat ge neraal Burguete, de voorzitter van den op persten raad van leger en marine, van zijn ambt is ontheven in verband met hooger gemelde verklaring. Bovendien heeft de regeering, op voor stel van den minister van Oorlog, den ge neraal een diciplinaire vestingstraf van twee maanden opgelegd. BRITSCH-INDIE INDISCH CONGRES GEOPEND. Gandhi beheerscht de vergadering. Dc eerste algeineene zitting van lytt In disch Nationalistisch Congres werd Zon dagavond zes uur in het Congieskamp te Karatsji geopend. De zitting was, na tie openingsrede van den voorzitter, uitslui tend gewijd aan begroetingsredevoeringen, daar het debat over de resoluties tot Dins dag is uitgesteld. Zaterdag heeft Gandhi een volledige overwinning behaald toen de resolutie tot ratificatie van de overeenkomst van Delhi door de congrescommissie vrijwel eenstem mig werd aangenomen. Slechts twee gede legeerden van de ruim 300 stemden tegen. De resolutie moet nu nog onderworpen worden aan de goedkeuring van de ple naire zitting van het congres, doch er be staat niet de geringste twijfel of het con gres zal volgen, nu de commissie de reso lutie heeft aangenomen. De merkwaardige groei van Gandhi's in vloed blijkt het beste uit het feit, dat ver leden jaar op' het congres te Lahore de ie- solutie waarin Gandhi „purna Swaraj,, als het einddoel van het congres definieerde, met slechts 114 tegen 77 stemmen werd aangenomen, terwijl Gandhi den dag daa na zelfs een nederlaag leed op twee reso luties, waarin de congrespolitiek verder uiteen werd gezet. VOORNAAMSTE NIEUWS BUITENLAND. Rede van Briand over het Duitsch-Oos- tenrijksche Tolverdrag. Het Indisch Congres te Karatsji bijeen. Vreeselijk ongeluk in het Rotsgebergte in Amerika. (Buitenl. Berichten 4e blad). BINNENLAND. Amerikaansche invoerrechten op bloem bollen worden niet verhoogd. (L. en T., 4de blad). Verhooging Fransche invoerrechten op varkens en varkensvleesch. (L. en T., 4de blad). Pastoor A. Ammerlaan te Westerblok ker overleden (Kefkn. 4de hlad). Benoeming hoogleeraar aan de Rijks universiteit. (1ste blad). SPORT EN WEDSTRIJDEN. Nederland slaat België in voetbal en hockey. Het Ned. Voetbal B-elftal wint te Enschede van Sparta uit Praag. (Pag. 5 en 7). De Ned. Dameshockey-ploeg verliest te Krefeld van West Duitschlande (Pag. 7). Pijnenburg—van Kempen eindigen ach ter Linari—Dinale in de Parijsche Zes- daagsche (Pag. 7). Buitengewone vergadering van den D. H. V. B. Het reorganisatieplan der R.-K. F. aangenomen. (Pag. 6). *- Dr. H. BOSCHMA. Benoemd tot hoogeeraar. Bij Kon. besluit is dr. H. Boschina, lec tor tc Leiden, benoemd tot gewoon hoog leeraar in de faculteit van de wis- en na tuurkunde aan de Rijksuniversiteit te Lei den, om onderwijs te geven in de dier kunde. Hilbrand Boschma die den kort geleden eervol ontslagen .prof. dr. P. N. van Kam pen opvolgt is 22 April 1893 te IJsbrech- tum bij tëneek geboren. Hij begon in 1912 zijn studies in de biologie te Amsterdam. Zijn leermeesters daar waren o.m. prof. Weber en prof. Sluiter. Den 23 Juni 1920 promoveerde hij op proefschrift: „Das Halsskelet der Krokodille". Voor het Buitenzorgfonds vertrok dr. Boschma vervolgens naar Oost-Indic, waar hij voornamelijk onderzoekingen deed op koraalriffen. Tegen het einde van zijn ver blijf aldaar, in 1922 is hij met een Deen- sche wetenschappelijke expeditie, onder leiding van prof. Mortcnsen uit Kopenha gen, naar de Kei-eilanden (Zuid-Nieuw- Guinea) gegaan. In 1922 werd hij tot hoofd assistent aan het Zoölogisch laboratorium te Leiden benoemd. Dr. Boschma maakte in 1924 en 1925 twee studiereizen naar Amerika; den eersten keer voor rekening van de Ned.-Amerikaansche fundatie, den tweeden keer voor de Int. Education Board van de Rockefeller Foundation. Hij werkte daar aan Marinerbiologische laboratoria o.a. te Woods Hole, Bermuda, Fortugas (Zuid-Florida) en La Jolla (Californië). In 1928 werd dr. Boschma benoemd tot lector aan de Rijksuniversiteit tc Leiden om onderwijs te geven in de dierkunde. Kort na de aanvaarding van zijn ambt nam hij deel aan de Snellius-expeditie. Van de hand van dr. Boschma versche nen een aantal fublicaties in binnen- en buitenlandsche tijdschriften, alsmede in de verslagen der Kon. Academie van Weten- sc' :>en. Bovendien is hij hoofdredacteur van „Do Fauna van Nederland".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1931 | | pagina 1