LAND- EN TUINBOUW
ONDERWIJS
DONDERDAG 26 FEBRUARI 1931
DE LE1DSCHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. 6
BUITENL BERICHTEN
ONGELUKKEN.
Spoorwegongeluk in Alabama.
Gisteravond is in de nabijheid der stad
Mobile (Alabama) een locomotief met een
bagage waren in de rivier gestort. Men ge
looft. dat hierbij drie spoorwegemployés
om het leven zijn gekomen.
Ernstig auto-ongeluk bij Zagreb.
Bij Zagreb heeft Woensdag een ernstig
autobus-ongeluk plaats gehad, ten gevol
ge waarvan 25 personen ernstige verwon
dingen opliepen, üp den straatweg naar
Samobor kwam een diohtbezette autobus
een boerenwagen tegemoet rijden. Het
paard sloeg plotseling op hol en de dissel
van den wagen drong in de autobus, ten
gevolge waarvan de chauffeur ernstig
werd gewond en het stuur kwijt raakte.
De wagen stortte in een drie meter die
pe greppel en sloeg over den kop. Onder
het puin riepen de passagiers wanhopig
om hulp. De reddingswerkzaamheden
duurden meer dan een uur. Alle 24 pas
sagiers werden evenals de chauffeur,
zwaar gewond in het ziekenhuis te Agram
opgenomen. Vier van hen verkeeren in
levensgevaar.
Noodlottige ontploffing in distilleerderij.
Door een ontploffing in een distilleer
derij te Ozamu, een voorstad van Villa
Duarto. zijn vijf personen gedood en twin
tig gewond, van wie eenigen zwaar wer
den gewond.
Lawines in Trente.
In de Alpendalen in de provincie Trente
zijn gisteren door lawines veertien kleine
boerenhuizen vernield. Daarbij werd één
persoon gedood en een groot aantal ge
wond.
Sneeuwval in de Zwitsersche alpen.
Door den zwaren sneeuwval in de Zwit-
•ersche Alpen zijn verscheidene plaatsenen
hooger gelegen hotels van de buitenwereld
afgesneden. De meeste hotels zijn echter
voldoend van levensmiddelen voorzien.
Het treinverkeer is op vele plaatsen ge
stoord, doch uien tracht met alle kracht, dit
weer op orde te brengen. De express-trei
nen van den St. Got hard komen tengevol
ge van de sneeuw slechts langzaam vooruit,
niettegenstaande de krachtige electrische
sneeuwruimers van de Zwitsersche spoorwe
gen voortdurend in de weer zijn om de lij
nen sneeuwvrij te maken.
De sta tions Goeschenen en Briex zijn dooi
de sneeuw bijna geheel geblokkeerd.
Van de Italiaanschc grens wordt gemeld,
dat ook in de Dolomieten vele plaatsen van
de buitenwereld afgesneden zijn. De toe
stand wordt nog verergerd, doordien in het
geheele Alpengebied de sneeuw aanhoudt
en voortdurend lawines naar beneden ko
men'.
GROOTE BRAND IN 00ST-10NDF.N.
Door een geweldigen brand, zooals te
Londen niet meer voorgekomen is na dien
in het wassenbeelden-kabinet van mada
me Tussaud, werd gisteren in het Oosten
van Londen het volkspaleis volkomen in
de asch gelegd, dat groote bekendheid
geniet als tehuis van het Joodsche Thea
ter.
Versoheiden honderden brand weerlie- 1
den bestreden met 50 straien het vuur,
doch zij moesten zich ten slotte beper
ken tot het nathouden van de omringen
de gebouwen. De vlammenzee was kilo
meters ver in den omtrek te zien. De ge
heele bibliotheek, benevens een orgel van
U000 pond sterling waarde, werd ver
nield.
Brand in celluloidfabriek.
In een celluloidfabriek te Erfurt is gis
termiddag ten gevolge van uitspringende
electrische vonken een groot" hoeveelheid
celluloid geëxplodeerd. De brandweer
trad krachtig op en drong met gasmas
kers het gebouw binnen. Op een gegeven
moment had een tweede ontploffing
plaats, gevolgd door een meterhooge
steekvlam. Hierdoor werden vier brand
weerlieden zwaar gewond, terwijl een
brandmeester levensgevaarlijk letsel be
kwam. Ten slotte werd de brandweer
het vuur meester, zonder dat het zich
naar belendende perceelen had uitgebreid.
Een onmensch.
Toen gisternacht, zoo wordt uit Dort
mund gemeljJ, de arbeider Herndoerfer zich
met vrouw en kind naar zijn woning m het
naburige Sasorop wilde begeven, sprong
plotseling een onbekend man uit het donker
te voorschijn, die den arbeider met een
zwaar stuk ijzer neersloeg.
Voor de vrouw goed begreep, wat er ge
beurd was, had de onverlaat ook haar neer
geslagen, waarna hij ook het kind aanviel
en tegen den grond sloeg.
De gewonde man werd met een dubbele
schedelbreuk naar het ziekenhuis overge
bracht-, Men vreest voor zijn leven. Ook de
vrouw moest met zware verwondingen wor
den opgenomen. Het kind heeft minder ern
stige verwondingen bekomen.
De dader is voortvluchtig en wordt uoor
de politie gezocht. Het staat nog niet vast,
of het hier een roofoverval, dan wel een
daad van wraak betreft.
EEN FANATIEKE SECTE.
Zij zou een afdruk bezitten van de
hand van Christus.
De Colorums, een geheime inboorlin-
genseete op de Philippijnen, zoo meldt
de „K. W. P.", zijn een onafhankelijkheids
oorlog begonnen, welke door kenners der
beweging aan godsdienstig fanatisme
wordt toegeschreven, hoewel de onmiddel
lijke aanleiding ligt in de ook op de Phi
lippijnen voorkomende economische de
pressie en het voordeel, dat de commu
nistische propaganda daa.uit trekt.
De Colorums, die bij voorkeur als half-
noinaden in «le holen en sluiphoeken der
bergen wonen (ongeveer 200 K M. vart
Manila- verwijderd), beweren Christen te
zijn; ze vereeren zekere „heilige" per
soonlijkheden, die zich voordoen als door
Christus geteekend en zich bovennatuur
lijke krachten toeschrijven. Zij droegen
den naam Colorum, welke ook op hun
volgelingen is overgegaan, die hoofdzake
lijk uit „Taos" bestaan, een onontwik
keld berg- en landvolk. Een groot deel
van den dag brengen deze Colorums m
de bergholen door met de uitoefening
van mysterieuse gebruiken.
In één dezer holen bevindt zich een
steen met een handvormigen afdruk. L">e
Colorums gelooven, dat- deze afdruk van
de hand van Christus is en daarom is de
bedoelde plaats een bedevaartsoord voor
duizenden aanhangers der secte gewor
den, die elk jaar, barrevoets en in lom
pen gehuld, naar de grot wandelen.
De Colorums zijn er vast van over
tuigd. dat Christus spoedig op aarde ver
schijnen zal, dat het einde der wereld
nabij is en dat er een nieuwe zondvloed
zal komen.
Dit laatste is ook wel de reden, waar
om ze zich hoofdzakelijk in de bergen
ophouden, om zich zoo tegen den verdrin
kingsdood te beveiligen.
Zij, die de secte nauwkeurig bestudee-
ren, beweren, dat een Colorum in gods
dienstige opwinding even gevaarlijk en
bloeddorstig wordt a!s een amokmaker.
Ter sterkte van meerdere honderden trok
olanga een troep Colorums tegen de stad
Tayng op (ongeveer 10.000 inwoners), zet
te eenige huizen in brand en maakte
zich, toen de politie uittrok om den brand
te helpen blusschen, van de politieba-rak-
ken en de daarin voorradige wapens
meester, om zich daarna, toen de politie
versterking gekregen had, in een klooster
te verdedigen, waar ze zich, na een korte
bc'-.ering, moesten gevei
Het resultaat van den opstand is een
aantal dooden aan beide zijden, de ver
woesting van het postkantoor, van het
stadhuis en vele woonhuizen.
Tot de gedooden behoorde de vaandel
draagster der Colorums, Faustina Vidal,
de dochter van den zwaar gewonden en
gevangen genomen aanvoerder Arcadio
Vidal, die een banier droeg met het op
schrift-: „Voor de vrijheid en een onaf
hankelijke kerk".
DROEVIGE ERVARINGEN TE
MOSKOU.
Van een Letlandsch ingenieur.
Naar de „Os-se r vat ore'' uit ffóiga verneemt,
i-s aldaar dezer dagen een Letlandsch inge
nieur, Richard Kablitz, teruggekeerd uit
Mos-kou, waarneen hij zich drie jaar gele
den op uitnoodiging -van de sovjet-regeering
had begeven, om een speciaal verwarmings
apparaat, waarvan hij de uitvinder is, ui
Rusland in te voeren.
Ir. Kabitz heeft thans aan eendge jour
nalisten zijn treurige ervaringen met de so
vjet a ut or k e i ten me d egedeeld
Toen de fabriek, waar zijn uitvinding zou
uitgevoerd worden, gei eed was en in bedrijf
gesteld was, werd hij genoodzaakt, om in
strijd met het contract, dat hij met de so
vjets ges.oten had, de wins-t te besteden voor
vermeerdering, of vervolmaking van de pro
ductie, met het absolute verbod, om dit
geld naar het buitenland te zenden.
Toen daarop de fabriek met dit geld ge
reorganiseerd was, werd ir. Kablitz onver
wacht een belasting opgelegd van drie hon
derd duizend goudroebel, hetgeen de totale
ondergang van zijn onderneming ten gevol
ge had. Hij diende onmiddellijk daarna pro
test in bij de autoriteiten.
Tenslotte werd zijn aangelegenheid te
Moskou iin behandeling genomen door een
commissie, bestaande uit twee arbeidsters
en een arbeider. De commissie gaf zich ech
ter zelfs niet de moeite, om de zaak te on
derzoeken en eischte, dat- de fabriek onmid
dellijk zou geconfiskeerd worden, om de
schulden af ie lossen.
De ingenieur trachtte daarna rechts-
streeks een beroep te doen op de regeering,
maar van personen, d-ie waren ingewijd in
de aangelegenheden van de gepoe, ontving
hij den raad, om verder maar geen moeite
te doen en zoo spoedig mogelijk naar het
buitenland te vertrekken.
De vrucht van drie jaar hard werken en
a.l het kapitaal, dat hij in de onderneming
stak, moest hij in de handen der sovjets
achter l-aten.
Al Capone voor de rechtbank.
Vergezeld van meer bewakers, dan
waarmede een koning zich omringt, .heeft
de beruchte bendeleider, Al Capone, zich
naar het gerechtshof te Chicago begeven,
om zijn onschuld te bepleiten, naai aan
leiding van de sedert twee jaar tegen
hem ingediende beschuldigingen, d«t hij
geen gevolg geetf aan de vonnissen en be
velen van de rechtbanken. Gedurende de
pauze werd een aanklacht tegen hem in
gediend wegens landlooperij. Daarna
werd Capone weer naar het gerechtshof
gebracht ter voortzetting van de eet si e
zaken. Sedert den moord op den journa
list Lingle is Capone voor het eerst in
het openbaar verschenen.
DE TUINBOUW EN DE CRISIS.
TUINDERSVAKBOND L. T. B.
Algemeene vergadering te Haarlem.
In het gebouw St. Bavo'' te Haarlem
kwam gisteren de tuindersvakbond L. T. B.
in algemeene vergadering bijeen.
De voorzitter hield een openingsrede,
waaraan het volgende is ontleend:
Momenteel wordt het bedrijtgsleven in
den Tuinbouw door buitengewoon zware
omstandigheden beheerscht.
Het i3 vooral de tuinbouw groenlenteelt,
de vollcgronds- en plalglascultuur, het be
drijf waarin tot lieden duizenden kleine
tuinders een bestaan vonden, die het
zwaarst getroffen is en nog steeds wordt
In zeer veel kleine, maar ook wel grootere
tuinbouwbedrijven, is reeds een tweetal ja
ren met verlies gewerkt, althans van een
loonende teelt geen sprake geweest. En
wij weten, dat bij die menschen geen ka
pitaal, geen uithoudingsvermogen is. En wij
begrijpen volkomen tot v, elke gevolgen dit
voor een masa gezinnen heeft geleid. In
andere bedrijven is de toestand minstens
zorgelijk.
Mochten er nog menschen zijn die hier
aan twijfelen, dan mogen deze zich eens op
de hoogte stellen van het groote aantal
bedrijven waarin eigenlijk geen loon meer
kan worden betaald en die, om staande te
kunnen blijven, alleen nog maar zijn aange
wezen op een voorschot, van Overheids
wege verstrekt; iets waarvan men heuseh
niet van harte gebruik maakt. En hij, die
een beeld wil hebben van den algemeencu
toestand, vergelijke eens -de omzetten aan
de veilingen, die bij meer normale jaren
een achterstand van millioenen aantooncn.
Spr. aarzelt niet om te verklaren, dat
de Ned. Tuinbouw, zelfs met inachtnamu
van de nog goed gaande cultures, nog
nooit zoon triest beeld heeft vertoond als
tegenwoordig.
M ij mogen vragen, aldus spr., om Staats-
beseherming, om steunmaatregelen van de
Overheid, om verbetering van de handels
politiek, maar eigen hulp is de beste hulp.
Het is mijn vaste overtuiging, dat wij suc
ces zullen hebben naar de mate, waarmede
wij zelf is eigen bedrijf en te zanten in on
ze organisatie de middelen aanpakken,
waarmede wij ons bedreigde bedrijf om
hoog kunnen brengen. Wij moeten niet op
houden te streven naar nog betere cultu
res, naar nog meerdere ontwikkeling en
vergrooling onzer vakkennis. Het treedt
steeds duidelijker aan den dag, dat slechts
door één middel onze tuinbouw, onze bol
len- en bloementeelt zullen kunnen behou
den worden, n.l. door het leveren van pro
duel en die uitstekend van kwaliteit zijn.
Intensiviteit, die in de richting gaai
van het kweeken van het grootst denk
bare kwantum op de kleinst mogelijke op
pervlakte, zal mogelijk tot overproductie
kunnen leiden, maar als meerdere vakken
nis, zaadveredeling, proefnemingen, selec
ties en ziektebestrijding tot gevolg heb
ben de verbetering, de opvoering der pro
ducten in kwaliteit, dan kan dit slechts
voordeel brengen, want met een goed pro
duct zullen wij ten slotte den strijd op de
ai ereldmarkt winnen.
In het tiveede gedeelte van zijn rede
behandelde spr. de taak van de Over
heid ten opzichte van den Tuinbouw en
wat wij meenen van die Overheid in her.
belang van den Tuinbouw te mogen vra
gen.
Wanneer het gaat o\'er een beroep op
.den Staat tot het verleenen van steun
maatregelen en het voeren van een goede
welvaartspolitiek, dan mogen wij eerstens
bedenken dat deze elk middel hiervoor niet
al mogen of kunnen aanwenden. En al3
het verder schijnt dat de Overheid maar
weinig wenscht te doen, dan mogen wij
hierbij bedenken, dat in wezen de meeste
tegenwerking komt van een groot deel van
onze Volksvertegenwoordiging, die daarbij
meent te steunen op het volk dat hen heeft
afgevaardigd.
Is het niet teekenend dat tot heden de
meeste crisiswtjes aan een vinnige bestrij
ding hebben blootgestaan in en buiten de
Sta!en-Generaal en ivanneer het gaat om
den land- en tuinbouw te hulp te komen,
daartegen bergen van bezivaren worden
aangevoerd
Laten wij toch goed opletten, vanwaar
meestal de tegenwerking komt en ons
vooral niet van de wijs laten brengen, als
speciaal van liberale of socialistische zijde
wordt beweerd, dat te dezen opzichte van
deze Regeering niets is te verwachten
Wordt ook niet beweerd, dat de Regeering
den land- en tuinbouiv in den distributie-
tijd wel wist te vinden en dezen thans in
den steek laat? Mag ik er aan herinneren,
dat de regeering van toen een liberale re
geering was (denk aan Posthuma) en wie
zijn thans de felste bestrijders van de
maatregelen, die de rechtsche regeering
voorstelt? Hebben wij van liberalen en so
cialisten verbetering van de welvaartspoli
tiek te verwachten
Onze strijd zal moeten gaan tegen alle
groepjen in den staat, die, omdat zij ons
leven en streven niet kennen, met den
land- en tuinbouw nooit rekening houden.
Wij moeten het Nederlandsche volk in al
zijn geledingen overtuigen van het groote
belang van land- en tuinbouw voor land
en volk. Dan zal men er ten slotte, ivant
daar komt het per saldo op aan, ook een
offer voor willen brengen.
Verkiezing bestuur.
Tot leden van het Vakbondsbestuur wer
den herkozen de heeren J. D. de Kok te
Loosduinen, Fr. Lommerse te Bennebroek
en Jac. Groen te Zuid-Scharwoude. Laatst
genoemde werd bij acclamatie tot voorzit
ter herbenoemd.
De geestelijke adviseur, rector J. P.
Kok, noemde het een behoefte een enkel
woord tot dn tuinders te spreken.
Spreker feliciteerde de vergadering met
de herbenoeming van den voorzitter, hij
is in alle opzichten de rechte man op de
rechte plaats. Voor het onderwijs moet
vooral in de afdeelingen goed gezorgd
worden. Ontwikkeling is een van de krach
tigste middelen om de menschen uit den
put te helpen. Door wetenschappelijke
voorlichting kan economischer geiverkt
worden. Verschillende subsidies zijn van
provincie en gemeente verkregen, tot het
oprichten en instandhouden van scholen
of tot het gei'en van onderwijs. De totale
onkosten vo^r het onderwijs bedragen
135.000 per jaar. Spr. specificeerde dit
cijfer voor de onderscheidene plaatsen. Ook
aan het landbouwhuishoudonderwijs wordt
gewerkt, terwijl het jeugd vraagstuk de vol
le aandacht heeft. Met den diocesanen
jeugdraad wordt geconfereerd, binnen
kort zal een beslissing wel vallen.
Spreker besloot met een aansporing al
tijd en overal actief en propagandist te
zijn.
Daarna werd gepauzeerd.
In de middagvergadering kwamen aller
eerst eenige afdeelingsvoorstellen aan de
orde.
De overheid en den
tuinbouw.
De voorzitter hield een korte inleiding
over de handels-politiek en taak van de
overheid ten opzichte van den tuinbouw.
De gedragslijn, ten opzichte van den
tuinbouw te volgen door den tuinder zelf,
door de tuinbouworganisaties en door den
Staat, wordt tenslotte in de volgende reso
lutie neergelegd:
De algemeene vergadering van den R.-K.
Dioc. Tuindersbond L. T. B., gehouden op
25 Febr. 1931, overwegende, dat er in de
moeilijke omstandigheden, die de Ned.
Tuinbouw thans doormaat, bij de tuinders
zelf geen bezwaar bestaat, om op bijzon
dere wijze (o..a door langdurigen en ziva-
ren arbeid der bedrijfshoofden zelf) zich
voor het behoud van hun bedrijf en hei
beslaan hunner gezinnen in te spannen
spreekt als zijn overtuiging uit, dat het
voor de bevordering der verschillende cul
tures en het behoud der positie van den
Ned. Tuinbouw op de wereldmarkt noodza
kelijk zijn, een zoo mogelijk nog grooter in-
tensiveering der productie, een goede sor
teering en doelmatige verpakking der pro
ducten, alsmede een vlug en goedkoop ver
voer hieri'an.
Een en ander zal bevorderd ivorden
door tuinbouivonderwijs en de overige hulp
middelen ter verbreiding van meerdere
vakkenis en bekwaamheid, door zaaizaad-
veredeling, proefnemingen, bestrijding van
plantenziekten, selectie en keuringen,
enz.
Voor het hier genoemde is noodig de
medewei king der tuinders individueel in
het bedrijf, maar eveneens het deelnemen
door hen aan alles, wat op genoemd gefoïed
door hunne organisaties is ingesteld en
ivordt aanbevolen.
Echter is voor dit alles de steun van den
Staat onontbeerlijk, tot wiens pljcht het
gerekend moet worden, een goede wel
vaartspolitiek en in dit gei-al een doeltref
fende tuinbouwpolitiek te voeren.
Behalve andere voor het tuinbouwbe
drijf noodige voorzieningen mogen in dit
verband als noodzakelijke maatregelen voor
het behoud en den opbloei van deze in Ne
derland zoo belangrijken tak van bedrijf
genoemd worden:
Het in ruime mate stichten van lagere
tuinbouwscholen en ruime subsidieering
van het fcuinbouwonderivijs in het alge
meen
voldoende steun van het Rijk vooi
proefnemingen, proeftuinen, bestrijding van
plantenziekten en overigens al datgene,
Avaarmede de cultuur in het algemeen en
de intensiveering daarvan kunnen beve
derd worden
een goed ingerichte voorlichtingsdienst
hier te lande, waardoor de hiervoor ge
noemde zaken deskundig kunnen worden
geleid, en in het buitenland tot verruiming
van ons afzetgebied
bevordering van vlug en goedkoop vci-
voer met name door zoodanige spoorweg
tarieven, dat deze niet meer zooals thans
op zich reeds een belemmering van onzen
uitvoer beteekenen. 1
De vergadering was van ineening, dat bij
de huidige ontivrichting van het vrije ruil
verkeer alle hiervoor genoemde maatrege
len, zoomede de uiterste krachtsinspanning
A.an de tuinders en hun oi'ganisaties, wei
nig of geen effect zullen hebben en de
tuinbouw derhalve met ondergang wordt
bedreigd, indien Nederland op handelspo-
liliekgebied volkomen passief blijft.
Het totaal gemis aan eenig, zelfs maai
een preventief ivapen tegenover het buiten
land, is een voortdurend gevaar zooive]
voor den tuinbouw als voor onze geheele
volkswelvaart.
Het moge niet in de bedoeling liggen of
gewenscht zijn, een bepaald protectionisti
sche polilick le voeren, echter zal minstens
noodzakelijk zijn een onderhandelingsta
rief, dat zou kunnen worden gebruikt bij
het afsluiten van handelsverdrag en overi
gens tegenover Staten, die de i-itale be
langen van ons volk te zeer bedreigen.
De vergadering besluit, deze resolutie
ter algemeene kennis te brengen, en het
bestuur op te dragen, al het wettelijk
mogelijke te doen, om de daarin vervatte
Avenschen in vervulling te doen gaan.
Na eenige bespreking wei'd de resolutie
onder applaus aangenomen.
Naar aanleiding van een voorstel van
den Kring West-Friesland, een keurings
dienst te organiseeren voor het keuren van
tulpen op soortechtheid en ziekten wordt
besloten, een commissie samen te stellen
uit deskundigen uit verschillende streken,
die zoo mogelijk zal trachten dit jaar nog
iets in dezen te doen.
Hierna werd de vergadering gesloten.
„Tijd".
CONGRESSEN VAN
GYMNASIASTEN.
DE ENQUETE VAN DR. B0SSELAAR.
De Rector van het Lcidsch Gymnasium
maakt in den volgenden onen hripf be
kend het resultaat iran de door hem ge
houden enquête bij zijn collega s over tie
vraag, hoe deze oordeelen over congres
sen van gymnasiasten.
Leiden, 25 Februari 1931.
Aan de Rectoren van de Gymnasia
en Lycea in Nederland.
L.S.
In mijn brief van 4 Februari 1.1. ver
zocht ik u mij te willen medcdeelen of u
het met mij eens is, dat de jaarlijksohe
congressen van onze Gymnasiasten voor
de opvoeding van onze leerlingen nadee-
lig zijn en dat aan deze samenkomsten
een eind moet worden gemaakt. Ik be
loofde u toen om u zoo spoedig mogelijk
het resultaat, van deze enquête onder dc
collega'ste laten weten. Nu bijna alle
rectoren min of meer uitvoerig mijn vra
gen hebben beantwoord, acht ik het mijn
plicht omy met mijn dank voor de
moeite, die u zich getroost heeft mijn
toen gedane belofte in te lossen. Ik zal
mij hierbij laten leiden, door ivat over
deze zaak geschreven is.
Het motief van mijn rondschrijven was
mijn oi'ertuiging, dat deze congressen
groote fui\ren zijn, zonder toezicht, die
door de gymnasiasten alleen worden ge
organiseerd om de pret: bijeenkomsten
zonder nut, die sieahts leiden tot groot
doenerij en afkeurenswaardige excessen.
Geen der collega's heb ik onaange
naam willen zijn. Evenmin heb ik de
naam van de gymnasiasten en de door
hen „geïntroduceerde congresdames", die
te Alkmaar bijeen waren, willen aantas
ten. Ook was 't niet mijn bedoeling den
schijn te wekken, dat de Burgemeester
van Alkmaar wegens die nachtelijke wan
deling heeft gestraft.
Ik heb alleen de aandacht willen ves
tigen op excessen, die bij verschillende
congressen hebben plaats gevonden (het
dossier, dat op deze zaak betrekking
heeft, ligt. bij mij ter inzage) en ivillen
vragen: „Wordt het niet hoog tijd, dat
wij onze stem eens laten hooren?"
Resultaat van mijn enquête.
Dat. de rectoren der R. K. en Chr. Bij
zondere Gymnasia en Lycea in hun be
oordeeling van dit congressen aan mijn
zijde zouden staan, mocht ik verivachlen.
Ik vroag ook hun meening om geen schei
ding te maken tusschen de rectoren.
Maar niet had ik verwacht, dat een der
R. K. rectoren mij zou schrijven: ..Of
schoon mijn inrichting niet onmiddellijk
belanghebbend is bij deze congressen,
daar onze leerlingen uitsluitend Katho
liek georganiseerd mogen zijn, kan ik
toch zeer wel aan\-oelen, dat. een ernstig
verzet tegen de door u genoemde exces
sen, welke een steeds meer algemeen ka
rakter aannemen en waarvoor ook
onze inrichtingen niet im
muun zullen b 1 ij k e n, in het belang
van de geheele Nederlandsche Jeugd ten
krachtigste gsteund dient te worden".
In zijn bezorgdheid voor de R. K. in
richtingen stond bovenbedoelde collega
niet alleen.
De Rectoren der Openbare en Bijzon
dere Neutrale Gymnasia en Lycea den
ken over de voor- en nadeelen der con
gressen niet eender.
Een verdediging der congressen kwam
van de hand va-n dr. M. Engers te Zwolle
in 'n artikel. Bij de opvatting van dr. En
gers sloten zich aan dr. J. C. Bruyn en
dr. C. P. Gunning te Amsterdam, dr. W
H. van Mels te Eindhoven, drs. D. van
Hinloopen Labberton te Naaiden, dr. Sj.
Wartena te Leeuwarden, dr. J. W. Bierma
te Delft en dr. C. Spoelder te Haarlem.
Dr.- A. de Vletter is 't „op vele punten
niet met mij eens".
Dr. L. Boersma te Tiel wenscht de con
gressen zonder danspartijen en soupers.
Dr. J. Th. van Konijnenburg te Apel
doorn is niet tegen de congressen, mits
zij gewijd zijn aan de sport, beperkt en
goed geleid.
Dr. H. D. Verdam te Dordreèht is te
gen „groote-kinderen-congressen", maar
acht het niet goed, daaraan krachtdadig
een eind te maken, zoo oordeelen ook dr.
Bloemers te Zutphen en dr. Mulder te
Gouda. Dr. H. Cannegieter te 's-Graven-
hage erkent de groote gevaren van zelf
organisatie. Dr. J. Hoovkaas te Arnhem
voelt niets voor congressen, maar wel wat
voor interlocale samenkomsten van gym
nasiasten der hoogste klasse mits onder
leiding van afgestudeerden, die de volle
verantwoording op zich nemen.
Ook de heeren dr. Mogendorff, dr. He
melrijk en drs. Schrijver staan niet geheel
afwijzend tegeno\'er de gymnasiasten-
congressen, maar wenschen die zeer be
perkt en onder verantwoordelijke leiding.
Dr. G. E. W. van Hille verklaarde door
geen der beide partijen overtuigd te zijn.
Tegenover bovengenoemde collega's, die
bijna allen bezwaren hebben tegen de
congressen, zooals zij tot nu toe gehou
den zijn, staan de overige rectoren
(slechts een paar collega's zonden mij
geen antwoord) die de gymnasiastencon-
gressen liefst zoo spoedig mogelijk zouden
zien verdwijnen en aan dien wensch in
meer of minder krasse bewoordingen
uiting geven.
En zeker mag ook niet onvermeld blij
ven de vraag, die dr. Vor der Hake (die
overigens niets voelt voor verbieden, wat
niet tegen te houden is) stelde: „Wie zou
van zoon congres de leiding krachtig in
handen kunnen houden?", waarmee eigen
lijk de heele zaak al veroordeeld is. Be-