RECHTZAKEN STADSNIEUWS SPORT WOENSDAG 25 FEBRUARI 1931 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD PAG. 6 DE MOORD AAN DEN OOSTZEEDIJK TE R'DAM. De bloedvlekken. Bij de voortgezette behandeling van de moordzaak-Lans deelt get. Roër mede, dat, toen hij de poetsmiddelen nam, hij geen bloed aan de handen had. De bloedvlekken die la ter gevonden zijn. kunnen daaro® onmogelijk van hem afkomstig zijn. Get. Tas, inspecteur van den fotodienst deelt mede, op 'n vraag van den president, waarom hij geen foto's van de bloedvlekken genomen heeft, dat hij die niet de moeite waard achtte. De spatten waren te klein en hij herinnert zich ook niet daarvoor opdracht te hebben gekregen. Er volgde toen nog een langdurig verhoor en tenslotte kwam alles neer op ver klaringen, in vorige instanties afgelegd. In deze verklaringen waren ook vervat de mededee- lingen over het vinden der wapenen, vooral in verband met het tafelmesje. Het kantoor-Lans. Get. H. Scheer, inspecteur van een assu rantiekantoor te Rotterdam, geeft een verkla ring over den financieelen toestand op het kantoor-Lans, welke verklaring daarop neer komt, dat er weinig geld ontvreemd was. Get. A. Bos, directeur van „De Unie" te Rotterdam, deelde mede, dat verd. van O. bij hem was geweest om geld te krijgen voor het overnemen der zaak van Lans. Toen hij ech ter in de boeken gezien had, dat met verlies gewerkt was, had hij zich teruggetrokken. Get. was bij een schoonzuster van verd. in den kost en zijn meening was, dat deze niet tegen zijn vrouw was opgewassen. Hij zat sjofel in zijn kleeren, doch als hij verscheen, zag hij er toch altijd keurig uit. Na de pauze ging alle aandacht uit naar Siebeling. Het getuigenverhoor bracht verder niet veel nieuws meer in de zaak. Een lang durig debat werd gevoerd tusschen den ver dediger en de deskundigen inzake de speur honden en ook hier was de verdediger niet ge makkelijk. Een interessant getuigenis. Een zeer interessant getuigenis is die van de dienstbode van Lansman, die mededeelde, twee mannen uit het achterhek van het perceel, waar de moord is gepleegd te hebben zien ko men. Een droeg een actetasch bij zich. Er zijn nadien nog proeven genomen orn de juistheid dezer verklaringen /an deze getuige vast te stellen, waaromtrent mr. Hoogenraad, waar nemend griffier bij de rechtbank te Rotterdam nadere getuigenis aflegde. Volgens getuige Hermans is het mogelijk, dat de twee mannen leden zijn geweest van het personeel van Lans. Nog even werd ge- stribbeld over de verklaringen van den agent van politie Whoree, die bij de behandeling van een andere moordzaak twee publieke vrouwen had verhoord, die hem gesproken hadden over de moordzaak Lans. De verdediger wenschte, dat deze getuige, de namen der vrouwen noemde, doch getuige had wegens ambtsgeheim daartegen bezwaar. Het Hof kon, na in raadkamer te zijn ge weest, zich vereenigen met de houding van getuige. Drukte in de Rechtszaal. Het wordt zeer druk in de rechtszaal. Wij hoorden nog immer zoo'n rumoer bij de be handeling eener strafzaak. Mr. Kokosky vraagt acte, dat hij tegen deze beslissing is en in cassatie zal gaan. Nog komt opdagen getuige Vink, een verpleegde in het Psychopathengesticht te Leiden, die mededeel de, dat hij naast een mede-verpleegde Goossen heeft geslapen, die hardop droomde en daarbij vertelde: „Ik ben bang. Ik heb Lans vermoord" Toen deze getuige hem den volgenden dag mededeelde, wat hij gehoord had, schrok Goossen ten zeerste. Van deze getuigenis werd weinig notitie ge nomen. Siebeling getuigt. Daarna kwam de Duitscher Siebeling, die zich op de publieke tribune had bevonden, Hij is reiziger en woont te Amsterdam en wordt onder eede gehoord. „Hebt u Lans vermoord?" vraagt de presi dent. (Hilariteit in de zaal). Getuige, die goed Nederlandsch spreekt, ant woordde: „Neen, ik heb geen moord gedaan! „Kwam u met een schaar of een vijl naar Den Haag?" vraagt de president. „Ook niet!" Getuige ontkent, dat hij aan Oostveen ge zegd zou hebben, dat hij den moord op Lans gepleegd heeft. Hij weet er niets van. Hierop wordt getuige Oostveen, psycho- paath, gedetineerd te Scheveningen, binnenge leid, (Beweging in de rechtszaal). Met veel drukte zegt Oostveen, naar den Duitscher wijzende: „Hij is de moordenaar!" Vervolgens vangt het verhoor aan van de deskundigen. Hierna wordt de zitting om 6 uur geschorst tot Woensdag 10 uur v.m. Fraude door postambtenaren. Voor de Arnhemsche Rechtbank stonden te recht de 38-jarige D. N. en de 50-jarige P. J. K., beiden assistent aan de Posterijen te Nij megen, die inJ den loop van 1930 zich te Nij megen zouden hebben schuldig gemaakt aan verduistering van ongeveer 300 ten nadeele van den Staat der Nederlanden. Beide verdachten waren belast met de in ontvangst neming der pakketpost. De methode volgens welke de verdachten te werk gingen, was zóó, dat wanneer er een ongefrankeerd pakket kwam, zij er de oude zegels opplakten en weer overstempelden, terwijl zij de nieuwe zegels of het geld ervan, zich toeëigenden. De Officier van Justitie, mr. Lasonder, acht te het ten laste gelegde bewezen door de be kentenis van de verdachten. Dat ambtenaren deze fraude waarvan het juiste bedrag niet vaststaat pleegden, achtte spr. een ernstig feit en eischte tegen ieder der verdachten vier maanden gevangenisstraf. Uitspraak over acht dagen. Zijn aardappelschillen afvalstoffen? Maandag a.s. zal voor den Hoogen Raad worden behandeld heb door den officier van justitie bij de Haagsche rechtbank te 's Gravenhage ingesteld beroep in cassatie tegen het vonnis der Haagsche rechtbank, waarbij G. C. S., melkhandelaar te Leiden, in hooger beroep is ontslagen van rechts vervolging wegens hot in strijd met de Warenwet op den openbaren weg op een met melk beladen wagen te-gelijk vervoeren van afvalstoffen en schillen, althans van afval of sterk riekende voorwerpen. Als middel van cassatie heeft de O. v. J. aangevoerd: „Schending en verkeerde toepassing van art 37 van het Melkbesluit, Staatsblad 1929 no. 43 (1.1. gewijzigd bij Be sluit van 1 Februari 1930 Stbl. 38, juncto art. 15 en 29 der Warenwet, Stbl. 1919 no. 5S1) en wel zulkï in verband met de opvat ting, dat de woorden „afval en sterk rie kende voorwerpen" en „afvalstoffen" niet zijn kwalificaties, althans niet de woorden „sterk riekende voorwerpen" en dat „schil len" in elk geval op zich zelf beschouwd „afvalstoffen" „afval", althans „sterk rie kende voorwerpen" zijn, zij het dan toch dat er schillen bestaan als die van citroen en dergelijke, die verder tot ander doel en samenstelling worden verwerkt, hetgeen door de verdediging is aangevoerd, doch aan het wezen der „schillen" op zich zelf niets afdoet". Voor S. zal als advovaat optreden Mr. S. Weyl te Leiden. JAARVERSLAG ARMENRAAD. Aan het jaarverslag van den armenraad te Leiden, over het jaar 1929, dat eerst thans is verschenen, ontleenen we het volgende: Aan het einde van het verslagjaar be schikte de Armenraad over 5973 dossiers, elk bevattende gegevens van personen en gezinnen, dikwijls ook gegevens over de onderhoudsplichtigen. Het aantal dossiers is in 1929 toegeno men met 195. De verzameling van gegevens over in stellingen (instellingen van weldadigheid, gestichten, voorschotbanken enz.) telt thans 225 nummers (vorig jaar 168). Het register van inlichtingen won in den loop van het jaar zeer in beteekenis, doordat tien instellingen besloten gere geld aan den Armenraad opgave te doen van het verleenen van ondersteuning het wijzigen en het beëindigen daarvan. De ontvangen gegevens worden geregeld op kaarten gebracht en telkens wanneer blijkt, dat een gezin (of persoon) van meer dan een zijde ondersteuning ohtvangt, zendt het bureau van den Armenraad uit zich zelf aan de betrokken instellingen bericht van de toekenning, wijziging of beëindiging van ondersteuning door de andere instellingen. Woekerbestrijding. Het rapport „De Woeker in het Volks- credietwezen", in 1928 gereed gekomen, werd in Januari 1929 gepubliceerd. Er werden aanvankelijk 248 exemplaren van verzonden; het stemt ons tot voldoening, dat het rapport in den lande gunstig werd ontvangen. Op aanvrage werden 62 exem plaren tegen betaling en 163 exemplaren kosteloos beschikbaar gesteld. Het bestuur besloot in aansluiting aan de conclusies van het rapport eenige adressen te zenden aan de Ministers van Justitie en van Binnenlandsche Zaken en Landbouw. Commissie voor den Onder houdsplicht In 1928 was ons bestuur aangevangen met het verleenen van bemiddeling om tusschen onderhoudsbehoeftigen en hun onderhoudsplichtigen een regeling in der minne tot stand te brengen. Deze zaken eischten echter zeer veel tijd van de ver gaderingen en toen de Ned. Vereeniging voor Armenzorg en Weldadigheid de toe passing van den onderhoudsplicht in ver band met het maatschappelijk steunwezen tot onderwerp van bespreking op haar al- gemeene vergadering van November 1928 maakte, werd dit voor ons bestuur aanlei ding over te gaan tot het instellen van een commissie, die voortaan zou trachten zulke zaken tot een goede oplossing te brengen. In den loop van 1929 kwamen 47 aanvra gen in. Door de Commissie werden er 36 behandeld. Finantieel resultaat werd bereikt in 26 gevallen. Over het jaar 1929 was of werd: opge legd 2435.10 door het bestuur, 1349.79 door de commissie in totaal 3783.98; af gedragen directeur resp. 1695.530.98 2225.98; afgedragen over het bureau van den Armenraad resp. 519.f 293.94 812.94. Totaal resp. 2214.—, 824.92, 3038.92. De hevige koude. De lang aanhoudende strenge winter gaf het Bestuur aanleiding in de plaatse lijke bladen van 20 Februari een ingezon den stukje te doen opnemen, waarbij het de z. g. „stille armen" aanspoorde zonder schroom zich te wenden tot het bureau van den Armenraad of tot het bestuurslid den heer P. A. van Aggelen en hun nood bekend te maken. Aan het slot werd ge vraagd om giften, welke men voor de on dersteuning van deze personen wenschte te besteden, aan den Armenraad toe te zenden. Van de personen, die zich hebben aan gemeld, konden ongeveer 70 inderdaad als stille armen worden aangemerkt. Schuldregelingen. Twee gevallen kwamen ter kennis van het bureau, dat personen met tamelijk goede inkomsten door een overvloed van schulden zoo in het nanw werden gebracht, dat maatschappelijke ondergang hen en hun gezin bedreigde. In deze gevallen is aan betrokkenen voorgesteld, dat zij zich zouden stellen onder controle van het bu reau van den Armenraad, zoo zuinig mo gelijk zouden leven en van al hun inkom sten en uitgaven geregeld opgave doen aan het bureau, waar zij ook al hun over gespaard geld zouden afdragen. Beiden namen dit aan, waarop aan de schuld - eischers is gevraagd, of zij bereid waren alle actie te staken en genoegen te nemen met uitkeeringen van 10 pet. hunner vor deringen door den Armenraad, telkens als deze mogelijk zouden zijn. Daar de schuld- eischers deze' regeling wilden aanvaarden, zijn deze aldus aangevangen. Waarschuwing tegen het geven zonder onderzoek. De waarschuwing, welke het bestuur in 1928 op aansporing van de Algemeent Ar- mencommissie had verspreid, werd op ons verzoek 17 October opnieuw in de plaat selijke bladen opgenomen. Uitgave van een lijst met adressen. In December publiceerde de Armenraad een lijst met adressen van instellingen van weldadigheid en van andere instellingen van sociaal nut en stelde deze tegen beta ling van 35 cent verkrijgbaar. Vóór de verschijning en in de eerste maanden daar na werden 214 exemplaren besteld. Consultatiebureau voor moeilijke kinderen. In verband met de vergadering van den Armenraad van 13 November werd beslo ten betreffende de behoefte aan een con sultatiebureau voor moeilijke kinderen overleg te plegen behalve met dr. A. Que- rido, met den voogdijraad, de afd. Leiden van Pro Juventute, den Commissaris van Politie en den Directeur van den Gemeen telijken Geneeskundigen Dienst. Gelijktijdig meervoudige onder steuning in geld in 1929. 212 gezinnen of alleenstaande personen ontvingen gelijktijdig ondersteuning in geld van twee instellingen. 10 gezinnen of alleenstaande personen ontvingen gelijktijdig ondersteuning in geld van drie instellingen. EEN VULKAN0L0GISCH ARCHIEF. Aan de Leidsche Universiteit. Vulkanologische verschijnselen zijn voor ons, Nederlanders, in verband met de vele werkzame vulkanen in Nederlandsch Indië, van bijzonder belang. Het mag daarom dan ook geen toeval heeten, dat Prof. B. G. Esoher, de hoogleeraar in de geologie aan de Universiteit alhier, d'e be spreking van het vulkanisme tot een hoofdschotel van zijn onderwijs heeft ge maakt. Doch er kan en moet nog meer ge daan worden. Naast het werk, dat er in Indië op dit gebied wordt verricht dooi den; onder den „Dienst van den Mijnbouw" ressorteerenden diensttak, geheeten „Vul- kanologisch Onderzoek", moet ook in Ne derland een centrum voor vulkanologie ko men, een plaats waar de toekomstige vul- kanologen een zoo volledig mogelijke op leiding kunnen genieten en waar er voort durend aan gewerkt wordt om de theore tische vulkanologie vooruit te brengen. Voor de verwezenlijking van dit doel is het wenschelijk over een uitgebreid vulka nologisch archief te beschikken. In dat ar chief behooren thuis: boeken over vulka nen, over bijzondere uitbarstingen, verha len en brieven over vulkanische erupties, ovep bestijgingen van vulkanen, fotogra fieën, prenten en schilderijen van vulka nen in rust en van vulkanen gedurende 'n uitbarsting. Het prachtige werk van Alfa- no en Friedlander over de geschiedenis van de Vesuvius in 107 platen, voor een groot gedeelte in kleurendruk, bewijst het nut van een verzameling van prenten van vulkanen om de geschiedenis er uit te re- co nstrueeren. Het is nu de bedoeling van prof. Escher om in het „Vulkanologisch archief" te ver zamelen alles, wat in particulier bezit is over vulkanen en waaraan de tegenwoor dige bezitters niet bijzonder gehecht zijn. Het is wenschelijk. dat deze afbeeldingen, die meestal geen zeer groote artistieke waarde bezitten, voor ondergang behoed worden, door ze tijdig in een Rijksinstel ling op te bergen, en ze daar voor studie doeleinden toegankelijk te maken. De aan bouw van een vleugel voor het onderwijs in de geologie hier ter stede, die onlangs begonnen is, waarborgt een goede opber- j ging dezer docomuten, die voor de ge schiedenis der vulkanen van het groot-ste I belang zijn. Door de reproductie der beide schilde rijen van Raden Saleh van de uitbarsting van de Merapi in 1865 in .de Nieuwe Rot- I terdamsche Courant, werd voor velen het bestaan dezer vulkanologische documen- j len bekend gemaakt. Mede door de zeer gewaardeerde medewerking van het Colle- I ge van Curatoren der Rijksuniversiteit al- j hier, mocht het gelukken deze beide be- l langrijke schilderijen voor het Rijksmuseum van Geologie en Mineralogie aan te koo- pen. Het is nu de bedoeling deze schilde rijen als de kern te beschouwen van een te vormen verzameling van afbeeldingen: in de eerste plaats van de Ned. Indische vulkanen, maar voorts ook van Europee- sche en andere vulkanen, omdat natuurlijk ook zij de kennis omtrent het vulkanisme helpen vermeerderen. Daarom verzoekt prof. B. G. Dscher, Di recteur van het Rijksmuseum van Geolo gie en Mineralogie aan'de Garenmarkt al hier, aan allen, die iets op vulkanologisch gebied bezitten, waarvan zij voor het bo- vehgenoemde doel wel gratis afstand zou den willen doen, zich met hem in verbin ding te willen stellen. I.AWN-TENNIS Het huwelijk van mej. Canters. Naar de „Tel.'' verneemt zal mej. Can ters 17 Maart a.s. te Velp in het huwelijk treden met den heer Drost, waarna het echtpaar zich te Leiden zal gaan vestigen. Mej. Canters, die na- haar huwelijk de sportwereld nog niet vaarwel zal zeggen, zal straks zeker worden gemist op de Oostelijke sportvelden; in het bijzonder op „Klarenbeek" te Arnhem, waar zij als lid van den Arnhemschen Lawntennisbond en Arnhemsche Hockeyclub vele triumphen vierde. Onder haar leiding werd het dames- hockey-elftal van Arnhem sterk; zij was het> die door haar subliem spel, haar en thousiasme en uithoudingsvermogen het elftal tot het leveren der beste prestaties wist te inspireeren. Aan tallooze tennistournooien en com petitiewedstrijden nam zij deel, vele suc cessen heeft zij voor zichzelf, maar ook voor Arnhem mogen boeken. Men zal mej. Canters dan ook noode naar Leiden zien vertrekken, terwijl spor tief Leiden zich gelukkig zal mogen achten, haar straks op tennisbaan en hockeyveld aan te treffen. SCHAKEN Dr. EMANUEL LASKER. De wereld-kampioen neemt afscheid van de schaakwereld om zich geheel aan philosofie en mathematiek te wijden. De bekende wereklka.nipioen-schaakspe- leir Dr. Emanuel Lasker heeft m de „Ame rican Ohe<;>s Bulletin" een brief gepuibli- ceead, waarin hij officieel mededeelt, dat hij niet meer aa.n schaakwedstrijden zal deelnemen. Dr. Lasker was n.l. de meening toegedaan, dat de toestand in de tegen woordige schaakwereld voor de kleine groep van „scheppende meesters" van dien aard was, dat hij zich gedwongen zag, zich uiit de openbare schaakwereld terug te trekken. Dr. Lasikeir is voornemens zioh te wijden aan andere bezigheden, o.a. wiskunde en' philo sofie, welke zijn aandacht hebben. Emanuel Lasker werd 24 December 1868 in Berlinchem in Brandenburg geboren. Hij be zocht het gymnasium te Berlijn, in welke stad hij ook zijn universitaire studies maak te. Later sitaideerde hij ook in Göttingen en Heidelberg, in we.ke laatste plaats hij in 1897 tot doctor in de philosofie promoveer de. Hij was nog zeer jong, toen hij het schaakspel leerde kennen, waarbij hij veel van zijn ouderen broeder Berthold leerde. In het openbaar trad hij als schaakspeler voor liet eerst op ter gelegenheid van het hoofdtoumooi in 1889. Na een zwanen strijd tegen den Weensehen speer Emiil von Feyenheiil wist hij den meestertitel te ver werven. Nog in hetzelfde jaar nam Lasker deel aan het toernooi in Amsterdam, waar hij den tweeden prijs won. Het jaar daarop speelde hij tezamen met zijn broeder Bert-» hold succesvolle wedstrijden tegen Byrd, Miniaiti, Mieses en Englisoh, terwijl hij bij het nationaal m eest er tour n ooi, hetwelk te Berlijn werd gehouden, als overwinnaar uit kwam. In 1892 ging hij naar Engelands waar hij ook veel succes had. Van de wedstrijden, welke Dr. Lasker hier gespeeld heeft, zijn vooral te vermelden zijn overwinningen op BLaokburne en Byrd bij een vijfkamp, waar aan ook Mason en Gulisberg deelnamen. Slechts een klein jaar bleef Dr. Lasker in Engeland; hij nam toen een uifcnoodigdng aan om naar Amerika te komen. Hier ver wierf hij zic-h zulk een roem, dat men hem gelijkstelde met den kampioen Wilhelm Steinita. In 1894 speelde Lasker met ge noemden meester een match om het wereld kampioenschap, welke Lasker glansrijk won. Ter gelegenheid van den wedstrijd te Mos- cou in 1896 werd Lasker's meerderheid tegenover Steiniita opnieuw bewezen. Lasker bleef wereldkampioen tot 1921, in welk jaar de Cubaan Capablanoa een over winning op hem wist te behalen. Dit is de eenigste van de 22 matches, welke Dr. Las ker gespeeld heeft, die hij verloren heeft. Voor Lasker, die naar Berlijn was terug gekeerd, waar hij in 1911 met de schrijfster Martha Marco in het huwelijk was getre den, waren de moeilijke na-oorlogsjaren ten zeerste ongunstig. Zijn spel vei toonde een niet te miskennen inzinking, waardoor hij in zijn match tegen Oapablanca in 1921 ten zeerste werd gehandicapt. Hierbij kwam nog, dat Lasker in het voor hem ongewone klimaat van Cuba moest spelen. Hij leed toen een nederlaag van 40 met 10 reini- sen. De schaakwereld wilde echter niet ge- looven, dat Lasker's roem aan het tanen was en dat de nederlaag van Havana het einde van zijn roemvolle sohakersloopbaan zou zijn, en men kreeg gelijk. Fijn waarne mer als Lasker is, had hij zich intusschen met den nieuwen stijl van het schaakspel vertrouwd gemaakt en al spoedig verscheen hij weer op het wedstrijd-tooneel. In 1923 won Lasker te MükrischOstrau den eersten prijs en op het meestertournooi te New York van 1924 kwam hij zelfs als eerste voor Capablanca en Aljeehin uit; in totaal had Lasker toen 16 punten. Te Mos- cou kwam hij in 1925 met een tweeden prijs uit. Alle wedstrijden en tournooien op te sommen, waaraan Dr. Lasker heeft deelge nomen, iis ondoenlijk, daar deze legio zijn. In het spel van Lasker zijn de schaker en de phi'losoof niet van elkaar te onderschei den. Het schaakspel is voor hem een geïdea liseerde strijd: het schaakbord ia zijn ide- aalterrein voor het doen van proefnemingen met zijn philosofie. Lasker is niet alleen schaakmeester, maa.r ook een uitstekend matheatiker, die op het gebied der the orie bijzonder veel heeft gepresteerd. Hij is slechts een der weinigen, die zijn leven met het. spel kan vullen. Op 23-]arigen leeftijd schreef hij „Der gesimde Mensohenverstand in Schach", welk boek ontstaan was uit zijn voordrachten, welke hij gedurende zijn ver blijf in Engeland te Manchester heeft ge houden. Later versohenen nog meer boeken van zijn hand. In Februari van verleden jaar heeft Dr. Lasker ons land bezocht. In het Nats Schaakgebouw te Den Haag werd de schaakmeester, die 24 Dec. 1928 zijn zestig eten verjaardag had gevierd, bij die gele genheid gehuldigd. Op verschillende plaat sen in ons land heeft Dr. Laske.r nog lezin gen en simultaanséaincos gehouden. SCHERMEN Leidsche Politie Sportvereeniging. Onder leiding van kapitein E. J. Bruin werd gisteravond een wedstrijd getrokken tusschen L. P. S. V. II—„Leiden" 1 en L. P. S. V. 1„Arena Studiosorum" comb. Doordat een der leden van L. P. S. V. plotseling verhinderd was, moest Ehren- hart invallen wat een niet geringe ver sterking voor L. P. S. V. II beteekende. Deze maakte in dezen aardigen wedstrijd dan ook het beste persoonlijke resultaat door al zijn partijen te winnen met 8 ont vangen en 16 gegeven treffers. Ook Im- pelmans wist al zijn partijen te winnen. De uitslag was een overwinning voor de politie met 97 partijen 43 ontv. en 51 ge geven treffers. Direct daarop volgde een wedstrijd L. P. S. V. I—„Arena" comb. Arena kon slechts met 3 man op de looper komen zoo dat 3 partijen om vier treffers werden ge schermd. Voor de L. P. S. V. waren het de heeren Ehrenhart, Rempt en Straathof. Voor Arena Bergsma, Livers en Beer. De eind stand bracht een verrassing nl. voor de politie 27 ontv. en 20 gegeven treffers, doch 5 verloren en 4 gewonnen partijen, zoodat daardoor de gasten overwinnaar werden. WANDELSPORT Internationale vierdaagsche afstand- marschen. De vierdaagsche afstandmarschen, uit geschreven door den Nederlandschen Bond voor Lichamelijke Opvoeding, zullen ook dit jaar wederom een internationaal ka rakter dragen. Ze zullen te Nijmegen plaats hebben en wel op 21, 22, 23 en 24 Juli. Alle deelnemers moeten zioh op 20 Juli bij den leider, jhr. mr. J. W. Schorer in de kazerne der Koloniale Reserve te Nijmegen melden. Burgers, die den leeftijd van 14 jaar hebben bereikt doch dien van 16 nog niet hebben overschreden, kunnen inschrijven voor een dagelijksche marsch van 30 K.M., zij die den leeftijd van 16 jaar bereikt hebben, doch dien van 18 jaar nog niet hebben overschreden, kunnen inschrijven voor een dagelijksche marsch van 40 K.M. Burgers, dien den leeftijd van 18 jaar be reikt hebben, doch dien van 55 nog niet hebben overschreden, kunnen inschrijven voor een dagelijksche marsch van 55 K.M.; zij die 55 jaar of ouder zijn voor een van 40 of 55 K.M. naar keuze. Vrouwelijke deelnemers kunnen inschrijven voor een dagelijksehen marsch van 40 K.M. of meer. Militairen, in veldtenue en ransel en deel uitmakende van detachementen, léggen dagelijks 40 K.M. af, militairen niet in veld tenue met ransel dagelijks 50 K.M., evenzoo officieren, die wel deel uitmaken van een detachement. De buitenlandsche deelnemers en Neder- landsche burgers worden ondergebracht in de kazerne der Koloniale Reserve; Neder lands che militairen deels in een barak-ten tenkamp op het terrein der kazerne. WINTERSPORT SPRINGREC0RD VERBETERD. Record van Tropani met negen meter geslagen. Het groote internationale springtoarnooi te Davos werd gewonnen door Kaufmann, tweede werd de Noor Ruud, derde Kiel- land. Loopuyt werd achtste met drie spron gen van 51, 58 en 58 nieter. Na afloop probeerden Kaufmann en Ruud het schansrecord te verbeteren. Het gelukte Ruud SI M. te springen en zich staande te houden, daarmede het oude re cord van Tropani met negen meter verbe terend. Kaufmann sprong 78 meter doch viel. „Hbld." BILJARTEN HET WERELDKAMPIOENSCHAP TE MARSEILLE. In het wereldkampioenschap eenstoots cadre te Marseille worden de voorwedstrij den in twee afdeelingen gespeeld, meldt bet „Hbld." Afdeeling A: Van Belle, Soussa, De- doncker, Agassiz, Maréchal. Afdeeling B: Moons, Corty, Dommering, De Gasparin en Sorge. DAMMEN Competitie District „de Rijnstreek". De laatste competitie-wedstrijd van de Damvereeniging D. E. S. (Alphen aan den Rijn) tegen „Excelsior" te Waddinxveen is voor de Alphenaren een zware neder laag geworden, met niet minder dan 19—1 bleef Excelsior overwinnaar in den strijd. Ook het tweede tiental van D. E. S. verloor met 146 van Excelsior II, beide wedstrijden werden gespeeld te Waddinx veen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1931 | | pagina 6