ONDER HET IJS NAAR DE NOORDPOOL er SIR GEORGE HUBERT W1LKINS Er zijn dikwijls gewaagde ondernemingen begonnen, waarover wij wijze menschen ons hoofd schudden. En als die ondernemingen dan tot een mislukking werden, knikten wij wel voldaan ons hoofd. Men moet dat goed begrijpen, dat wel voldaan knikken, was niet wijl wij den ondernemers den ongeluk- kigen afloop gunden of ons daarover ver heugden. O hé, neen, we waren alleen maar voldaan, omdat wij het wel gezegd hadden, dat die onderneming gewaagd en roekeloos was en moest mislukken. Een mensch krijgt nu eenmaal graag ge lijk, het is hem zelfs een voldoening als hij ongeluksprofeet geweest is. Vele gewaagde ondernemingen, die door wijze mer.schen met misprijzende beoordee ling werden getroffen, waren gericht op de polen der aarde. De onherbergzame gebie den aan de Noordpool en aan de Zuidpool, hebben altijd weer de onderzoekers getrok ken met onweerstaanbare kracht. En telkens weer heeft de mensch, die niet duldt, dat een plekje op aarde voor hem ontoegankelijk zou zijn, alle krachten en zelfs zijn leven ingezet om de polen der aarde te veroveren. Wij hebben aan die pogingen te dezer plaatse al een paar malen een pagina ge wijd, niet lang geleden nog bespraken we de expeditie's naar de Polen, waarbij van vliegmachines en luchtschepen gebruik ge maakt werd. We zullen het nu over deze en andere pool-expedities niet hebben, ook niet over de plannen, die er weer in die richting be staan. We willen nu alleen maar schrijven o.'er het meest phantastische plan, dat men dezen zomer.tot uitvoering hoont te bren gen: de tocht naar de Noordpool, niet met sleden, niet per vliegmachine, of luchtschip, neen de tocht naar de Noordpool met een onderzeeër. Als we niet wisten, dat het een werkelijk goed voorbereide poging betreft van ern stige mer.schen, dan zou men zeggen: Het is een phantasie, goed voor den schrijver van jongensboeken, als Jules Verne. Maar in werkelijkheid kan toch niemand in z'n hoofd krijgen den Noordpool te berei ken of dichtbij te benaderen met een onder zee-boot. En toch is dat werkelijk het plan en wer- den reeds alle voorbereidingen getroffen, acht dagen geleden kwam het bericht, dat de onderzeeër gereed is voor de start, dat deze onderzeeër naar Spitsbergen zal gaan om dezen zomer vandaar via de Noordpool naar Aljaska te varen. En alweer is men geneigd te zeggen: dat is toch waanzin. Zoo'n tocht per vliegma chine of luchtschip is, hoe gewaagd ook, mogelijk, maar men kan toch niet per on derzeeër door het eeuwige ijs van de Pool streken varen. En toch. zooals al gezegd, ernstige men schen probeeren het, ze meenen een zeer rec'Jijke kans van slagen te hebben, dus eou onzinnig is het plan toch zeker niet als het zoo op het eerste gezicht lijkt. Sir Hubert Wilkins. Sir Hubert Wilkins is de maker van dit phantastisch plan en hij heeft op het gebied van het Poolonderzoek zijn sporen wel reeds verdiend. In 1913 nam hij deel aan de expeditie van Steffanson, in 1918 aan de groote Engel- sche poolexpeditie. Maa>r de volle aandacht vestigde hij od zich door zijn welgeslaagde Poolvlucht. Die Poolvlucht was iets sensa tioneels. Hij steeg samen met Ejelson te Point Barrow op en bereikte na een vlucht van twee en twintig uur via de Noordoool Spitsbergen, met zoo goed als leege ben zinetanks... Wilkins heeft daarna nog het Zuidpool gebied bezocht en houdt zich nu al een hee- len tijd bezig met de voorbereiding van zijn tocht naar de Noordpool per onder zeeër. Hoe is hij er toe gekomen. Kiik eens, zegt Wilkins, per vliegtuig en luchtschip kan men natuurlijk over de Noordpool vliegen, dat is voldoende be wezen al. Het is ook heel nuttig dat men dit doet, want het gaat tenslotte komen tot e^n oassagiersdienst EurooaAzië over het Poolgebied die even veilig zal zijn als elke andere luchtverbinding en veel korter. Maar Poolonderzoek per vliegtuig heeft toch nog weinig practische beteekenis ge had, zeker, men komt in ontoegankelijke streken, doch men vliegt er over heen en heeft er dus betrekkelijk nog weinig aan. Dat zal met een onderzeeboot heel an ders zijn. Men kan dan veel meer instru menten en alles wat men noodig heeft mee nemen, men kan het op z'n gemak doen en men kan het, althans volgens Wilkins, vei lig doen. Is het mogelijk. Schepen, gewone.schepen, ook al werden zij dan extra sterk gebouwd om den druk van het pakijs te weerstaan, hebben het te gen de geweldige krachten van het ijs moe ten afleggen. De groote poolonderzoeker Nansen slaagde er wel is waar in, zich met zijn „Fram" door het pakijs te laten mee voeren, doch op een dergelijke wijze is het onmogelijk een bepaald doel, de Pool te bereiken. En in de laatste honderd jaar van Pool- Pooltocht met een schip behoort dan ook tot de onmogelijkheden. Daarom wil Wilkins daar heen varen in een onderzeeër, onder het pakijs door. De dikte van het ijs. Het Poolijs is volgens Nansen. niet zoo dik, als men algemeen wel aanneemt. Hij heeft op zijn talrijke Pooltochten nooit ijs aangetroffen, dat dikker dan yijf meter was. Peary en Steffanson spreken intusschen van een maximumdikte van veertig meter. Maar een moderne onderzeeboot kan Honderd meter diep duiken, dus zelfs veertig meter dik ijs zou de vaart per onderzeeër niet onmogelijk maken. Daarop behoeft men Het Noordpoolgebied. echter niet te rekenen, Wilkins rekent ec.i dikte van 60 cM. tot 6 M. deur te verlaten. Hierdoor worden even- tueele reparaties of andere werkzaamheden buiten het schip mogelük gemaakt. Deze luchtkamers zullen ook gelegen heid geven, het zich aan de onpervlakte der zee bevindende ijs te breken. Een duiker kan via de luchtkamer eventueel een dvna- mietlijn aanleggen, die een gat in het ij> moet slaan, waardoor de onderzeeboot frische lucht kan bekomen. Maar dat zal men natuurlijk alleen in het uiterste geval doen. Het plan. De onderzeeboot, die Wilkins gebruikt is er een van de Amerikaansehe Marine, die hem door de Amerikaansehe autoritei ten verhuurd, is voor één dollar dat w" dus zeggen cadeau gedaan. De boot is 52 M. ter lang, zij is dus niet van de grootste. Eenige der nieuwste onderzeeërs bezitten een net:e-radius van 1700G K M., de boot van Wilkins heeft een actie-rndius van 70D0 mijl, wat ruim voldoende is. Men vaart van New York via Londen naar Snitsber^en. waar de ew*en1iike Pooltocht begint. Men gaat dan door de Ilzee, dirkt onder het pakijs en probeert de Piol te bereiken. Van daar gaat men naar de Benngstraat, waar men weer in vrij water komt. Dat is het plan. Neen. het is niet zoo onmogelijk als het er uit ziet. Maar het is desniettemin een ont zaglijk gewaagd olan m er zijn, dat behoeft men zich volstrekt niet te ontveinzen, ko lossale gevaren aan verbonden. Maar er zijn mensohen voldoende te vin den die het er met Sir Hubert Wilkins op willen wagen. Hij is. zeggen zij, niet een roekelooze phantast. alles is prachtig voor bereid met groote kennis van zaken. De „Nautilus." Gij kent de boeken van den grooten Fran- schen schrijver Jules Verne, een verbeel- Boven: De verbouwde onderzeeboot, waarmee Wilkins den Noordpool bereiken wil. Onder: Jules Verne; de klein zoon van Jules Verne, die ookmeegaat; Sir Wilkins, de lei der der expeditie. Wilkins voor den ^ommando-toren van de - „Nautilus". onderzoek zijn honderden schepen in de Poolgebieden ten onder gegaan. Menige dappere bemanning is met haar schip naar den bodem van de ijszeeën gegaan en an dere bemanningen weten vereeselijke ver halen te vertellen van ontbering en ellende. Wanneer het Poolijs zich op elkaar gaat stapelen, is het in staat, een schip fijn te knijpen, het als het ware tot gruis te ver malen. Het laten springen van het opdrin gende, kruiende ijs massa's tonnen en toonen zwaar helpt niet altijd... Alleen de Russische ijsbreker „Krassin", bekend uit het Nobile-drama is in staat ge weest, in dit opzicht iets te presteeren, maar ook voor dezen stalen bodem is het onmo gelijk het ijs van de Pool te breken. Een Het ijs in de 1 Men moet bovendien niet meenen, dat de ijszeeën een afgebroken ijsvlak hebben. Overal zijn open plekken te vinden. Amund sen landde op zijn Noordpoolvlucht in hel voorjaar van 1925 met zijn vliegtuig in open water en dat slechts op 150 kilometei van de Pool! Wilkins zelf heeft bij zijn vluchten over de ijszeeën steeds kunnen vaststellen en waarnemingen van anderen hebben de zijne bevestigd, dat in het Noordpool gebied zich op ongeveer elke veertig kilio- meter een ijsvrije of slechts met een dunne laag ijs bedekte plek bevindt. Hij gelooft dan ook, dat het in den zomer mogelijk zal zijn een kwart van den afstand tusschen Spitbergen en de Beringzee met een onder zeeboot aan de oppervlakte af te leggen. Het is elke vijftig kilometer mogelijk, bo ven water te komen. Het is niet noodig dat men elke vijftig K.M. werkelijk open water vindt, want de onderzeeboot van Wilkins is voor de onder ijs-vaart op speciale wijze ingericht. De boot is voorzien aan de bovenzijde van drilboren, die in een ijslaag van 4 Meter dikte een schacht boren kunnen van 60 cM. middellijn. Men zal dan daarlangs op 't ijs zich kunnen begeven om daar onderzoe kingen te doen, op de ijsberenjacht te gaan of wat verder wenschelijk geacht wordt. Maar als men een veel dikkere ijslaag aantreft. O, dat is heelemaal niet erg. Er zijn lange smalle boren, die voor 15 tot 18 M. ijs niet bang zijn en daardoor een smalle opening kunnnen boren. Op die manier kan men, al blijft boot en bemanning zelf dan onder het ijs, de boot van versche lucht voorzien. Behalve dat zijn aan de boot nog andere inrichtingen aangebracht zoo als lampen voor sterke verlichting, buffers en voel horens die voorkomen dat men tegen ijs massa's stoot enz. En dan is het nog mogelijk door twee aaneensluitende luchtkamers de boot, wan neer deze zich onder water bevindt, in dui- kerspakken door een gemakkelijk te openen dingrijk kunstenaar, die zijn helden allerlei phantastische uitvindingen liet doen, welke men toen nog onmogelijk achtte. Een van die uitvuidingen was de onder zeeboot „Nautilus," die 20.000 mijlen onder zee voer, waarvan de passagiers op den bo dem der zee het vaartuig konden verlaten. Natuurlijk was voor de „Nautilus" ook het varen onder het ijs niet onmogelijk. Deze phantasie nadert nu in steeds groo- ter volkomenheid haar verwezenlijking. Men zegt, dat Wilkins zijn onderzeeër ter eere van Jules Verne nu de „Nautilus" zal doopen. JULES VERNE. En een zeer aardige bijzonderheid is nok dat een kleinzoon van Jules Verne, die den zelfden naam draagt, als zijn beroemden grootvader, bij den doop van den onder zeeër aanwezig zal zijn. Niet alleen dat, maar leles Verne Jr. zal deel uitmaken van de bemannijig van den onderzeeër, die den gevaarvollen en phantastischen tocht dezen zomer zal wagen. Het nut van de onderneming. Het nut van Wilkins' onderneming <s natuurlijk gelegen in een betere kennis, die men van de IJszee zal krijgen. Men ver wacht bovendien nuttige kennis te verkrij gen met betrekking tot de mogelijkheid van luchtlijnen via het poolgebied. Maar er is meer. In den wereldoorlog al heeft Duitschland een paar handelsondcr- zeeërs gebouwd, die eenige succesvolle vaarten op Amerika hebben gemaakt. De nieuwe techniek zal het volgens Sir Hubert Wilkins mogelijk maken, handels onderzeeërs te bouwen, die ook in vredes tijd rendabel zullen zijn. Sinds Simon Lake in 1883 zijn eersten handelsonderzeeër bouwde, is de techniek in dezen scheepbouw wat het casco, het omhulsel betreft, nauwelijks veranderd. Snelheid en bestuurbaarheid werden be langrijk verbeterd, maar overigens beston den de verbeteringen hoofdzakelijk uit het benutten van elctriciteit als beweegkracht in plaats van stoom. Dank zij de electrotechniek kan een on derzeeër thans evenwel, afstanden afleggen, waarvan men vroeger zelfs niet droomde, behoudens dan Jules Verne in zijn „Twin tig duizend mijlen onder zee". Enkele der niuwste onderzeekruisers bezitten thans een actie-radius van meer dan 17.000 kilometer. Onderzeebooten kunnen bovendien even groot gebouwd worden als gewone han delsschepen en binnen zekere grenzen neemt hun voor goederen beschikbare ruimte met de grootte toe. Er bestaat thans reeds een project tot het bouwen van een moderne onderzee boot van 13.000 ton! En er zijn nog grootere tonnenmaten moge lijk. Natuurlijk zullen dergelijke onderzeesche monsters niet direct over de polen varen, maar in de tamelijke ijsvrije kustwateren der Poolgebieden, terwijl ze slechts zullen duiken, wanneer ze vast iis aantreffen, dat een normale vaart aan de opervlakte van de zee onmogelijk maakt. Een tocht onder de ijsvlakte der Pool- zeeën is gemakkelijk te volbrengen, volgens Sir Hubert. We vreezen echter wel dat hij wat te optimistisch is. E. W. (Nadruk verboden). De „Nautilus" van Jules Verne naar een oude illustratie. In zijn roman „Nautilus" be schrijft Jules Verne een vaart naar de Pool in een onderzeeboot, zooals thans Wil kins die uitvoeren wil. Ter eere van denprofetischen schrijver noemt Wilkins zijn onderzeeboot „Nautilus".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1931 | | pagina 5