Begrooting der gemeente Leiden
DONDERDAG 22 JANUARI 1931
DE LE1DSCHE COURANT
DERDE BLAD PAG. 9
De laatste loodjes der Algemeene Beschouwingen.
De financieele positie der gemeente gezond, maar
bescheiden. Een oude kwestie opnieuw opgera
keld. Een persoonlijk feit. Drie wethouders
aan het woord.
De heer Donders vervolgt zijn rada:
De. heer v. Stralen heeft een voorstel
gedaan omtrent de Leidsche Hout; dat is
tenminste een concreet voorstel waarvoor
spr. wel wat voelt. Hij knoopt er echt-er de
kwestie van de sportterreinen aan vast en
dat acht spr. onjuist. Wij moeten niet voor
uit loopen op het pracadvies op het voor-
atel-Bosman.
Wat de steunregeling betreft, vraagt
spr. zich af, of deze steunverleening vol
doende is. Beschouwd in vergelijking inet
andere plaatsen is onze regeling nog
niet zoo kwaad. In absoluten zin is zij
laag, volgens den heer Mande re te laag.
Spr. wil de steunregeling niet perfect
noemen, doch wil zijn reeds eerder inge
nomen standpunt handhaven en rekening
houden met de financieele consequenties.
Over 't algemeen echter zijn de kosten
spr. nogal meegevallen en hij voelt der
halve wel iets voor de vooretellen van
den heer v. Stralen. Echter niet voor
alle, want spr. is niet overtuigd, dat
door die voorstellen juist de meest ge
breklijdenden worden geholpen en even
min. dat daardoor geen ongewenschte toe
standen in het leven worden geroepen.
Wel zal spr. steunen de voorgestelde toe
slag op de kasuifckeeringen, de buiten
werking stelling van de wachttijdrege
ling en de huurtoeslag.
Vervolgens bespreekt spr. eenige on
derwijskwesties. Vooreerst de wijze van
bezuiniging op de onderwijzers aan de
openbare lagere scholen voor eindonder
wijs. Er was hier omtrent een vel
schil van meening gerezen tusschen B.
en W. en de plaatselijke schoolcommissie.
De plaatselijke schoolcommissie is het
met name niet eens met het stelsel van
dubbelklassen en heeft een onderzoek in
gesteld naar de resultaten daarvan nadat
het in 1920 was ingevoerd op de open
bare scholen, ondanks het advies van de
schoolcommissie. Op grond van dit on
derzoek dient spr. een voorstel in tot
intrekking van het besluit, waarbij tot
instelling van dubbelklassen werd over
gegaan.
Dit voorstel wordt door B. en W. in
praeadvies genomen.
DE HEER MEIJNEN AAN HET WOORD.
De achterstand van het bij
zonder onderwijs.
De heer M e ij n e 11 bestrijdt den heer
Romijn, die een wanverhouding meende
te constateeren tusschen de gelden be
steed aan het bijzonder en aan het
openbaar onderwijs. Spr. wijst er echter
op, dat vroeger de bijzondere school be-.'
sturen zelf hun scholen moesten bekos--
tigen. Geen wonder, dat toen de uiterste
soberheid werd betracht en dat 11a de
aanneming van de onderwijswet van hef
wettelijk recht gebruik gemaakt werd
om den achterstand in te halen. Vele
gebouwen waren verouderd en moesten ver-
uieuwd worden, gymnastieklokalen moesten
worden bijgebouwd.
Vervolgens wijst spr. op de toename van
het leerlingen-aantal op de bijzondere scho
len en de teruggang op.de openbare scho
len. Dat alles is oorzaak van het verschil
aan uitgaven. B. en W. hebben dat met in
hun macht, de wet bindt hen. Bovendien js
er in den laatsten tijd veel gedaan aan
herstel van openbare scholen.
Neemt men de dure verbouwingskosten
van verschillende openbare scholen in aan
merking, clan komt spr. tot de conclusie,
dat de bijzoiidere scholen over 't algemeen
niet duurder zijn dan de openbare scholen.
Vervolgens bespreekt spr. de rnotie-
v. Eek inzake de Zondagswet. Spr. kan
daaraan zijn stem niet geven, het is geen
geschikt middel voor volksopvoeding. De
overheid kan niet aan alle behoeften of
vermeende behoeften tegemoet komen. Spe
ciaal het houden van optochten met ïu-
ziek en banieren acht spr. in flagranten
strijd met het karakter van den Zondag.
In dit opzicht haalt spr. met instemming
een uitspraak van MacDonald aan (eer.
geestverwant van den heer v. Eek) die zich
verklaarde voor de handhaving van den
ouden z.g. Schotschen Zondag.
REDE VAN DEN HEER DE REEDE.
De heer de R e e d e bespreekt eveneens
de grootc economische inzinking. Uit de
discussies zou men den indruk krijgen, dat
alleen cle arbeiders daar onder te lijden
hadden. Ook anderen lijden daar ouder.
Over het algemeen meent spr. dat een ge
meenteraad niet de meest geschikte plaats
is voor een diepgaand debat daarover, doch
er is nu eenmaal over gesproken en spr.
wil ook het standpunt van de C. H. uiteen
zetten.
Spr. gaat de historie na en vindt overal
naast welvaart armoede. Het liberalisme en
socialisme hebben wel overal de oproervaan
geheven, maar zijn tekort geschoten in hun
taak om de positie van den' mensch te ver
beteren. Dc heer Bosman heeft, gewaar
schuwd tegen het ingrijpen in de natuur
lijke gang der economische processen, doch
spr. vraagt, hem. of hij dc consequentie
aandurft en alle sociale maai regelen wil
schrappen. Het kapitalisme is nog zoo
slecht niet; hier heeft een arbeider ten
minste nog een bestaan, in Rusland heeft
hij geen leven, ook al werkt hij.
De crisis is een internationaal kwaad
en wij hebben alleen te zien naar het mo
gelijke hier in Leiden.
Het heeft spr. getroffen, dat de slechte
maatschappelijke verhoudingen zoo wei
nig hun weerspiegeling vinden in deze be
grooting. De post voor steunuit keering is
zeer gering. Een grooten invloed heeft de
wet-de Geer uitgeoefend. Het is jammer,
dat de groote voordeelen van deze wet
eenigszins verduisterd worden door de te
leurstelling voor Leiden.
Het groote voordeel van de wet-de Geer
is de nivelleering van den belastingdruk.
Het is echter te vreezen, dat wij in de
toekomst weer met een tekort zullen heb
ben te kampen. Dat is te erger, omdat dc
gemeente zeer beperkt is in haar belasting
heffing. Verder wijst spr. cr op, dat de an
nexatie van Oegstgeest door de wet-de
Geer veel van haar aantrekkelijkheid heeft
verloren.
Leidens financieele
positm gezond.
Spr. meent, dat de financieele positie
van Leiden gezond is, maar zeer beschei
den. Drie jaar geleden zag de toestand er
vrij triest uit, men had te kampen met te
korten. Dat is veel verbeterd, het college
van B. en W. heeft de financiën in goede
banen weten te leiden. Deze begrooting
acht spr echter geflatteerd, o.a. omdat de
post salarissen wel verhoogd zal moeten
worden. De heèr Romijn heeft over deze
post gesproken, doch heeft geen klare wijn
geschonken. Wil de heer Romijn de over
heidsbemoeiing inkrimpen of de salarissen
verlagen 1
B. en W heben zich wel gewacht om
uitgaven te doen waartegenover geen dek
king stond. Er is solied beheer gevoerd.
Van de zijde der S. D. A. P. zijn herhaalde
lijk aanvallen gedaan op de gemeentekas.
Wat zou de S. D. A. P. doen, als zij eens
aan het bewind kwam? Dan zou het gaau
als in Rotterdam; waar geen enkele belofte
kan worden ingelost. Naast een solied be
heer is erv in Leiden een groote voortva
rendheid betracht. Vooral op het gebied
van fabricage, en spr. brengt warme hulde
voor het gedane werk ten behoeve van de
stadsverbetering. Spr. dringt echter aan
op zooveel mogelijke versnelling van het
tempo in verband met de werkloosheid. In
sommige opzichten kan nog meer worden
gedaan. Spr. wijst op den woningbouw en
op de oprichting van een overdekte zwem
inrichting.
Terugkeerende tot dc financieele wet be
strijdt spr. de meening van den heer van
Eek, die bij de regeering wil aandringen
op herziening van deze wet. Spr. gelooft,
dat dit al zeer weinig succes zal hebben,
daar zelfs de socialisten in de Tweede Ka
mer niet tegen deze wet zijn. Doch de heer
v. Eek en dc geheele S. D. A. P.-fractie
hier is in hooge mate doctrinair én wijkt wel
eens meer af van de overige socialisten.
De heer v. Eek wil de straatbelasting af
schaffen. doch hij kan daar niets tegen
over stellen, dat deze belasting kan ver
vangen. In andere plaatsen is meu niet
zoo tegen deze straatbelasting; iedereen
moet nu eenmaal z'n steentje bijdragen.
Spr. bet» ijfelt om 't financieele inzicht wei
groot is bij die menschen, die telkens weer
een aanval doen op de financieele draag
kracht van de gemeente.
Spr. wijst op het roode Berlijn, waar de
gemeente onder curateele is gesteld.
Komende tot de tarieven der lichtfabrie
ken, herinnert spr er aan, dat de heer Bos
man de verbruikers van de lichtfabrieken
ingedeeld heeft in drie groepen, doch ten
onrechte. Er zijn er slechts twee, n.l. par
ticuliere verbruikers en handel en industrie
en zóó genomen is de tactiek der lichtfa-
- brieken gerecht vaardigd. Sprekende over
de werkioozensteun, waarschuwt spr. er
tegeu, dat de steun zou uitgroeien boven
de draagkracht van de gemeente. Daarom
gevoelt spr. wel iets voor het voorstel-
Manders, 0111 een aparte commissie in te
stellen. Spr. gevoelt niets voor de voorstel
len der sociaal-democraten. Hij ziet daarin
de zweep van den heer Knuttel.
Tevergeefs zoekt de S. D. A. P. sympa
thie voor haar voorstellen, omdat zij na
laat contact te zoeken met anderen en na
laat te trachten, de mentaliteit van ande
ren te begrijpen.
DE HEER SCHELLER SPREEKT.
Struisvogelpolitiek.
De heer Scliiiller (S.D.A.P.) consta
teert, dat verscheidene leden eerst de lof
trompet steken en daarna min of meer
schuchter critieb uitoefenen. Spr. noemt
dat struisvogelpolitiek. Wat de heer v. Es
gezegd heeft getuigt van volkomen onkun
de Hij geeft den heer v. Es in overwe
ging: Schoenmaker blijf bij uw leest. Spr.
wil iets zeggen omtrent openbare werken,
personeelszaken, grondpolitiek e.a. onder
werpen. Het is niet de vraag of er hard
genoeg gewerkt wordt, de vraag is: of er
op de juiste wijze wordt gewerkt. Spr. is
tot. de overtuiging gekomen, dat er nog
veel ontbreekt bij Gemeentewerken. Men
beschikt niet over voldoend geschoold
technisch personeel. Drie jaar geleden is
besloten tot reorganisatie, doch daarvan is
tot nog toe weinig terecht, gekomen. Er
behoort een grondig onderzoek ingesteld te
worden naar de organisatie van Gemeente
werken, niet alsof het daar een janboel zou
zijn, maar opdat er beter en sneller ge
werkt zal kunnen worden. Verder wil spr.
nagaan of er beter gewerkt kan worden
wanneer deze dienst diverse werken in
eigen beheer neemt. Spr. bepleit vervolgens
een goede opleidingsstelsel voor gemeente-
personeel, speciaal voor straatmakers. Met
de straatmakerij is het treurig gestelder
wordt roffelwerk afgeleverd en dat kan
ook moeilijk anders bij het tegenwoordige
uitbestedingsstelsel. Als er iets is, dat in
eigen beheer moet uitgevoerd worden, dan
is het de bestrating. Omdat spr. voorziet,
dat zijn voorstel dienaangaande wel ver
worpen zal worden, dient hij een subsidiair
voorstel in, om in de bestekken bij aanbe
steding de bepaling op te nemen, dat de
zelfde arbeidsvoorwaarden moeten gelden
als voor de gemeente-werklieden.
Daarna bomende tot de personeelsza
ken, verdedigt spr. zijn meening, dat het
Georg. Overleg het beste orgaan is om sa-
lariskwesties te behandelen.
Leiden is berucht dm zijn lage salaris
sen. Als wij in het college van B. en W.
zilting' hadden, zouden wij ons schamen,
als wij na 4 jaar nog niet in staat waren
om een behoorlijke salarisvegeling in
elkaar te zetten. De wethouder van on
derwijs weet wel tijd te vinden om aan
allerlei aanvragen om geld voor bijzondere
scholen spoedig te voldoen, en geld te ver
schaffen aan Katholieke instellingen die
daarmee propaganda voeren tegen allbs
wat niet Roomsch is.
Opnieuw „Zuiderzicht"
Omtrent de grond politiek is spr. het niet
met B. en W. eens. De gemeente dient dc
gronden rondom de stad aan te koopen en
in eigendom te houden, ten behoeve van
de stadsuitbreiding. Spr. haalt nog reens
het geval „Zuiderzicht" op. waarvan B. en
W. liefst zwijgen. Duizenden guldens zijn
hier in handen van bouwspeculanten ge
peeld, omdat de gemeente te goedkoop
heeft verkocht. Spr. dient ecu voorstel in
een onpartijdige commissie in te stel
len teneinde een onderzoek te doen naar
de affaire „Zuiderzicht".
Tenslotte behandelt spr. ook de werk
loosheid skwestie. B. en W. zeggen vol
doende gedaan te hebben voor werkver
ruiming en trachten dat. te bewijzen met
het cijfer van meer dan -2 millioen. in het
afgeloopen jaar uitgegeven voor de uit
voering van diverse werken. Spr. noemt
evenwel andere cijfers, waaruit blijkt, hoe
weinig dat beteekend heeft voor de werk
loosheid. Het aantal daarbij te werk ge
stelde arbeiders schommelt tussc-ben de 70
en 150. Ook wijzen B. en "W. op de 8 ton
uitgegeven aan de lichtfabrieken, doch
slechts 2 ton is daarbij voor loonen.
Kan liet college nu werkelijk zeggen,
dat het alles gedaan heeft, wat het kon
om cle werkloosheid te bestrijden. Meerma
len heeft de S. D. A. P. aangedrongen om
versnelling van het tempo der riolcerings-
werkzaamheden; dat is mogelijk, evenals
er nog meer werkzaamheden zijn, die ook
in den winter uitgevoerd kunnen worden.
Spr. verwacht- echter weinig van dit ka
pitalistische college.
Vervolgens protesteert spr. tegen de
uitlating van den heer Goslinga, die de
demonstraties der werkloozen een „dooie
boel" heeft genoemd. Heeft de heer Gos
linga soms gewenscht, dat er wanorde
kwam, om zoodoende de betoogers als ge
peupel te kunnen kwalificeeren. Spr. noemt
<^e woorden van wethouder Goslinga „min
derwaardig".
(De; Voorz. moest den heer Schüller ver
scheidene malen tijdens diens rede tot de
orde roepen wegens niet passende uitdruk
kingen).
HULDE AAN B. EN W.
De heer v. d. R e ij d e n voelt zich in te
genstelling tot de geuite critiek gedwon
gen een woord van hulde ie brengen aan
de werkzaamheid van B. en W. Van hen
kan niet worden verlangd, dat zij het werk
loosheidsprobleem oplossen. Ook de S. D.
A. P. kan dat niet. B. en W. doen wat zij
kunnen. De voorstellen der S. D. A. P. zijn
ieder jaar afgestemd, dat zal ook ditmaal
wel het geval zijn.
De voorstellen van den heer Mandors
zijn overbodig, want deze zaken hebben
reeds de volle aandacht van B. en W.
DE HEER VALLENTGOED.
Bezorgd over de pressie bij
Katholieken.
De heer Vallentgoed (S. D. A. P.)
dankt B. en W. voor cle instelling van een
dienstcommissie voor de politie.
Spr. dringt- vervolgens aan op opne
ming van het politiepersoneel in het Ge
organiseerd Overleg.
Omtrent de werkloosheid zegt spr., dat
de S. D. A. P. zoo weinig waardeering on
dervindt voor haar streven. Zij heeft toch
ook het recht en de plicht t «t opbouwende
critiek. Spr. betuigt zijn instemming met
de voorstel 1 en-Manders en luj hoopt, dat
deze de ruggegraat zal hebben om ze te
blijven verdedigen. "Want ze zullen wel
aan felle critiek bloot staan. Spr. herinnert
aan het geval van pater Vrijmoed, die zijn
proefschrift, waarin hij zuiver socialisti
sche stellingen neerschreef
De heer W i 1 m e r Nou, nou, dat zou
de heer v. Eek niet durven beweren.
De heer Vallentgoed: veer
tien dagen later weer moest intrekken, on
der pressie van boven af.
De heer v. Es heeft het socialisme ver
derfelijk genoemd; hetgeen spr. niet be
grijpt, cla ar dit toch niets anders wil dan
opheffiug van den arbeider. Het socialisme
wenscht materieele welvaart, zeker, maar
toch ook iets meer. "Wanneer de Christe
nen hun taak hadden verstaan, dan wa
ren er geen socialisten geweest.
Spr. komt dan nog eens terug op z'n
uiting, dat er onder de partijen der rech-
terzijde vaak pressie wordt uitgeoefend op
die leden, die wat al te democratisch zijn
en haalt voorbeelden aan. Spr. haalt de
encycliek „Rerum Novarum" aan en betoogt,
dat niet de uitwassen van het kapitalisme
worden veroordeeld, doch „het" kapitalis
me.
Een beroep op de Engelsche arbeid ers-
regeering, zooals de heer Wilbrink deocr
gaat niet op, omdat deze regeering slechts
aan het bewind blijft bij de gratie der
liberalen.
EEN NIET-POLITICUS.
De heer Zitman (V.D.) ziet hier niet
voor de politiek, daar doet hij niet aan.
(Algemeen gelach).
Hij vestigt dc aandacht, op den toestand
van den Zijlsiugel en cle z. i. verkeerde
wijze van reparatie. In tegenstelling met
den heer Schüller bepleit spr. om zoo min
mogelijk werken in eigen beheer te nemen.
Er is gesproken over overproductie; dat
is ook het geval bij de blinden, die hun
producten niet in voldoende mate kwijt
kunnen. Daarom doet spr. een beroep op
B. en W. om ecnig kapitaal beschikbaar
te stellen.
PRACTISCHE OPMERKINGEN
Dc lieer v. Rosmalen (C.H.) vraagt
hoe het staat met de Middelstegracht en
dringt aan op spoed.
Vervolgens breekt spr. een lans voor
het verplaatsen van de tramhalte aan de
Utrechtsche brug.
Verder dringt hij aan op bespoediging
van de nieuwe verordening op de openba
re vermakelijkheden. Hij dankt- B. cn W.
voor het voldoen aan eenige van sprekers
wenschen.
Daarna wordt de vergadering geschorst
tot 's avonds 8.15 uur.
AVONDZITTING.
REDE PARMENTIER.
De heer P a r m e n l i e r (A.R.) zal zich
bepalen tot eenige bestrijding van de
houding der S. D. A. P. en een woord van
hulde aan het college van B. en W.
De heer v. Eek heeft weinig principieels
naar voren gebracht; hij heeft de armoede
en de werkloosheid geweten aan het ka
pitalisme. Doch spr. is liet met den heer
Bosman eens. dat men de oorzaken van de
malaise moeilijk met zekerheid kan aan
wijzen. De H. Schrift geeft als grondoor
zaak van alle kwaad de zonde aan cn dat
is dc oorzaak, dat cle eene mensch ellende
lijdt en cle andere zich in overvloed baadt.
De heer v. Eek Wie van de twee is
de zondaar?
Do heer Par m entier: U weet heel
goed, dat het A. R. standpunt is, dat de
mensch als zoodanig de zondaar is. Spr.
gee'ft dan aan wat het doel is van den ar
beid dat is tweeledig, nl. levensonderhoud
voor zichzelf maar ook voor de behoefti-
gen.
Waar do individu te kort schiet, behoo-
ren cle kerkelijke organen te helpen. Heeft
de Christenheid haar plicht verzaakt, dan
komt de overheid, want de H. Schrift
zegt, dat- de overheid er is om der zonde
wille. Met het belastinggeld is er geen mo
gelijkheid om liefde uit. te oefenen.
Wanneer de Christenen het gebod Gods
onderhouden, kan de particuliere liefda
digheid heel wat doen, hetgeen spreker
aantoont met. hetgeen cle Gereformeerde
kerk in Leiden doet. Ilot gebod„Draagt
elkanders lasten", geldt nog heden.
Verschil in practijk.
Wat doet de S. D. A, P. op dit gebied
Adresseeren en requestreeren. En toch zijn
er in de S. D. A. P. mannen, die 10.000
en meer inkomen hebben. Kunnen zij en al
die partij-leden, die toch een behoorlijk in
komen hebben, niet ten minste iets doen?
Dat is het verschil in pract-iik van het
Christelijk beginsel en van de socialisten.
De heer v. Stralen Mag ik eens
even vragen....
De heer v. Eek Neen, je mag niet in-
terrumpeeren.
Dc heer v. Stralen Ja, laat hem
maar kletsen.
De heer W i 1 m e r Wij noemen uw
uiteenzetting toch ook geen geklets.
De heer Parmeutier Drink maar
liever uw thee en houd uw mond; als u zoo
tegen mij meent te moeten optreden,
Spr. brengt vervolgens hulde aan B. en
W. cn speciaal aan den arbeid van ge-
uiei'.Hewerken, met name ook aan den di
recteur van gemeentewerken.
De lieer v. Eek heeft in een vergadering
in de Gehoorzaal gezegd, dat het volk het
vertrouwen in cle overheid gaat verliezen
als B. en W. niet meer doen voor cle werk
loozen. Spr. vindt clat niet passend., dat is
opruiende taal, dat is de menschen doen
gelooven, dat zij werkloos zijn geworden
door de schuld van B. en W. De heer van
Eek zal dat waar moeten maken.
Er bestaat een commissie van werkver
schaffing, waarin ook de S. D. A. P. zit
ting heeft. Spreker heeft nog nooit een toe
ken van leven van dc commissie gezien.
I11 de commissie van fabricage heeft de
heer Schüller nog nooit een voorstel ge
daan om te komen tot. werkverruiming.
Nimmer heeft, dc S. D. A. P. kunnen aan-
toonen wat er meer aan werkverruiming
gedaan had kunnen worden.
Spr. wijst op de socialislischcn wethou
der in Dordrecht, die van het vervroegd
uitvoeren van werken geen oplossing van
hel. werkloosheidsvraagstuk verwacht. Het
Labour-kabinet is opgetreden met cle be
lofte, dat dit kabinet het land verlossen
zou van de werkloosheid, en het gevolg is,
dat dc werkloosheid verdubbeld is.
De S. D. A. P. heeft nog een toover-
woord en dat is medezeggingsohap. Met
veel reclame is aangekondigd, dat bij het
„Volk" medezeggenschap is ingevoerd,
eindelijk na 10 jaar doch dat is geen
medezeggenschap, het is niets anders dan
een recht, om mede te praten.
Spr. behandelt daarna de grondpolitiek.
Hij is geen principieelo tegenstander van
het geven van gronden in erfpacht, maar
kan niet inzien dat- dit de giondspecuiatio
zal tegengaan. Wel is spreker tegenstan
der van eigen beheer, dat komt veel duur
der uit. Omtrent cle Zondagswet kan spr.
zioh aansluiten bij den heer Mcijncn.
De heer v. Eek heeft erop gezinspeeld,
dat het volk in wanhoop wel eens over
slaat tot revolutie. Doch spr. waarschuwt,
dat 1915 zich dan zal herhalen.
Een persoonlijk feit.
De heer Eek vraagt het woord voor
een persoonlijk feit. De voorz. heeft toege
laten, dat de heer Parmenücr dc uitdruk
king „opruiende taal" heeft gebruikt, en
dat is veel beleadigeuder dan het woord
„nonsens". 11> spreek nooit met twee mon
den, wat ik in de gehoorzaal gezegd heb,
heb ik ook gezegd in den raad.
De voorz. merkt op, dat de heer Par-
mentier veronderstellend gesproken heeft.
Wanneer dc heer v. Eek mei kan bewijzen
wat hij gezegd heeft, zou hij misleidende,
dus opruiende taal hebben gesproken.
De hoer Kooistra is daar niet mee
tevreden. Zijn partij is beleedigd
De V oorz.: U heeft het woord niet.
De heer Kooistra vraagt het woord,
doch krijgt het niet-
B. EN W. DIENEN VAN ANTWOORD.
WETHOUDER RE1MERINGER.
Wethouder R e i m e r i n g e r antwoordt
den heer Groenevcld omtrent den Kori-
oven van het slachthuis cn geeft nadefe
inlichtingen. Evenzoo omtrent de badhuis
kwestie, welke de heer Kcolc heeft aan
geroerd.
WETHOUDER SPLINTER.
Wethouder Splinter dankt allereerst,
dc verschillende sprekers voor de woorden
van hulde aan B. en De heer v. Stra
len is niet tevreden omdat de uitgevoerde
werken weinig beteekend hebben ter be
strijding van de werkloosheid. Doch Ue
werken zijn inderdaad in versneld tempo
aan do orde gestald. Nieuwe wérken heeft
de heer v. Stralen met kunnen aangevem
De demping van het Levendaal en de'
nieuwe veemarkt hadden reeds lang klaar
kunnen zijn, meende de lieer v. Stralen.
Doch hij weet zeer goed, hoe de zaken
staan. Volgens den heer Mandors hebben
we te haru gewerkt. Spr. begrijpt dat niet.
De heer Manders heeft een belangwek
kende rede gehouden, doch deze had niets
met de begrooting te maken. Dc lieer Wil-
mer heeft voorgesteld de voorstellen Man
ders iu prae-advies le nemen, doch spr.
ontraadt dat. De in voorstel 1 voorgestelde
commissie acht spr. overbodig. Al die com
missies houden het werk tegen. Voorstel 2
is ook overbodig, B. en W. doen al huu
best om met voorstellen te komen. Aan
sporingen om tot woningbouw over te
gaan (voorstel -1) zijn al evenzeer overbo
dig. Voorstel 5 en li zijn reeds door andere
sprekers afgewezen, waarbij spr. zich aan
sluit.
Spreker constateert verder dal de sa
menwerking lussehcu Gemeentewerken en
Bouw- en Woningtoezicht niets ic wen-
sohen overlaat. Snellere behandeling van
de bouwplannen is vaak onmogelijk omdat
de teekeningen dikwijls onvolledig zijn,
zoodat vertraging niet de schuld is voor
dc Gemeentediensten.
Omtrent de kwestie-v. d. Boscli citeert
spr. de Woningwet, waaruit blijkt, dat li.
'er. W. niet anders konden handelen.
De heer Schuilei was het niet eens niet
de;organisatie van Gemeentewerkea. 'Spr.
kan niet inzien, dat cr iets aan ontbreekt,
en spreekt een woord van lof aan dieu
dienst. De heer Schüller wil een commissie
van onderzoek instellen, wat spr. vreemd
vindt, daar de commissie van fabricage
zoon onderzoek kan instellen. Omtrent
de kw estie van eigen beheer, merkt spr. op,
dat de heer Schüller zich blijkbaar ge
ïnspireerd heeft op Zaandam, doch daar
ging het om onderhoudswerken en dat ge
beurt hier reeds in eigen beheer. Wat
nieuwe werken betreft gevoelt spr. niets
voor eigen beheer, dat zou de gemeente
veel te duur uit komen. De lieer Schüller
heeft het werk der Stadsverbeiering te ge
ring geaelil. Er waren z.i. te weinig werk
lieden aangesteld, doch spr. merkt op, dat
wanneer er niets gedaan was, er heeletnaal
geen arbeiders te werk gesteld waren ge
weest. Alles bij elkaar zijn er werken uit
gevoerd voor 111 eer dan 2 millioen, dat rmrt
toch wel iets. Verder zijn er nog werken 111
voorbereiding, die binnenkort in den raad
zullen komen. Spr. noemt er eemgc on, zoo
als demping van het Lcvendnal. nieuwe
veemarkt, woningbouw enz. tot een totaal
bedrag van ƒ3.840.000. Voor het uitbrei
dingsplan wordt oen nieuwe teek en in g ge
maakt waarbij rekening wordt gehouden
met genomen besluiten en deze tcekening
moet eerst diverse instanties doorloo'pen,
zoodat liet niet gauw zal gaan. De kwestie
van de Middelstegracht i* nog niet opge
lost, dc gemeente 1- nog altijd in onderhan
deling niet de firma Tieleman en Dros. Dc
lieer Schüller wil de bestrating in eigen
beheer nemen, doch spr. heeft nog nimmer
gezien, dat eigen beheer voordeliger wajS.
Wordt het werk niet g ie l gedaan l»ij aan
besteding, dun is de aannemer aansprake
lijk. Blijft men doorgaan net lm: aunbe-
stedingssysteem, dan \ii de heer Schül
ler de arbeidsvoorwaarden gelijk stellen
aan die van het gêraeentepei «toneel, doch
spr. begrijpt dat niet, wam dc loonen der
straatinakers staan zeer noog aangeschre
ven. Don heer Zitman deelt spr. mode, dat
de Zijlsingel voorloopig 11 ie; zóó goed ge
repareerd wordt, omdat er binnenkort 1 en
siarariool gelegd zal worden.
Omtrent liet opruimen van krotten
zegt spr. dat de gezondheidscommissie
met werk overladen is, doch dat binnen
kort een plan, tot saneering v..n de binnen
stad zal binnenkomen. Do neer Kooistra
heeft aangedrongen op een woiiiiigbeurs,
doch zoo'n instituut heeft voor Leideu geen
zin, het kan geen bemiddelingsbureau voor
huurders zijn. Er is hier trouwens geen wo-
nictekort, al is er aan den anderen kant
ook geen reden om den woningbouw stop
te zetten. De heer Koöisira heeft Amster
dam ten voorbeeld gesteld, doch Amster
dam breidt zich veel snel let uit. Verder
heeft de heer Kooistra aangedrongen op
het bouwrijp maken van grond, maar het
college is in dit opzicht 'iccici genoeg.
Het stuk grond bij dc Marnixstraat komt
waarschijnlijk ook wel aan Je oeart. Om-