22ste Jaargang WOENSDAG 22 OCTOBER 1930 No. 6726 DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN BUITENLAND BINNENLAND 3)e £cicbofoe 0ou^omt DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling Voor Leiden 19 cent per week f2.50 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week f 2.60 per kwartaal Franco per postf 2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 I DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone advertentiën 30 cent per regel Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend Kleine advertentiën, van ten hoogste 30 woorden, waarin betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en verhuur, koop en verkoop f 0.50 Dit nummer bestaat uit drie bladen De instelling van bedrijfsraden De Minister van Arbeid, Mr. Verschuur, heeft een wetsontwerp ingediend, regelen de de instelling van bedrijfsraden wij geven een schematische samenvatting daar van onder de rubriek „Binnenland". In de memorie van toelichting, welke bij het wetsontwerp is gevoegd, geeft de Mi nister een korte uiteenzetting van de taak, welke z. i. de overheid heeft ten aanzien van de arbeidsverhoudingen. Wij willen dat gedeelte van de memorie van toelichting hier citeeren: Dat de overheid met betrekking tot de arbeidsverhoudingen een bepaalde taak heeft, wordt thans weinig meer betwist. Verschillende factoren hebben er toe bij gedragen deze gedachte meer algemeen te doen doordringen. Daar is in de eerste plaats het feit, dat het geheele bestaan van den arbeider van het productieproces afhankelijk is. Hij is de economisch zwak kere. Ook voor den vlijtigen arbeider be staat geen bestaanszekerheid. Achteruit gang der onderneming, maatregelen van rationalisatie enz., kunnen hem zijn posi tie doen verliezen, zonder dat de wijze, waarop hij zijn taak vervult, daartoe aan leiding geeft. Bovendien bedreigen hem dikwijls physieke gevaren, die zooveel mo gelijk moeten worden afgewend. Nog een andere factor vestigde de overtuiging, dat de overheid zich niet buiten de sociale verhoudingen kan houden. Het belang der gemeenschap eischt immers, dat het pro ductieproces zooveel mogelijk zonder schokken verloopt. Voor zoover de over heid in de gelegenheid is zulks te bevor deren, behoort zij ook langs dezen weg de algemeene welvaart te dienen. Over den inhoud van de sociale taak der overheid werd in de laatste vijftig jaar verschillend gedacht. Aanvankelijk bepaalde de overheid haar bemoeienis meer tot het weren van exces sen. Vandaar dat de eerste sociale wetten veelal van zeer beperkten aard waren. Zij waakten slechts tegen exploitatie van vrouwen en kinderen door een te Langen arbeidsduur, tegen het verrichten van ar beid onder gevaarlijke omstandigheden en zoo meer. De maatregelen, die gevaar voor het leven of de gezondheid moesten voor komen, trokken vooral de aandacht. Nadien werden niet alleen we-ttelijke voorzieningen betreffende den arbeidsduur van volwassenen getroffen en een stelsel van sociale verzekeringen ingevoerd, maar begon tevens de overtuiging veld te win nen, dat de overheid ook ten aanzien van de organisatie der verhouding tusschen werkgevers en arbeiders niet afzijdig mag blijven. Tot deze veranderde opvatting droeg bij het feit, dat het karakter der vakvereenigingen van werkgevers en ar beiders een wijziging heeft ondergaan. De groote uitbreiding, die de sociale wetgeving in de laatste 25 jaren heeft on dergaan, deed meer en meer de wensche- lijkheid gevoelen, dat de overheid zoo noo- dig onder haar toezicht, een deel van haar omvangrijke en moeilijke taak aan het be drijfsleven zelf zou overlaten. Voor zoover de overheid de uitvoering der sociale wet geving in eigen handen meende te moeten houden, bleek het toch van beteekenis, dat zij over deskundige inlichtingen van de belanghebbende groepen kan beschik ken. Ook daarom moet het worden toege juicht, dat de overheid organen in het leven roept, die een vast contact tusschen haar en het bedrijfsleven kunnen tot stand brengen. De vraag, die nu reeds aanstonds rijst, is deze: hoever moet de overheid met dit regelend optreden gaan? Naar de meening van den ondergeteekende moet de over heid in de eerste plaats consolideeren de gunstige resultaten, die in de sociale ont wikkeling van het economische leven wer den bereikt. Maar daarbij behoeft het niet te blijven. Zij kan bovendien de mogelijk heden scheppen voor een verdere ontwik keling van de organisatie van het bedrijfs- elven. Op deze wijze kan zij stimyleeren tot het bereiken van nieuwe resultaten. Op grond van deze opvatting moet on juist worden geacht het standpunt, dat de overheid de ontwikkeling van het overleg tusschen de vakvereenigingen van werkge vers en arbeiders geheel aan zich zelve kan overlaten. Men overschat de macht der overheid door reeds thans een bedrijfsorganisatie te willen tot stand brengen, welke wellicht eerst aan het einde van een lange ontwik keling kan worden verwezenlijkt. Wanneer men deze laatste alinea's leest en daarnaast legt het nieuw ingediend ontwerp inzake de bedrijfsraden, dan ziet men de overeenstemming tusschen die algemeene regels en dit concrete wets ontwerp. Het ontwerp gaat niet zóó ver, als door sommigen of velen ook onder ons wordt gewenscht. En o.i. terecht niet. Om dat men anders de macht der overheid zou overschatten; omdat men anders van bo- ven-af zou forceeren een organisatie, die' van onder-op moet groeien. Maar het ontwerp heeft ook duidelijk de strekking, om dien groei van onder-op te stimuleeren, te helpen en te bevorderen. Het bedoelde wetsontwerp in zijn grond trekken overziende kunnen wij er niet an ders dan onze sympathie mee betuigen. BELGIE DE VLAAMSCHE UNIVERSITEIT VAN GENT. Plechtige opening en eerste incidenten. De Maasbode-correspondent te Brussel seint: Gisternamiddag had te Gent de plech tige opening plaats van het eerste studie jaar der geheel Vervlaamschte staats-uui- versiteit. Waar Vlaamsche en Franschgezinde stu denten uit verschillende universiteitssteden naar Gent waren gekomen en voor onlus ten werd gevreesd, was een stevige politie macht ter been. Het groot auditorium der universiteit was geheel met belangstellenden gevuld, toen de academische raad, de gouverneur van Oost-Vlaanderen, de burgemeester van Gent en het professoraal corps hun intrede deden. De aftredende rector-magnificus, prof. Meeuwessen, hield een lezing over moder nen scheepsbouw; hierna gaf hij kennis van de verschillende benoemingen. Toen hij zeide dat prof. dr. Vermeylen voor een pe riode van drie jaar tot eersten rector- magnificus der Vervlaamschte-universiteit werd benoemd, werd deze mededeeling langdurig toegejuicht. Hierna nam rector Meeuwissen weer het woord ditmaal om de figuur van Vermeylen als schrijver en ge leerde te belichten, waarna hij hem de in signes van zijn rectorale waardigheid om de schouders hing. Prof. Vermeylen sprak vol lof over den scheidenden rector-magnificus over de ge dragslijn, welke hij als rector zou volgen zeide Vermeylen, dat hij absoluut buiten buiten de politiek wenschte te blijven. Hij wees de studenten op hun plichten en rech ten, zeide, dat de huidige universiteit te gen niets of niemand is gericht en dat hij zal trachten er iets groots van te helpen SPANJE. „WERKEN IS DE HOOFDZAAK". Een verklaring van koning Alfonso. Koning Alfonso heeft gisteren het regi ment Jagers te Zamorra geïnspecteerd. Hierbij heeft hij een redevoering gehouden, waarin hij krachtig betoogde, dat het volk zich niet behoefde te laten intimideeren. Tijdens de bezichtiging van industrieele werken, welke eenige uren later plaats vond, verklaarde de koning verder, dat de vraag, of Spanje een republiek zou worden dan wel monarchie zou blijven, volkomen onverschillig is, de hoofdzaak was, dat er wordt gewerkt. RUSLAND NIEUWE PRIESTERMOORD IN RUSLAND. Men meldt uit Berlijn: Te Krasnedarn hebben de bolsjewiki den Hoogeerw. heer Reth, deken van Keeban en apostolisch ad ministrator, gefusilleerd, alsook den pastoor van Novorossisk, Jac. Wolff. Zij waren onder het volk zeer bemind wegens hun zielenijver en herderlijke liefde. RUSLAND NEEMT REPRESSAILLES TEGEN LANDEN DIE ZIJN HANDEL BELEMMEREN. De Russische regeering besloot tegen die landen die den invoer van Russische goe deren beletten of beperken, repressaille- maatregelen op handelsgebied te nemen. Volgens een officieel bericht heeft het Ministerie van Hand opdracht, ontvangen geen opdrachten meer aan firma's der be treffende landen te verstrekken, of al thans die opdrachten tot de hoogst nood zakelijke te beperken. Verder zal het ministerie een plan op stellen volgens de bepalingen waarvan de invoer uit en het transitovervoer naar die landen zooveel mogelijk zal worden be perkt. Ten slotte zal Rusland zoo min mogelijk gebruik maken van de havens, spoorwegen en magazijnen van die landen welke den Sovjethandel vijandig zijn. Op het oogenblik, dat de nieuwe rector het academisch jaar geopend verklaarde en een strijkje de „Braban<;onne" begon te spelen, rezen alle studenten overeind en zongen uit volle borst de „Vlaamsche Leeuw", omdat dit op het programma stond. Tijdens dit incident met de „Braban^on- ne", verlieten enkele Franschgezinde pro fessoren en particulieren de zaal ten tee- ken van protest. Na de plechtigheden naar buiten gaand, zongen de studenten het „Wilhelmus" en Vlaamsche liederen. Zij gingen dan in de stad de manifesta ties voortzetten, waar het herhaaldelijk tot botsingen kwam met tegenmanifesteerende studenten. NOORWEGEN DE VERKIEZINGEN IN NOORWEGEN. Volgens de voorloopige nog niet volledi ge uitslagen der verkiezingen voor het Noorsche parlement zullen de communisten waarschijnlijk hun 3 en de arbeiderspartij 5 zetels verliezen, terwijl de conservatie ven vermoedelijk 6 en de linksche radicalen 2 zetels zullen winnen. De Noorsche volksvertegenwoordiging telt 150 leden, van wie er 50 door de ste den en 100 door het platteland worden CHINA HET WEGVOEREN VAN GEESTELIJKEN. Een bron van inkomsten voor de bandieten. Communisten hebben te Kian in de pro vincie Kiangsi den Italiaanschen bisschop Migani, met nog zes priesters en tien gees telijke zusters ontvoerd, onderscheidenlijk van Italiaansche, Fransche en Chineesche nationaliteit. Twee Chineesclie priesters werden gedood, maar bisschop Migani en nog een priester werden vrijgelaten om een regeling te kunnen treffen over een losprijs voor de anderen. AMERIKA ACTIE IN AMERIKA TOT HERZIENING DER SCHULDREGELING Investment News, een blad uit Wall- street, publiceerde gisteren een interview met McFadden, den voorzitter van de com missie voor bank- en valutazaken uit het Huis van Afgevaardigden, waarin deze öf wel een vermindering van de Duitsche her stelbetalingen onder het plan-Yong, óf een totale opschorting van de betalingen aan beveelt, gepaard gaande met een zeer in schikkelijke houding van de Ver. Staten ten opizchte van de geallieerde schulden. Duitschland, verklaart McFadden, staat voor een economische crisis. De Duitsche schatkist heeft een deficit van 300 millioen dollar en er moet iets gedaan worden om in dezen toestand te voorzien De tijd is nu gekomen om het probleem ronduit te Het vroegere parlement werd in Juni j.l. ontbonden. Voor zoo ver de resultaten van de ver kiezingen in Noorwegen thans te overzien, zijn de verkiezingen op een nederlaag voor de Noorsche arbeiderspartijen uitgeloopen. Deze partij zal minstens zes zetels aan de burgerlijke partijen verliezen. Een aanklacht tegen Iriyoyen c.s. Naar uit Bilenos Aires wordt gemeld, heeft de regeering van Argentinië tegen den voormaligen president der republiek Irigoyen en diens geheele kabinet een strafvervolging ingesteld wegens beweerde financieels onregelmatigheden. INTREEREDE VAN PROF. DR. J. H. THIEL. Dr. J. H. Thiel te Haarlem, benoemd vanwege het Leidsche Universiteitsfonds tot bijzonder hoogleeraar aan de teidsche Universiteit om onderwijs te geven in de oude geschiedenis, meer specrvii die den Hellenistischen tijd, heeft hedenmid dag zijn ambt aanvaard met het houden van een rede in het groot-auditorium ove.r: „De rol der persoonlijkheid in de Geschie denis der Romeinsche republiek". Spr wijdde eerst enkele beschouwingen aan de M'aag, welke rol de persoonlijkheid heeft gespeeld in de drie eerste eeuwen der Republiek. Fen van de opvallendste trekken van den oud-Romeinschen volks aard is naast volkomen absorteering in het practische leven een groote eenvor migheid, een sterk overwicht van de groep óver den individu, wat meer samenhangt met, een sterke remming in de geestelijke ontwikkeling. De adel, die Rome in deze eeuwen onafgebroken regeerde, was een stand van leiders, die in zijn geheel als groep, aanspraak maakte op de macht. De enkeling staat in den ban van de groep, de persoonlijkheid treedt terug. Dit komt tot uiting in de constitutie, de magistra tuur is in haar macht beperkt door de principes der annuïteit en collegialiteit, het zwaartepunt verplaatst zich naar de col lectiviteit van den Senaat, waarin de en kelingen schuil gaan. Men kan slechts spre ken van senaatspolitiek, groote staatslie den treden niet naar voren, de Komeinsche edelman is niet meer dan een representa tieve persoonlijkheid. Dit wil niet zeggen, dat Rome in dien tijd geen persoonlijkhe den van groot formaat voortbracht, maar als iemand van andere structuur dan het doorsnee-regententype zich persoonlijk trachtte door te zetten, werd hij door den adel ten val gebracht of althans in zijn macht beknot. Ook aan het militair genie bood de oude Romeinsche republiek slechts geringe gelegenheid tot ontploioing van zijn gaven, door de beperking van den ambtstijd. Ook hier treedt het beeld van den geroutineerd en doorsnee officier op den voorgrond, de Romeinsche veldheer is zelden van groote allure. Hier hangt mee samen het merkwaardig verschijnsel, dat de Romeinen zoo vaak zware neder lagen leden. Met de Punische oorlogen komt hierin sterke verandering. De verovering van wingewesten buiten Italië brengt de Ro meinen in contact met de Grieken. De Ro- meinschte aristocraat wordt plubocraat, de boer verarmt door de buitenlandsche oor logen, de Grieksche cultuur draagt hr» hare bij, om den Romeinschen geest los te maken uit zijn verbondenheid, het indivi dualisme doet zijn intree. Adel en boeren stand, vroeger de gemeenschappelijke dra gers van den geest van solidariteit, komen tegenover elkaar te staan en aan beide zijden treden machtige persoonlijkheden in den vernietigden burgerstrijd steeds meer op den voorgrond. Daarnaast dwingt de wereldpolitiek ook tot het geven van steeds grooter macht aan enkelingen op het ..oorlogsterrein buiten Italië. De nauwe banden der oude magistratuur worden steeds meer verbroken. Met de expansie buiten Italië begint tevens de ontwikke ling tot de monarchie die in Caesar en Augustus eindigt. Tot slot werd een beschouwing gewijd aan Smpjo, de eerste individueele persoon lijkheid in de Rom. Geschiedenis, die zich wist door te zetten en die den weg voor de latere ontwikkeling baande. De rede werd besloten met de gebruike lijke toespraken. VOORNAAMSTE NIEUWS BUITENLAND. Opening der Vlaamsche Universiteit te Gent. Nieuwe priestermoorden in Rusland. Wil Amerika de schuldenregeling her zien? Men vreest, dat het aantal dooden van de mijnramp te Alsdorf de 200 zal over schrijden. (2e blad). BINNENLAND. Ingediend is een wetsontwerp inzake de instelling van bedrijfsraden. (1ste blad). Opnieuw besprekingen in het drukkers- bedrijf. (1ste blad). Een stroopersdrama aan de grens onder Susteren. (Gem. Berichten, 3de blad). Een volksgericht te Heijthuizen. (Gem. Berichten, 3de blad). Vergilius-herdenking in het Academie gebouw. (1ste blad). Ambtsaanvaarding (prof. dr. J. H. Thiel (lste blad). EEN „EERVOLLE VERMELDING" VAN SOEUR AGNES. De beoordeeling van de faculteit der letteren aan de Vrije Universiteit. De faculteit der Vrije Universiteit te Amsterdam heeft gisteren tijdens de openbare senaatszitting in het Concertge bouw te Amsterdam gehouden haar oor deel kenbaar gemaakt, over de antwoorden op de prijsvragen, welke door den Senaat waren uitgeschreven. Fen van de inzendingen, aan welke een eervolle vermelding werd toegekend, was afkomstig van de eerwaarde Soeur Agnes van het Gezelschap Jezus, Maria en Jozef (in de wereld mej. M. Dicker), doctoranda in de klassieke letteren aan de Keizer Ka- rel Universiteit te Nijmegen en leerares aan het R.-K. Meisjeslyceum. Het was zooals reeds vroeger gemeld een antwoord op de vraag een beschrij ving en verklaring te geven van Augusti- nus' opvatting en beoordeeling van volks karakter en cultuur der Romeinen in „De Civitate Dei" IV. In haar beoordeeling overwoog de fa culteit der Letteren en Wijsbegeerte, dat de auteur zijn breede behandeling van de Romeinsche godenleer en philosofie ba seert op de stelling: „het is de godsdienst, die ons doet doordringen in het wezen van een volk". De houding van Augustinus te genover dit alles verklaart hij (men houde in 't oog, dat de faculteit, bij de beoordee ling van het geschrift, niet wist, dat de auteur een „zij" was), vanuit diens theolo gische opvattingen. Zijn conclusie luidt: „Naast den mensch, die in alles God zocht, leefde in Augustinus een persoonlijkheid met een diep gevoel voor het zuiver men- schelijk groote en schoone". Op te merken valt zeer zeker, dat de auteur de opvattin gen van den kerkvader omtrent de Romei nen te veel uit diens grondgedachten de duceert. Vandaar dat hij ze niet voldoende omschrijft en daarin ook geen tegenspra ken aantreft, op wier verklaring hij die per zou hebben in te gaan. Hij neemt bo vendien te gaarne dien wervenden toon over, dien Augustinus somtijds tegenover de Romeinen aanneemt. Hierbij dreigt de critische distantie, noodig voor de plaat sing van het onderwerp in breeder ver band, te geringer te worden. Zoo verwaar loost hij b v. te zeer het verband met het Neo-platonisme en geheel dat met Tyco- Intusschen geeft deze verhandeling blijk van een breede litteratuurkennis, de stijl is helder en de compositie overzichte lijk. Te loven valt ook, dat de auteur veel aandacht besteedt aan de historische om standigheden, waaronder de kerkvader schreef. Ook belicht hij Augustinus' opvat ting der historie van uit de romeinsch- christelijke traditie, het karakter van de Civitate Dei, den lezerskring, voor welken dit werk was bestemd en de daarmede sa menhangende zwakheid van betoogtrant. Met name staat hij stil bij de rol, die het tooneel in het Romeinsche leven van dien tijd speelde. Het geheel geeft blijk van bezonken oordeel.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1930 | | pagina 1