nen' it DINSDAG 7 OCTOBER 1930 DE NOORDWESTER STORM. Botter lek gestooten. Zondagmorgen om zeven uur gaf een mossel-botter van de Balsplaat bij Harlin- gen noodseinen. De motorreddingboot „C. A. den Tex" verliet daarop de haven om assistentie te verleenen. Het bleek, dat het schip, aan boord waarvan zich alleen de schipper K. bevond, Zondagnacht door den vliegenden Noord-westerstorm was overval len en lek gestooten. De schipper heeft toen den botter op het droge gezet. Het schip is aan zijn lot overgelaten en de schipper aan wal gebracht. Verdronken. Het 1-jarig kind van J. H. te Houtige- hage is in de vaart voor de ouderlijke wo ning geraakt en verdronken. Te Eindhoven is de 25-jarige J. v. M. wonende te Haaren uit een waterkuil opgehaald. De jongeman is aan de gevol gen overleden. Kunstaardewerkfabriek te Nijmegen afgebrand. Te Nijmegen is gisternacht de kunstaar dewerkfabriek der firma Elshout aan den Graafschen weg grootendeels afgebrand. De brand ontstond in het atelier, waar de bakovens staan. Het vuur deelde zich aan de omgeving mede via den schoorsteen, welke op sommige plaatsen gebarsten bleek. De vlammen sloegen door het pla fond van de eerste verdieping over en het geheele achtergedeelte der fabriek stond weldra in lichte laaie. De brandweer bestreed het vuur met vier stralen en slaagde erin de voorzijde der fabriek te behouden. Verzekering dekt de schade. Brand aan boord. Toen gistermiddag de 24-jarige schip persknecht. van de aan de Linker-Rotte- kade te Rotterdam liggende motorboot Appolonia den motor wilde aanslaan, is de motor in brand gevlogen De kleeren van den schippersknecht geraakten in brand en de man is dadelijk overboord ge sprongen. Hij heeft evenwel zulke ernstige brandwonden opgeloopen, dat hij in het ziekenhuis aan den Coolsingel moest wor den opgenomen. Het brandje in de boot. is met één straal op de waterleiding ge- bluscht. HET SMOKKELDRAMA BIJ PUFFENJORF. Een wilde jacht tusschen smokkelaars en douaniers. Het slachtoffer overleden. Omtrent het drama, dat zich bij Puffen- dorf heeft afgespeeld, meldt een der „Msb."-correspondenten nog: Duitsche beambten bemerkten een ver dachten Hollandschen auto, in de buurt van Gelsenkirchen, die in de omgeving van het kasteel „Rimburg" langs een zijweg over de grens was gereden. De beambten ach tervolgden onmiddellijk per motorrijwiel den auto. Toen de smokkelaars dit be merkten, gaven ze vol gas en de snelheid werd opgevoerd tot. 100 K.M. per uur. Het werd een wilde jacht tusschen de smokke laars en de douaniers. Nabij Puffendorf waren de beambten den auto zoo dicht genaderd, dat degene, die op den duo had plaats genomen, op den wagen kon schieten. En met succes. Een der achterwielen werd getroffen. Ofschoon de auto hevig begon te slingeren, reden de Hollandsche smokkelaars met nog groo- t®re snelheid door. Eerst nadat het wiel totaal was stukgeschoten en de wagen nog eenigen tijd op drie wielen had geloopen, stopten de smokkelaars. Intusschen waren de beambten dicht genaderd. Het gelukte den smokkelaars uit den auto te springen en over de landerijen te vluchten. De be ambten achtervolgden hen en sommeerden hen te blijven staan. Toen hieraan geen gevolg werd gegeven schoten ze met hun revolvers. Een der smokkelaars, de chauffeur, kreeg een schot in de linkerzijde, waarbij de lever werd doorschoten. Terwijl de beambten zich met den ge wonde bezig hielden wist de tweede smokkelaar, op een nog in der haast ge stolen rijwiel te vluchten en ontkwam. De zwaar gewonde werd, na voorloopig door een geneesheer te zijn verbonden, naar het. hospitaal te Linnich gebracht, waar hij Zaterdag is overleden. De smokkelauto bevatte 700 pond kof fie. Auto- en contrabande werden naar Aken gebracht. MALAISE OVER DE GRENS. Terugslag in ons land. Dagelijks komen te Venlo geheele fami lies, Nederlanders, die jarenlang over de grens gewoond hebben en daar steeds werk vonden. Zij hebben daar gedaan ge kregen en worden wegens werkloosheid en armlastigheid uitgewezen. Hier komen zij sleohts het leger der velen zonder inkom sten versterken. Het Italiaansche stoomschip „Edera" vlot. Men meldt uit Hellevoet-sluis: Nadat het Italiaansche sioomsohip „Ede- ra" gisterennacht op het uitgebrachte an ker meer naar diep water was gehiewd is de firma L. Smit en Co. te Rotterdam met behulp van haar sleepbooten „Rotterdam", „Blankenburg", „Kijkduin", „Maas" en „Ganges" er gisterenmiddag in geslaagd het schip af te brengen. De sleepbooten koersen naar de reede van Hellevoetsluis. Zooals men weet strandde het stoomschip op 11 September tijdens dikken mist op de Hinderribben. Er is 2600 ton lading be staande uit. graan gelost, welke thans te Hellevoetsluis in lichters is opgeslagen. De „Edera" zal moeten worden gedokt. DE LEIDSCHE COURAN1 DERDE BLAD PAG. |N! EEN BER00V1NG? Looper vermist 13.000. Gistermorgen heeft zich te Amsterdam een geval voorgedaan, waaromtrent de po litie volkomen in het duister tast. De jeugdige looper van een financieele instelling, gevestigd op de Keizersgracht bij de Hartenstraat, was uitgestuurd om enkele bedragen te innen. De jongen ging heen en kwam op dén gewonen tijd terug. Toen hij echter zijn tasch, waarin hij gewoonlijk de geldswaardige papieren be waart, openmaakte, bleek daaruit een be drag van ongeveer 13.000 te zijn ver dwenen. De jongen kon deze verdwijning niet verklaren. Een inderhaast, ingesteld onderzoek wees uit, dat hij het geld niet ergens had laten liggen. Het was althans nergens gevon den. Het is mogelijk, dat. men den jongen het geld heeft ontfutseld of dat hij het on derweg heeft verloren. De politie van een en ander in kennis gesteld, is onmiddellijk een onderzoek begonnen, dat in den loop van den dag tot eenig resultaat schijnt te hebben ge leid. Zij heeft den looper een verhoor doen ondergaan, dat echter weinig positieve gegevens heeft opgeleverd. Gisteravond was er nog niets naders bekend. Verduistering door reizigers. Bij de grossiersfirma N. V". Gebr. G. te 's-Gravenhage, die verschillende reizigers in vasten diens* heeft, werd dezer dagen fraude ontdekt-. Een ingesteld onderzoek bracht aan het licht, dat een van hen, de 54-jarige reiziger Th. C. B., in den loop der laatste jaren ten nadeele dezer firma verduistering moet hebben gepleegd tot een bedrag van ongeveer 3750. Tijdens het. onderzoek is gebleken, dat ook een andere reiziger der firma, de 38- jarige C. A„ verduistering van gelden op zijn geweten heeft, en wel tot een bedrag van pl.m. 1800 ten nadeele dezer N.V. Ook hij moet deze fraude in den loop van enkele jaren hebben gepleegd. Beiden zijn door de politie aangehouden. Inbraak. Zaterdagnacht hebben dieven ingebro ken in de Opelgarage te Sitt-ard. Ze heb ben voor ongeveer 800.aan goederen uit verschillende verhuurauto's buit ge maakt. De daders zijn onbekend gebleven. Hoogloopende familietwist. Zondagavond heeft een jongmensch in de Veerlaan te Rotterdam weer naar het mes gegrepen en een tegenstander daar mede ernstige verwondingen toegebracht. In het gezin van de familie G. aan de Veerlaan heerschte Zondag den geheelen dag oneenigheid. s Middags was mejuf frouw G. door een scheepsbouwer W. P. In 't H. mishandeld. De 22-jarige zoon, de los-werkman J. G., die partij voor zijn moeder trok, werd bij die twist aan de linkerhand verwond. Om op alle gebeurte- lijkheden voorbereid te zijn, siak hij een kleine, doch zeer scherpe dolk en een scheermes bij zich. Toen nu denzelfden avond om halftwaalf uur, In 't H. weer begon met ruzie te maken, trok G. de dolk en verwondde In 't H. zoodanig aan den linkerduim, dat dit lichaamsdeel in het ziekenhuis aan den Coolsingel moet-s ge amputeerd worden. Bovendien stak hij den scheepsbouwer met de dolk in de borst. Wel liep de man hierdoor ernstige kwetsuren op, doch hij behoefde niet in het ziekenhuis te worden opgenomen. J. G. is aan het. bureau Nassaukade in bewa ring gesteld. „Tel." De zomertijd te Bakel. Een „A. R. K. A.-man" vertelt in de* „Zuid w v.": Zondagmorgen te tien uur werd in de parochiekerk te Bakel, namens de Alge- raeene R. K. Ambtenaars ver eeniging de Hoogmis opgedragen tot intentie van den overleden secretaris dier gemeente den heer A. J. Erven. Een deputatie va-n het Helmondsche A. R. K. A.-bestuur toog er heen om den H. Dienst voor de zielerust van haar mede lid bij te wonen. Rust lag op dezen Zondagochtend over het eenvoudige dorpje, 't Scheen dat men alom, vermoeid van den dagelijkschen ar beid, deze morgenuren wilde benutten om zich nieuwe krachten te vergaren. We step ten tien minuten vóór tien. Eenzaam ligt daar het oude kerkje omgeven door een haag van rijwielen. Verwonderd kijken we elkaar even aan. Wonen hier zulke kernachtige katholieken, dat allen zich reeds tien minuten vóór den aanvang van den dienst in het kerkgebouw bevinden, bang dat slechts één moment van de plechtigheid voor hen- verloren gaat? Dan een blik op het torenuurwerk, tien minuten voor elf. Een geuniformde ordebewaker verschijnt en wordt aangeklampt Dan hooren we uit zijn mond: Heeren, het gezag bepaalde na lang en rijp beraad, dat de wintertijd voor Bakel eerst hedenmiddag zal aan vangen. Eerst wanneer de namiddagdienst in deze kerk heeft plaats gehad zal de klok worden teruggezet. Tableau. Als ambtenaren hebben wij eerbied voor elk gezag, waarom we dan ook in alle stilte de terugreis aanvaardden BIJ DE FAMILIE VAN COSTES Een redacteur van een der Parijsche avond bladen heeft een bezoek gebracht aan de fami lie van den Oceaanvlieger te Al'oias en ver haalt zijn ontvangst aldaar op de volgende wijze: De pachter van bet landgoed Maubcrt, waar de Freyssinet leefde, joeg de grommende hon den weg. „Klop maar op den luiffel", zeide hij. De eerste persoon, die verscheen was mevr. Costes, de moeder. Alleen al aan haar oogen zou ik ze herkend hebben. Eerst blijft ze daar staan zonder een woord te zeggen, tot Yvonne, de laatste der drie meisjes, de jongste, die door iedereen ver wend wordt, ook door Dieudonné, die haar op haar feest een auto ten geschenke gaf, nieuws gierig naar buiten komt en aan, haar blijdschap onmiddellijk te kennen is. „Laat mijnheer binnenkomen, moeder" zegt ze. De deur van de groote eetkamer gaat open. De blinden worden opengeslagen en het licht valt op den tinnen kandelabertusschen de bloemen, waarop acht dagen lang een kaars brandde ter eere der H. Maagd en beschijnt in een hoek tegen het plafond de radio-antenne, die door Costes zelf is geconstrueerd. „Vader komt dadelijk", zegt de moeder. Hij staat niet op". En natuurlijk praat ze al over haar zoon, haar beroemden zoon, wiens naam, die ook de hare is, met eerbied door heel de wereld genoemd wordt. Hij was de derde, tusschen de meisjes in. „En hier hebt u het portret van Camiile Cai- pel, dochter van mijn oudste, die pas geleden tot Schoonheidskoningin van Tanger geko zen is". „De heele familie is dus beroemd". „O, ja, zegt ze. Maar ik heb Dieudonné die reis wat afgeraden! Ga niet over de zee, d'r zijn er zoovelen, die er mee zijn omgekomen Maar hij, die nooit bang was, zeide: Bah! 't Is nu eenmaal mijn lot, als ik sterf. En dat is waar ook". Ze zucht en om haar ontroering te verher- gen veegt ze met een machinale beweging met haar voet over den vloer. Dan komt vader Costes binnen, die sinds zijn beroerte in de maand Januari liever op klompen dan op sloffen rondloopt. Hij is een echte Costes, groot, gespierd, stevig. De kleine stelt me voor. „Een mijnheer uit Parijs". Dan worden de kranten uitgeplozen, de foto's'worden bekeken, genoten wordt van de enthousiaste artikels. „Twee dagen tevoren hadden we hem ge schreven, legt moeder uit: Moeten we nu een maal dat kruis dragen, maak dan die reis, omdat je er zin in hebt", „Ja, zegt vader Costes, we waren vooral bang voor een panne. Met een motor kan het mis loopen en je weet niet waarom. Yvonne huilde, toen hij hier was: Je mag het niet doen. En Dieudonné, mijn zoon, klopte haar op den schouder: Kom, zusje, kalm, ik zal het niet doen, hoor! Maar nu, nu lachen ze allemaal". „Hij is nu dubbel commandant, commandant in het leger en van het Legioen van Eer". „Hij is er een van den ouden stempel", zegt de moeder. Uit een notenhouten hooikist baalt het zusje de diploma's van den grooten broer voor den dag en spreidt ze uit. „Gebreveteerd aan de school van piloten van Blériot te Etampes in Augustus 1909...." „Welk nummer?" „Ik weet niet meer... Ha, hier is het: num mer 1046". Dan zijn militaire brevets: korporaal Cos tes, gebreveteerd den lOden Juli 1915 op Maurice Farman na 88 vlieguren en 21 minu ten, 1039 landingen, opleiding van zeven pilo ten en deze kantteekening van kapitein Fas- sin: „Zeer goede piloot, heeft belangrijke dien sten aan de school bewezen". Nu is het zijn gloriedag, het geheele huis is vol van hem en de eene herinnering volgt op de andere, door elkaar, zooals .ze voor den geest komen. „In 1912 hij was toen 17 jaar vertelt vader Costes, waren er manoeuvres in het Zuid-Westen, 's Avonds zijn we toen uit Tou louse vertrokken, te voet, hij en ik. Midden in den nacht bekeek hij even de kaart met zijn zaklantaarn, keek toen naar de sterren: We moeten links af slaan, vader, daar is een brug, en een bank in het bosch van Pyonne. En het was ook zoo, we hebben er zelfs een stukje ge geten. Toen zei hij: daar in die buurt moet een batterij staan. En we hebben ze gevonden. Daar kwam een vliegtuig over de Save, tusschen de vijandelijke troepen in. Het was heel zeker de eerste, die hij zag en hij kon er zijn oogen niet van afkeeren: Wat is dat mooi, vader, zeide hij maar. Ik heb dat nooit vergeten en ik vond het wat knap van zoo'n kwajongen dat alles 's nachts op zijn kaart gezien te hebben en zoo in het donker die oude binnenwegen te volgen". „Later, vertelt zijn moeder, zat hij 's nachts te studeeren. Hij leerde aardrijkskunde. En boeken, als ie had, niets als boeken". Dan ziet ze hem weer heel klein. „Toen hij negen jaar was, hadden we een groote tuin te Caussade, en die moest bego ten worden. Wacht, moeder, zeide hij, ik zal je helpen". „En weet u nog, voegt het zusje er aan toe, dat hij, toen hij vier of vijf jaar was, stilletjes de klossen garen wegnam, die u noodig hadt om hoeden te maken en dat hij die om het maisveld heenspande. Altijd was met iets be zig. Maar het gebeurde ook wel eens, dat hij zijn eene schoen verloor en de andere aan een touwtje achter zich aan sleepte". „Neen. zegt moeder weer, stil zitten, kon hij niet. Nauwelijks kon hij loopen, of op een goeden dag klimt hij op een stoel en valt door het raam pardoes in het beekje achter het huis Ik heb altijd een zwak voor den jongen gehad maar hij kaapte alles weg van zijn oudere zusters". „Hij was nog heel klein, toen hij eens mijn geweer meegenomen had. Ik wist er niets van en hij zat kalmpjes in den tuin te Caussade meerkollen te schieten", vertelt de vader weer. Ze zien hem terug,, kleine kwajongen, op bloote voeten rennend door de velden van Gas- cogne, als leerling aan de ambachtsschool te Aix-en-Provence. „Van veel kletsen hield hij niet, maar hij wilde ook niet hebben, dat ze hem te na kwa men. Op zekeren dag had hij op school ruzie gehad met een kameraad. Een tijdje later moest hij brood halen en komt hij hem tegen Hij legt zijn mik op een tuinmuurtje en geeft zijn vriendje een geducht pak slaag. De meester zei van hem: Hij is de woeligste, maar hij leert ook het makkelijkste. Hij kende alles, wat hij weten wilde. Dikwijls ging ik naar Tanguines. Ik neem hem een keer mee en op den terugweg zeg ik hem: Het is nog ver. Wel neen, vader, zegt hij, zoo ver is het niet. Maar hoe weet jij dat dan? Weet u wat hij deed? Hij ging er vogel nestjes uithalen, ziet u... Het is zooals met zwemmen. Met alle geweld wilde hij zwemmen en daar springt ie me te Toulouse naast het gasthuis zoo maar in de Garonne. Vijftien me ter diep! Maar hij is nu ook een zwemmer! Vertikkeme!" En zoo gaat het maar door, steeds door. Zij zouden nooit meer ophouden met vertellen over hun grooten zoon, beroemd als Lindbergh. „Wanneer hij van hier weggaat, zijn zijn oogen altijd vochtig. Het is me opgevallen. Hij heeft een goed hart. Zooals Bayard zou hij kunnen zeggen: Sans peur et sans reproche. Voor zijn vertrek heeft hij ons nog twee mil- lioen gestuurd". „Dat had je niet moeten zeggen", vermaant moeder. „Integendeel, dat toont zijn karakter en wat voor soort mensch hij is. Hij heeft ons nooit in den steek gelaten". „Neen, zeker niet". „De laatste keer, dat hij hier was, heeft hij een stuk braakland met den tractor omge ploegd en een smidse voor ons uit Parijs mee gebracht. En als hij terugkomt, heeft hij be loofd er een vuurplaats bij te maken. Want handig is ie. Een keer heeft hij zelf op' aan wijzingen van een cataloog een naaimachine in elkaar gezet. Het spaarde vijftig franks uit en het was even goed". „Het zijn alleen maar zijn groote reizen, die hem altijd bezig houden". „Toen hij in Indië moest landen bij de wil den, waarmede hij zelfs niet praten kon, was zijn radiotoesteel kapot, net zooals dezen keer en zijn we acht dagen zonder nieuws gebleven. We zaten ons op te eten van de zenuwen. Dachten, dat hij verloren was". „Het is Onz Lieve Heer, die het gewild heeft. Want, ziet u, we zijn geloovig. Hij trou wens ook. We zijn nu eenmaal zoo opgevoed, ziet u? „En zult u hem nu bij u houden?" „O ja, reken maar, hij moet zich niet meer zoo blootstellen". „Maar u komt toch in Parijs om hem af te halen?" „We zouden wel willen". „Ik ben eens in Parijs geweest, zegt vader Costes, om er een kleindochtertje te helpen geboren worden. Dezen keer ga ik naar Tou louse. We zijn er geweest, toen hij terugkwam van zijn reis om de wereld. Ze kunnen me daar feest vieren in Toulouse!" „En in Parijs dan! Dat zult u eens zien!" De trots straalt hun de oogen uit. Zoo'n zoon te hebben! „En te Caussade, waar vader 15 jaar werk baas was op de fabriek van Chantecorps, te Septfonds, waar den 4den November 1893 Dieudonné geboren werd, te Albias, te Toulou se, te Villedieu, overal is het feest...." Nu zijn er al drie steden, die om de eer vechten zijn geboorteplaats te zijn. Heel Cas- cogne is trotsch op hem, zooals heel Frank rijk. „Laatst is het de notaris van Albias ge weest, die ons waarschuwde: „Hij is geland, u hoeft niet bang meer te zijn". En door de radio hebben we de toejuichingen gehoord en de speeches en al die gloriegolven, die op haar beurt ook de Oceaan overstaken". Costes onsterfelijk! Hun zoon! Hun Dieu donné! De kleine kwajongen, die klappen uit deelde aan zijn kameraden, vogelnestjes uit- haalde, zich zat dronk aan frissche lucht en zonnelicht, eigenzinnige schooljongen, leergie rige knaap, handige mecanicien, aviateur, sol daat, triomphator! „Te Villedieu, vertelt een buurman, gaf hij zoo maar op een goeden dag 200.000 fr. aan zijn vader. Koop alles, wat je noodig hebt, vader, ik wil niet, dat je in moeilijkheden zit" De aas der azen is van boerenras, geduldig en vasthoudend, die de wereld overbluft door zijn stoutmoedigheid en doorzetten: drie jaar wachten, dan een vleugelslag, een machtige slag en hij heeft overwonnen. Nog even een kijkje op de plek waar hij ge boren is. Het is 50 KM. van Montauban, te Septfonds, historisch dorpje op den weg van Villefranche, waar binnenkort feestelijk een gedenksteen op het geboortehuis onthuld zal worden. Madame Costes is meegegaan, vader Costes ook en het zusje trippelt mee. En wanneer ze voorbij gaan, groet hen iedereen. „37 jaren geleden", mompelt mevr. Costes. Al de dorpskinderen zijn als vliegen ver zameld onder de kamer, waar de koning van de lucht ter wereld kwam. De fotograaf drijft ze uiteen: „Als jullie over den Oceaan zijn gevlogen, zullen we jullie ook kieken. Maar niet eerder". En met één roep barst het volk los: „Zoo als Dieudonné". J. W. KOLKMAN. BUITENL. BERICHTEN» EEN PATER, DIE DE GEVANGEIfg WAS VAN COMMUNISTEN. Wat de ongelukkige van hen te 'oe verduren had. je Na een gevangenschap van vijf ma» de den in de kerkers der communisten pater Vagnette (van het. Parijsche sejé>el narie) in zorgwekkenden toestand opgeflt. men in het ziekenhuis te Hongkong, nei Een correspondent, '1;e pater Vagne?an daar heeft bezocht, i It ons daarc^e trent nog de volgende .jijzonderheden: len, „Pater Vagnette is zoo zwak, dat hij :Ten geen nauwkeurig verhaal kan doen t, re hetgeen hij allemaal heeft, geleden. M® g wat hij thans vertelde, geeft ons toch rei een beeld van hetgeen hij te verduf" had. De plaats, waar hij gevangen werd J houden, was gelegen in een der bergp; sen in het Zuiden. Hij lag op een so: mat onder een oude loods, waar hij i K voldoende tegen weer en wind beschut 1$ F, Hij werd geregeld bewaakt door de sok ten, die opdracht hadden gekregen T)o hem nu en dan eens flink af te ransel^d Het voedsel, dat hem werd toegedier^ bestond uit een beetje rijst met afval tg rauwe aardappelen. Tenslotte werd pater Vagnette tg- zwak, dat hij zijn hand niet meer naar zijn mond kon brengen. De zieke hL^ innert zich nog alleen de eerste dagen zijn gevangenschap: de overige weken ifyy uit zijn normalen gedachtengang verdt^ De ongelukkige pater maakt den indiierJ als van iemand, die zich in hypnotisch1, toestand bevindt. Hij kan zich alles meer herinneren, wat er gebeurd is; zijn reis van de gevangenis naar Hongkcr^ weet hij niets meer. :aE Pater Vagnette kan niet meer gaan -y staan. Slechts met behulp van twee ni«oei broeders, die hem overeind hielden, k g men hem fotografeeren. Op het oogenblik doet men alles hem zoover op krachten te brengen, de() hij weer in staat zou zijn, om een ri,e^ naar Europa te ondernemen". uj. iel DE ANDREE-OVERBLIJFSELEN Tl*; STOCKHOLM. jifi Huldiging der dooden. De kruiser „Svenskund" is met de stoflal lijke overschotten van de leden der exp J ditie Andree gistermiddag in de haven t°] Stockholm binnengeloopen. Op de ka<T3 waren o.a. aanwezig vertegenwoordigeie! van de Zweedsche en Noorsche regeerii^i gen, benevens vele vereenigingen. f Als saluut werden kanonschoten gelost toen de doodkisten aan land werden ge31 dragen, waar een korte plechtigheid plaat10 vond. Vervolgens werden de kisten overgfk bracht naar de groote kerk in de ou<F' stad van Stockholm. Dichte drommen me;!1 sc-hen aanschouwden d9n voorbijtrekkende: stoet. De begrafenisplechtigheden werden g£e leid door den eersten predikant van Stoc^' holm. Na dezen werd het woord gevoeg door aartsbisschop Soederblom. De Zwee?1! sche koning legde den eersten krans. Tot Woensdag a,s. blijven de kisten ii*>i het kerkkoor opgebaard. Gisteravond von?" op het raadhuis een herdenkingsplechtij heid plaats, waar prof. Gerhard de Geea sprak over de beteekenis van de expeditie1' And ree. AARDBEVINGSSCHADE IN TEHERA1 v Een Reutercorrespondent heeft het dooi^ aardbevingen geteisterde gebied van den Damavend-vulcaan in Perzië bezocht en ed talrijke verwoeste dorpen aangetroffen. De inwoners zijn gevlucht. Bij de aardjj bevingen werden drie personen gedood e:< talrijke gewond. I In den loop van den dag heeft men nol eenige lichte aardschokken waargenomen^ Storm en noodweer. Een hevige storm, die van hagelbuien vergezeld ging, heeft van 3 vliegtuiglood-j sen van het vliegregiment te Le Bourgeii de daken afgerukt. Twee vliegtuigen werden vernield et verschillende andere ernstig beschadigd. 1 Uit Freiburg (in Breisgau) wordt ge-| meld: Er woedt hier een storm in Zuid-I Westelijke richting, die zich van tijd toi tijd voortbeweegt met een snelheid vat vijftien kilometer per uur en aanzienlijke schade heeft aangericht. Uit le Havre wordt gemeld dat gister nacht een hevige Z.-O. storm gewoed heeft die ook hedenochtend nog aanhield. Van morgen is een visschersboot uit Honfleui gezonken; de bemanning is gered. Korting Albert aan een groot gevaar ontsnapt- Koning Albert, van België is bij zijn jongste tochten in de Dolomieten ternau-i wernood aan een groot geva-ar ontsnapt. Naar de Italiaansche bladen melden, was hij bezig een der hoogs-te bergtoppen te beklimmen, toen een rots, waarop hij stond, losraakte, waardoor hij bijna in een afgrond viel. Doordat 's konings gids, Agostdni, het touw, waaraan de koning met hem ver bonden was, stevig wist vast te houden, werd de vorst voor een val behoed. Intusschen viel het gevaarlijke rotsstuk in een ravijn van bijna 1500 voet diepte.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1930 | | pagina 10