UIT DE RADIO-WERELD
WEEK-END
UED VAN DEZEN TIJD
ZATERDAG 20 SEPTEMBER 1930
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. 7
Programma's voor Zondag 21 September.
Huizen, 298 M. Na 6 uur 1071 M.
8.309.30 KRO. Morgenwijding.
9.50 NCRV. Kerkdienst vanuit de Geref.
kerk (Tidemanstraat-kerk) te Rotterdam
Delfshaven.
12.011.30 KRO. Concert. KRO.-Sextet.
I.302.00 KRO. Godsdienstonderricht
voor ouderen.
2.002.30 KPtO. Fred. Thomas: „Amster
dam en Amsterdamsch leven ten tijde der
Camera".
2.304.15 KRO. Concert. KRO.-Sextet.
4.155.00 KRO. Ziekenlof.
5.50 NCRV. Kerkdienst vanuit dc Ned.
Herv. Kerk (Oude Kerk) te Katwijk aan
Zee.
7.458.10 KRO. Weleerv. Pater F. v. d.
Borne O.F.M.: „Katholieke Kerk en Be
schaving: I. De Kerk redt de Beschaving.
8.1010.40 KRO. Concert KRO.-Orkest.
9.30 KRO. Nieuwsbeer.
10.4011.00 KRO. Epiloog door Klein
Koor.
Hilversum, 1875 M.
9.00 VARA-uitzending.
10.30 VPRO Kerkuitz. vanuit de Vrije
Gemeente te Amsterdam.
12.0112.30 AVRO. Radio-Volks Uni
versiteit. Riuke Tolman: „De komende
herfst".
12.302.00 AVRO. Concert. AVRO-Octet.
2.002.30 AVRO. Boekenhalfuurtje. Be
spreking van Friesche letterkunde in het
Friesch.
2.303.00 AVRO. Gramofoonpl.
3.004.15 AVRO. Concert. „Zaanland-
sche Kapel". Zusterkoor „Duin en Bosch".
4.155.00 AVRO. Gramofoonpl. Sport
nieuws.
5.00 VARA-uitzending.
8.00 AVllO. Tijdsein, pers- en sport
nieuws.
8.108.00 AVRO. Aansl. Concertgebouw
te Amsterdam. Het Concertgebouw-Orkest.
9.009.15 AVRO. Piano-dVetbeh door
Paul Schramm en Diny Soetermeer.
9.1510.00 AVRO. Concert. Het Versterk
te Omroeporkest.
10.0010.15 Vervolg Pianoduetten.
10.1511.00 Vervolg orkestconcert.
II.0012.00 Gramofoonpl.
D a v e n t r y, 1554.4 M.
3.20 Kerk-contate No. 17 van Bach.
4.05 Kinderuurtje.
4.20 Lezing.
4.35 Concert.
5.50 Piano-recital door Elsie Hall.
6.206.35 Bijbellezing.
6.50 Kerkdienst.
8.15 Kerkdienst.
9.05 Liefdadigheidsoproep.
9.10 Nieuwsber.
9.25 Concert.
10.50 Epiloog.
„R a d 1 o-P a r i s"r 1725 M.
12.50 Gramofoonpl.
1.05 Gramofoonpl.
2.20 Gramofoonpl.
4.50 Gramofoonpl.
7.50 Circus Radio-Paris.
8.20 Concert. Orkest en solisten.
Langenberg, 473 M.
7.208.20 Orkestconcert.
8.208.50 Gramofoonpl.
9.2510.20 Morgenwijding.
I.202.50 Orkestconcert.
4.506.20 Concert. Orkest en kwartet.
Intermezzo: Sportverslag.
8.30 Orkestconcert. Daarna tot 12.20:
Dansmuziek.
Kalundborg, 1153 M.
12.201.20 Orkestconcert.
2.504.50 Orkestconcert en voordracht.
4.505.20 Kinderuurtje.
6.407.10 Liederen-voordracht.
8.209.20 Orkestconcert en zang.
9.5510.15 Piano-recital door F. Jensen.
10.1511.15 Orkestconcert.
II.1512.50 Dansmuziek.
Brussel, 508.5 M.
2.50 Verslag van den voetbalwedstrijd
BelgiëTsjecho-SlowaJiije.
5.20 Dansmuziek.
6.20 Kinderuurtje.
6.50 Gramofoonpl.
8.35 Operette-uitz. „Yes Kitty" van Max
Alexys.
Z e e s e n, 1635 M.
6.50 Lezing.
7.20 Concert.
8.20 Lezingen.
9.10 Klokkenspel.
9.25 Morgenwijding, klokgelui.
10.2511.50 Lezingen.
11.50 Orkestconcert en toespraken.
I.10 Orkestooncert.
2.50 Lezing.
3.20 Pianospel door A. Jacob-Loewen-
nohn.
3.50 Lezing.
4.20 Orkestconcert en sportverslagen.
6.508.10 Lezingen.
8.20 Concert. Orkest en zang. Daarna tot.
12.50: Dansmuziek.
Programma's voor Maandag 22 September.
Huizen 1071 M.
Uitsluitend N.C.R.V.-uitzending.
8.159.30 Concert.
10.3011.00 Ziekendienst.
II.0011.30 Lezen van Chr. Lectuur.
12.301.45 Orgelconcert door Jan Zwart.
2.002.35 Uitz. voor scholen.
2.353.15 A. J: Herwig: „Iets over grond-
/erbetering".
3.153.45 Cursus Knippen.
4.005.00 Ziekenuurtje.
£.006.30 Concert door het Delftsch
Trio
£-30- -6.40 Kozrsen.
f.40—*20 Declamatie door H. Foenstra.
iJ.auz* (muliïc).
1 V)8.00 L: J. v. Engeland: „Gevaren
yan e.etir.citeit".
S.0011.30 Uitzendavond. Avond voor de
Christelijke Pers. Sprekers: H. Diemer, A.
Zijlstra, Mr. Dr. J. Schokking. Muzik. me-
dew. Chr. Zangvereen. „Jehaleël", A'dam,
„Trio v. d. Horst".
Hilversum, lS7o M.
Uitsluitend V. A. R. A.-uitzending.
8.00 Gramofoonpl.
10.00 Morgenwijding VPRO.
10.15 Voordracht door Jenny Fransman.
10.30 Ziekenuurtje.
11.30 Gramofoonpl.
12.00 Politieber.
12.15 Concert. VAR A-Septet.
I.45 Gramofoonpl.
2.30 Ned. schrijvers en dichters voor de
microfoon. Herman Middendorp leest uit
eigen werk.
3.15 Zang door Mary Sablairolles.
4.15 Orgelspel door Joh. Jong, afgew.
door gramofoonpl.
5.^0 Concert. VARA-Orkest.
6.15 Is. Santcroos: „De Amsterdamsche
Brandweer".
6.35 Vervolg concert.
7.15 Mr. J. H. Schultz van Haegcvi:
„Noodzakelijke verbeteringen in het Ge
vangenis -en Reclaeseeringswezen".
7.45 Politieber.
8.00 J. G. Pater: „De Postvluchten naar
Indië".
8.15 Concert. Utrechtseh Stedelijk Or
kest. Inleiding door Eli Bomli. Voordracht
door Martien Beversluis.
10.30 Concert. VARA-Mandoline Ensem
ble.
II.00 Grom'ofoonpl.
D a v e n t r y, 1554,4 M.
10.35 Morgenwijding.
11.05 Lezing.
12.20 Orgelspel door E. T. Cook. A. Car
negie (bariton).
I.352.20 Orkestconcert.
2.30 Uitz. voor scholen.
3.40 Dansmuziek.
4.35 Concert.
5.35 Kinderuurtje.
8.05 Lezing en Nieuwsber.
7.00 Koorzang.
7.25 Lezingen.
8.05 Liederenvoordracht door A. Filipo-
va (sopraan).
8.20 „R.U.R." van Karei Capek.
10.00 Nieuwsber. en Lezing.
10.40 Concert. Orkest.
II.2012.20 Dansmuziek.
P a r ij s „R a d i o P a r i s", 1725 M.
12.502.20 Gramofoonpl.
4.05 Orkestconcert en soli.
8.20 „Harmonie". Blijspel van Henri Du-
vernois.
9.50 Solisten-concert.
Langenberg, 473 M.
7.257.50 Gramofoonpl.
7.508.50 Orkestconcert.
10.35-r-ll.15 Gramofoonpl.
12.30 Gramofoonpl.
1.252.50 Concert. Orkest en bariton.
5.506.50 Orkestconcert.
8.20 Concert. Orkest, sopraan en tenor.
Daarna tot 12.20: Orkestconcert.
Kalundborg, 1153 M.
12.202.20 Orkestconcert.
3.555.55 Orkestconcert en voordracht.
8.359.50 Voordracht en zang.
9.5010.05 „Aestetik". Hoorspel van Ella
Bystrom.
10.2511.20 Kamermuziek. Fluit, viola en
guitaar.
Brussel. 508.5 M.
5.20 Trio-concert.
8.35 Orkestconcert. Zang. Dansmuziek.
Zeesen, 1635 M.
6.057.20 Lezingen.
7.207.50 Gramofoonpl.
10.2012.20 Lezingen.
12.201.15 Gramofoonpl.
1.152.20 Berichten.
2.202.50 Gramofoonpl.
2.504.50 Lezingen.
4.505.50 Concert. 1
5.508.20 Lezingen.
8.20 Concert. Orkest en solisten. Daarna
tot 12.50: Dansmuziek.
WAARVOOR DIENT DIT EN DAT?
II.
Dc antenne dient dus om zooveel moge
lijk energie van het zendstation op te van
gen. Er zijn echter zooveel zendstations
die in alle richtingen ethertrillingen op
wekken en moet de antenne dus van al die
stations energie ontvangen, hoe krachtiger
energie en hoe dichterbij hoe sterker ook
de ontvangen energie zal zijn. Het wordt
in den luidspreker dan een mengeling van
Nedorlandsch, Fransch, Duitsch etc. etc.
Inderdaad zijn de ebhertrillingen van
alle omroepstations rond de ontvanganten-
11e aanwezig, doch in het radiotoestel zijn
de middelen aanwezig om keuze te maken
uit al die verschillende zenders. Dit wordt
natuurlijk mogelijk gemaakt door de zend
stations zelf die alle op een verschillende
golflengte werken. Nu laat zich dit het
eenvoudigste verklaren door het voor te
stellen alsof elke zender een andere spoel,
kleiner of grooter gebruikt en een kleine
ren of grooteren condensator. Daardoor
wordt de aard van de electrisohe energie
gewijzigd. Gebruikt het zendstation Hil
versum (1071 M. golflengte) nu een spoel
110. 100 en een condensator van 300 c.M.,
dan moeten we in ons ontvangtoestel ook
zoo'n zelfde spoel en condensator gebrui
ken om Hilversum te ontvangen. In wer
kelijkheid is dit geheel anders. Men ge
bruikt wel spoelenden condensatoren doch
van geheel andere constructie. Er is voor
een zeker golflengte een zekere zclf-induc-
tie en capaciteit noodig. Ook de antenne
Niet alleen Radio-toestellen,
maar ook OI
LUIDSPREM
bezit deze eigenschappen en te zamen be
palen ze de golflengte.
De ontvang-antenne laat alleen die ener
gie door, waarop het ontvangtoestel staat
afgestemd, d.w.z. die eene golflengte wofdt
ontvangen te bepalen door de spoel en
condensator-grootte. Om keus te kunnen
maken moeten we dus verschillende spoe
len kunnen inschakelen en verschillende
condensatoren, n.l. die overeenkomen met
de zendstations. Daarom bevindt zich in liet
toestel een spoelhouder waarin we diverse
spoelen kunnen plaatsen. Daaraan is ver
bonden een z.g. variabele condensator,
d.w.z. een condensator die we zelf met oen
knop kunnen instellen op' alle gewensohte
waarden tusschen 0 en 500 c.M. (capaciteits-
rnaat). Een variabele condensator is veel
eenvoudiger dan een verzameling van vaste
condensatoren. Voor de afstemming is liet
noodzakelijk dal de condensator gedraaid
kan worden op een groot aantal uiteenloo-
pende waarden. Door de practijk weten we
dat Hilversum (1071 M.) afgestemd kan wor
den met een spoel 110. 150 en den variabe
len condensator op pl.m. 10, doch ook niet
spoel no. 100 en den condensator op 90. Het
gaat hier alleen om een bepaalde combina
tie van zelf inductie ^(eigenschap van de
spoel) en capaciteit (eigenschap van den
condensator). Het zou ook mogelijk zijn
Hilversum af te stemmen mét een spoel no.
125 (het getal geeft het aantal windingen
aan) en den condensator op 45, of een spoel
110. 135 en een condensator 35. Hoe kleiner
de spoel wordt hoe hooger de condensator-
De spoel en condensator zijn verbonden met
de antenne en vormt, het geheel een z.g.
eclclrische slingerkring die we afstemmen.
Is die kring afgestemd op 1071 M. golfleng
te dan zal het station Hilversum ook het
krachtigst doorkomen. De variabele con
densator bestaat uit twee in elkaar draaien
de platenstelsels, onderling geïsoleerd van
elkaar. Wanneer deze beide platenstelsels
geheel uit élkaar gedraaid staan heeft de
condensator op de afstemming geen in
vloed. De capaciteit is dan 0 (nul), Pas
wanneer we ze in elkaar gaan draaien doet
hij dienst. De oppervlakte van de draaibare
platen die tegenover de vaste platen staat
bepaalt de capaciteit. Staan de draaibare
platen geheel tegenover de vaste platen,
dan is do maximum-capaciteit, bereikt. De
vaste platen zijn minstens even groot als
de draaibare platen. Hoe grooter de platen
zijn (vaste en draaibare) hoe grooter do
capaciteit. Hoe meer platen er zijn of hoe
dichter zij bij elkaar staan ook hoe grooter
de capaciteit is. Indien men twee variabele
condensatoren van verschillend fabrikaat
naast elkaar ziet en dc eene is grooter <lan
de ander, bezit de kleinste meer platen uf
staan deze dichter bij elkaar. W. P.
Vragen op radiogebied worden voor onze
lezers gratis beantwoord door onzen radio
medewerker W. Peeters, Amsteldijk 92,
Amsterdam Z.
In de kerkramen, zei Rudi.
Met groote vleugelen, voegden de andere
kinderen er aan toe.
Noem mij dan eens een Engel.
Er volgde een stilte, zooals mijnheer Fen-
kel in zijn klas wis nooit had bijgewoond. Hier
zwegen de kleine snaken der „openbare" tot
dat mijnheer Pastoor de geschiedenis van Ra
phael, den reisgezel van den jongen Tobias,
geëindigd had. Vol verrukking luisterden zij
naar de lotgevallen van den dapperen jonge
ling en de wonderbare genezing van zijn vader.
Aller oogen schitterden van genot en vroolijk
en opgewekt gingen zij na deze onderhouden
de les huiswaarts.
's Avonds vertelde Rudi over de verschij
ning van den aartsengel. Van vader kreeg hij
een dubbele portie van het dessert, omdat hij
het verhaal zoo goed had weergegeven, en
moeder beloofde hem 'n groote verrassing voor
den volgenden dag.
's Morgens vro%g al, bij zijn ontwaken, was
zoo niet de eerste gedachte van Rudi, toch zijn
eerste woord om naar de beloofde verrassing
te vragen.
Die krijg je als je vandaag op school
goed je .es kent, antwoordde mama Laraier.
Wees maar niet bang, mama, het is
„oude geschiedenis": Assyriërs, Egyptenaren,
Israëlieten. Ik weet er dezen keer meer van
dan mijn boek. De meester zal verwonderd
staan.
Gedurende de geschiedenis was de onder
wijzer misschien verwonderd, maar meer ge-
ergerd nog. Toen de ijverige leerling den
aartsengel Raphaël en den jeugdigen Tobias
betrok in zijn les over Salmanasar, koning van
Assyrië, en de ballingschap der Israëlieten,
fronsde hij de wenkbrauwen en gromde:
Waaruit heb je je les gehaald?
Uit mijn boek, mijnheer.
Wil je meer weten dan je boek?
Mijnheer
Is het de kindermeid, die je de bijzon
derheden geleerd heeft, waarmee je het aan
dikt?
Neen, mijnheer Pastoor in den catechis
mus.
Dan nam de onderwijzer een plechtige hou
ding aan en sprak met trotsche voldoening
deze verklaring uit:
Het is goed mijnheer Pastoor heeft
je zijn meening gezegd en alle meeningen
moeten gerespecteerd worden, van de oor
spronkelijke opvattingen af van de inboorlingen
lot de overtuiging van den geleerdeBe
grijp je?
Ja, mijnheer.
Je zult dus de meening van den Pastoor
eerbiedigen. Hij gelooft in het bestaan der en
gelen ën hij kan ze te pas brengen waar hij
wil. Maar de wetenschap, versta je, de weten
schap heeft ze nooit ontmoet.
Maar Raphaël en onze bewaar-engelen?
Malle jongen, men verbeeldt zich een
heele massa dingen, die vertrouwen of vrees
wekken. Waartoe behooren: spoken, duivels
en engelen. Perzen, Meden, Assyriërs, dat is
ware geschiedenis, doch het verhaaltje van
Tobias en zijn Engel is ongegrond. Begrepen?
Ja, mijnheer.
over zulke dingen hier
ontbijt vond dc leerling
keurig meet lint omstrikt
!K WEET NIET MEER WIE IK
MOET GELOOVEN
Mevrouw Lamier verzamelde dien avond al
den moed, dien zij in zich had, en zeide tot
haar echtvriend:
Man, aanstaanden Maandag begint dc
leerschool.
Terwijl mijnheer Lamier, rustig zijn pijpje
rookend, aan een bestelling suiker dacht, die
r.og niet geleverd was, deed deze vraag zijner
vrouw hem plotseling uit zijn gepeins op
schrikken:
Ja, ja, Emmy!
Wat zullen we er mee doen?
Ik zal wel eens zien.
Doch wij hebben nog maar één week, wij
moeten een besluit nemen.
Wij kunnen ook wachten tol den zomer
bijvoorbeeld.
Dat meen je niet. Rudi wordt zeven jaar.
Dus?
Mij dunkt, het beste zal wezen, de open
bare school te kiezen.
Maar wat zullen ze van ons zeggen?
Ze kunnen zeggen wat ze willen. Wij heb
ben het recht van ons kind op te voeden vol
gens ons eigen idee,
Zeer zeker.... maar het berokkent ons
misschien schade in den winkel.
De klanten zullen er niet om wegblijven.
Overigens, denk je, dat onze jongen op de
openbare verloren gaat. De hoofdonderwijzer
Fenkel is geen godsdiensthater.
Hij is vrijmetselaar!
Wat hem niet belet den godsdienst hoog
te achten.
Hij laat dien echter overal buiten, bij zijn
onderricht.
Wat geeft dat? Wij zijn er ook nog en
wij sturen Rudi naar den catechismus en naar
het patronaat Dan is ieder tevreden
De kleine Rudi is acht jaar geworden. Hij
schrijft mooie, duidelijke letters en rekent
bijna even goed als zijn papa. Alle fabelen van
La Fontaine kent hij van buiten en hij leert
zelfs geschiedenis. De geschiedenis der oud
heid bestudeert hij uit een boek met platen,
dat hem uitermate bekoort. Ook is hij een der
eerste in de christelijke leer bij mijnheer Pas
toor. Zijns gelijke bestaat niet als het op
prompt antwoorden aankomt.
Verleden Woensdag sprak de Pastoor
over de schepping der Engelen en vroeg aan
Rudi:
Weet ge mij iets over de Engelen te ver
tellen?
Ja, mijnheer Pastoor, ik heb ze gezien.
Gezien?
En
gesproken, Rudil
Aan het tweede
der „openbare" eei
pakje bij zijn bord.
Was is dat, moeder? vroeg hij, terwijl hij
haastig het papier loswikkelde.
Er kwam een fijn afgewerkt beeld van een
engelbewaarder te voorschijn, met gevouwen
handen en de oogen ten hemel gericht. Het
kind bekeek het met vreemden blik en treurig
glimlachend:
Dat zijn maar spookgeschiedenissen, er
zijn geen engelen.
Wie heeft je dat wijs gemaakt?
Mijnheer Frenkel. Hij heeft het ons van
morgen uitgelegd. De wetenschap kent geen
engelen.
Ik verbied je, zulke dwaasheid te her
halen, zei vader Lamier.
Als mijnheer Pastoor Je eens hoorde,
zuchtte de moeder.
Wel, antwoordde de kleine Rudi, mijn
heer Pastoor zegt het op zijn manier en onze
meester zegt het weer anders. Ik weet niet
wie ik gelooven moet.
De ouders hoorden met verbazing die klacht
uit het hart van hun kind, waar, door hun
schuld, de twijfel was ontstaan, en voor zijn
vragenden blik sloegen beiden dc oogen neder.
Dienzelfden dag heeft Rudolf Lamier dc
openbare school verlaten.
De onderwijzer heeft nooit geweten waarom.
„Geld.".
PIERRE L'ERMITE.
OUD NIEUWS
Hoe belust, wij aardsche stervelingen
ook zijn dp nieuwigheden, toch zijn er vele
dingen, die immer het zelfde zijn en ons
toch blijvend interesseeren. Zulke dingen
zijn er iederen dag maar voor het grijpen.
Zoo is er bijvoorbeeld deze week troon-
geredeneerd en millioenengenotaad. Dat
gebeurt ieder jaar op den zelfden tijd en
op dezelfde wijze.
Voordat de Koningin troonredeneert,
wordt de heele zaak netjes opgepoetst.
Alle knoopen blinken. Al wat er in den
Haag is aan gouden tressen, gouden ^ga-
lons, sterren, strepen en banden en clat
is niet zoo weinig wordt uit de kamfer
gehaald. Dan is het heele firmament aan
wezig en men kan het zien ook, bij klaar
lichten dag, te paard of te voet of gezeten
in staatsierijtuigen, het geheel zwaar ge-
sabeld en bepluimd.
Dat heele geval komt ieder jaar terug
en ieder jaar gaan we er heen om te kij
ken, al is het ieder jaar ook precies het
zelfde.
Het is natuurlijk wel een aardig ge
zicht om een massa hooge Pieten te zien,
stijf van goud, zoodat zij niet eens meer
kunnen buigen en een gros andere Pieten,
die je het zoo kunt aanzien, dat ze wat
onwennig zitten in de gala-pantalon en
de jas met staldeuren.
En als dan die heele stoet voorbij is en
we hebben elkaar voldoende op de teenen
getrapt, dan komt de klap op de vuurpijl,
dan wordt er troongeredeneerd, d. w. z.
dan leest de Koningin voor, hetgeen de
Ministers hebben voorgezegd en dan trekt
de heele zaak weer naar huis.
Dan trekken ze direct allemaal d'r ge
makkelijke jasje weer aan en de tressen,
galons, sterren en strepen worden door
moeder de vrouw weer in de kamfer ge
legd. Tot de volgende troon-redenatie.
De volgende scène is de millioenennota.
Om van te griezelen.
Dan heeft de minister-huishoudster de
cijfers in zijn huishoudboekje opgeteld en
dan gaan ze eens zien of er niet kan wor
den bezuinigd.
Van de suiker kan wel wat af en de
uitgaven voor boter moeten verminderen.
De steenkolen zijn ook te duur en het
schoolgeld van de kinderen is te hoog.
De rekening van de waterleiding laat
ook wel iets te wenschen over en als hij
dan gaat optellen, dan blijkt de begroo
ting toch weer hooger dan verleden jaar.
Een scène met zulk een onverwacht slot
is natuurlijk verbazend grappig.
Als dat allemaal gebeurd is, gaan spe
lers en publiek naar huis en' dan komt de
pers aan de beurt.
De verschillende tafereelen en scènes
worden aan nauwgezette critiek onder
worpen en een paar dagen lang zijn de
journalisten aan het woord, om te vertel
len hoe het wel en hoe het niet had moe
ten gaan. De critiek is natuurlijk lang niet
malsch en zoo sterk, dat je bijna zoudt
gaan gelooven, dat er eerst redding zou
komen, als ze die critiek maar eens van
ie voren gaven, maar dat doen ze natuur
lijk nooit.
lot slot van dc voorstelling worden er
dan een stuk of wat veroordeeld tot rid
der in de orde van den Nederlandschen
Leeuw of Officier van Oranje Nassau.
Dan gaat nog eenmaal het gordijn op
voor bloemen en applaus en dan is het
afgeloopen.
Tot het volgende jaar.
Dan speelt het stuk weer!
Precies hetzelfde!
En toch gaan we weer kijken.
Of had U niet gekeken?....
DANIëL.
DE BOOM
Wie is verlaat'ner dag aan dag,
Dan die. alleen maar groeien mag,
Heel eenzaam aan den waterkant
En daar een dak van blaren spant,
Terwijl de mensch zijn vreugd beleeft,
E11 toch niets voor hem over heeft,
Wie is veriatener dan hij,
Wien heel de wereld gaat voorbij?
Daar staat een boom en niemand ziel
Naar hem, van wien men zoo geniet.
Een dienstmaagd slechts, die op hem Ie
Als z' aan zijn voet de aschbak zet.
Het loon voor schaduw op de straat
Zijn koude piepers, kluif of graat,
Wat van een goeden maaltijd rest
Is voor dien boom nog opperbest.
Hij soliudb het hoofd, zóózeer misdeeld,
Wanneer de wind zijn bl&ren streelt.
Méér dan de mensch geeft hem de wind,
Die met hem stoeit als met een kind.
Die schudt hem wakker uit den droom,
Die mooie, groene, stille boom
Hij blaast dan in het groene haar
En schudt zijn haren door elkaar.
Maar, ach, dc boom is zoo gewend
Aan 't leed, dat hij des morgens kent,
Hij kent die jarenlange sleur,
Dan komt de dienstmaagd uit de deur,
Die sleept een stapel' matten aan,
Om 't lijf van dezen boom te slaan.
En verder geeft er niemand acht
Op hem, die staat en groeit en wacht.
O, ja, er is er toch nog één,
Die trouw is en die dikwijls heen-
Komt en verwijlt aan zijne voet
Heel even somsomda-t het moet.
Dat duurt dan maar een korte stond,
Het is een arme, maag're hond,
Die, als de boom stil zucht cn beeft,
Voor hem nog wel wat over heeft.
TROUBADOUR.
De bundel „Oden en Sahr
verkrij-b- r.
eiken boekhandel tegen den prijs