De Slavin van het Zwijgen VRIJDAG 19 SEPTEMBER 1930 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD PAG. 5 GEMENGDE BERICHTEN ONGELUKKEN ERNSTIG ONGELUK OP EEN SPOORWEGOVERGANG AUTO DOOR EEN TREIN GEGREPEN. Moeder en twee kinderen gedood. Gisteravond te circa acht uur heeft zich nabij den spoorwegoverweg Prezikhaaf (spoorlijn ArnhemZutphen) een vreeselijk drama afgespeeld. De familie V. uit Apel doorn was per auto van uit Apeldoorn naar Arnhem gekomen, waar de heer V. voor zaken heen moest. Even voor den overweg liep de heer V. de auto staan en ging zelf alleen naar het huis, waar de be- sprejdngen zouden worden gevoex'd. Mevrouw V., die met de beide kinderen, die eveneens in de auto zaten, niet uit was gestapt, schijnt intusschen op het gas pedaal te hebben getrapt met het nood lottig gevolg, dat de auto over <le ra.ua reed, juist op het moment, dat den snel trein richting Zutphen naderde. De auto werd door de locomotief gegrepen en 200 Meter meegesleurd. De wagen werd totaal versplinterd. De drie inzittenden werden onmiddellijk gedood. Onmiddellijk werd hulp ingeroepen, en nadat deze ter plaatse aanwezig was kon het zwaaqi^rminkte lijk van de 29-jarige mevrouw V. uit de over blijfselen van de auto worden bevrijd. Ook de lijken van de beide meisjes van de fa milie V. waren zwaar verminkt. Men schrijft ons nader uit Arnhem: Eenigen tijd, nadat het vreeselijk drama nabij den overweg bij Prezikhaaf had plaats gevonden, hebben wij ons naar de plaats des onheils begeven en vonden daar niets meer dan de totaal vernielde auto, waarbij de firma van Zijl uit Arnhem juist bezig was het te versieepen. Ongeveer 300 M. schijnt de auto door den sneltrein, die ko mende uit het Noorden te kwart voor acht te Arnhem moet aankomen en waarin zich ook het gezelschap van Dajos Béla bevond, te zijn meegesleurd. Eerst toen kon de machinist de machine tot stilstand brengen. Treinpersoneel schoot onmiddellijk te hulp, terwijl ook be woners van „Kleuterzorg", waar de heer Veneman eenigen tijd besprekingen had gevoerd op den harden slag, die door de botsing veroorbaakt werd, naar buiten liepen. Ook de heer V. snelde naar buiten, waar hem even later het verschrikkelijk gebeuren, zijn vrouw, zijn zesjarig zoontje en zijn zevenjarig dochtertje gedood, dui delijk werd. De politie en het ziekenhuis werden di rect gewaarschuwd en eenigen tijd later waren de substituut-officier van justitie, mr. Lazonder, de waarnemend commissaris van politie, de heer Scheepmaker en de inspecteurs van politie de heeren Goorhuis en Ros, aanwezig, terwijl verder twee zie kenauto's met personeel ter plaatse ver schenen. De lijken werden eerst in een goederenwagen neergelegd, daarna konden de ontzielde lichamen per auto naar het Gemeenteziekenhuis te Arnhem worden overgebracht. Bij nader onderzoek is gebleken, dat zich voor den overweg aan beide kanten groote ijzeren hekken bevinden, die vanzelf dicht klappen. Men heeft thans het vermoeden, dat de heer V. eerst het hek heeft ge opend om naar „Kleuterzorg", dat op eeni gen afstand van den overweg is gelegen, te loopen, terwijl daarna mevr. V., die het wachten vermoedelijk te lang duurde het hek nogmaals geopend heeft en op het mo ment, dat zij den wagen op den overweg had, door den sneltrein werd gegrepen. De trein had ongeveer een half uur ver traging. Het gezelschap Dajos Béla, dat zich in den trein bevond, kwam vanzelf sprekend te laat aan, zoodat het concert van de A.Y.R.O. geruimen tijd later werd uitgezonden. De heer V., die eigenaar is van een wasscherij te Apeldoorn werd eerst naar het ziekenhuis te Arnhem overgebracht. Nog denzelfden avond is een familielid van den heer V. met den zoo zwaar getroffen man naar Apeldoorn teruggereisd. SLACHTOFFERS VAN HET VERKEER. Aan de gevolgen overleden. In het ziekenhuis te Iverkrade is de 49-jarige, ongehuwde arbeider Apeldoorn, afkomstig uit Amersfoort, overleden. Eeni- ge dagen geleden gèraakte hij onder de electrische tram. Auto tegen een boom gereden. Te Haren bij Groningen reed een luxe auto, bestuurd door den heer O. Scholten, aldaar waarschijnlijk tengevolge van een defect aan de stuurinrichting tegen een boom. De auto werd zwaar beschadigd en later per kraanwagen naar Groningen ge bracht. De beide inzittenden werden licht gewond. De een brak een rib, terwijl de ander een sehouderwond opliep. Beiden werden ter onderzoek naar het academisch ziekenhuis te Groningen vervoerd. Een ongeluksvogel. De heer H. D. uit Tilburg, die zich on der Rijen met paard en kar op den rijks weg bevond, werd daar door een vracht auto aangereden. Zijn paard werd tegen den grond geworpen, de kar werd vernield met de zich daarin bevindende koopwa ren. Man en paard liepen verwondingen op. De vrachtauto verdween ijlings in de richting van Breda. Het is thans de derde maal, dat D. een dergelijk ongeval overkomt. Gewonde wielrijder langs den weg gevonden Op een weg nabij Wedde (Gr.) werd een wielrijder in bewusteloozen toestand ge vonden. De man had eenige hoofdwonden. Blijkbaar was hij tegen' e6n boom gereden, want van zijn rijwiel, dat in zijn nabijheid lag, was een gedeelte van den band afge schaafd. Hij is per ziekenauto naar het ziekenhuis te Winschoten vervoerd. Men heeft nog niet kunnen vaststellen wie het slachtoffer is. Men vermoedt echter iemand uit Muss eikanaal. TREINONTSPORING TE CULEMB0RG. Belangrijke materieele schade. Donderdagochtend om kwart voor vijf is te Culemborg een goederentrein op de Noordelijke helling van de brug over de Lek blijven steken. Bij het terugzetten van den trein zijn eenige wagons op elkaar ge- loopen en ontspoord. Hierdoor werd de weg versperd. De schade aan de wagons was vrij belangrijk; die aan den weg ge ring. Onmiddellijk na het ongeval, waarbij niemand letsel opliep, werd aangevangen met het vrijmaken van de lijn. Des mid dags om kwart- voor een was de versper ring opgeheven. Verdronken. Te Baarleheide, even over de gsens is een 8-jarig dochtertje van den werkman G. spelende in een met water gevulden beerput gevallen en daarin verdronken. TOT VOORZITTER DER TWEEDE KA MER van de Staten-Generaal is voor het tijdvak der tegenwoordige zitting benoemd Mr. J. H. K. van Schaik, lid dier Kamer Diefstal van radiomuziek. De politie te Amsterdam heeft tegen een exploitant van een radiocentrale in de Bentinckstraat procesverbaal opge maakt ter zake van diefstal van radiomu ziek. Deze exploitant heeft langen tijd radiomuziek gedistribueerd zonder offi- cieele vergunning. Toen met procesver baal werd gedreigd, zette hij de distributie stop. Een andere exploitant met officieele vergunning wist toen veel klanten te ver werven. Dezer dagen ontdekte hij echter, dat de man, die vroeger een centrale had, er nog aangesloten klanten op na hield. Bij onderzoek bleek, dat de vroegere ex ploitant de muziek door middel van een draadje van het net van den tegenwoor- digen centralehouder aftapte, deze ver sterkte en tegen betaling weer aan eenige klanten verkocht. De benadeelde heeft daarop bij de po litie aangifte gedaan. De diefstal uit den postzak te Haarlem. Uit het onderzoek is gebleken, dat de ontrouwe brievenbesteller J. D. te Haar lem zich heeft schuldig gemaakt aan dief stal van niet minder dan vier aangetee- kende brieven. De belangrijkste was een zending van 15.000 gulden en niet van 16.000, zooals gemeld, dan een met 900 gulden, een met effecten ter waarde van ongeveer 3500 gulden en de vierde waar van de inhoud nog niet bekend is, omdat daaromtrent nog geen navraag is gedaan. Er is totaal 14.425 teruggevonden. Het vermiste bedrag zal de brievenbe steller nog te verantwoorden hebben. On willekeurig rijst de vraag hoe het mogelijk is geweest, dat de man dezen diefstal heeft kunnen plegen, doch het werd hem door de omstandigheden zeer vergemakke lijkt. De zak wordt namelijk dichtgebon den met een touw, dat door ringen in den zak loopt en daarna wordt een label, bij de posterijen masker genaamd, er aan be vestigd en vervolgens wordt het lakstem- pel daaraan gehecht. De man heeft door dat het touw niet vast genoeg was aan gehaald, het gemakkelijk zoo kunnen ver plaatsen dat door de opening uit den zak waarin ook de gewone post was geborgen, kon worden genomen het- pakje aangetee- kende stukken, dat de vier geldswaardige brieven bevatte. Een verder onderzoek wordt door de politie ingesteld. UIT DE RADIO-WERELD Programma's voor Zaterdag 20 Sept. Huizen, 1071 M. Voor 6 uur 298 M. (Uitsl. KRO.-uitzending). 8.099.15 Gramofoonl. 11.3012.00 Godsdienstig halluurtje. 12.001.30 Concert KRO. Trio. I.302.00 Gramoloonpl. 2l003.15 Kinderuurtje. 3.153.45 Vragenhalfuurtje voor jeugdige personen. 3.454.00 Praatje door Steenhof ter inlei ding Spaansche cursus. 5.006.00 Gramofoonpl. 6.016.15 S. P. J. Borsten: „Korfbal". 6.15s6.30 Gramofoonpl. 6.307.00 Gedachtenwisseling over het nut van Riado-uitzendingen voor ons R.K, Lager Onderwijs, te voeren door 2 onbekenden. 7.007.20 Journal. Weekoverzicht. 7.207.30 Gramofoonpl. 7.308.00 Huib en Theo Luns: „Het Rijks museum". III. De Italiaansche zaal. 8.0111.00 Concert. KRO. Orkest. 8.459.00 Radio-blijspel. 9.00 Vervolg concert. 9.309.40 Nieuwsber. Daarna vervolg con cert. II.0012.00 Gramofoonpl. Hilversum, 1875 M. (Uitsl. VARA-uitzending). 8.00 Orgelspel door Joh. Jong, afgew. door gramofoonpl. 9.00 Gramofoonpl. 10.00 Morgenwijding (VPRO.). 10.15 Voordracht door Huib Orizand. 10.30 Ziekenuurtje. 11.30 Gramofoonpl. 5.00 Voor onze amateur-fotografen door D. v. Kreveld. 5.30 J. v. d. Tempel: „De economische cri sis en de arbeidersklasse". 6.00 Mej. M. W. v. d. Hide: „Vacantiezorg en Speeltuinwerk". Medew. der Mondorgelclub der Vereen. „Kattenburg" 6.40 Kinderuurtje. 7.45 Politieber. 8.00 Uurtje voor de arbeiders, verzorgd door den Centr. Bond van Transportarb. 9.00 „Hel". Tooneelstuk in één bedrijf van Miles Malleson. Opgevoerd door „Het Groot Volkstooneel". 930 Concert VARA-orkest. 10.00 Persber. 10.25 Vervolg concert! 11.00 Bij de Pomp. Teun de Klepperman. 11.15 VARA-Varia. 11.25 Gramofoonpl. Daventry, 1554.4 M. 10.35 Morgenwijding. 11.05 Lezing. 1.202.20 Orkestconcert. 3.20 Concert. 5.05 Orgelspel door R. New. 5.35 Kinderuurtje. 6.20 Liederen door D. Smith, bariton. 6.35 Nieuwsber. 7.00 Sportber. 7.20 Lezingen. 7.50 Vaudeville. 9.05 Concert. Orkest. B. Hooper, tenor. 10.00 Nieuwsber. en Lezing. Radio Paris" 1725 M. 12.502.20 Gramfoonpl, 4.05 Dansmuziek. 9.05 „Les Vendanges". Poëzie en kamermu ziek. Langen berg, 473 M. 7.257.50 Gramofoonpl. 7.508.50 Orkestconcert, 10.3511.35 Gramofoonpl. 12.30 Gramofoonpl. 1.252,50 Orkestconcert. 5.506.50 Orkestconcert. 8.20 Vroolijke avond. Daarna tot 12.20 dans muziek (gramofoonpl.). 12.201.20 Gramofoonpl. Kalundborg, 1153 M. 12.0512.35 Gramofoonpl. 3.20 Kinderuurtje. 3.505.50 Concert. Orkest en zang. 8.209.20 Dansmuziek 9.2010.0 Declamatie en zang. 10.3511.20 Orkest- en solisten-concert. Brussel, 508.5 M. 5.20 Gramofoonpl. 6.50 Gramofoonpl. 8.35 Orkestconcert. Zangeres. Ze es en, 1635 M. 6.057.20 Lezingen. 7.207.50 Gramofoonpl. 10.502.20 Lezingen. 2.202.50 Gramofoonpl. 2.504.50 Lezingen. 2.202.50 Gramofoonpl. 2.504.50 Lezingen. 4.505.50 Concert. 8.50 „Das schlesische Jahr". Kantate van E. Schenke. Koor, orkest en solisten. 9.40 Vroolijke avond. Daarna: Berichten en dansmuziek. Lijk gevonden in de duinen. Een inwoner der gemeente Zandvoort vond in de duinen het lijk van een onbe kend mansverpersoon. De omstandigheden wezen er op, dat hier geen misdrijf vermoed kan worden. Naar gissing is het een ver pleegde uit een der inrichtingen in een der dorpen uit de omgeving. Naar den staat van het lijk te oordeelen, moet het reeds ongeveer een week op de verborgen plaats hebben Aan den keizer van Oostenrijk-Hongarije. Onder de onbestelbare brieven, welke in de eerste helft dezer maand aan heb postkantoor te Roosendaal (N.B.) zijn blij ven liggen of zijn teruggekomen, bestemd om aan den afzender te worden terugge geven, bevindt zich er ook een te Roosen daal gepost en geadresseerd aanden Keizer van Oostenrijk en Hongarije. Zou de afzender nu werkelijk niet we ten, wat er zooal in de laatste twaalf ja ren is gebeurd en dat kroonprins Otto nog niet gemachtigd is zulk een brief te ac cepteeren? „Tijd." Influenza onder paarden. Onder de Rotterdamsche paarden heerscht in sterke mate influenza. Ver schillende rossinanten vielen reeds als slachtoffer van de ziekte. Naar vermoed wordt, zijn vele dieren besmet, doordat zij gedronken hebben uit de openbare drinkbakken op straat, waaruit te voren paarden gedronken hadden, die reeds be smet waren. Op advies van den districtsveearts zijn nu de drinkbakken voor onbepaalden tijd gesloten. „Hbld." BUITENL. BERICHTEN ONGELUKKEN 5000 pond dynamiet ontploft. Te Everett in den Amerikaanschen" staat Washington is in een fabriek der Alaska-kruitfabrieken een hoeveelheid van 5000 pond dynamiet ontploft, waardoor het gebouw geheel verwoest en in verren om trek schade aangericht werd. Talrijke personen zijn gewond, terwijl er ook vele vermist worden. Door den brand, welke op de ontploffing volgde, bestaat het gevaar, dat nog een hoeveelheid van 8000 pand nitrogglycerine tot ontploffing zal komen. Mijngasontploffing. Uit River Herbert (Nieuw Schotland) wordt gemeld: Gisteren zijn hier ten ge volge van een mijngasontploffing minstens zes mijnwerkers om het leven gekomen. De ontploffing deed een mijngang instorten, waar zeventien man aan het werk waren. Eenigen hunner werden door het vallend gesteente van de buitenwereld afgesne den. Drie anderen kregen ernstige brand wonden. Nog een ontploffing in een mijn. Uit Pottsviile (Pensylvania) wordt ge meld: Gisteren heeft hier ter stede in een mijn een ontploffing plaats gehad, juist op het oogenblik, dat de dag- en de nacht ploeg elkaar aflosten. Vier mijnwerkers werden gedood en twee gewond. FEUILLETON Uit het Engelsch van FRED. M. WHITE. 46) Een kwartier later was Field in Somer set House, het hoofdbureau der registra tie en daar wist men hem na eenig zoe ken mee te deelen aan welk bijkantoor het bewuste zegel verkocht was. Het spoor wees naar Wandsworth Hij stapte in een taxi en kort daarop vertelde de inspecteur aan een ambtenaar van het registratiekan toor van de voorstad wat hij wenschte. Hij gaf hem het nummer en den datum van het zegel op en vroeg wanneer dat ver kocht was. De ambtenaar boog zich over zijn boek. Het duurde niet lang of hij had wat hij zocht. „N. 44791", zei hij, is vanochtend ver kocht, hier op dit bijkantoorIk moet het zelf verkocht hebben, want ik heb van 9 tot 1 uur loketdienst gehad. HOOFDSTUK XXIX. Voor de villa. Mary Satoris slaakte een zucht van ver lichting toen haar taxi die waarin Reggie en Cora zaten, voorbijsuisde. Ze vergaf het zichzelf niet dat ze niet op Beatrice ge wacht had. Maar het was nutteloos om daarover nu te tobben. Het kwaad was ge schied en het was nu maar de zaak te her- stelleq wat er te herstellen was. Als ze nu Wandsworth maar bereikte, voordat het nobele tweetal arriveerde en als Beatrice er nu nog maar niet was. Toen ze doof de achterruit keek, zag ze dat de 'andere auto in de verte stilstond en de chauffeur den motor onderzocht, terwijl Cora en Reggie heftig stonden te gesticuleeren. Ma ry besloot om bij den hoek van het pTem uit te stappen, daar het veiliger was niet met een taxi voor te komen, daar dat in de gegeven omstandigheden misschien den argwaan van haar broer zou wekken. Het huis lag in het duisterook voor den in gang brandde geen licht. Mary1 begon de hoop te krijgen dat ze nog op tijd was. Toen ging opeens de voordeur open, de hall was verlicht en in het daaruit naar bui ten vallende schijnsel zag ze op de stoep een dame staan. Mary wankelde achteruit en bracht in wanhoop de hand aan het hoofd. „Wat een ramp", fluisterde ze hartstocb telijk. „Als ik een minuut eerder was ge weest, zou ik nog op tijd gekomen zijn. Was ik toch maar niet uit de auto gestapt! Ik ben er van overtuigd dat het Beatrice was.' De deur ging weer dicht en de vrouwen gestalte verdween in het huis. Wat moes Mary beginnen? Over een paar minuten zouden die twee anderen er zijn. Het scheen haar onmogelijk om Bea'nco te redden. Mary schrok toen ze iemand uit de voortuin zag komen. Het was een slui pende figuur, een man, die blijkbaar niet gezien wilde worden. „Beatrice", zei de man op een opge- luchten toon. „Goddank, dat ik nog op tijd ben." Mary wist niet of ze bang of blij moest zijn. Het was ongetwijfeld een vriend van Beatrice, die wist van het gevaar waaiin zij zich bevond en "haar te hulp kwam. „U vergist u", fluisterde ze. ,.lk ben Beatrice DanyH niet. Maar ik kwam ook om haar te he pen. Ze is „Toch niev al in dat huis?" „Helaas wel'antwoordde Mary. „Ik was nèt te laat om het te verhinderen. Me vrouw E iel ford ging juist naar binnen icen ik hier kwam. Misschien wilt u mij uw naam wel zeggen „Daar heb ik geen bezwaar tegen", zei de vreemdeling en na een korte aarzeling. „Ik ben Mark Ventmore, misschien hebt u wel van mij gehoord." Mary slaakte een zucht van verlichting. Ze wist dat Mark Ventmore een goéd vriend van Beatrice was en kwam om het meisje te helpen. Ze ging dichter op hem toe. „Ik ben Mary Satoris", zei ze. „Als u mijn naam gehoord hebt „O ja, u bent de zuster vanCarl Satoris is uw broer. Maar u bent immers onschuldig aan aldie vreemde dingen die „Ik ben er volkomen onschuldig aan", antwoordde Mary vol vuur. „Ik heb mijn leven gegeven om mijn broer te helpen, in de hoop dat ik hem door mijn toewijding en liefde weer op het rechte pad kon bren gen. Maar ik begin te gelooven dat ik daar de beste jaren van mijn leven mee verspild heb, meneer Ventmore. Maar laten we on zen tijd niet verpraten; mevrouw Rich- ford is op het oogenblik in ernstig ge vaar." „O, dat weet ik", zei Ventmore heesch. „Ik heb 't van Bent wood, van dien schurk. Op aanwijzing van inspecteur Field, die mij van het een en ander op de hoogte heeft gebracht, heb ik met dieaïschooiev contact gezocht. Over Berrington^ die, zoo als ik begrijp, min of meer een gevangene is in het huis yan uw broer hoeven we ons het hoofd niet te breken hij is een man die voor zichzelf kan zorgen. Maar Beatrice is positief in gevaar dat heb ik uit Bent- wood los gekregen. De hersens van dien vent zijn, geloof ik, van papgeen geheim is bij hem veilig. Het rechte kon ik niet gewaar worden van hem, maar het schijnt te gaan over diamanten en waardevolle papieren. Als ik hun goed begrepen heb. En ze zou hierheen gelokt worden." „Ja, ja", zei Mary. „De diamanten, die meneer Richford haar bij het huwelijk ge-v geven heeft. Richford zit dik in de moeilijk heden." „Richford is goruïneerd. Hij wordt door de politie gezocht." „Ja; hij heeft zich als een oude geeste lijke vermomd en bij verbergt zich...." „In een huis in Edward Street", vuldo Mark aan. „Ik heb hem met Bentwood ge zien. Field heeft me van dat huis verteld en ik ben daar eens gauw gaan kijken." „Hij doet ook moeite om de diamanten in handen te krijgen", vertelde Mary ver der. „Ik was in de gelegenheid om een ge sprek tusschen hem en een paar handlan gers af te luisteren. Hij is bij zijn vrouw in het hotel geweest en heeft haar gevraagd de diamanten terug te geven. Hij wilde ze verkoopen, zoodat hij naar het buitenland kon gaan. Maar Beatrice weigerde om ze te geven, omdat ze vond, dat de opbrengst aan zijn crediteuren behoorde ie komen. Maar Beatrice haalde de diamanten uit het kantoor van het hotel waar ze in de brandkast opgeborgen waren, omdat ze bang was dat Richford die dat ook wist, zou trachten zich er meester van te ma ken. Ze wilde ze naar een juwelier bren gen, maar die was al gesloten. Nu heeft ze ze blijkbaar hier mee naar toe genomen en Richford, die scheen te weten waar ze heen ging, heeft twee handlangers, de lui die zich voor Generaal Gastang en Gravin de la Moray hebben uitgegeven achter haar aangestuurd. Hij had gezien dat Beatrice met een pakje uit het hotelkantoor kwam." „Weet u precies waarvoor ze hier meest komen?", vroeg Mark. „Die dronken Bent wood was niet overduidelijk bij mijn infor maties „Ik geloof wel dat ik u wat meer bijzon derheden kan vertellenik doe, geioof ik, beter om openhartig tegen u te zijn", zucht te Mary. „Mijn broer en een paar 'an zijn sattelieten, zijn er op uit om zekere papie ren in handen te krijgen, die aan Sir Char les Darryll hebben toebehoord. Er zijn sleu tels, die mevrouw Richford in haar bezit moet hebben." „De rest kan ik wel raden", viel Mark in. „Mijn vader is erg ziek geweest en heeft mij bij zich laten komen. We konden liet de laatste jaren niet goed samen vin den, omdat ik mij aan de kunst wilde wij den en niet in zijn zaak wilde komen. Maar dat is nu allemaal voorbij en we hebben ons neelemaal verzoend. Mijn vader schijnt aardig wat van Sir Charles' zaken af te we ten, het schijnt over een robijnenmijn of zoo iets te gaan. Maar op welke manier hebben ze Beatrice hierheen gelokt? Dat heb ik niet van Bentwood kunnen gewaar wor den." „Kolonel Berrington heeft haar moeten schrijven om te komen. „Berrington was gek om dat te doen „Hij deed het op mijn aandringen. Ik slaagde er in om met hem in verbinding te komen en verzekerde hem dat er *geen kwaad zou gebeuren, dat ik Beatrice waar schuwen zou. Dat zou ook gebeurd zijn als ik maar geen domme streek had uitgehaald Maar het is nu eenmaal niet anders dat Beatrice binnen is, de diamanten bij zich heeft en tusschen twee vuren zit. Het komt me voor...." (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1930 | | pagina 5