De Slavin van het
Zwijgen
VRIJDAG 19 SEPTEMBER 1930
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. 5
GEMENGDE BERICHTEN
ONGELUKKEN
ERNSTIG ONGELUK OP EEN
SPOORWEGOVERGANG
AUTO DOOR EEN TREIN GEGREPEN.
Moeder en twee kinderen gedood.
Gisteravond te circa acht uur heeft
zich nabij den spoorwegoverweg Prezikhaaf
(spoorlijn ArnhemZutphen) een vreeselijk
drama afgespeeld. De familie V. uit Apel
doorn was per auto van uit Apeldoorn
naar Arnhem gekomen, waar de heer V.
voor zaken heen moest. Even voor den
overweg liep de heer V. de auto staan en
ging zelf alleen naar het huis, waar de be-
sprejdngen zouden worden gevoex'd.
Mevrouw V., die met de beide kinderen,
die eveneens in de auto zaten, niet uit was
gestapt, schijnt intusschen op het gas
pedaal te hebben getrapt met het nood
lottig gevolg, dat de auto over <le ra.ua
reed, juist op het moment, dat den snel
trein richting Zutphen naderde. De auto
werd door de locomotief gegrepen en 200
Meter meegesleurd. De wagen werd totaal
versplinterd. De drie inzittenden werden
onmiddellijk gedood. Onmiddellijk werd
hulp ingeroepen, en nadat deze ter plaatse
aanwezig was kon het zwaaqi^rminkte lijk
van de 29-jarige mevrouw V. uit de over
blijfselen van de auto worden bevrijd. Ook
de lijken van de beide meisjes van de fa
milie V. waren zwaar verminkt.
Men schrijft ons nader uit Arnhem:
Eenigen tijd, nadat het vreeselijk drama
nabij den overweg bij Prezikhaaf had plaats
gevonden, hebben wij ons naar de plaats
des onheils begeven en vonden daar niets
meer dan de totaal vernielde auto, waarbij
de firma van Zijl uit Arnhem juist bezig
was het te versieepen. Ongeveer 300 M.
schijnt de auto door den sneltrein, die ko
mende uit het Noorden te kwart voor acht
te Arnhem moet aankomen en waarin zich
ook het gezelschap van Dajos Béla bevond,
te zijn meegesleurd.
Eerst toen kon de machinist de machine
tot stilstand brengen. Treinpersoneel
schoot onmiddellijk te hulp, terwijl ook be
woners van „Kleuterzorg", waar de heer
Veneman eenigen tijd besprekingen had
gevoerd op den harden slag, die door de
botsing veroorbaakt werd, naar buiten
liepen. Ook de heer V. snelde naar buiten,
waar hem even later het verschrikkelijk
gebeuren, zijn vrouw, zijn zesjarig zoontje
en zijn zevenjarig dochtertje gedood, dui
delijk werd.
De politie en het ziekenhuis werden di
rect gewaarschuwd en eenigen tijd later
waren de substituut-officier van justitie,
mr. Lazonder, de waarnemend commissaris
van politie, de heer Scheepmaker en de
inspecteurs van politie de heeren Goorhuis
en Ros, aanwezig, terwijl verder twee zie
kenauto's met personeel ter plaatse ver
schenen. De lijken werden eerst in een
goederenwagen neergelegd, daarna konden
de ontzielde lichamen per auto naar het
Gemeenteziekenhuis te Arnhem worden
overgebracht.
Bij nader onderzoek is gebleken, dat zich
voor den overweg aan beide kanten groote
ijzeren hekken bevinden, die vanzelf dicht
klappen. Men heeft thans het vermoeden,
dat de heer V. eerst het hek heeft ge
opend om naar „Kleuterzorg", dat op eeni
gen afstand van den overweg is gelegen,
te loopen, terwijl daarna mevr. V., die het
wachten vermoedelijk te lang duurde het
hek nogmaals geopend heeft en op het mo
ment, dat zij den wagen op den overweg
had, door den sneltrein werd gegrepen.
De trein had ongeveer een half uur ver
traging. Het gezelschap Dajos Béla, dat
zich in den trein bevond, kwam vanzelf
sprekend te laat aan, zoodat het concert
van de A.Y.R.O. geruimen tijd later werd
uitgezonden.
De heer V., die eigenaar is van een
wasscherij te Apeldoorn werd eerst naar
het ziekenhuis te Arnhem overgebracht.
Nog denzelfden avond is een familielid van
den heer V. met den zoo zwaar getroffen
man naar Apeldoorn teruggereisd.
SLACHTOFFERS VAN HET VERKEER.
Aan de gevolgen overleden.
In het ziekenhuis te Iverkrade is de
49-jarige, ongehuwde arbeider Apeldoorn,
afkomstig uit Amersfoort, overleden. Eeni-
ge dagen geleden gèraakte hij onder de
electrische tram.
Auto tegen een boom gereden.
Te Haren bij Groningen reed een luxe
auto, bestuurd door den heer O. Scholten,
aldaar waarschijnlijk tengevolge van een
defect aan de stuurinrichting tegen een
boom. De auto werd zwaar beschadigd en
later per kraanwagen naar Groningen ge
bracht. De beide inzittenden werden licht
gewond. De een brak een rib, terwijl de
ander een sehouderwond opliep. Beiden
werden ter onderzoek naar het academisch
ziekenhuis te Groningen vervoerd.
Een ongeluksvogel.
De heer H. D. uit Tilburg, die zich on
der Rijen met paard en kar op den rijks
weg bevond, werd daar door een vracht
auto aangereden. Zijn paard werd tegen
den grond geworpen, de kar werd vernield
met de zich daarin bevindende koopwa
ren. Man en paard liepen verwondingen
op. De vrachtauto verdween ijlings in de
richting van Breda.
Het is thans de derde maal, dat D. een
dergelijk ongeval overkomt.
Gewonde wielrijder langs den weg gevonden
Op een weg nabij Wedde (Gr.) werd een
wielrijder in bewusteloozen toestand ge
vonden. De man had eenige hoofdwonden.
Blijkbaar was hij tegen' e6n boom gereden,
want van zijn rijwiel, dat in zijn nabijheid
lag, was een gedeelte van den band afge
schaafd. Hij is per ziekenauto naar het
ziekenhuis te Winschoten vervoerd. Men
heeft nog niet kunnen vaststellen wie het
slachtoffer is. Men vermoedt echter iemand
uit Muss eikanaal.
TREINONTSPORING TE CULEMB0RG.
Belangrijke materieele schade.
Donderdagochtend om kwart voor vijf is
te Culemborg een goederentrein op de
Noordelijke helling van de brug over de
Lek blijven steken. Bij het terugzetten van
den trein zijn eenige wagons op elkaar ge-
loopen en ontspoord. Hierdoor werd de
weg versperd. De schade aan de wagons
was vrij belangrijk; die aan den weg ge
ring. Onmiddellijk na het ongeval, waarbij
niemand letsel opliep, werd aangevangen
met het vrijmaken van de lijn. Des mid
dags om kwart- voor een was de versper
ring opgeheven.
Verdronken.
Te Baarleheide, even over de gsens is
een 8-jarig dochtertje van den werkman
G. spelende in een met water gevulden
beerput gevallen en daarin verdronken.
TOT VOORZITTER DER TWEEDE KA
MER van de Staten-Generaal is voor
het tijdvak der tegenwoordige zitting
benoemd Mr. J. H. K. van Schaik, lid
dier Kamer
Diefstal van radiomuziek.
De politie te Amsterdam heeft tegen
een exploitant van een radiocentrale in
de Bentinckstraat procesverbaal opge
maakt ter zake van diefstal van radiomu
ziek. Deze exploitant heeft langen tijd
radiomuziek gedistribueerd zonder offi-
cieele vergunning. Toen met procesver
baal werd gedreigd, zette hij de distributie
stop. Een andere exploitant met officieele
vergunning wist toen veel klanten te ver
werven. Dezer dagen ontdekte hij echter,
dat de man, die vroeger een centrale had,
er nog aangesloten klanten op na hield.
Bij onderzoek bleek, dat de vroegere ex
ploitant de muziek door middel van een
draadje van het net van den tegenwoor-
digen centralehouder aftapte, deze ver
sterkte en tegen betaling weer aan eenige
klanten verkocht.
De benadeelde heeft daarop bij de po
litie aangifte gedaan.
De diefstal uit den postzak te Haarlem.
Uit het onderzoek is gebleken, dat de
ontrouwe brievenbesteller J. D. te Haar
lem zich heeft schuldig gemaakt aan dief
stal van niet minder dan vier aangetee-
kende brieven. De belangrijkste was een
zending van 15.000 gulden en niet van
16.000, zooals gemeld, dan een met 900
gulden, een met effecten ter waarde van
ongeveer 3500 gulden en de vierde waar
van de inhoud nog niet bekend is, omdat
daaromtrent nog geen navraag is gedaan.
Er is totaal 14.425 teruggevonden.
Het vermiste bedrag zal de brievenbe
steller nog te verantwoorden hebben. On
willekeurig rijst de vraag hoe het mogelijk
is geweest, dat de man dezen diefstal
heeft kunnen plegen, doch het werd hem
door de omstandigheden zeer vergemakke
lijkt. De zak wordt namelijk dichtgebon
den met een touw, dat door ringen in den
zak loopt en daarna wordt een label, bij
de posterijen masker genaamd, er aan be
vestigd en vervolgens wordt het lakstem-
pel daaraan gehecht. De man heeft door
dat het touw niet vast genoeg was aan
gehaald, het gemakkelijk zoo kunnen ver
plaatsen dat door de opening uit den zak
waarin ook de gewone post was geborgen,
kon worden genomen het- pakje aangetee-
kende stukken, dat de vier geldswaardige
brieven bevatte. Een verder onderzoek
wordt door de politie ingesteld.
UIT DE RADIO-WERELD
Programma's voor Zaterdag 20 Sept.
Huizen, 1071 M. Voor 6 uur 298 M.
(Uitsl. KRO.-uitzending).
8.099.15 Gramofoonl.
11.3012.00 Godsdienstig halluurtje.
12.001.30 Concert KRO. Trio.
I.302.00 Gramoloonpl.
2l003.15 Kinderuurtje.
3.153.45 Vragenhalfuurtje voor jeugdige
personen.
3.454.00 Praatje door Steenhof ter inlei
ding Spaansche cursus.
5.006.00 Gramofoonpl.
6.016.15 S. P. J. Borsten: „Korfbal".
6.15s6.30 Gramofoonpl.
6.307.00 Gedachtenwisseling over het nut
van Riado-uitzendingen voor ons R.K, Lager
Onderwijs, te voeren door 2 onbekenden.
7.007.20 Journal. Weekoverzicht.
7.207.30 Gramofoonpl.
7.308.00 Huib en Theo Luns: „Het Rijks
museum". III. De Italiaansche zaal.
8.0111.00 Concert. KRO. Orkest.
8.459.00 Radio-blijspel.
9.00 Vervolg concert.
9.309.40 Nieuwsber. Daarna vervolg con
cert.
II.0012.00 Gramofoonpl.
Hilversum, 1875 M.
(Uitsl. VARA-uitzending).
8.00 Orgelspel door Joh. Jong, afgew. door
gramofoonpl.
9.00 Gramofoonpl.
10.00 Morgenwijding (VPRO.).
10.15 Voordracht door Huib Orizand.
10.30 Ziekenuurtje.
11.30 Gramofoonpl.
5.00 Voor onze amateur-fotografen door D.
v. Kreveld.
5.30 J. v. d. Tempel: „De economische cri
sis en de arbeidersklasse".
6.00 Mej. M. W. v. d. Hide: „Vacantiezorg
en Speeltuinwerk". Medew. der Mondorgelclub
der Vereen. „Kattenburg"
6.40 Kinderuurtje.
7.45 Politieber.
8.00 Uurtje voor de arbeiders, verzorgd door
den Centr. Bond van Transportarb.
9.00 „Hel". Tooneelstuk in één bedrijf van
Miles Malleson. Opgevoerd door „Het Groot
Volkstooneel".
930 Concert VARA-orkest.
10.00 Persber.
10.25 Vervolg concert!
11.00 Bij de Pomp. Teun de Klepperman.
11.15 VARA-Varia.
11.25 Gramofoonpl.
Daventry, 1554.4 M.
10.35 Morgenwijding.
11.05 Lezing.
1.202.20 Orkestconcert.
3.20 Concert.
5.05 Orgelspel door R. New.
5.35 Kinderuurtje.
6.20 Liederen door D. Smith, bariton.
6.35 Nieuwsber.
7.00 Sportber.
7.20 Lezingen.
7.50 Vaudeville.
9.05 Concert. Orkest. B. Hooper, tenor.
10.00 Nieuwsber. en Lezing.
Radio Paris" 1725 M.
12.502.20 Gramfoonpl,
4.05 Dansmuziek.
9.05 „Les Vendanges". Poëzie en kamermu
ziek.
Langen berg, 473 M.
7.257.50 Gramofoonpl.
7.508.50 Orkestconcert,
10.3511.35 Gramofoonpl.
12.30 Gramofoonpl.
1.252,50 Orkestconcert.
5.506.50 Orkestconcert.
8.20 Vroolijke avond. Daarna tot 12.20 dans
muziek (gramofoonpl.).
12.201.20 Gramofoonpl.
Kalundborg, 1153 M.
12.0512.35 Gramofoonpl.
3.20 Kinderuurtje.
3.505.50 Concert. Orkest en zang.
8.209.20 Dansmuziek
9.2010.0 Declamatie en zang.
10.3511.20 Orkest- en solisten-concert.
Brussel, 508.5 M.
5.20 Gramofoonpl.
6.50 Gramofoonpl.
8.35 Orkestconcert. Zangeres.
Ze es en, 1635 M.
6.057.20 Lezingen.
7.207.50 Gramofoonpl.
10.502.20 Lezingen.
2.202.50 Gramofoonpl.
2.504.50 Lezingen.
2.202.50 Gramofoonpl.
2.504.50 Lezingen.
4.505.50 Concert.
8.50 „Das schlesische Jahr". Kantate van
E. Schenke. Koor, orkest en solisten.
9.40 Vroolijke avond. Daarna: Berichten en
dansmuziek.
Lijk gevonden in de duinen.
Een inwoner der gemeente Zandvoort
vond in de duinen het lijk van een onbe
kend mansverpersoon. De omstandigheden
wezen er op, dat hier geen misdrijf vermoed
kan worden. Naar gissing is het een ver
pleegde uit een der inrichtingen in een der
dorpen uit de omgeving. Naar den staat
van het lijk te oordeelen, moet het reeds
ongeveer een week op de verborgen plaats
hebben
Aan den keizer van Oostenrijk-Hongarije.
Onder de onbestelbare brieven, welke
in de eerste helft dezer maand aan heb
postkantoor te Roosendaal (N.B.) zijn blij
ven liggen of zijn teruggekomen, bestemd
om aan den afzender te worden terugge
geven, bevindt zich er ook een te Roosen
daal gepost en geadresseerd aanden
Keizer van Oostenrijk en Hongarije.
Zou de afzender nu werkelijk niet we
ten, wat er zooal in de laatste twaalf ja
ren is gebeurd en dat kroonprins Otto nog
niet gemachtigd is zulk een brief te ac
cepteeren? „Tijd."
Influenza onder paarden.
Onder de Rotterdamsche paarden
heerscht in sterke mate influenza. Ver
schillende rossinanten vielen reeds als
slachtoffer van de ziekte. Naar vermoed
wordt, zijn vele dieren besmet, doordat
zij gedronken hebben uit de openbare
drinkbakken op straat, waaruit te voren
paarden gedronken hadden, die reeds be
smet waren.
Op advies van den districtsveearts zijn
nu de drinkbakken voor onbepaalden tijd
gesloten. „Hbld."
BUITENL. BERICHTEN
ONGELUKKEN
5000 pond dynamiet ontploft.
Te Everett in den Amerikaanschen"
staat Washington is in een fabriek der
Alaska-kruitfabrieken een hoeveelheid van
5000 pond dynamiet ontploft, waardoor het
gebouw geheel verwoest en in verren om
trek schade aangericht werd.
Talrijke personen zijn gewond, terwijl er
ook vele vermist worden.
Door den brand, welke op de ontploffing
volgde, bestaat het gevaar, dat nog een
hoeveelheid van 8000 pand nitrogglycerine
tot ontploffing zal komen.
Mijngasontploffing.
Uit River Herbert (Nieuw Schotland)
wordt gemeld: Gisteren zijn hier ten ge
volge van een mijngasontploffing minstens
zes mijnwerkers om het leven gekomen. De
ontploffing deed een mijngang instorten,
waar zeventien man aan het werk waren.
Eenigen hunner werden door het vallend
gesteente van de buitenwereld afgesne
den. Drie anderen kregen ernstige brand
wonden.
Nog een ontploffing in een mijn.
Uit Pottsviile (Pensylvania) wordt ge
meld: Gisteren heeft hier ter stede in een
mijn een ontploffing plaats gehad, juist
op het oogenblik, dat de dag- en de nacht
ploeg elkaar aflosten. Vier mijnwerkers
werden gedood en twee gewond.
FEUILLETON
Uit het Engelsch van
FRED. M. WHITE.
46)
Een kwartier later was Field in Somer
set House, het hoofdbureau der registra
tie en daar wist men hem na eenig zoe
ken mee te deelen aan welk bijkantoor
het bewuste zegel verkocht was. Het spoor
wees naar Wandsworth Hij stapte in een
taxi en kort daarop vertelde de inspecteur
aan een ambtenaar van het registratiekan
toor van de voorstad wat hij wenschte. Hij
gaf hem het nummer en den datum van
het zegel op en vroeg wanneer dat ver
kocht was.
De ambtenaar boog zich over zijn boek.
Het duurde niet lang of hij had wat hij
zocht.
„N. 44791", zei hij, is vanochtend ver
kocht, hier op dit bijkantoorIk moet het
zelf verkocht hebben, want ik heb van 9
tot 1 uur loketdienst gehad.
HOOFDSTUK XXIX.
Voor de villa.
Mary Satoris slaakte een zucht van ver
lichting toen haar taxi die waarin Reggie
en Cora zaten, voorbijsuisde. Ze vergaf het
zichzelf niet dat ze niet op Beatrice ge
wacht had. Maar het was nutteloos om
daarover nu te tobben. Het kwaad was ge
schied en het was nu maar de zaak te her-
stelleq wat er te herstellen was. Als ze nu
Wandsworth maar bereikte, voordat het
nobele tweetal arriveerde en als Beatrice
er nu nog maar niet was. Toen ze doof de
achterruit keek, zag ze dat de 'andere
auto in de verte stilstond en de chauffeur
den motor onderzocht, terwijl Cora en
Reggie heftig stonden te gesticuleeren. Ma
ry besloot om bij den hoek van het pTem
uit te stappen, daar het veiliger was niet
met een taxi voor te komen, daar dat in
de gegeven omstandigheden misschien den
argwaan van haar broer zou wekken. Het
huis lag in het duisterook voor den in
gang brandde geen licht. Mary1 begon de
hoop te krijgen dat ze nog op tijd was.
Toen ging opeens de voordeur open, de hall
was verlicht en in het daaruit naar bui
ten vallende schijnsel zag ze op de stoep
een dame staan.
Mary wankelde achteruit en bracht in
wanhoop de hand aan het hoofd.
„Wat een ramp", fluisterde ze hartstocb
telijk. „Als ik een minuut eerder was ge
weest, zou ik nog op tijd gekomen zijn. Was
ik toch maar niet uit de auto gestapt! Ik
ben er van overtuigd dat het Beatrice
was.'
De deur ging weer dicht en de vrouwen
gestalte verdween in het huis. Wat moes
Mary beginnen? Over een paar minuten
zouden die twee anderen er zijn. Het
scheen haar onmogelijk om Bea'nco te
redden. Mary schrok toen ze iemand uit
de voortuin zag komen. Het was een slui
pende figuur, een man, die blijkbaar niet
gezien wilde worden.
„Beatrice", zei de man op een opge-
luchten toon. „Goddank, dat ik nog op tijd
ben."
Mary wist niet of ze bang of blij moest
zijn. Het was ongetwijfeld een vriend van
Beatrice, die wist van het gevaar waaiin
zij zich bevond en "haar te hulp kwam.
„U vergist u", fluisterde ze. ,.lk ben
Beatrice DanyH niet. Maar ik kwam ook
om haar te he pen. Ze is
„Toch niev al in dat huis?"
„Helaas wel'antwoordde Mary. „Ik was
nèt te laat om het te verhinderen. Me
vrouw E iel ford ging juist naar binnen icen
ik hier kwam. Misschien wilt u mij uw
naam wel zeggen
„Daar heb ik geen bezwaar tegen", zei
de vreemdeling en na een korte aarzeling.
„Ik ben Mark Ventmore, misschien hebt u
wel van mij gehoord."
Mary slaakte een zucht van verlichting.
Ze wist dat Mark Ventmore een goéd
vriend van Beatrice was en kwam om het
meisje te helpen. Ze ging dichter op hem
toe.
„Ik ben Mary Satoris", zei ze. „Als u
mijn naam gehoord hebt
„O ja, u bent de zuster vanCarl
Satoris is uw broer. Maar u bent immers
onschuldig aan aldie vreemde dingen
die
„Ik ben er volkomen onschuldig aan",
antwoordde Mary vol vuur. „Ik heb mijn
leven gegeven om mijn broer te helpen, in
de hoop dat ik hem door mijn toewijding en
liefde weer op het rechte pad kon bren
gen. Maar ik begin te gelooven dat ik daar
de beste jaren van mijn leven mee verspild
heb, meneer Ventmore. Maar laten we on
zen tijd niet verpraten; mevrouw Rich-
ford is op het oogenblik in ernstig ge
vaar."
„O, dat weet ik", zei Ventmore heesch.
„Ik heb 't van Bent wood, van dien schurk.
Op aanwijzing van inspecteur Field, die
mij van het een en ander op de hoogte
heeft gebracht, heb ik met dieaïschooiev
contact gezocht. Over Berrington^ die, zoo
als ik begrijp, min of meer een gevangene
is in het huis yan uw broer hoeven we ons
het hoofd niet te breken hij is een man die
voor zichzelf kan zorgen. Maar Beatrice is
positief in gevaar dat heb ik uit Bent-
wood los gekregen. De hersens van dien
vent zijn, geloof ik, van papgeen geheim
is bij hem veilig. Het rechte kon ik niet
gewaar worden van hem, maar het schijnt
te gaan over diamanten en waardevolle
papieren. Als ik hun goed begrepen heb.
En ze zou hierheen gelokt worden."
„Ja, ja", zei Mary. „De diamanten, die
meneer Richford haar bij het huwelijk ge-v
geven heeft. Richford zit dik in de moeilijk
heden."
„Richford is goruïneerd. Hij wordt door
de politie gezocht."
„Ja; hij heeft zich als een oude geeste
lijke vermomd en bij verbergt zich...."
„In een huis in Edward Street", vuldo
Mark aan. „Ik heb hem met Bentwood ge
zien. Field heeft me van dat huis verteld
en ik ben daar eens gauw gaan kijken."
„Hij doet ook moeite om de diamanten
in handen te krijgen", vertelde Mary ver
der. „Ik was in de gelegenheid om een ge
sprek tusschen hem en een paar handlan
gers af te luisteren. Hij is bij zijn vrouw in
het hotel geweest en heeft haar gevraagd
de diamanten terug te geven. Hij wilde ze
verkoopen, zoodat hij naar het buitenland
kon gaan. Maar Beatrice weigerde om ze
te geven, omdat ze vond, dat de opbrengst
aan zijn crediteuren behoorde ie komen.
Maar Beatrice haalde de diamanten uit
het kantoor van het hotel waar ze in de
brandkast opgeborgen waren, omdat ze
bang was dat Richford die dat ook wist,
zou trachten zich er meester van te ma
ken. Ze wilde ze naar een juwelier bren
gen, maar die was al gesloten. Nu heeft ze
ze blijkbaar hier mee naar toe genomen en
Richford, die scheen te weten waar ze
heen ging, heeft twee handlangers, de lui
die zich voor Generaal Gastang en Gravin
de la Moray hebben uitgegeven achter haar
aangestuurd. Hij had gezien dat Beatrice
met een pakje uit het hotelkantoor kwam."
„Weet u precies waarvoor ze hier meest
komen?", vroeg Mark. „Die dronken Bent
wood was niet overduidelijk bij mijn infor
maties
„Ik geloof wel dat ik u wat meer bijzon
derheden kan vertellenik doe, geioof ik,
beter om openhartig tegen u te zijn", zucht
te Mary. „Mijn broer en een paar 'an zijn
sattelieten, zijn er op uit om zekere papie
ren in handen te krijgen, die aan Sir Char
les Darryll hebben toebehoord. Er zijn sleu
tels, die mevrouw Richford in haar bezit
moet hebben."
„De rest kan ik wel raden", viel Mark
in. „Mijn vader is erg ziek geweest en
heeft mij bij zich laten komen. We konden
liet de laatste jaren niet goed samen vin
den, omdat ik mij aan de kunst wilde wij
den en niet in zijn zaak wilde komen. Maar
dat is nu allemaal voorbij en we hebben
ons neelemaal verzoend. Mijn vader schijnt
aardig wat van Sir Charles' zaken af te we
ten, het schijnt over een robijnenmijn of zoo
iets te gaan. Maar op welke manier hebben
ze Beatrice hierheen gelokt? Dat heb ik
niet van Bentwood kunnen gewaar wor
den."
„Kolonel Berrington heeft haar moeten
schrijven om te komen.
„Berrington was gek om dat te doen
„Hij deed het op mijn aandringen. Ik
slaagde er in om met hem in verbinding
te komen en verzekerde hem dat er *geen
kwaad zou gebeuren, dat ik Beatrice waar
schuwen zou. Dat zou ook gebeurd zijn als
ik maar geen domme streek had uitgehaald
Maar het is nu eenmaal niet anders dat
Beatrice binnen is, de diamanten bij zich
heeft en tusschen twee vuren zit. Het komt
me voor...."
(Wordt vervolgd).