ST. AUGUSTINUS ZATERDAG 23 AUGUSTUS 1930 DE LE1DSCHE COURANT TWEEDE BLAD PAG. 5 430-28 AUGUSTUS—1930. „Hom navolgen is onze plicht." (Papini). Van Augustinus is het inderdaad beter te lezen uit zijn eigen werken, dan over de verheven figuur zijner persoonlijkheid te schrijven, omdat het bijna onmogelijk is van een zoo diepzinnig en geniaal per soon in woorden een zuiver beeld te ge ven. Wij willen dan ook niet de minste pretentie maken, onzen lezers en lezeres sen een inzicht te geven in hel ziele]even of in de doctrine van dezen heilige, maar zullen ons eenvoudig bepalen bij eenige feiten over en rond het leven van St.- Augustinus. Aurelius Augustinus werd den 13en November 354 te Tagaste in Numidië geboren als zoon van den heiden Patricius en de vrome Christin Monica. Ten tijde van Augustinus bezat het heidendom vooral zijn macht in het onder wijs, hetgeen de kamp tusschen christendom en heidendom naar in tellectueel gebied over bracht. - Augustinus werd hiervan direct de dupe. Zijn moeder is een sterke persoonlijk heid geweest, in het bezit van verschillen de deugden, welke zij zich met een bewonde renswaardige wils kracht had eigen ge maakt. Zijn vader was daarentegen, hoewel zeer goedhartig van aard, ontzettend op bruisend en vrij licht zinnig van opvatting. Ofschoon bij Augusti nus in den beginne dan ook de Christelijke op voeding zich deed gel den, was toch, 'bij het aanbreken zijner jongelingsjaren de fi guur van zijn vader voor hem beslissend Augustinus ging, me de door den invloed van Plautus en Te- rentius, pertinent den verkeerden weg op, tot diepe droefheid van zijn godvreezende moeder. Merkwaardig is echter, dat hij met zijn helderen kop en altijd uitgespro ken en geweldige sympathie nooit een ab soluut gevoelsmensch is geworden, maar altijd een intellectueele superioriteit^ heeft bewaard. De lijn van zijn denken is de lijn voor den opgang van zijn leven naar 't geloof en naar God Augustinus studeerde te Tagaste, te Madaura en te Chartago. Achttien jaar oud werd hij vader van Adeodatus, maar was toch niet zoo door zijn hartstocht overmeesterd, dat hij in 375 dus twintig jaar oud uit overtui ging het Manicheisme aanvaardde. Deze ketterij is hem waarschijnlijk een hulpmid del geweest, om het volgend jaar een func tie te krijgen als leeraar in de rhetoiica, eerst te Tagaste en vervolgens te Cartha go. Maar Augustinus, die enorme talenten bezat, was hiermede niet voldaan; hij wilde hooger op in de maatschappij. Ofschoon hij in 383 door het lezen van Cicero's Hor- tensius reeds betrekkelijk afkeerig stond ten opzichte van het Manicheisme, en veel meer geneigd was tot het Neo-platonisme, liet hij zich toch door begunstiging van de Manicheeërs een rethors plaats bezor gen te Rome. Het volgend jaar verbeterde hij zijn positie door een zetel aan een school te Milaan. Het is haast onbegrijpe lijk, welk een ziels-strijd Augustinus mock hebben meegemaakt in deze tien jaar, d.i. tusschen zijn 20ste en 30ste jaar. Cièero, Faustus en Christus vormden hem met hun systemen en dogma's een warreling zonder weerga. Langzaam echter, heel langzaam, kreeg het wetenschappelijke Katholicisme eenigen vat op hem. Monica, die haar zoon naar Italië was gevolgd, en Ambrosius, de krachtige bisschop van Mi laan, met wien Augustinus had kennis ge maakt, zijn de twee groote figuren, die den zekeren gang van Augustinus, de vol einding van den cirkelgang naar God meer van nabij zich hebben zien sluiten. Eenmaal overtuigd van de groote geloofswaarheden van het Katholicisme, legde Augustinus zijn professoraat neer, om zich op zijn land goed te Cassiciacum op den doop voor te bereiden. Met zijn vriend Alypius en zijn zoon Adeodatus ontving hij in den Paasch- nacht van 387 het H. Doopsel. Nog datzelf de jaar stierf Monica, waarop Augustinus in 388 naar Tagasta terugkeerde, om te zamen met eenige van zijn vrienden een gemeenschappelijk leven te leiden. Toen hij na drie jaar in 391 Hippo bezocht en de bisschop Valerius een priester noodig had, werd hij overeenkomstig de gewoonte dier tijden tot priester uitgeroepen. Op verzoek van den bejaarden bisschop werd Augusti nus tot wijbisschop aangesteld en bij diens dood door het volk tot bissc.op verkozen. Augustinus heeft deze waardigheid be kleed vanaf 396 tot aan zijn dood. In deze jaren is het vooral geweest, dat hij, tot inwendige evenwichtigheid gekomen, zijn alom bekende en geroemde werken heeft geschreven. De „Confessiones" of „Belijde nissen", welke Augustinus ge ruimen tijd na zijn bekeering heeft geschreven, zijn de bekentenissen van zijn doen en laten, zijn goede en kwade daden, welke alle tezamen Gods goedheid en deugd prijzen. Zoo opge vat, is ook duidelijk te verklaren, dat Augustinus, wanneer de Manicheeën hem bij de uitgave van zijn boek verwijten, dat hij zoo slecht geleefd heeft, openlijk zegt: „N&ar gelang zij mij er een verwijt van maken, dat ik slecht geleefd heb, in die mate prijs ik mij dokter." Van de andere werken, welke niet minder beroemd, maar wel minder verspreid zijn, noemen wij: „De Civitate Dei", „De Gratia", „De Trinitate", „Rectractationes", „Contra Pelagianos" en vele andere werken. In de jaren van zijn priesterlijk leven heeft Augustinus opnieuw blijk gegeven met hoeveel zelfvergeten- heid hij zich concentreerde. De Pelagianen en Manicheeën hebben de geweldige ex pansie van zijn macht en de kracht van zijn betoog ter dege gevoeld toen Augusti nus hun geestelijken tegenstander was ge worden en de zorg op zich gelegd zag, de hem toevertrouwden tegen de ketters te beschermen. Augustinus stierf den 2Ssten Augustus 430, juist toen de stad Hippo door de Wandalen werd belegerd. Zijn stoffelijk overschot werd in 486 naar Cag- liari op Sicilië overgebracht en in de achtste eeuw door den koning der Longo- barden, Luitband, te Pavia bijgezet, waar het heden ten dage nog rust in de kerk van St. Petrus de Coelo Aureo. De H. Augustinus met zijn moeder de H. Monica Hoe St. Augustinus over heel de wereld wordt herdacht. Het eeuwfeest van St. Augustinus' sterf dag is mogen wij gerust zeggen een feest geworden voor geheel de wereld. De kerk maakte dit jaar tot een jubeljaar, dat den 25sten April, den dag van de bekee ring van Augustinus, aanving. Op dien dag richtte de H. Vader een Encycliek aan de wereld waarin Hij, volgende de vereering, welke zijn voorgangers St. Augustinus toe droegen, niet wilde nalaten, den lof van den groolen Kerkleeraar te verkondigen. In dit rondschrijven neemt de H. Vader de gelegenheid te baat de ideeën, welke Hij in zijn verschillende encyclieken reeds naar voren heeft gebracht, met name in „Quas Primas" en in „De Christiana Educatione" aan de hand van de leeringen van den Kerkvader te belichten en te verduidelij ken. De lof van den H Vader hoort men wel klinken uit deze woorden: „Want al was hij ook de latere opvolger van de hei lige mannen, die als de schitterendste ster ren voor het Katholicisme hadden gesche nen, zooals bv. Clemens Romanus en Ire- naeus, zooals Hilarius en Athanasius, zoo als Cyprianus en Ambrosius, zooals Basi- lius, Gregorius, Nazianzenus en Joannes Chrysostomus, al leefde hij ook in denzelf den tijd als Hieronimus, toch wekt Augus tinus nog steeds de grootste bewondering bij het menschelijk geslacht, om de fijnheid en verhevenheid zijner gedachten en om de bewonderenswaardige wijsheid, die Zijn geschriften, welke gedurende een lange reeks van bijna 50 jaren voltooid en uitge geven zijn, ademen". In verband met het eeuwfeest van den Heilige, besloot men dit jaar het Eucha ristisch Congres te Carthago te houden, ST. AUGUSTINUS welke gebeurtenis plaats vond van 712 Mei j.l. Het Congres stond in het teeken der St. Augustinus-herdenking, en behan delde daarom als hoofdonderwerp: „St.- Augustinus en de H. Eucharistie". Tijdens het Congres was het beeld van den Hei lige in de open lucht uaast de Basiliek rij- kêlijk versierd; dit beeld werd in. 1914 door Kaïd. Leroy aldaar opgericht. Mgr. Lemaitre, Aartsbisschop van Carthago en Primaat van Afrika, richtte een vasten brief tot zijn geloovigen, waarin hij hen bijzonder aanspoorde tot een luisterrijke viering van het St. Augustinusfeest, terwijl Mgr. Agostino Adden O.S.A zijn gehèelen vastenbrief wijdde aan de hooge leer van Augus'tinus. Verschillende andere bisschoppen beslo ten de herdenking van den kerkleeraar in hun kathedralen door grootsche plechtig heden te vieren; in verschillende steden in Italië worden conferenties gehouden met het doel, het volk op het feest voor te bereiden. De ongeschoeide Augustijnen zul len speciale missies geven in Italië en daarbuiten, terwijl zij uit alle streken bede vaarten organiseeren naar het graf van den Heilige. Het te Florence verschijnend „Bulletin Storica Agostiniano" zal in de Italiaansche taal de voornaamste werken van den bisschop van Hippo en een volle dige bibliographic van hem verspreiden. De Spaansche Augustijnen hebben een in ternationale prijsvraag uitgeschreven voor het beste werk, handelend over een der volgende onderwerpen Methodische en critische uiteenzetting van de dogmatische theologie van St.- Augustinus; invloed van Augustinus en zijn orde op de Westersche cultuur; orga nische uiteenzetting van de juridische, po litieke en sociale leer van den H. Augusti nus, enz. In April werd te Rome een Augus- tinusweek gehouden in de Academie van St. Thomas, terwiil in Antwerpen den 24en Augustus een luisterrijke optocht zal uit trekken Op 19 Augustus zal aldaar door de kerkfabriek een academische zitting wor den belegd, waarop Pater Montaden, Prof. van Ginneken en Cyriel Verschaeve zullen spreken over St. Augustinus. Ook ons land heeft zich niet afzijdig gehouden van de nering van St. Augustinus Reeds in het begin van 1929 had zich een comité ge- vormd, -waarin de Paters Augustijnen een werkzaam aandeel hadden. Tn alle bladen en tijdschriften verd de 'iteraluur over St. Augustinus verrijkt-, terwijl de Vrije Uni- versiteit van Amsterdam zelfs een prijs- vraag uitschreef. In Januari van dit jaar werd door de Paters Augustijnen te Eind- j hoven een bijeenkomst gehouden, waarop j door Pater P. Hendrikx S.J. Prof. D. Franses en den beer C. R. de Klerk werd 1 gesproken over Si. Augustinus. In Fe bruari en Maart werden in de aula van de Katholieke Universiteit te Nijmegen drie voordrachten gehnu lec door Prof Franses. Prof. van der Grin-en en Prof. Brom, wel ke lezingen per radio werden uitgezonden, terwijl laatstgenoemde hoogleeraar thans hetzelfde doet op zijn rondreis door Ncd. Oost-Indië Eenige maanden geleden gaf Jan Nieland een Augustinus-oratorium uit, dat in verschillende steden van ons land zal worden uitgevoerd. De hoofdviering zal echter dit jaar te Nijmegen plaats vinden, waar in het begin November een plechtige zitting in de Universiteit zal worden ge houden. Wat de kunst betreft, heeft de groote Leeraar in ons land nog eenige kunstenaars kunnen inspireeren. J. Fran ken Pzn. vervaardigde .«.enige houtsneden voor de Hollandsehe vertaling van de bio- graphie van Louis Bertrand. De Haagsche beeldhouwer Adam Winter, afkomstig uit het Rijnland, vervaardigde een borstbeeld van den Hipponer in opdracht van de Leidsche studenten, wier patroon de H. Augustinus is. Tenslotte hebben de Paters Augustijnen te Nijmegen een mapje uitge geven met afbeeldingen van den Kerkva der. De inhoud bestaat uit reproducties naar werken van Parcher Lippi, Pollajuolo, Rafaël en Corregio. Buitendien zijn in ons land nog verschillende vertalingen en bio- graphieën verschenen, o.a. de vertaling van het werk van Bertrand, door Frans Wahlers, welk werk een tweede verbeter den druk mocht beleven; voorts zagen het licht een vertaling van de Confessiones door Frans Erens, J. Fernhout en Pater A. J. van Lieshout O.S.A. Den geestesom- keer en de staatsleer van den Kerkleeraar besprak Pater Duynstee in twee afzonder lijke werken. Tenslotte vernoemen wij nog de Nederlandsche vertaling van het werk van Papini door Ellen Russe en de feest uitgave van Studiën, waarin diepzinnige beschouwingen over den „doctor gratiae" worden gehouden. Aan het slot van deze enkele regels, welke wij meenden ie moe ten wijden aan den Leeraar, aan wien Oost en West zooveel hebben te danken, zouden wij toch nog even willen wijzen op Augustinus als voorbeeld. Hij immers, is niet louter de geleerde en heilige, tegen wien ieder moet opz.ien. Hij is een werker en wilier geweest, die voor oogen had, „Quod illi et ego", (wat zij kunnen, kan ik ook). Met recht mocht daarom Papini op zijn beurt van hem schrijven: „Augustinus is precies als wij, hij heeft een schaduw uit het dal behouden; hem navolgen is onze plicht." NIJMEGEN JUBILEERT. 700 JAAR IN HET BEZIT VAN STADRECHTEN. Den 31stcn Augustus zal de stad Nijme gen den dag herdenken, waarop haar voor 7 eeuwen het eerst bij „Groot Privilegie" stadsrechten werden geschonken. Deze blijde gebeurtenis moest begrijpelijker wijze feestelijk worden gevierd en het is daarom, dat het College van B. en W. het initiatief nam tot het organiseeren van groote festiviteiten, als volksfeesten, open luchtspel en straat versiering. Het parti culier initiatief heeft zich al spoedig enthousiast getoond voor de plannen van het dagelijksch bestuur der gemeente en toegezegd, dat zij zouden zorgen voor win kelweken, sportdenionstraties en derge- 1 ijken. De voorbereidingen namen al spoe dig een uitgebreid karakter aan; veertien comité's zijn in verschillende wijken op gericht en hebben intus-schen reeds veel nuttig werk verricht. De commissie voor tuin- en baleonver- siering heeft groote prijzen beschikbaar gesteld en een schitterend bloemen-corso op touw weten te zetten. De kunstafdeeling is voornemens een tentoonstelling in te richten, waar de Nij- meegsclie beeldende kunstenaars zullen kunnen exposeeren; de inschrijving is in middels reeds gesloten. De verschillende andere comité's, welke wijks-gewijze zijn samengesteld, beoogen vooral den kinde ren speciale attracties voor te bereiden zij zorgen ieder voor de financiën van hun eigen kring en zullen daaruit tezamen met de subsidie der gemeente en de opbrengst der jubileum-speldjes, de feestelijkheden be kostigen, welke aan ongeveer 14000 kin deren zullen worden bezorgd. Voor hen zal de groote kinderstoet, waarin allen ge tooid zullen zijn met de Nijmeegsche kleu ren, wel een van de aardigste momenten zijn, evenals de algemecne zangersdag den zang-liefhebbers een groot genoegen zal be zorgen. Ter gelegenheid van het feest van de verkregen stadsrechten heeft de musi cus Jan Berkhoff een feestmarsch geschre ven onder den titel: „Heil Noviomagum". Nijmegen houdt immers van muziek, 't Is daarom ook, dat een speciale commissie voor muziek-uitvoeringen is ingesteld en een massaal mannenkoor een groote uit voering zal geven, waaraan ongetwijfeld vele feestvierende Nijmegenaren zullen deelnemen. En niet alleen zij, ook de bewoners der omliggende dorpen, vieren mede, hetgeen blijkt uit de onderlinge besprekingen, ge voerd tusschen de burgemeesters der na bije gemeenten, met het doel, dat iedere gemeente één cent per inwoner disponibel zou stellen tot het aanbieden van een ge schenk. Deze feesten zijn ons aanleiding een kort overzicht te geven van de feiten, die geleid hebben tot Nijmegen'» verheffing tot stad en tegelijk van de gebeurtenis sen, welke zich in en rond deze gemeente na haar verheffing hebben afgespeeld. Voor zoover uit de opgravingen kan wor den nagegaan, was de plaats, waar Nijme gen zich thans bevindt, in net neolythisch tijdperk reeds bewoond, hetgeen gemakke lijk te begrijpen is, daar de hooge heuvel rug en de 'Vaal een natuurlijke woonplaats bieden. Na deze eerste bewoners hebben de Kelten zich in deze streken gevestigd, terwijl uit de opgravingen, door Dr. Hol- werda in 1916 daar verricht, kwam vast te staan, dat het z.g. „oppidum Batavo- rum" een versterkto nederzetting der Ba tavieren is geweest en gelegen was op de plaats waar thans de Kopsche Hof ligt. Deze versterking is onder Claudius Givi- lis door de Romeinen in het jaar 70 na Chr. ingenomen en tot een echte vesting omgebouwd, welke echter meer zijwaarts op den Hunerberg gelegen was. Intusschen is het Romeinsche Rijk ten gronde gegaan en hebben do invallende volkeren de ver sterking ingenomen. Omstreeks 600 bet juiste jaar is niet met zekerheid bekend is in deze streken het Christendom ge predikt en heeft zich hier een Christen gemeente gevestigd. De Karolingsche Ka pel, die in 709 door Leo II tot bidplaats werd gewijd, is hiervan oen overblijfsel. In 744 liet Karei de Groote zich hier een groot paleis bouwen, waar doorloopend een burcht graai verbleef, hetgeen voor dc om wonenden een reden was zich onder diens hoede te stellen, wanneer eventueel aan vallen van vijanden te duchten waren. Aan den voet van het kasteel ontstond lang zamerhand een dorp, geheel onder het be stuur van den burchtgraaf, heer en rech ter in die streek. In verband met het feit, dat Roomsch-koning Hendrik VII, die in Duitschland het bestuur in handen had en in opkomende steden hulp zocht tegen de rijksvorsten, drong Nijmegen bij den koning aan op het „Handvest". Inderdaad verleende Hendrik den 31sten Augustus 1230 te Weissenburg in een „Groot Privile gie" stadsrechten, vrijheid van vreemde belastingen cn tolgeld en het recht van burgerschap. Na vanaf 770 rijksdomeiii te zijn ge weest werd Nijmegen in dat jaar vrije Rijks stad. Langzaam aan kreeg zij haar muren, en 10 poorten en werd door mooie gebou wen versierd. In 1273 ving men aan met den bouw van dc St. Stevenskerk, welke echter zoo talrijke malen omgebouwd en gerestaureerd is, dat de oorspronkelijke bouw niet meer te onderkennen is. Het raadhuis werd eerst in 1552'54 opgetrok ken in de vroeg-renaissance-stijl, terwijl in een der zalen van dit stadhuis in 1678 de vrede werd gesloten tusschen Duitsch land, Spanje, Nederland en Frankrijk. De kerktoren dateert uit 1592, de Waag en Vleeschhal uit 1612, terwijl nog tal van andere gedenkwaardige monumenten uit verschillende tijden, overal verspreid, ie zien zijn. In den aanvang van den 80-jarigcn oorlog had Nijmegen zich aan de zijde van Spanje geschaard en leefde dus met Holland op voet van oorlog. In 1589 trachtte Overste Schenk Nijmegen heimelijk te overrom pelen, maar zag zijn poging jammerlijk mis lukken. Gelukkiger dan deze was Maurits, die in 1590 zijn krijgstocht begon en in 1591 Nij megen op de Spanjaarden veroverde. In 1672 tijdens den oorlog met Frankrijk werd Nijmegen door de Franschen ingeno men bij hun tocht langs den Rijn, ofschoon de uitval van Paulus Wirtz toch heeft kun nen verhinderen, dat de Condé met 6000 ruiters naar Amsterdam reed. Bij den vre de, welke een einde maakte aan den oor log, werd Nijmegen weer een vrije stad. In 1811 bracht Napoleon haar een bezoek in gezelschap van Marie Louise; heb huis, waar hij verbleef, bestaat thans nog en is gelegen Kelfkensbosch 3. Nijmegen, dat zich in de laatste tijden sterk uitbreidt, lelt momenteel ruim 75000 inwoner», het is bekend, om zijn oudheid kundige overblijfselen, daar het als de oud ste stad van Nederland geldt, en om zijn schitterende omgeving. Deze toch wordt jaarlijks door duizenden toeristen bezocht en zal dit jaar ongetwijfeld veel meer be langstellenden trekken in verband met de grootsche feestelijkheden, welke, naar wij hebben gemeld, binnenkort zullen plaats vinden. KALENDER DER WEEK N.B. Als niet anders wordt aangegeven dagelijks Gloria, geen Credo. De gewone Prefatie. ZÓNDAG 24 Aug. Feestdag v. d. H. Bar. tholomeus, Apostel. 11e Zondag na Pink steren. Mis: Mihi autem. 2e gebed en laat ste Evangelie v. d. Zondag. Credo. Prefa tie v. d. Apostelen. Kleur: Rood. Niet lang na de de Nederdaling v. d. H. Geest over de Apostelen predikte de H. Bartholomeiis in Indië en Armenië. Ver bitterd om de bekeering van koning Po- lymius, diens gemalin en twaalf steden hitsten de heidenpriesters den stadhouder Astyages op om den verafschuwden Apos tel te dooden. Bartholomeiis werd gevan gen genomen en waarschijnlijk heeft men hem de foltering doen ondergaan van le vend gevild en daarna gekruisigd te wor den. MAANDAG 25 Aug. Mis v. d. H. Grego rius, Bisschop en Belijder: Sacerdote6. (Zie in Het Feesteigen v. h. Bisdom). 2e gebed v. d. II. Lodewijk, koning van Frankrijk; 3e A Cunctis (om de voorbede der Heili gen). Kleur: Wit. Door de omstandigheden van zijn tijd heeft de H. Gregorius nooit de H. Bis schopswijding ontvangen. Ongeveer twintig jaren beheerde hij het Bisdom Utrecht met vermaarde herderlijke waakzaamheid. De H. Lodewijk dankt zijne heiligheid ten deele zeker aan zijne opvoeding door zijne moeder de H. Blanca van Castilië. Bekend is haar heilig prachtwoord tot haar zoon: „Ik bemin u als de appel van mijn oog, maar liever toch zag ik u aan mijne I voeten sterven, als ik wist, dat gij ooit ééne doodzonde zoudt bedrijven". DINSDAG 26 Aug. Mis v. d. vorigen (elfden) Zondag: Deus. Geen Gloria. 2e gebed v. d. H. Zephyrinus, Paus en Mar telaar; 3e A Cunctis. Kleur: Groen. Ook is geoorloofd de H. Mis v. d. H. Ze phyrinus: Sacerdotes. 2e gebd v. d. elfden Zondag na Pinksteren; 3e A Cunctis. Kleur: Rood. WOENSDAG 27 Aug. Mis v. d. H. Jo- seph Calasanctius, Belijder: Venite. Kleur: Wit. Hoe mooi begint vandaag de H. Mis met de woorden: „Komt kinderen ik zal u do vreezo des Heercn leeren". Van God ge roepen heeft de H. Joseph zijn leven ge wijd aan het onderrichten van arme kin deren in kennis en deugd. Daarvoor sticht te hij het later tot zelfstandige Congregatie verheven Genootschap van „de Reguliere Priesters onder de bescherming van de Moeder Gods der vrome leerlingen", kor ter genaamd „de Piaristen", welke Con gregatie zich zeer snel verbreidde over zeer vele provincies en rijken van Europa. De heilige stierf op 92-jarigen leeftijd in 1648. DONDERDAG 28 Aug. Mis v. d. H. Augustinus, Bisschop, Belijder en Kcrk- ieeraar: In medio. 2c gebed v. d. H. Her mes, Martelaar. Credo. Kleur: Wit. Jeugd cn jongelingsjaren van den zoon van Patricius cn dc H. Monica gingen voor bij in ketterij en ongeloof tot groot ver driet van zijne moeder. Monica hield niet op tot God te bidden voor haren zoon en niet tevergeefs was haar bidden. Op 33-ja- rigen leeftijd n.l. liet Augustinus zich doo- pen door den H. Ambrosius, Bisschop van Milaan, die hem, zooals St. Augustinus zelf getuigt, hem de oogen opende. Augustinus werd priester cn later zelfs bisschop van Hippo in Afrika. Zijne bui tengewone talenten gebruikte hij nu tot bestrijding der ketterijen van zijn tijd. Vele diepzinnige geschriften zijn van den hei lige overgebleven uit die dagen. Dit jaar wordt het 15e eeuwfeest van zijn sterven herdacht» VRIJDAG 29 Aug. Feest v. d. onthoof ding v. d. H. Joannes den Dcoper. Mis: Loquebar. 2e gebed v. d. H. Sabina, Marte lares (in dc kerken v. d. H. Joannes Credo). Kleur: Rood. Het II. Evangelie uit de H. Mis stelt ons de gebeurtenis voor oogen, welke de H. Kerk vandaag herdenkt. ZATERDAG 30 Aug. Mis v. d. H. Rosa van Lima, Maagd: Dilexisti. 2e gebed v. d. H.H. Felix en Adauctus, Martelaren; 3e voor don Paus. Kleur: Wit. Op nog jeugdigen leeftijd las de H. Rosa het leven van dc H. Katharina van Siëna. Haar hart openend voor Gods genade, bracht zij in beoefening wat zij las. Even als de H. Katharina werd ook Rosa lid van do derde Orde v. d. H. Dominicus. Om hare deugd heeft de H. Rosa veel te verduren gehad, zelfs van hare moeder, broers en zusters, die haar een huichelaarster en be driegster noemden. Alles verdroeg Rosa met geduld volgens het voorbeeld van baai- Goddelijk Toonbeeld, Christus. De H. Rosa is de eerste heilige van Zuid-Amerika (ein de 17e eeuw). IN DE KERKEN DER E.E. P.P. FRANCISCANEN. Alles als in bovenstaande kalender, be halve: MANDAG. Mis v. d. H. Lodewijk: Os Justi. Credo. DINSDAG. Mis v. tl. Z.Z. Timothcüs van Montecchio en Bcrnardus van Officia, Be lijders: Confiteantur. 2e gebed v. d. H. Ze phyrinus. Kleur: Wit. Amsterdam. ALB. M. KOK, Pr.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1930 | | pagina 5