Huldiging van Evert van Dijk bij zijn
terugkeer te Wassenaar
Mgr. Mutsaersoord te Venlo
WOENSDAG 30 JULI 1930
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. 8
Reeds lang voor het aangekondigde uur van
aankomst van den koenen vlieger, heerschte
een groote drukte en bedrijvigheid in de buurt
van het viaduct, waar een ieder een plaatsje
zocht, om de blijde intrede van den plotseling
beroemd geworden inwoner van Wassenaar
van dichtbij in oogneschouw te nemen.
Zelfs op den spoordijk en de daken der
huisjes bij het viaduct hadden verschillenden
zich een goed uitkijkpostje uitgezocht.
Aan het begin van den Zijdeweg had zich
de eerewacht opgesteld, bestaande uit een
gezelschap dames en heeren te paard, greo-
tendeels inwoonsters en inwoners van Wasse
naar, en waaronder zich ook 8 Haagsche
paardrijders bevonden. De eerewacht stond
ender leiding van den heer H. de Boer, direc
teur der Wassenaarsche manege.
Vervolgens stonden aan de zijde van den
spoordijk in den Zijdeweg opgesteld een
troepje Wassenaarsche padvindsters, alsook
groep 16, afdeeling Padvinders Den Haag, ter
wijl hierachter het Regiment Huzaren uit Den
Haag (afdeeling Muziekkorps) de aankomst
van den vliegenier verbeidde.
De blijde incomste.
Onder luid hoera-geroep arriveerde ten
slotte de stoet om 3.15 bij het viaduct, de
spanning der ongeduldige menschenmassa ver
brekende, en reed geëscorteerd door een paar
agenten van de Haagsche motorbrigade, onder
den tunnel door, waar het mooie zonnige weer
tot ieders „schrik?" plotseling door een regen
bui van bloemen werd verbroken, welke zacht
jes op het echtpaar van Dijk in de eerste
open auto gezeten en niet van een parapluie
voorzien, nederdaalde!
Langs de fraai versierde ingang van den
Zijdeweg, waarbij de met smaak gekozen af
beeldingen op gekleurde vlaggen (volgens het
ontwerp van architect Co Brandès, welke
zijn medewerking hiervoor welwillend en be
langeloos ter beschikking stelde), reed de
auto, waarin het echtpaar van Dijk en de hee
ren A. Boichel, voorzitter en J. H. Kruse-
man Aretz, secretaris-penningmeester van het
eere-comité gezeten waren, tot voor de daar
opgerichte eeretribune. Hier hield de heer
J. A. A. M. van Es, namens het eere-comité
een toespraak, nadat de Muziekkapel van het
Regiment der Haagsche Huzaren het Wilhel
mus had gespeeld, gevolgd door een driewerf
hoera, waarbij het echtpaar van Dijk in de
auto rechtstond.
De heer van Es heette den vliegenier op den
Wassenaarschen bodem hartelijk welkom, en
feliciteerde hem met het welslagen van zijn
tocht, waarna hij hem een bloemenkrans aan
bood namens het eere-comité en de Wasse
naarsche bevolking (welke krans den heer van
Dijk om de schouders gehangen werd), zeg
gende, dat dit niet was was voor „den vorm",
doch werkelijk van harte gemeend. Alvorens
de heer van Es den vlieger de hand had kun
nen drukken, riep deze, op de welbekende,
hem eigen rondborstige wijze: „Hier van Es1",
en reikte den spreker onder dankzegging de
hand.
Tevens wachtte hier de kleine Carla van
Dijk de aankomst harer ouders af, en werd
zij onder den uitroep: „Waar is je paps" door
haar vader in de auto getild, waarna zij haar
ouders met een klinkenden zoen begroette.
Carla van Dijk bood haar vader dan ten
mandje met witte anjers aan, terwijl het doch
tertje van den heer van Es een bouquet bloe
men aan mevrouw van Dijk, en een model van
een Fokker-ééndekker aan haar dochtertje
Carla overhandigde.
De zegetocht door
Wassenaar.
Nadat de escorteerende ruiters zich voor
de auto van den aviateur hadden opgesteld,
werd onder applaus en luid hoera-geroep van
het publiek de zegetocht door Wassenaar aan
gevangen, langs de navolgende, reeds eerder
bekend gemaakte route naar 't gemeentehuis
„De Paauw": Zijdelaan, Calcarlaann, Witten-
burgerweg, Stoeplaan, Groot Haesebroeksche-
v.eg, Wilhelminalaan (Kieviet), Koninginne
weg, Groot Haesebroekscheweg, links Schouw-
weg door het dorp langs het postkantoor,
Lange Kerkdam, Victorialaan. Hierbij werden
onderweg eenige malen bloemen aan den beer
van Dijk aangeboden ,door enthousiaste be
wonderaars.
Op het gemeentehuis was alles in gereed
heid gebracht, om den vlieger een grootsche
ontvangst te bereiden. Op het terras waren 2
hangende en 1 staande microfoon aangebracht,
welke laatste diende ter uitzending van de
hierna vermelde gehouden toespraken. In een
achterkamer van het raadhuis bevond zich
een versterker, welke de geluidsgolven naar
Hilversum qverbracht, terwijl tevens een di
recte telefoonverbinding met Hilversum was
ingericht voor het geven van aanduidingen en
dergelijke. De toestellen, afkomstig van de
Ned, Seintoestellenfabriek te Hilversum, wer
den door den heer Schreurs van de AVRO
bediend, welke ons binnen ook even toestond,
aan den kophoorn te luisteren naar de vroo-
lijke wijsjes, waarmede de Wassenaarsche
Muziekvereeniging „Excelsior" het ongedul
dig wachtende publiek den tijd aangenaam
verkortte. Geheele drommen menschen had
den zich buiten opgesteld, aan beide zijden
van het raadhuis, terwijl het tooneel vanaf
den straatweg ook door vele automobilisten,
fietsers en voetgangers welke alle nieuwsgie
rig stilhielden, werd gadegeslagen. Op het
terras van het gemeentehuis verzamelde zich
langzamerhand een groot aantal autoriteiten,
officieele personen en vooraanstaande inge
zetenen van Wassenaar, waaronder wij o m.
opmerkten: den burgemeester en zijn echtge-
r-cote, prof. Kan met echtgenoote, wethouders
Drop en Rooijakkers, dr. Kesler met echtge
noote, den heer Jac. L. Gevers, voorzitter der
Koningin Wilhelmina-Vereeniging, jhr. H.
Loudon, den heer Plesman, diretceur der K.
L. M. (welke ook reeds den vliegenier had op
gewacht bij diens aankomst aan het viaduct),
dr. H. Koppenschaar, den heer W. F. H. van
Berkel en echtgenoote en verscheidene raads
leden, w.o. o.m. de heeren C. C. v, d. Kroft
en W. Boender. De muziekvereeniging „Ex
celsior" defileerde met haar vaandels.
De huldiging op het
gemeentehuis.
Om 4.45 naderde de triomphstoet eindelijk
het gemeentehuis, onder het spelen van mu
ziek door de huzaren, en stelden deze zich
in het gras voor het terras op, daarvóór de
dames en heeren ruiters te paard, en daar
vóór de vereeniging „Excelsior". De Pickard-
auto met den aviateur, en zijn echtgenoote en
dochter reed tot voor de rechtertrap van het
terras, waar de familie van Dijk uitstapte om
zich op het terras te begeven. Hier wachtte
den heer van Dijk een aardige verrassing,
aangezien hij opgewacht werd door 2 colle
ga's, n.l. den oud-vliegenier van Meel, welken
hij met een spontaan „Hallo Rinus, hoe gaat
het er mee!" begroette, en den marine-vlie
genier van Millingen, welke hiervoor speciaal
van den Helder was overgekomen. De heer
van Dijk tilde op verzoek van een der pers
fotografen zijn dochtertje op, om zichzelf,
met Carla op den arm, te laten fotografeeren,
doch toen de veeleischende fotograaf daarop
nog vergde, den vader zijn dochter zoenend
op de gevoelige plaat vast te leggen, ant
woordde de vlieger heel categoriek: „Zoenen
kunnen wij niet op commando". Verder hoor
den wij hem verontschuldigend zeggen: .,Het
is zoo beroerd, ik moet altijd iemand mijn rug
toedraaien of ik moet maar heen en weer blij
ven loopen", aangezien hij natuurlijk aan alle
kanten door belangstellenden en bewonderaars
omringd was.
Hierna hield de burgemeester van Wasse
naar de navolgende welkomstrede tot den heer
van Dijk en zijn echtgenoote, welke toespraak
tegelijk door de microfoon werd verder ge
zonden:
Rede van den burgemeester.
Het is tot u, Evert van Dijk, dat ik als
burgemeester van Wassenaar, bij uw feestelijke
intocht in deze uw woonplaats, in tegenwoor
digheid van een groote schare belangstellen
den, vereenigd voor dit schoone raadhuis,
Huize „De Paauw", eenige woorden ga rich
ten.
En als ik met opzet het plechtstatige „mijn
heer" voor uw zoo dóór en dóór Hollandschen
naam weglaat, dan is dat om daarmede aan
te geven, dat ik in u zie den ronden Holland
schen jongen, die eigenlijk wars van alle hul
debetoon en maar zeer matig ingenomen met
deze feestelijke ontvangst, zich meer thuis
gevoelde onder zijn kameraden in het vlieg
tuig, welks naam sedert kort over de geheele
wereld algemeene bekendheid heeft verwor
ven door den geslaagden tocht in Westelijke
richting over den Atlantischen Oceaan.
Evert van Dijk, het ligt niet op mijn weg
hier lang uit te weiden over de bijzonderheden
van den tocht. De couranten hebben er zóó
vol van gestaan, dat ik me zou kunnen voor
stellen, dat al die berichten en beschrijvingen
ook voor u nog onbekende détails hebben be
vat!
Evenmin zal ik u aan boord komen met
beschouwingen over de waarde en het nut
van transoceanische vluchten.
Neen, ik wil als Nederlander, als Wasse
naarder, op eenvoudige Hollandsche wijze tot
u zeggen, hoezeer wij allen respect hebben
voor uw kunde en moed, die zeker een groot
deel zullen hebben bijgedragen tot het slagen
van den tocht van de Southern Cross dat wij
allen trotsch zijn, ik zou haast zeggen zoo
trotsch als de 5 pauwen, die in den gevel van
dit raadhuis zijn uitgehouwen, op u, Neder
lander en Wassenaarder, die, behoorend tot
de mannen van Kingsford Smith, hebt mede
gewerkt aan die kranige prestatie en die
daarmede den naam van ons kleine dierbare
Vaderland op aller lippen hebt gebracht en in
de geheele wereld hebt hooggehouden.
Ik wil u eindelijk zeggen, dat wij u, na deze
afwezigheid vol onzekerheid, met dezen fees-
telijken intocht met groote vreugde weer wel
kom heeten in ons midden en u zoo straks
gaarne teruggeven aan uw vrouw en uw kind
je, uw gezin, dat gij, ik houd er mij van over
tuigd, voor deze toch altijd gevaarlijke reis
alleen hebt verlaten, omdat gij wist, dat deze
tocht beter was voorbereid dan welke oceaan-
vlucht voordien ook, dat deze reis dusdanig
was georganiseerd, ik denk aan de draadlooze
installatie, dat de daaraan verbonden gevaren
zooveel mogelijk waren beperkt.
Mevrouw van Dijk, het zij mij vergund, ook
tot u een kort woord te richten. Wij zijn hier
bijeen gekomen om uw echtgenoot te huldigen.
Nü vieren wij feest, nil juichen wij, want de
vlucht is geslaagd. Maar eenige weken gele
den stapte uw man vol energie, moed en wil
tot overwinnen, in zijn machine en gij b'eeft
alleen achter met uw kindje en wachtte lange
bange uren. Zeker, toen u trouwde met een
piloot, wist u wat u boven het hoofd hing,
maar toen u tenslotte voor het feit geplaatst
werd was uw daad, d.w.z. niets doen maar
wachten en berusten in overgave en met moed,
er niet minder om. Daarvoor breng ik u gaar
ne onze eerbiedige hulde en gelooft u mij als
ik u zeg, dat het mij goed doet, dat ik met
deze enkele woorden den koenen Oceaan
vlieger Evert van Dijk weer mag teruggeven
aan zijn gezin.
Ik wil eindigen met op het echtpaar van
Dijk een driewerf hoera uit te te brengen.
Onder den indruk van de aan haar gerichte
woorden, welden een paar tranen aan mevr.
van Dijk in de oogen, doch vlug werd zij van
de herinneringen aan haar angstige wacht-uren
afgeleid door het duizendstemmige driewerf
hoera, dta op voorbeeld van den burgemees
ter zijne rede besloot, en waardoor haar ge
zicht zich wederom verhelderde.
Rede van den voorzitter van
het eere-comité.
Hierop volgde de rede van den heer Boi
chel, voorzitter van het eerercoiqité, welke het
zich een groot genoegen achtte, in de gelegen
heid te zijn gesteld, den heer van Dijk na
zijn. zoo welgeslaagden en moeitevollen tocht
in Wassenaar welkom te heeten. Spr. zeide,
het groote voorrecht te hebben gehad, het ver
trek der Oceaan-vliegers bij te wonen, welk
vertrek een buitengewonen indruk op hem
heeft gemaakt, aangezien het zonder veel op
zien en voorbereidende „reclame" plaats
vond. Hij had de koene vliegers zoo rustig en
kalm het sierlijke vliegtuig zien bestijgen, een
laatste kus, een laatsten handdruk en fier
steeg de machine omhoog, op weg naar haar
verre doel. Dit was voor spr. een onvergete
lijk oogenblik geweest. De heer Boichel illus
treerde zijn vreugde bij het vernemen van de
tijding, dat de uitverkorene vlieger geslaagd
was, den zwaren tocht, waarvoor zoovele an
deren mislukten, te volbrengen. Hoewel hij de
consequenties hiervan niet kon overzien, deel
de spr. mede, dat men te Wassenaar zeer blij
is, dat de Oceaan-vlieger weer in den kling
zijner kennissen en vrienden is teruggekeerd.
Tenslotte bood hij den heer van Dijk de etre-
v;ijn aan in een zilveren beker, welke hem
tevens als geschenk werd overhandigd, ter
herinnering aan dezen buitengewonen, onver-
getelijken dag.
De muziek zette nu een „lang zal hij leven"
in, waarna de eerewijn aan de overige perso
nen op het terras werd rondgediend, en zelfs
de paardrijdsters en ruiters van hunne paar
den gestegen, den vlieger kwamen begroeten,
en hunne dorstige keelen kwamen verfrisschen
De piloot aan het woord.
Tenslotte sprak de heer van Dijk, na afloop
van den eeredronk:
Burgemeester, geachte aanwezigen,
Wassenaarders!
Het doet mij een buitengewoon pleizier, en
het meeste pleizier, om mij hier rustig weder
gekeerd te zien. Ik heb hier tal van vrienden
en bekenden, en ook het schoone der Wasse
naarsche natuur trekt mij zoo geweldig aan,
dat ik mijn gevoelens niet tot uitdrukking
kan brengen. Maar weest overtuigd van mijn
oprechten dank voor de mij toebereide ont
vangst. Ik ben een slecht spreker; ik ben
slechts vlieger, daarom gaat het mij zoo be
roerd af (op deze spontane mededeeling volg
de een uitbundig applaus), maar in ieder ge
val, ik drink op de gezondheid en den voor
uitgang van Wassenaar".
Hierna werd het publiek in de gelegenheid
gesteld, den vliegenier op het terras te begroe
ten, waardoor de heer van Dijk zóóveel han
den te drukken kreeg (evenals zijn echtge
noote), dat hij alras den burgemeester toe
riep: „Schluss; ik zoo niet niet blijven door
gaan!". Vriendelijk dankte hij allen, die hem
feliciteerden, en noodde tevens den burgemees
ter, hem met handjes-geven te komen hel
pen! Daarna hoorden wij hem wederom vra
gen: „Zit mijn das goed en transpireer ik rog
niet?"
De stroom van belangstellenden, we'ke
schijnbaar onwillekeurig van plan waren, de
heer van Dijk's handen te verlammen, werd
eindelijk tegengehouden, en de vliegenier
riep het publiek toe dat hij tot zijn spijt geen
handen genoeg had medegebracht, om a'.len,
die hem begroeten wilden, te voldoen.
Met de begroeting van twee jongedames in
Scheveninger kleedij, welke als laatsten voor
hem passeerden, was hij ten zeerste ingenomen,
wat zeer in defi smaak van het publiek viel,
en de vaderlandsliefde van den koenen vlie
ger wel demonstreert.
Onder een donderend „Lang zal hij leven"
slapte het echtpaar van Dijk eindelijk in de
auto, waarna zij naar huis werden gebracht
en de stoet zich ontbond. Het was een welge
slaagd en goed georganiseerd feest, gelukkig
door schitterend weer begunstigd.
Voor de A. V. R. 0.-microfoon.
Zondag a.s. des avonds om 9 uur zal de heer
van Dijk voor de AVRO-microfoon spreken
over zijn Oceaanvlucht met Kingsford-Smith.
HOEVEEL BLINDEN ZIJN ER
OP AARDE?
Ofschoon het dank zij den vorderingen,
die hygiëne en wetenschap in den loop der
eeuwen hebben gemaakt, gelukt is het
aantal blinden zeer aanzienlijk te vermin
deren, treft men toch nog altijd naar
professor Cords in de „Münchner medizini-
sche Wochenschrift" mededeelt 2.390.000
'dezer ongelukkigen over de geheele we
reld aan. Omgërekend op het totale aan
tal menschen, dat .de wereld telt, komt dit
neer op 136 blinden per 100.000 zielen.
Vergelijkt men de cijfers voor de afzon
derlijke landen, dan springt onmiddellijk
in het oog, dat de meer naar het Oosten
gelegen gebieden, derhalve die streken, die
geheel of grootendeels van de moderne
Westersche hygiëne zijn verstoken, ver uit
steken boven het gemiddelde van 136. blin
den per 100.000 zielen, terwijl de in.West-
Europeeschen zin beschaafde landen er
ver beneden blijven. Aan het hoofd dezer
tragische lijst staat Egypte met zijn be
rucht hooge aantal ooglijders, terwijl Bel
gië de gelukkige békkesluiter is. Over de
diverse landen verdeeld, is de toestand
als volgt:
Aantal blinden
per
100.000 zielen
Egypte 1325
Cyprus *730
China500
Britsch-Indië 241
Europeesch Rusland 200
Engeland 73
Frankrijk 71
Vereenigde Staten 62
Duitschland 61
Nederland 46
Canada 45
België 44
Voorts merkt professor Cords nog op,
dab in die landen, waar verplichte inen
ting bestaat, de voorheen zoo veelvuldige
gevallen van blind worden van pokkenlij-
ders thans natuurlijk tot het verleden be-
hooren. Tevens is de wetenschap erin ge
slaagd, talrijke andere gevallen van blind
heid hetzij te voorkomen of te genezen.
Groene staar komt vrijwel niet meer voor
en heb verlies van het ooglicht als gevolg
van ongevallen is tot een minimum be
perkt.
Dinsdagmorgen had te Venlo de offi-
cieele opening van het mgr. Mutsaersoord
plaats door Z. D. H. mgr. L. Schrijnen,
bisschop van Roermond.
Na aankomst van Z. D. H. den bisschop
begaven zich de aanwezigen naar de ka
pel.
Onder de talrijke aanwezigen merkten
wij o.m. op: den zeereerw. heer J. van
Oppen, deken van Venlo, mgr. dr. Poels,
hoofdaalmoezenier van den arbeid, pas
toor Donders van het mgr Mutsaersoord,
de zeereerw. heeren Lenisen en Roncken,
aalmoezenier van den arbeid te Venlo, den
zeereerw. pater Meuffels, directeur dei-
zusters van Liefde van den H. Vincentius
a Paulo, Mere x^gnes, visitatrice der zus
ters van Liefde, en de overste „zuster Ma
deleine", mr. B. Berger, burgemeester van
Venlo, en de wethouders H. Trienekens, M.
Verbaarschot en mr. E. Janssen.
Van de directie der Nederlandsche
Spoorwegen waren aanwezig de heeren ir.
H. van Maenen en ir. E. van Dijk. Voorts
waren aanwezig de heer B. Mutsaers, be
schermheer van het Herstellingsoord,
broeder van wijlen mgr. Mutsaers en
familieleden, de heeren J. Maenen, lid van
Ged. Staten van Limburg, het Eerste Ka
merlid de Bruyn, en het Tweede Kamerlid
Kuiper, de heer Vesters, de architect ir.
J. Kayser te Venlo, en ir. Engeler uit Am
sterdam, en de aannemer Th. Spreeuwen-
berg te Venlo, de heer de Leeuw, verte
genwoordigde het „Belgisch Christelijk
Syndicaat van Spoorwegmannen" en de
heer Knebel de „Christliche Gewerkschaft
Deutscher Eisenbahnen". Ten slotte merk
ten we op de heeren F. Versteegh, be
drijfsdirecteur van de Limburgsche Tram
weg Mij., en Hellemans en Timmermans
met bestuursleden.
In een der met vele bloemstukken ver
sierde zalen, richtte de heer Timmermans
een welkomstwoord tot mgr. Schrijnen en
de overige aanwezigen, en schetste in het
kort het ontstaan, de ontwikkeling en het
verdere streven van het eigen katholieke
herstellingsoord.
Dan nam -Z. D. H. mgr. Schrijnen het
woord
„Ik voldoe, aldus mgr., gaarne aan uw
vriendelijk verzoek om dit, uw huis, te wil
len openen. xAUereerst dank ik u voor uw
hartelijke welkomstwoorden. Mgr. verklaar
de het een voorrecht, te mogen spreken
tot de prachtige organisatie van St. Ra-
phaël. Uwe vereeniging, aldus mgr., stelt
zich tot doel den katholieken geest te
handhaven en te versterken bij hare le
den. Dat is in onzen huidigen tijd, een.
eisch die allernoodzakelijkst is. Die Ka
tholieke geest immers bevordert den vrede
in onze huisgezinnen en het geluk op deze
aarde, en aldus handelt St. Raphael geheel
in den geest van onzen H. Vader Paus
Pius XI, volgens Zijne leuze: „Pax Christi
in Regno Christi".
Nu hebt gij op dezen hoogen berg mij
ner vaderstad een monument opgericht dat
getuigt van de wijsheid van uw bestuur en
van de offervaardigheid uwer leden. Met
de beste wenschen voor uwen bond open
ik, aldus mgr., thans dit huis, terwijl ik
de hoop uitspreek, dat het tot zegen moge
strekken voor de leden van St. Raphaël.
Vervolgens werd nog het worod gevoerd
door den burgemeester van Venlo en den
heer Haver, secretaris van Herwonnen Le
venskracht.
Ir. H. van Maenen, zeide namens de di
rectie der Nederlandsche Spoorwegen met
het streven van St. Raphaël mede te le
ven en bood tot wederopzegging toe, een
jaarlijksche subsidie van 2500 aan het
mgr. Mutsaersoord aan.
Vervolgens werd nog het woord gevoerd
bouw het borstbeeld van wijlen mgr. Mut
saers, door den heer Hellemans plechtig
onthuld.
Nadat eenige ververschingen waren aan
geboden, werd een rondgang door de ge
bouwen gemaakt, waarna de aanwezigen
zich aan een gemeenschappelijk diner ver-
eenigden.
DÉ NEDERLANDSCHE OCEAANVLIEGER VAN DIJK is in zijn woonplaats te Wassenaar
hartelijk gehuldigd. De glorieuse intocht
TE VENLO IS HET MGR. MUTSAERS-00RD, het herstellingsoord der R.K. Vereeni
ging voor spoor- en tramwegpersoneel St. Raphaël, door Z. D. H. Mgr. Schrijnen, Bis
schop van Roermond, ingewijd. De autoriteiten en genoodigden bij de officieele opening